Common use of Definities en begrippen Clause in Contracts

Definities en begrippen. ▪ Bbl (beroepsbegeleidende leerweg): leerweg binnen het middelbaar beroepsonderwijs volgens de Web voor leerlingen met zowel een arbeids- als een onderwijsovereenkomst. De leerling volgt de praktijkopleiding bij een erkend leerbedrijf. Voor het theorieonderwijs gaat hij gemiddeld een dag per week naar het roc. ▪ Bbl 2: een beroepsopleiding via de bbl op niveau 2. ▪ Bbl 3: een beroepsopleiding via de bbl op niveau 3. ▪ Betalingsperiode: het tijdvak van vier weken of een kalendermaand waarover de werkgever aan de werknemer het vast overeengekomen loon of het salaris betaalt, evenals de vergoedingen en toeslagen waar de werknemer recht op heeft. ▪ Bol (beroepsopleidende leerweg): leerweg binnen het middelbaar beroepsonderwijs volgens de Web voor leerlingen met uitsluitend een onderwijsovereenkomst. De leerling volgt de opleiding op het roc. Van tijd tot tijd loopt hij praktijkstage bij een erkend leerbedrijf. ▪ Bouw- en infraondernemingen: zie 10.2.2. ▪ Bouw- en infrawerken/-activiteiten: zie 10.2.2. ▪ Bouwcombinatie: een samenwerkingsverband tussen: - twee of meer bouw- en infraondernemingen of - één of meer bouw- en infraondernemingen en één of meer andere ondernemingen, met (onder meer) als doel gezamenlijk één of meer bouw- en infrawerken tot stand te brengen. Onder samenwerkingsverband wordt mede verstaan het samen als (middellijk) bestuurder, (middellijk) aandeelhouder en/of (middellijk) vennoot betrokken zijn bij of deel uit maken van dezelfde rechtspersoon en/of vennootschap. ▪ Bouwplaats: elke plaats waar bouw- en infrawerken/-activiteiten worden uitgevoerd en/of tot stand worden gebracht. ▪ Bouwplaatswerknemer: de werknemer die werkzaam is in een functie uit bijlage 1.1, bijlage 1.2 dan wel in een gelijksoortige functie. ▪ bpfBOUW: Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid. ▪ Bpvo (beroepspraktijkvormingsovereenkomst): de overeenkomst die bij aanvang van de bbl-opleiding wordt gesloten tussen de leerlingwerknemer, het opleidingsbedrijf of individueel leerbedrijf en de betrokken onderwijsinstelling. In de bpvo zijn de rechten en plichten rondom de uitvoering van de beroepspraktijkvorming vastgelegd. ▪ BW: Burgerlijk Wetboek. ▪ Xxx: met 'de cao' of 'deze cao' wordt bedoeld de xxx Xxxx & Infra. ▪ Cao BTER Bouw & Infra: de cao Bedrijfstakeigen Regelingen Bouw & Infra. ▪ Cao-partijen: de werkgevers- en werknemersorganisaties die deze cao hebben afgesloten. Dit zijn: - de werkgeversorganisaties: Bouwend Nederland, de vereniging van bouw- en infrabedrijven; Bond van Aannemers van Tegelwerken in Nederland (Bovatin); Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB); Vereniging van Infrabedrijven MKB INFRA; Boorinfo Branche Vereniging; Ondernemersorganisatie MKB Bouw; Vereniging Wapeningsstaal Nederland (VWN); Vereniging voor aannemers in de sloop (VERAS); Noordelijke Vereniging Burgerlijke en Utiliteitsbouw (NVBU); Ondernemersvereniging Bestratingsbedrijven Nederland (OBN); Vereniging Gebouwschil Nederland, secties Metselen en Voegen; WoningBouwersNL en Vereniging van Waterbouwers; - de werknemersorganisaties: FNV en CNV Xxxxxxxxx.xx. ▪ Deeltijd(werk): een arbeidsduur die op basis van de individuele arbeidsovereenkomst korter is dan de normale arbeidsduur zoals bedoeld in tabel 2.2. E ▪ Xxxxxxxxxx/echtgenote: de persoon met wie de werknemer xxxxxx is. Met deze persoon wordt gelijkgesteld de ongehuwde partner met wie de werknemer een gezamenlijke huishouding voert, voor zover dit door middel van een notarieel vastgestelde samenlevingsovereenkomst en/of partnerregistratie aan de werkgever bekend is gemaakt. ▪ Garantieloon: het minimum functieloon waar de bouwplaatswerknemer volgens de cao recht op heeft. ▪ Individueel budget: zie 4.14. ▪ Individueel leerbedrijf: een werkgever die met een leerlingwerknemer een bpvo en een arbeidsovereenkomst sluit en daarbij optreedt als leerbedrijf overeenkomstig de Web. ▪ Instructeur: de werknemer van een opleidingsbedrijf die verantwoordelijk is voor de opleiding, scholing, beoordeling en begeleiding van de deelnemer binnen de opleidingswerkplaats. ▪ Leerlingwerknemer: de bouwplaatswerknemer die deelneemt aan een bbl 2 of bbl 3 opleiding in het domein: - Bouw en infra, - Afbouw, hout en onderhoud of - Techniek en procesindustrie. ▪ Xxxxxxxxxxx: de werknemer die: - een geldig leermeestercertificaat en een geldige leermeesterpas xxx Xxxxxxxx heeft, - in opdracht van zijn werkgever vakkennis overdraagt aan leerlingwerknemers in het leerbedrijf, hen begeleidt en beoordeelt en - naast deze leermeestertaken - in de eventueel resterende tijd - productieve arbeid verricht. ▪ Medezeggenschapsorgaan: de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging zoals bedoeld in de Wet op de ondernemingsraden. O ▪ Opleidingsbedrijf: Zie 10.2.5. ▪ Overwerk: op een dag meer werken dan volgens het rooster dat is vastgesteld volgens deze cao. ▪ Overwerk, structureel: overwerk dat met een vaste frequentie en gedurende meerdere weken wordt uitgevoerd. ▪ Payrolling: het ter beschikking stellen van een payrollkracht aan een werkgever zoals bedoeld in 10.2.1. ▪ Payrollkracht: de arbeidskracht met een arbeidsovereenkomst die op basis van artikel 1 lid 1 onder d Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) ter beschikking is gesteld aan een werkgever zoals bedoeld in 10.2.1. ▪ Persoonlijke beschermingsmiddelen: uitrustingsstukken of -middelen die bestemd zijn om door een persoon te worden gedragen of vastgehouden als bescherming tegen een of meer gevaren die een bedreiging kunnen vormen voor zijn gezondheid of veiligheid. ▪ Roc: regionaal opleidingencentrum volgens de Web. ▪ Xxxxxxx: het tussen de uta-werknemer en de werkgever overeengekomen vaste brutobedrag dat de uta-werknemer van de werkgever ontvangt als loon voor zijn werkzaamheden in de door hem uitgeoefende functie. Dit bedrag is exclusief vakantietoeslag, vaste en/of variabele gratificaties, eindejaarsuitkeringen, uitkeringen ineens en alle andere toeslagen. ▪ Schooldag: de dag waarop de leerlingwerknemer onder verantwoordelijkheid van het roc onderwijs volgt. ▪ Tijdspaarfonds: Stichting Tijdspaarfonds Bouw & Infra. ▪ Tijwerk: werkzaamheden die onderhevig zijn aan de invloed van getijden (hoog en laag water als gevolg van eb en vloed). U ▪ Uitzendonderneming: de werkgever zoals bedoeld in artikel 7:690 BW.

Appears in 5 contracts

Samples: Collective Labor Agreement (Cao), Collective Labor Agreement (Cao), Cao Bouw & Infra 2021 2022

Definities en begrippen. ▪ Bbl (beroepsbegeleidende leerweg): leerweg binnen het middelbaar beroepsonderwijs volgens de Web voor leerlingen met zowel een arbeids- als een onderwijsovereenkomst. De leerling volgt de praktijkopleiding bij een erkend leerbedrijf. Voor het theorieonderwijs gaat hij gemiddeld een dag per week naar het roc. ▪ Bbl 2: een beroepsopleiding via de bbl op niveau 2. ▪ Bbl 3: een beroepsopleiding via de bbl op niveau 3. ▪ Betalingsperiode: het tijdvak van vier weken of een kalendermaand waarover de werkgever aan de werknemer het vast overeengekomen loon of het salaris betaalt, evenals de vergoedingen en toeslagen waar de werknemer recht op heeft. ▪ Bol (beroepsopleidende leerweg): leerweg binnen het middelbaar beroepsonderwijs volgens de Web voor leerlingen met uitsluitend een onderwijsovereenkomst. De leerling volgt de opleiding op het roc. Van tijd tot tijd loopt hij praktijkstage bij een erkend leerbedrijf. ▪ Bouw- en infraondernemingen: zie 10.2.2. ▪ Bouw- en infrawerken/-activiteiten: zie 10.2.2. ▪ Bouwcombinatie: een samenwerkingsverband tussen: - twee of meer bouw- en infraondernemingen of - één of meer bouw- en infraondernemingen en één of meer andere ondernemingen, met (onder meer) als doel gezamenlijk één of meer bouw- en infrawerken tot stand te brengen. Onder samenwerkingsverband wordt mede verstaan het samen als (middellijk) bestuurder, (middellijk) aandeelhouder en/of (middellijk) vennoot betrokken zijn bij of deel uit maken van dezelfde rechtspersoon en/of vennootschap. ▪ Bouwplaats: elke plaats waar bouw- en infrawerken/-activiteiten worden uitgevoerd en/of tot stand worden gebracht. ▪ Bouwplaatswerknemer: de werknemer die werkzaam is in een functie uit bijlage 1.1, bijlage 1.2 dan wel in een gelijksoortige functie. ▪ bpfBOUW: Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid. ▪ Bpvo (beroepspraktijkvormingsovereenkomst): de overeenkomst die bij aanvang van de bbl-opleiding wordt gesloten tussen de leerlingwerknemer, het opleidingsbedrijf of individueel leerbedrijf en de betrokken onderwijsinstelling. In de bpvo zijn de rechten en plichten rondom de uitvoering van de beroepspraktijkvorming vastgelegd. ▪ BW: Burgerlijk Wetboek. ▪ XxxCao: met 'de cao' of 'deze cao' wordt bedoeld de xxx cax Xxxx & Infra. ▪ Cao BTER Bouw & Infra: de cao Bedrijfstakeigen Regelingen Bouw & Infra. ▪ Cao-partijen: de werkgevers- en werknemersorganisaties die deze cao hebben afgesloten. Dit zijn: - de werkgeversorganisaties: Bouwend Nederland, de vereniging van bouw- bedrijven in de sectoren Bouw en infrabedrijveninfrastructuur; Bond van Aannemers van Tegelwerken in Nederland (Bovatin); Vereniging van Steiger-, Hoogwerk- en Betonbekistingbedrijven (VSB); Vereniging van Infrabedrijven MKB INFRA; Boorinfo Branche Vereniging; Ondernemersorganisatie MKB Bouw; Vereniging Wapeningsstaal Nederland (VWN); Vereniging voor aannemers in de sloop (VERAS); Noordelijke Vereniging Burgerlijke en Utiliteitsbouw (NVBU); Ondernemersvereniging Bestratingsbedrijven Nederland (OBN)Straatwerk Nederland; Vereniging Gebouwschil Nederland, secties Metselen en Voegen; WoningBouwersNL Voegen en Vereniging van WaterbouwersWoningBouwersNL; - de werknemersorganisaties: FNV en CNV Xxxxxxxxx.xx. ▪ Deeltijd(werk): een arbeidsduur die op basis van de individuele arbeidsovereenkomst korter is dan de normale arbeidsduur zoals bedoeld in tabel 2.2. E ▪ Xxxxxxxxxx/echtgenotexchtgenote: de persoon met wie de werknemer xxxxxx isgexxxx xs. Met deze persoon wordt gelijkgesteld de ongehuwde partner met wie de werknemer een gezamenlijke huishouding voert, voor zover dit door middel van een notarieel vastgestelde samenlevingsovereenkomst en/of partnerregistratie aan de werkgever bekend is gemaakt. ▪ Garantieloon: het minimum functieloon waar de bouwplaatswerknemer volgens de cao recht op heeft. ▪ Individueel budget: zie 4.14. ▪ Individueel leerbedrijf: een werkgever die met een leerlingwerknemer een bpvo en een arbeidsovereenkomst sluit en daarbij optreedt als leerbedrijf overeenkomstig de Web. ▪ Instructeur: de werknemer van een opleidingsbedrijf die verantwoordelijk is voor de opleiding, scholing, beoordeling en begeleiding van de deelnemer binnen de opleidingswerkplaats. ▪ Intredekeuring: aanstellingskeuring in de zin van de Wet op de medische keuringen (Wmk). ▪ Leerlingwerknemer: de bouwplaatswerknemer die deelneemt aan een bbl 2 of bbl 3 opleiding in het domein: - Bouw en infra, - Afbouw, hout en onderhoud of - Techniek en procesindustrie. ▪ XxxxxxxxxxxLexxxxxxxxx: de werknemer die: - een geldig leermeestercertificaat en een geldige leermeesterpas xxx vax Xxxxxxxx heeftxeeft, - in opdracht van zijn werkgever vakkennis overdraagt aan leerlingwerknemers in het leerbedrijf, hen begeleidt en beoordeelt en - naast deze leermeestertaken - in de eventueel resterende tijd - productieve arbeid verricht. ▪ Medezeggenschapsorgaan: de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging zoals bedoeld in de Wet op de ondernemingsraden. O ▪ Opleidingsbedrijf: Zie 10.2.5. ▪ Overwerk: op een dag meer werken dan volgens het rooster dat is vastgesteld volgens deze cao. ▪ Overwerk, structureel: overwerk dat met een vaste frequentie en gedurende meerdere weken wordt uitgevoerd. ▪ Payrolling: het ter beschikking stellen van een payrollkracht aan een werkgever zoals bedoeld in 10.2.1. ▪ Payrollkracht: de arbeidskracht met een arbeidsovereenkomst die op basis van artikel 1 lid 1 onder d Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) ter beschikking is gesteld aan een werkgever zoals bedoeld in 10.2.1. ▪ Persoonlijke beschermingsmiddelen: uitrustingsstukken of -middelen die bestemd zijn om door een persoon te worden gedragen of vastgehouden als bescherming tegen een of meer gevaren die een bedreiging kunnen vormen voor zijn gezondheid of veiligheid. ▪ Roc: regionaal opleidingencentrum volgens de Web. ▪ XxxxxxxSalaris: het tussen de uta-werknemer en de werkgever overeengekomen vaste brutobedrag dat de uta-werknemer van de werkgever ontvangt als loon voor zijn werkzaamheden in de door hem uitgeoefende functie. Dit bedrag is exclusief vakantietoeslag, vaste en/of variabele gratificaties, eindejaarsuitkeringen, uitkeringen ineens en alle andere toeslagen. ▪ Schooldag: de dag waarop de leerlingwerknemer onder verantwoordelijkheid van het roc onderwijs volgt. ▪ Tijdspaarfonds: Stichting Tijdspaarfonds Bouw & Infra. ▪ Tijwerk: werkzaamheden die onderhevig zijn aan de invloed van getijden (hoog en laag water als gevolg van eb en vloed). U ▪ Uitzendonderneming: de werkgever zoals bedoeld in artikel 7:690 BW.

Appears in 1 contract

Samples: Cao Bouw & Infra 2024