Balans Passiva Voorbeeldclausules

Related to Balans Passiva

  • Tijdstip van nakoming 11.1. De Contractant is van rechtswege in verzuim nadat de fatale termijn(en) of termijnen voor de uitvoering van de desbetreffende Prestaties, zoals vermeld in de Overeenkomst, zijn verstreken en de desbetreffende Prestaties niet of niet volledig zijn uitgevoerd. 11.2. De Contractant stelt de Gemeente schriftelijk tijdig en met opgaaf van redenen in kennis van een eventuele vertraging en de maatregelen die de Contractant zal treffen om de vertraging zoveel mogelijk te beperken.

  • Vervolgpremie Bij een lopende verzekering moet u de premie (plus kosten, service fee(s) en assurantiebelasting) betalen uiterlijk op de eerste dag van de periode waarop de premie betrekking heeft.

  • SOORT AANBESTEDENDE DIENST Regionale of plaatselijke instantie

  • Aanvullende waarborgen De niet-betaling van de bijdrage voor de aanvullende waarborgen heeft de opzegging van deze waarborgen tot gevolg. Hiervoor zullen we in eerste instantie een herinnering sturen om eraan te herinneren de niet-betaalde bijdragen te regulariseren binnen de door ons meegedeelde periode. Vervolgens volgt desgevallend een aangetekende ingebrekestelling waarin zal worden gevraagd om binnen de 30 dagen de niet- betaalde bijdrage te betalen om te vermijden dat de aanvullende waarborgen zullen worden opgezegd. Wordt hieraan geen gevolg gegeven, dan zeggen wij de betreffende aanvullende waarborgen op met onmiddellijke ingang en dit zonder verdere formaliteiten.

  • Woningborg garantie- en waarborgregeling nieuwbouw; Woningborg-certificaat De Ondernemer verklaart, dat de woning, die het onderwerp is van deze overeenkomst, deel uitmaakt van een door Woningborg geregistreerd project en door haar is ingeschreven onder planregistratienummer W-* en verbindt zich tegenover de Verkrijger ter zake van die woning de verplichtingen uit de Woningborg garantie- en waarborgregeling nieuwbouw te zullen nakomen.

  • Wat gebeurt er tijdens de zorgplanbespreking? Tijdens de zorgplanbespreking evalueren en actualiseren wij met u het (digitaal) zorgplan en bespreken wij hoe de zorgverlening verloopt en/of er aanpassingen nodig zijn. Wij bespreken met u dan bovendien: • de wijze waarop u uw leven wenst in te richten en welke ondersteuning u daarbij van ons zou willen ontvangen; • de doelen van de zorgverlening voor een bepaalde periode en hoe wij die met u zullen proberen te bereiken; • de zorgverleners die voor de verschillende onderdelen van de zorgverlening verantwoordelijk zijn, de wijze waarop afstemming tussen die zorgverleners plaatsvindt en wie uw aanspreekpunt is; • welke familieleden of anderen bij de zorgverlening worden betrokken of van ons informatie krijgen over de zorgverlening en hoe wij dat zullen doen; • hoe vaak en waarom het (digitaal) zorgplan met u zal worden geëvalueerd en geactualiseerd.

  • Wezenpensioen 1. Het wezenpensioen gaat voor ieder pensioengerechtigd kind in op de 1e van de maand waarin de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt. Het wezenpensioen wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 21e verjaardag van het kind valt. Als het kind studeert of invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 27e verjaardag van het kind valt. Als het kind eerder overlijdt, ophoudt met studeren of niet meer invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de betreffende maand. Een studerend kind is een kind dat voor het grootste deel van de voor werkzaamheden beschikbare tijd onderwijs of een beroepsopleiding volgt. De toets of een kind invalide is, gebeurt tot de 21-jarige leeftijd van het kind volgens de normen van de Wajong en daarna volgens de normen van de WIA. 2. Pensioengerechtigde kinderen zijn: a. kinderen die tot de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde in familierechtelijke betrekking staan; b. kinderen die tot de partner in familierechtelijke betrekking staan, die behoren tot de gezamenlijke huishouding en voor wie de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde of de partner een uitkering ontvangt op grond van de Algemene Kinderbijslagwet of die studeren of invalide zijn; c. pleegkinderen van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde (volgens de normen van de Algemene Kinderbijslagwet). Niet pensioengerechtigd zijn kinderen die na de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum zijn geboren of geadopteerd, of kinderen die na deze datum de status van pleegkind hebben gekregen of tot het huishouden van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde zijn gaan behoren. Als er echter recht op partnerpensioen bestaat op grond van een partnerrelatie die al bestond vóór de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum en het kind na deze datum geboren wordt uit deze relatie, is het kind wel pensioengerechtigd. 3. Het wezenpensioen op jaarbasis bedraagt per pensioengerechtigd kind 14% van het volgens artikel 9 vastgestelde ouderdomspensioen (inclusief reeds verleende toeslagen). Het betreft uitsluitend het tijdens het deelnemerschap aan dit reglement opgebouwde ouderdomspensioen. 4. Bij overlijden van een deelnemer wordt het krachtens lid 3 vastgestelde wezenpensioen (14% van het totaal opgebouwde ouderdomspensioen op het tijdstip van overlijden) verhoogd met 14% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer fictief had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de datum van overlijden tot de standaard-pensioendatum (67 jaar) zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige (fictieve) pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 5. Bij overlijden van een aspirant-deelnemer is het wezenpensioen op jaarbasis gelijk aan 14% van het ouderdomspensioen dat de aspirant-deelnemer had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de eerste dag van de maand waarin hij/zij de 21-jarige leeftijd zou bereiken tot de standaard-pensioendatum zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 6. Het wezenpensioen wordt verdubbeld als de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt zonder een partner na te laten of op de 1e van de maand waarin de partner overlijdt. Hierbij geldt het bepaalde in artikel 22, lid 6. 7. Het wezenpensioen heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. Dat betekent dat het vooraf wordt vastgesteld in concrete pensioenbedragen. Alle pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen worden in euro’s en bruto jaarbedragen vastgesteld. Op de pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen is een voorwaardelijke toeslagregeling van toepassing (zie artikel 13).

  • Arbeidsduurverkorting In het kader van de overeengekomen arbeidsduur voor de voltijdwerknemer in dagdienst, tweeploegendienst en drieploegendienst is de werktijd per werknemer/per afdeling in overleg met de Ondernemingsraad zodanig aangepast, dat de gemiddelde arbeidsduur 36 uur per week op jaarbasis bedraagt. Dit gemiddelde wordt verkregen door het toekennen van 24 adv-dagen (of 192 adv-uren) op jaarbasis, indien roostermatig 40 uur per week arbeid wordt verricht. 9.8.1 Deeltijdwerkers hebben geen aanspraak op adv, doch op een uurloon gebaseerd op een 36-urige werkweek. Voor zover het in overleg tussen werkgever en werknemer vast te stellen objectieve rechtvaardigingsgronden zijn. 9.8.2 Per afdeling worden de adv-dagen of -uren in onderling overleg ingeroosterd, c.q. opgenomen, waarvoor in principe alle dagen van de week beschikbaar zijn waarbij een kwalitatieve minimale bezetting leidraad is. Per kwartaal zal door de afdelingsleiding het adv-opnamepatroon worden geïnventariseerd teneinde cumulatie van adv-dagen/-uren te voorkomen. 9.8.3 De hier bedoelde vrijkomende uren zullen − met behoud van het overeengekomen maandinkomen − door de werknemer daadwerkelijk worden genoten, wat impliceert dat die dagen niet in enig bedrag in geld worden uitgekeerd, tenzij er sprake is van zgn. koopdagen. 9.8.4 Werknemer kan maximaal 12 adv-dagen laten uitbetalen. Werknemer heeft de keuze tussen: A – of een toeslag per maand op basis van 5,12% per adv-dag van het maandinkomen*). De werknemer geeft deze keuze aan het einde van het voorafgaande kalenderjaar door aan de werkgever. B – of het verkopen van niet opgenomen adv-dagen aan het einde van het kalenderjaar. De afrekening vindt plaats in januari daaraanvolgend op basis van 5,12% per adv-dag van het maandinkomen*). *) maandinkomen: maandsalaris plus eventuele ploegendiensttoeslag. 9.8.5 Indien de werknemer niet in staat is de aldus door de werkgever aangewezen vrijkomende uren te genieten, zullen deze uren vervallen, tenzij de werkgever de werknemer verplicht heeft op die uren werkzaam te zijn. 9.8.6 Indien de werknemer per kalendermaand meer dan 10 werkdagen onafgebroken arbeidsongeschikt is, worden 8 adv-uren afgeboekt. Bij een onafgebroken arbeidsongeschiktheid van meer dan 20 werkdagen binnen een kalendermaand, worden 2 adv-dagen (of 16 uren) afgeboekt.

  • Deelnemers 1. Een Deelnemer dient op dag waarop het evenement wordt gehouden tenminste de door de Organisator voor dat evenement vastgestelde minimumleeftijd of bij gebreke aan zo’n vaststelling tenminste de leeftijd van 6 jaar te hebben bereikt. 2. Een Deelnemer mag aan een Evenement slechts deelnemen indien hij door een Deelnemend Bedrijf of instelling voor deelname is aangemeld middels een daartoe strekkend inschrijfformulier dat volledig en naar waarheid is ingevuld en ondertekend, dan wel langs elektronische weg middels het volledig en naar waarheid in te vullen inschrijfformulier op de website van de Organisator, en indien het inschrijfgeld volledig is voldaan. Aanmelding voor een editie van het Evenement zal niet meer mogelijk zijn nadat de Organisator met betrekking tot die editie de inschrijving heeft gesloten. 3. De Organisator deelt, indien van toepassing bij het Evenement de Deelnemers in de diverse voor het Evenement geldende categorieën in, op basis van leeftijd en geslacht, naar de situatie op de wedstrijddag. Een groep kan bestaan uit Deelnemers uit meerdere categorieën. Indien van toepassing. 4. De deelname aan een Evenement geschiedt door de Deelnemer persoonlijk. Het is dus niet toegestaan een ander in plaats van de Deelnemer aan een Evenement deel te laten nemen. 5. De deelname aan een Evenement geschiedt door de Deelnemer uitsluitend in de groep waarvoor hij is ingeschreven. 6. Het is het Deelnemende Bedrijf of instelling, noch de Deelnemer toegestaan zijn rechten uit de Overeenkomst zonder voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de Organisator over te dragen aan een derde. 7. Na aanmelding van één of meerdere groepen is het Deelnemend Bedrijf of instelling verplicht tot betaling van het inschrijfgeld. Indien een Deelnemer of een groep verhinderd is aan het Evenement deel te nemen, wordt het betaalde inschrijfgeld niet gerestitueerd, ook niet gedeeltelijk. Ook andere betalingen op grond van de Overeenkomst worden niet gerestitueerd. 8. Indien het Evenement niet kan doorgaan als gevolg van COVID-19 crisis of een mogelijke heropleving en eventuele nieuwe uitbraken van COVID-19, en de dringende crisismaatregelen die de bevoegde overheid inzake COVID-19 reeds heeft genomen en mogelijks nog zal nemen, zullen de inschrijvingen (het inschrijfgeld) en eventuele overige bestellingen automatisch worden overgedragen naar de nieuwe datum of de eerstvolgende editie van het Evenement. 9. Indien het Evenement op grond van uitzonderlijke omstandigheden niet door kan gaan, vindt geen restitutie van het inschrijfgeld plaats. Onder "inschrijfgeld" wordt mede verstaan een eventuele donatie aan het door de Organisator aan het Evenement verbonden goede doel en eventueel bestelde extra’s zoals bijvoorbeeld graveren medaille en SMS-Service. Uitzondering hierop is een eventueel besteld T-Shirt. Deze worden niet gerestitueerd, maar kunnen wel worden verkregen door de Deelnemer. Overige uitgaven, kosten enzovoort worden in geen geval gerestitueerd of vergoed. 10. De Organisator kan op grond van uitzonderlijke omstandigheden besluiten het Evenement voortijdig te beëindigen, op te schorten of te neutraliseren. De Organisator kan eveneens op grond van uitzonderlijke omstandigheden besluiten de te lopen route of de af te leggen afstand te wijzigen. In bedoelde gevallen vindt geen restitutie van het inschrijfgeld plaats. De laatste drie volzinnen van lid 8 zijn hierop van toepassing. 11. Een eventueel door de Organisator voor deelname aan het Evenement uitgenodigde atleet is uitgesloten van deelname als Deelnemer. 12. De verantwoordelijke van de inschrijving van het Deelnemend Bedrijf of instelling, dan wel de groep, neemt de verantwoordelijkheid op zich om alle Deelnemers te wijzen op de Algemene Voorwaarden en het wedstrijdreglement van het Evenement. Zodoende dat elke Deelnemer aan het Evenement zich daarmee akkoord heeft verklaard.

  • De eindafrekening 1. Binnen een redelijke termijn na de oplevering dient de ondernemer bij de consument de eindafrekening in. 2. De eindafrekening geeft een duidelijke omschrijving van de werkzaamheden, uitgesplitst naar de oorspronkelijke opdracht, en van het eventueel opgedragen meer- en/of minderwerk. 3. In de eindafrekening wordt een specificatie gegeven van de gebruikte materialen en de kosten daarvan, van de gewerkte uren en de uurtarieven en van de overige kosten. Indien van toepassing wordt verder een specificatie van meer- en/of minderwerk opgenomen. 4. De in het vorige lid genoemde specificatie vindt niet plaats voor zover het werk is uitgevoerd voor een aanneemsom, behoudens opgedragen meer en/of minder- werk. 5. Indien de ondernemer bij de prijsvormingsmethode regie een richtprijs afgeeft, mag deze richtprijs met niet meer dan 10% worden overschreden, be- houdens meerwerk met inachtneming van het bepaalde in artikel 7. De reden van een eventuele overschrijding van de richtprijs dient uit de specificatie duidelijk te blijken. 6. Betaling van de eindafrekening vindt plaats binnen drie weken na ontvangst van de rekening.