ALGEMENE RICHTLIJNEN GEBRUIK. 3.1 Het gebruik van de GSM wordt toegestaan voor bedrijfsdoeleinden. Op vraag van de werkgever zal de werknemer, zo nodig, elke vraag op het gebied van verbruik toelichten.
ALGEMENE RICHTLIJNEN GEBRUIK. 3.3 Bij het gebruik en de stalling van de bedrijfswagen handelt de bestuurder als een “goede huisvader”. De werknemer zal de bedrijfswagen besturen volgens de richtlijnen van de wegcode en volgens de richtlijnen die kenbaar werden gemaakt bij het behalen van het rijbewijs. De werknemer zal zelf instaan voor het vervullen van de wettelijke verplichtingen betreffende het gebruik van een voertuig op de openbare weg, zoals het voorzien van een veiligheidsvestje, de aanwezigheid van de wettelijke documenten, …. De bestuurder gebruikt de wagen voor noodzakelijke en redelijke trajecten en ziet erop toe niet deel te nemen aan competities noch gevaarlijke materies te vervoeren. Hij zal de bedrijfswagen niet onderverhuren of uitlenen en het voertuig niet blootstellen aan diefstal of beschadiging door zijn onvoorzichtigheid. Hij zal de bedrijfswagen niet gebruiken om rijles te geven of een ander voertuig mee te slepen of duwen. Hij zal het niet opvallend maken noch beschilderingen of zelfklevers op aanbrengen zonder uitdrukkelijke en voorafgaande toestemming van de werkgever. De werkgever behoudt zich het recht voor de bedrijfswagen te voorzien van het logo van de onderneming, van een zustervennootschap of van een product van de onderneming. De werknemer dient er tevens op toe te zien dat de bedrijfswagen voorzien is van de bedrijfsnummerplaathouder, deze zal ter beschikking gesteld worden door de werkgever. De bedrijfswagen mag enkel worden bestuurd door de werknemer. Occasioneel kan de wettelijke partner,zijn ouders of zijn kinderen (vanaf de leeftijd van 18 jaar) en allen voor zover ze op hetzelfde adres wonen en in het bezit zijn van een definitief geldig rijbewijs(geen tijdelijk rijbewijs), gebruik maken van het voertuig. Het is de werknemer uitdrukkelijk verboden zijn kinderen gebruik te laten maken van de bedrijfswagen tijdens het weekend (vanaf vrijdagavond tem maandagochtend) tussen 21u en 07u, tenzij met de gebruikelijke bestuurder als passagier. De bedrijfswagen mag niet worden uitgeleend, tenzij aan medewerkers van de eigen vennootschap, dit tijdens de uitvoering van het werk en mits verwittiging van het diensthoofd en de aankoopdienst. Wanneer de werknemer om één of andere reden, zelfs tijdelijk, niet meer beschikt over de nodige documenten vereist door de wet om een voertuig te besturen, dient de bedrijfswagen binnen de 2 werkdagen ter beschikking te worden gesteld van de werkgever. In de bedrijfswagen mogen enkel het aantal passagiers plaatsnemen voor ...