Wetgeving De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten; - Het koninklijk besluit van 15 juli 2011 – koninklijk besluit betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten in de klassieke sectoren; - Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 - koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies van openbare werken; - De algemene reglementering voor de arbeidsbescherming (ARAB) en de codex over het welzijn op het werk; - De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; - De wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn der werknemers bij de uitvoering van hun werk en de Codex over het welzijn op het werk; - Het koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie op de arbeidsplaatsen; - Het algemeen reglement op de elektrische installaties (AREI); - De toepasselijke gewestelijke milieuwetgeving; - Alle wijzigingen in de wet en de voormelde besluiten die van toepassing zijn op de dag van de opening van de offertes.
Kennisgeving 16.1 Alle kennisgevingen door de Uitgevende Instelling aan de Obligatiehouders dienen schriftelijk te geschieden en zijn geldig indien deze zijn verzonden naar de (email)adressen van de individuele Obligatiehouders, zoals vermeld bekend bij de Uitgevende Instelling. Iedere kennisgeving wordt geacht te zijn gedaan op de dag dat deze is verzonden.
Toewijzing Na sluiting van de Inschrijvingsperiode zal DuurzaamInvesteren in opdracht van de Uitgevende Instelling conform de Obligatievoorwaarden (opgenomen in Bijlage 1) Obligaties toewijzen. DuurzaamInvesteren is, in opdracht van de Uitgevende Instelling, als enige bevoegd Obligaties bij uitgifte toe te wijzen. De Uitgevende Instelling behoudt zich het recht voor deze bevoegdheid in te trekken of zelf Obligaties toe te wijzen. Zowel de Uitgevende Instelling als DuurzaamInvesteren aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor enig verlies of schade die iemand door het gebruik van deze bevoegdheid lijdt.
Verhuizing 18.1 Tenzij de leveringsovereenkomst rechtsgeldig is opgezegd, blijft de leveringsovereenkomst bij verhuizing in stand. 18.2 Bij verhuizing is de contractant verplicht om de leverancier: a. ten minste 10 werkdagen voordat hij de beschikking krijgt over het nieuwe perceel, in te lichten omtrent de aanstaande verhuizing en zijn nieuwe adres; b. uiterlijk 5 werkdagen nadat hij de beschikking over het oude perceel heeft verloren door middel van een door hem (en bij voorkeur ook door de nieuwe eigenaar/bewoner) ondertekende verklaring in te lichten over de standen van de meetinrichting bij vertrek; c. uiterlijk 5 werkdagen nadat hij het nieuwe perceel ter beschikking heeft gekregen door middel van een door hem (en bij voorkeur ook door de oude eigenaar/bewoner) ondertekende verklaring in te lichten over de standen van de meetinrichting bij intrek. 18.3 Bij verhuizing informeert de leverancier de contractant met name over de opzegging van de aansluit- en transportovereenkomst voor het oude perceel en het aangaan van een aansluit- en transportovereenkomst voor het nieuwe perceel. 18.4 Indien het elektriciteits- en/of gasverbruik naar verwachting van de leverancier in het nieuwe perceel sterk zal afwijken van het elektriciteits- en/of gasverbruik in het oude perceel, is de leverancier gerechtigd de leveringsovereenkomst te wijzigen. Indien de contractant de wijziging(en) niet wenst te accepteren, kan hij de overeenkomst met inachtneming van de daartoe gestelde vereisten opzeggen. 18.5 Indien de contractant bij een verhuizing tijdelijk niet over een aansluiting beschikt, worden in overleg tussen de leverancier en de contractant de verplichtingen tot levering van de leverancier opgeschort tot het moment dat de contractant op het nieuwe perceel over een aansluiting beschikt. Indien de contractant bij een verhuizing tijdelijk over twee aansluitingen beschikt, zal de leverancier zowel ten behoeve van het oude als ten behoeve van het nieuwe perceel tegen de overeengekomen voorwaarden elektriciteit en/of gas leveren, tenzij redelijkerwijs niet van de leverancier verlangd kan worden dat zij ook nog ten behoeve van het oude perceel elektriciteit en/of gas tegen de overeengekomen voorwaarden blijft leveren.