Beleidsregels welzijnsbudget Voorbeeldclausules

Beleidsregels welzijnsbudget. Subsidieplafond: € 10.000,=

Related to Beleidsregels welzijnsbudget

  • Belangrijke begrippen Een volmacht is een verklaring waarin u een ander (Florius) de bevoegdheid geeft om bepaalde handeling(en) namens u te doen. Florius wil graag de zekerheid hebben dat u uw lening terugbetaalt. Hiervoor spreekt u met Florius af, dat het bedrag dat u op uw beleggings- of effectenrekening opbouwt aan Florius wordt uitgekeerd. Dat wordt verpanden genoemd. Als Florius het bedrag ontvangt, gebruikt Florius het bedrag van uw beleggings- of effectenrekening om uw BeleggersKeuze Hypotheek terug te betalen.

  • Risicobeperking a. Indien concrete omstandigheden of ontwikkelingen, zoals aard en omvang van het schadeverloop, verzekeraar tot het oordeel brengen dat toekomstige schade kan worden voorkomen of beperkt door het nemen van risicobeperkende maatregelen door verzekeringnemer, heeft verzekeraar het recht het nemen van deze maatregelen voor te schrijven.

  • Gebruiksbeperkingen Deze dienst is alleen beschikbaar als het voertuig stilstaat, de deur van de bestuurder is gesloten, het ontstekingsmechanisme is uitgeschakeld en de sleutel niet in het contactslot zit. Aanvullende beperkingen kunnen van toepassing zijn in overeenstemming van land- specifieke voorschriften.

  • Uitzendarbeid 1. Uitzendarbeid is mogelijk in geval van:

  • Bemiddelingsregeling 1. De zorgaanbieder hanteert een op de wet Kwaliteit Klachten en Geschillen Zorg (WKKGZ) gebaseerde en voldoende bekend gemaakte regeling voor de opvang, en afhandeling van klachten en behandelt de klacht overeenkomstig deze klachtenprocedure.

  • (BEROEPS)REGELGEVING 1. Opdrachtgever verleent volledige medewerking aan de verplichtingen die voor Opdrachtnemer voortvloeien uit de toepasselijke (Beroeps)regelgeving.

  • Belangrijke opmerking Het volgende model werd opgesteld door de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest overeenkomstig artikel 218, § 4 van de Brusselse Huisvestingscode. Het is een indicatief model en dus niet verplicht voor partijen die voor een ander model kunnen kiezen. Om de partijen bij te staan en om allesomvattend te zijn, omvat het de clausules van de Brusselse huisvestingscode en andere bepalingen die in de praktijk welbekend zijn en betrekking hebben op onderwerpen die niet gereglementeerd zijn. Om een duidelijk onderscheid te maken tussen de clausules die door een wettekst worden geregeld en de clausules die louter indicatief zijn en die de partijen naar eigen goeddunken kunnen wijzigen, zijn die laatste in de tekst in grijstinten. Wanneer het model voorziet in verschillende opties voor de partijen over hetzelfde onderwerp, wordt de keuze aangegeven met een selectievakje (□) voor elke optie. De partijen kunnen verwijzen naar de bij de huidige woonhuurovereenkomst bijgevoegde toelichtende nota voor iedere erbij horende aanvullende informatie. □ Als het om een natuurlijke persoon gaat (naam, voornaam en tweede voornaam van de verhuurder(s), rijksregisternummer):……………………………………………………………………………………………... .………………………………...…………………………………………………………………………………... Geboortedatum en –plaats: ……………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Adres: …………………………………………………………………………………………………………….. ……………………………………………………………………………………………………………………… □ Als het om een rechtspersoon gaat (maatschappelijke benaming van de rechtspersoon): …………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Met maatschappelijke zetel gevestigd te (postcode, gemeente) …………………………………………….. (adres, nr.)…………………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………………………. En met ondernemingsnummer………………………………………………………………………………….. Handelend in de hoedanigheid van........................................................................................................., Hier vertegenwoordigd door .................................................................................................................. De huurders, die solidair handelen, hierna de "medehuurders" genoemd (naam, voornaam en tweede voornaam van de eerste medehuurder, rijksregisternummer): …………… .………………………………...…………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Geboortedatum en –plaats: ……………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Adres: ……………………………………………………………………………………………………………… (naam, voornaam en tweede voornaam van de tweede medehuurder, rijksregisternummer): …………. .………………………………...…………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Geboortedatum en –plaats: ……………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………………….... Adres: ……………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. (naam, voornaam en tweede voornaam van de derde medehuurder, rijksregisternummer): …………… .………………………………...…………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………. Geboortedatum en –plaats: ……………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… Adres: ……………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………….

  • Arbeidstijdenwet Voor deze cao gelden, tenzij anders bepaald, de normen van de Arbeidstijdenwet en de daarop berustende bepalingen, met dien verstande dat in werkroosters maximaal 5 nachtdiensten achter elkaar mogen worden ingeroosterd.

  • Voor welke schade betalen wij niet? Hieronder staat voor welke schade wij niet betalen:

  • Wezenpensioen Het wezenpensioen bedraagt voor ieder kind maximaal 14% van het in totaal te bereiken ouderdomspensioen. Voor volle wezen wordt het genoemde percentage verdubbeld. De wezenpensioenen voor alle kinderen tezamen zullen echter nooit meer bedragen dan 70% van het te bereiken ouderdomspensioen. Het wezenpensioen is uiterlijk betaalbaar tot de eerste dag van de maand volgende op het tijdstip waarop het kind niet meer voldoet aan een van de onderstaande criteria: Het wezenpensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer overlijdt.