Derdenbeding Voorbeeldclausules

Derdenbeding. 10.1 Opdrachtgever verklaart ermee bekend te zijn en voor zover nodig er mee in te stemmen dat het eigendom van de Goederen bij een derde kan (komen te) berusten of dat de Goederen kan zijn (of worden) verpand aan een derde, tot zekerheid van de betaling van al hetgeen deze derde van de Opdrachtnemer te vorderen heeft of mocht hebben. 10.2 Niettegenstaande het bestaan van de onderhavige huurovereenkomst zal Opdrachtgever de Goederen op eerste verzoek aan de derde afgeven, zonder dat Opdrachtgever zich daarbij op enig retentierecht kan beroepen, indien en zodra de derde afgifte van de Goederen zal vorderen op grond van niet nakoming van de verplichtingen van de Opdrachtnemer jegens de derde. Als gevolg van deze opeising wordt de onderhavige huurovereenkomst van rechtswege met onmiddellijke ingang ontbonden. Afgifte als voornoemd dient te geschieden ten kantore van de derde of op een door die derde aangewezen locatie. 10.3 Indien de situatie van sub b zich voordoet en de derde het gebruik van de Goederen door Opdrachtgever zou willen continueren, is Opdrachtgever verplicht om op eerste verzoek van de derde een huurovereenkomst met de derde te sluiten voor de restant looptijd van de onderhavige huurovereenkomst en onder gelijkluidende condities. 10.4 Partijen sluiten de toepasselijkheid van de artikelen 7:226 en 7:227 Burgerlijk Wetboek geheel uit. 10.5 Het hiervoor in lid 10.1 t/m 10.4 opgenomen derdenbeding kan noch door Opdrachtgever, noch door Opdrachtnemer worden herroepe n.
Derdenbeding. Deze verzekering geschiedt mede ten behoeve van derden. Voor derden ontstaan aanspraken op vergoeding onder de polis eerst door een daartoe strekkende schriftelijke verklaring, door verzekeringnemer tegenover verzekeraar afgelegd.
Derdenbeding. Het derdenbeding beschermt de budgethouder in het geval van eventuele fraude door de zorgverlener. Door deze bepaling is de verstrekker (het college/ de gemeente of het zorgkantoor) bevoegd om het deel van het budget wat gemoeid is met de fraude, rechtstreeks bij de zorgverlener te vorderen, in plaats van bij de budgethouder.
Derdenbeding. 1. ▇▇▇▇▇▇▇ verklaart ermee bekend te zijn en er voor zover nodig mee in te stemmen dat: a) het huurobject eigendom van een derde kan zijn of worden, of b) het huurobject kan zijn of worden verpand aan een derde, tot zekerheid van de betaling van alles dat deze derde van de Verhuurder te vorderen heeft of mocht hebben. 2. Als de derde afgifte van het huurobject vraagt vanwege niet nakoming van de verplichtingen van de Verhuurder naar de derde, geeft de Huurder het huurobject op eerste verzoek af aan de derde of aan een door de derde aangewezen beheerder. De Huurder zal zich daarbij niet op enig retentierecht of opschortingsrecht beroepen. Als gevolg van dit verzoek tot afgifte is deze huurovereenkomst van rechtswege met onmiddellijke ingang ontbonden. 3. Als de situatie van lid 2 zich voordoet kan de derde, in plaats van afgifte van het huurobject te vragen, de Huurder ook een nieuwe huurovereenkomst voor het huurobject aanbieden voor de restant looptijd van de onderhavige huurovereenkomst en onder gelijke condities. De Huurder is dan verplicht om op eerste verzoek van de derde die aangeboden huurovereenkomst met de derde te sluiten. 4. Partijen sluiten de toepasselijkheid van de artikelen 7:226 en 7:227 Burgerlijk Wetboek geheel uit. 5. Het hiervoor in lid 1 t/m 4 opgenomen derdenbeding kan noch door ▇▇▇▇▇▇▇, noch door Verhuurder worden herroepen.
Derdenbeding. 1. ▇▇▇▇▇▇ verklaart ermee bekend te zijn en voor zover nodig, door ondertekening van de Leaseovereenkomst, er mee in te stemmen dat het eigendom van het Object bij een derde kan (komen te) berusten of dat het Object kan zijn (of worden) verpand aan een derde, tot zekerheid van de betaling van al hetgeen deze derde van Lessor te vorderen heeft of te eniger tijd te vorderen mocht hebben uit hoofde van huur- en/of financiële leaseovereenkomsten of uit welke hoofde dan ook. 2. Niettegenstaande het bestaan van de onderhavige huurovereenkomst zal ▇▇▇▇▇▇ het Object op eerste verzoek aan de derde afgeven, zonder dat ▇▇▇▇▇▇ zich daarbij op enig retentierecht kan beroepen, indien en zodra de derde als eigenares of pandhoudster afgifte van het Object zal vorderen op grond van niet nakoming van de verplichtingen van Lessor jegens derde. Als gevolg van deze opeising wordt de Leaseovereenkomst van rechtswege met onmiddellijke ingang ontbonden. Afgifte als vernoemd dient te geschieden ten kantore van de derde of op een door die derde aangewezen locatie. 3. Indien de derde eigenaar is van het Object (of als voormalig pandhouder de eigendom heeft verkregen) en de derde de Leaseovereenkomst zou willen continueren, is ▇▇▇▇▇▇ verplicht om op eerste verzoek van de derde een (lease) huurovereenkomst met de derde te sluiten voor de restant looptijd van de Leaseovereenkomst en onder gelijkluidende condities. 4. Voor zover de Leaseovereenkomst eerder tot stand komt dan de bovengenoemde huur- en/of financiële leaseovereenkomst tussen Lessor en de derde als eigenaar, wordt de werking van artikel 7:226 BW en 7:227 BW tussen partijen uitgesloten. In dat geval blijft ook na verkoop van het Object door Lessor aan de derde, gevolgd door de bovengenoemde huur- en/of financiële leaseovereenkomst tussen Lessor en de derde, de onderhavige Leaseovereenkomst tussen ▇▇▇▇▇▇ en Lessee van kracht. 5. Het hiervoor in lid 1 t/m 4 opgenomen derdenbeding kan noch door ▇▇▇▇▇▇, noch door ▇▇▇▇▇▇ worden herroepen.
Derdenbeding. 20.1 ▇▇▇▇▇▇ verklaart ermee bekend te zijn en voor zover nodig ermee in te stemmen dat het eigendom van het object bij een derde kan (komen te) berusten of dat het object kan zijn (of worden) verpand aan een derde, tot zekerheid van al hetgeen deze derde van de Lessor te vorderen heeft of mocht hebben. 20.2 Niettegenstaande het bestaan van de onderhavige Opdrachtbevestiging zal ▇▇▇▇▇▇ het object op eerste verzoek aan de derde afgeven, zonder dat ▇▇▇▇▇▇ zich daarbij op enig retentierecht kan beroepen, indien en zodra de derde afgifte van het object zal vorderen op grond van niet nakoming van de verplichtingen van de Lessor jegens de derde. Als gevolg van deze opeising wordt de Opdrachtbevestiging van rechtswege met onmiddellijke ingang ontbonden. Afgifte als voornoemd dient te geschieden ten kantore van de derde of op een door die derde aangewezen locatie. 20.3 Indien de situatie van lid 2 zich voordoet en de derde het gebruik van het object door ▇▇▇▇▇▇ zou willen continueren, is ▇▇▇▇▇▇ verplicht om op eerste verzoek van de derde een huurovereenkomst met de derde te sluiten voor de restant looptijd van de onderhavige Opdrachtbevestiging en onder gelijkluidende condities. 20.4 Partijen sluiten de toepasselijkheid van de artikelen 7:226 en 7:227 van het Burgerlijk Wetboek geheel uit.
Derdenbeding. Het derdenbeding beschermt de budgethouder als de zorginstelling fraude pleegt. Dit betekent dat het zorgkantoor het gefraudeerde bedrag rechtstreeks kan terugvorderen bij de zorginstelling.
Derdenbeding. Deze verzekering geschiedt mede ten behoeve van derden. Voor derden ontstaan aanspraken op vergoeding onder de polis pas door een daartoe strekkende schriftelijke verklaring, door verzekeringnemer tegenover MS ▇▇▇▇▇ afgelegd.
Derdenbeding. 40.1 Het is Peinemann te allen tijde toegestaan Diensten, hetzij geheel, hetzij gedeeltelijk, te leveren door inschakeling van derden. Indien deze derden (buiten de Overeenkomst) zouden worden aangesproken met betrekking tot de Diensten waartoe zij door ▇▇▇▇▇▇▇▇▇ zijn ingezet, kunnen deze derden zich op alle in onderhavige AV opgenomen bepalingen beroepen, waaronder specifiek de bepalingen die zien op de uitsluiting of beperking van aansprakelijkheid. Voorts kunnen deze derden alle aan de Overeenkomst te ontlenen verweermiddelen inroepen als waren zij zelf partij bij de Overeenkomst. 40.2 Alle aansprakelijkheidsbeperkende, aansprakelijkheid uitsluitende of aansprakelijkheid vaststellende voorwaarden, die door Peinemann ingeschakelde derden aan ▇▇▇▇▇▇▇▇▇ kunnen worden tegengeworpen, kunnen door ▇▇▇▇▇▇▇▇▇ ook aan Wederpartij worden tegengeworpen.
Derdenbeding. Voor zover de capaciteitsbeperking zoals bedoeld in dit capaciteitsbeperkingscontract tot stand komt op basis van een afroep als bedoeld in bijlage 1, kunnen deze afroep en de daarmee verband houdende rechten worden uitgeoefend door zowel de landelijke netbeheerder als de in het congestiegebied aangewezen regionale netbeheerder. De vergoeding voor de afgeroepen capaciteitsbeperking is verschuldigd door de netbeheerder die de afroep heeft gedaan. In de situatie waarin twee netbeheerders een deel van een capaciteitsbeperking afroepen, geldt de vergoedingsplicht voor zover de betreffende netbeheerder een capaciteitsbeperking heeft afgeroepen.