Omvang van de schadevergoeding 46.1 Wordt een inzittende gedood of gewond, dan zal bij de vaststelling van de omvang van de vergoeding en van de rechthebbenden op vergoeding, het bepaalde in de artikelen 6:107 en 6:108 BW dienovereenkomstig van kracht zijn. 46.2 Indien een inzittende burgerrechtelijk aansprakelijk is voor de onder deze dekking verzekerde schade, zal de betaling geschieden krachtens de dekking aansprakelijkheid motorrijtuigen. 46.3 Op deze dekking kan geen beroep worden gedaan door anderen dan de rechtstreeks bij het schadegeval betrokken benadeelde natuurlijke personen of hun nagelaten betrekkingen. 46.4 Geen aanspraak op vergoeding bestaat voorzover de inzittende recht heeft op vergoeding krachtens een andere verzekering, al dan niet van oudere datum, of op schadevergoedingen of verstrekkingen uit andere hoofde. 46.5 Het niet dragen van in het motorrijtuig aanwezige autogordels kan eigen schuld aan de schade opleveren. Deze eigen schuld zal naar de maatstaven van het burgerlijk recht bij de vaststelling van de schade worden toegerekend. 46.6 Indien het totale bedrag van de door de inzittenden c.q. hun rechtverkrijgenden geleden schade hoger is dan het verzekerd bedrag, wordt dit bedrag naar evenredigheid van de door ieder van hen geleden schade uitgekeerd.
Bestemming en gebruik 9.1 Het is de Huurder niet toegestaan het Gehuurde te gebruiken voor een andere bestemming dan opslagruimte voor roerende zaken. 9.2 Het is de Huurder niet toegestaan veranderingen van welke aard dan ook aan te brengen aan het Gehuurde. Xxxxxxxxx het boren en of aanbrengen van gaten. 9.3 Vóór ingebruikname van het Gehuurde zal een door de Huurder en Verhuurder te ondertekenen beschrijving gemaakt worden van de staat van het Gehuurde. Wordt het Gehuurde na het einde van de Huurovereenkomst in dezelfde staat opgeleverd als waarin zij volgens de beschrijving is aanvaard, zal de Verhuurder de borgsom(wanneer van toepassing) binnen twee weken terugstorten op de bankrekening van de Huurder. 9.4 Bij het ontbreken van een beschrijving dient de Huurder het Gehuurde in goede staat, vrij van afval en beschadigingen op te leveren. 9.5 De Verhuurder is bevoegd het Gehuurde te allen tijde te inspecteren. 9.6 De Huurder zal derhalve de Verhuurder op eerste verzoek toegang verschaffen tot het Gehuurde en overige noodzakelijke medewerking verlenen voor het verrichten van onderhoudswerkzaamheden en inspectie, dit zonder recht op vermindering van de huurprijs of een andere betalingsverplichting, gehele of gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst en/of schadevergoeding; 9.7 Huurder is bekend met het Gehuurde en heeft onderzocht, zonodig geïnspecteerd, dat het Gehuurde geschikt is voor het wettelijke en overeengekomen doel en gebruik. Verhuurder verstrekt uitdrukkelijk geen garanties en aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor het wettelijke en overeengekomen doel en gebruik. 9.8 Het is de Huurder niet toegestaan: • het Gehuurde te gebruiken voor een bestemming die strijdig is met strafrechtelijke of invoerrechtelijke wetsbepalingen, waaronder ook begrepen, het opslaan van wapens, explosieven, drugs (of andere middelen die vallen onder de Opiumwet), smokkelwaar, gestolen of geheelde goederen of illegaal ingevoerde goederen; • het Gehuurde geheel of gedeeltelijk onder te verhuren; • toxische, ontplofbare, ontvlambare of andere voor mens, milieu, of in welk zin dan ook (mogelijk) gevaarlijke stoffen, aan bederf onderhevige goederen, levende have in het Gehuurde op te slaan of te laten verblijven; • zonder voorafgaande schriftelijke melding aan de Verhuurder juwelen, bont, kunstvoorwerpen, collectiestukken of onvervangbare voorwerpen, voorwerpen met een emotionele of bijzondere waarde op slaan, dit op straffe van volledige uitsluiting van aansprakelijkheid van de Verhuurder; • voorts is het de Huurder niet toegestaan goederen op te slaan welke zijn genoemd in art. 3 van het ‘Besluit opslag- en transportbedrijven milieubeheer’ (besluit van 15 juni 2000, Staatsblad 2000, nr. 278) en goederen welke zijn genoemd in art. 2 van het ‘Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten’ (besluit van 14 oktober 1987, Staatsblad 1991, nr. 534). • ten behoeve van elektrische of andere apparaten gebruik te maken van de elektriciteitsvoorzieningen in het Gehuurde, zonder voorafgaande toestemming van de Verhuurder; • het Gehuurde als werkplaats of toonzaal te gebruiken of het Gehuurde op een zodanige wijze te gebruiken dat hierdoor overlast ontstaat voor de omgeving; • in of vanuit het Gehuurde enige commerciële activiteit uit te oefenen; • domicilie te vestigen of de statutaire zetel van een onderneming te kiezen in het Gehuurde; • enig recht uit hoofde van de Huurovereenkomst, de Algemene Voorwaarden, het Huishoudelijk Reglement of uit enige andere rechtsbetrekking met de Verhuurder, over te dragen aan derden. • derden toegang te verschaffen tot het Gehuurde zonder schriftelijke volmacht. Gedurende de openingstijden van de receptie dient de derde-gevolmachtigde zich vóór het betreden van het Gehuurde met vertoon van een geldig legitimatiebewijs en deugdelijke volmacht te melden bij de receptie; • om na toegang tot het complex toegangs-(overhead)deuren open te laten staan. Indien huurder nalatig is en toch nood-, toegangs-(overhead)deuren open laat staan, wordt eventuele gevolgschade op huurder verhaald. Met een minimum van €75,00.
Reparatiekosten en schadebedrag Wij vergoeden de schade en reparatiekosten naar Nederlandse maatstaven.
Vakantie en ziekte 1 De werknemer die de overeengekomen arbeid wegens ziekte niet verricht bouwt vakantie-uren op over het wettelijk minimum aantal vakantie uren, te weten viermaal de overeengekomen arbeidsduur per week. Voor het bovenwettelijke deel van de vakantie uren geldt dat deze worden opgebouwd over de eerste 6 maanden van het ziekteverlof. Hierbij worden tijdvakken samengeteld als zij elkaar met een onderbreking van minder dan een maand opvolgen. Na die periode bouwt de werknemer die de arbeid voor een gedeelte van de overeengekomen arbeidsduur niet verricht wegens ziekte, naar rato van de gewerkte uren verlofrecht op. 2 Indien de werknemer gedurende zijn vakantie ziek wordt, wordt het verlof omgezet in ziekteverlof.
Tegenstrijdigheid en wijziging Verwerkersovereenkomst 1. In het geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen uit deze Verwerkersovereenkomst en de bepalingen van de Product- en Dienstenovereenkomst, dan zullen de bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst leidend zijn. 2. Indien Partijen van de artikelen in de Model Verwerkersovereenkomst door omstandigheden moeten afwijken, of deze willen aanvullen, dan zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen door Partijen worden beschreven en gemotiveerd in een overzicht dat als Bijlage 3 aan deze Verwerkersovereenkomst zal worden gehecht. Het bepaalde in dit lid geldt niet voor aanvullingen en/of wijzigingen van de Bijlagen 1 en 2. 3. Bij belangrijke wijzigingen in het product en/of de (aanvullende) diensten die van invloed zijn op de Verwerking van de Persoonsgegevens wordt, alvorens de Onderwijsinstelling de keuze hiertoe aanvaardt, de Onderwijsinstelling in begrijpelijke taal geïnformeerd over de consequenties van deze wijzigingen. Onder belangrijke wijzigingen wordt in ieder geval verstaan: de toevoeging of wijziging van een functionaliteit die leidt tot een uitbreiding ten aanzien van de te Verwerken Persoonsgegevens en de doeleinden waaronder de Persoonsgegevens worden Verwerkt. De wijzigingen zullen in Bijlage 1 worden opgenomen. 4. Wijzigingen in de artikelen van de Verwerkersovereenkomst kunnen uitsluitend in gezamenlijkheid worden overeengekomen. 5. In het geval enige bepaling van deze Verwerkersovereenkomst nietig, vernietigbaar of anderszins niet afdwingbaar is of wordt, blijven de overige bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst volledig van kracht. Partijen zullen in dat geval met elkaar in overleg treden om de nietige, vernietigbare of anderszins niet afdwingbare bepaling te vervangen door een uitvoerbare alternatieve bepaling. Daarbij zullen partijen zoveel mogelijk rekening houden met het doel en de strekking van de nietige, vernietigde of anderszins niet afdwingbare bepaling.
Woningborg garantie- en waarborgregeling nieuwbouw; Woningborg-certificaat De Ondernemer verklaart, dat de woning, die het onderwerp is van deze overeenkomst, deel uitmaakt van een door Woningborg geregistreerd project en door haar is ingeschreven onder planregistratienummer W-* en verbindt zich tegenover de Verkrijger ter zake van die woning de verplichtingen uit de Woningborg garantie- en waarborgregeling nieuwbouw te zullen nakomen.
Technische en beroepsbekwaamheid Selectiecriteria zoals vermeld in de aanbestedingsstukken
Beëindiging van de arbeidsovereenkomst 1. Een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan tussentijds worden beëindigd. 2. Het tussentijds beëindigen van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, geschiedt: a. door opzegging; b. door onverwijlde opzegging wegens een voor de werkgever of de werknemer dringende reden als bedoeld in art. 7:678 c.q. art. 7:679 van het Burgerlijk Wetboek; c. door ontbinding van de arbeidsovereenkomst op grond van art.7:671b c.q. artikel 7:671c dan wel wegens wanprestatie als bedoeld in art. 7:686 van het Burgerlijk Wetboek; d. met wederzijds goedvinden op het door de werkgever en werknemer overeengekomen tijdstip; e. op verzoek van de werknemer voor het geheel of een gedeelte van de voor hem geldende betrekkingsomvang met het oog op een uitkering als bedoeld in het pensioenreglement van de Stichting ABP of een FPU-uitkering, zoals geregeld in het FPU-reglement van het VUT-fonds. 3. Van rechtswege eindigt: a. de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd door het verstrijken van de tijd waarvoor het is aangegaan; b. de arbeidsovereenkomst van de werknemer die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt een en ander met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin voornoemde leeftijd is bereikt, met dien verstande dat de werkgever in overleg met de werknemer deze ontslagdatum telkenmale met maximaal een jaar kan opschorten; c. de arbeidsovereenkomst bij overlijden van de werknemer;
Veiligheid en gezondheid a. De werkgever draagt er zorg voor dat de omstandigheden waaronder wordt gewerkt optimaal veilig en gezond zijn. De werkgever voert een arbobeleid op basis van een op schrift gestelde risico-inventarisatie en evaluatie. b. De werkgever draagt er zorg voor dat het onderwerp werkdruk periodiek wordt besproken met de Ondernemingsraad, dan wel de Personeelsvertegenwoordiging, dan wel bij ontbreken van deze organen, met het personeel zelf. In dit overleg kunnen tevens de volgende onderwerpen aan de orde komen: 1. werkweek, arbeids- en rusttijd en dienstrooster; 2. wijze waarop flexibiliteit wordt vormgegeven; 3. arbeidsomstandigheden; 4. scholing; 5. sociaal beleid. c. De werkgever draagt er zorg voor dat in het periodiek algemeen geneeskundig onderzoek van werknemers, het zogenoemde PAGO-onderzoek, het onderwerp werkdruk wordt meegenomen. d. Voor de werknemer die op verzoek van de werkgever de cursus Bedrijfshulp- verlening en/of Sociale Hygiëne en Bedrijfshygiëne volgt, geldt de cursustijd als werktijd.
Vaststelling van de schade De door een gedekte gebeurtenis veroorzaakte schade en kosten worden vastgesteld in onderling overleg tussen de verzekeringnemer en de verzekeraar dan wel door een door de verzekeraar benoemde expert, tenzij wordt overeengekomen dat de vaststelling van de schade door twee experts geschiedt, in welk geval zowel de verzekeraar als verzekerde ieder een expert benoemen. In dit laatste geval benoemen de 2 experts samen voor aanvang van hun werkzaamheden een derde expert, die bij gebrek aan overeenstemming binnen de grenzen van de door hen berekende schadebedragen de bindende vaststelling zal verrichten.