De evolutie van het wettelijke kader. Wat het wettelijke kader betreft, bevat de elektriciteitsordonnantie onder meer nieuwe bepalingen voor de omkadering van de flexibiliteitsmarkt. Het betreft in het bijzonder het recht van de klant om zijn vraagflexibiliteit te valoriseren, de rol van de DNB in het beheer van de meetgegevens van de flexibiliteit, de invoering van een vergunning voor de levering van flexibiliteitsdiensten en van het recht op vergoeding door de DNB voor de schade die bij de klant is veroorzaakt door een onregelmatige beslissing om de activering van de flexibiliteit te weigeren of te beperken. Krachtens artikel 26bis van de elektriciteitsordonnantie heeft iedere eindafnemer het recht om zijn vraagflexibiliteit te valoriseren via de leverancier van flexibiliteitsdiensten van zijn keuze. Overeenkomstig artikel 32unsexies van deze ordonnantie moet de DNB de eindafnemer vergoeden voor de geleden schade indien hij de activering van de vraagflexibiliteit weigert of beperkt en dit in strijd met de objectieve technische, transparante en niet-discriminerende criteria die hem toelaten deze activering voor onbepaalde duur te verhinderen of te beperken, zoals voorzien in artikel 26ter van dezelfde ordonnantie. Wat de rol van de DNB betreft: krachtens artikel 7, §1, 12° wordt de DNB belast, op het vlak van commercialisering van flexibiliteitdiensten, de rol van facilitator op zich te nemen, om een concurrentiële markt te bieden ten voordele van de eindafnemers, met name door het beheer van de meetgegevens die uit de activering van de flexibiliteitsdiensten resulteren. De voorwaarden voor het vervullen van deze opdrachten zijn nog niet bepaald. Daarnaast bepaalt artikel 21bis van de elektriciteitsordonnantie dat leveranciers van flexibiliteitsdiensten moeten beschikken over een door BRUGEL toegekende vergunning voor het aanbieden van hun diensten aan de afnemers die zijn aangesloten op het distributienet van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De Regering heeft nog niet bepaald welke criteria gelden voor de toekenning van deze vergunningen. XXXXXX is evenwel van plan om aan de Regering een advies hierover te bezorgen, onder meer om de aandacht te vestigen op het risico van discriminatie van afnemers die aangesloten zijn op het gewestelijke transmissienet en die niet in deze ordonnantie vermeld worden. Historisch werden de ondersteunende diensten vooral geleverd door afnemers die aangesloten waren op het transmissienet. In een context waarin de behoeften aan flexibiliteit toenemen en de info...
