Overlijden huurder. Na het overlijden van de huurder loopt de huurovereenkomst gewoon door voor de echtgenoot, geregistreerd partner en de medehuurder. Andere medebewoners, zoals kinderen of samenwonenden, hebben niet automatisch recht om in de woning te blijven wonen. Zij kunnen in eerste instantie maximaal 6 maanden in de woning blijven. Maar als de verhuurder niet instemt met voortzetting van de huur, moeten zij binnen die periode een verzoek doen aan de kantonrechter om de huur voort te zetten. De rechter zal dit toewijzen als de betrokkene hoofdverblijf had in de woning, een duurzame gemeenschappelijke huishouding voerde met de overledene, voldoende inkomen heeft om de huur te betalen en in aanmerking komt voor een huisvestingsvergunning (als die is vereist). Kinderen lukt dit doorgaans niet omdat het niet de bedoeling is dat kinderen langdurig een gemeenschappelijke huishouding met ouders voeren, zij gaan immers zelfstandig wonen. Voor kinderen ouder dan 35 tot 40 jaar kan de rechter wel toestemming geven. Zijn er geen bewoners die na het overlijden van de huurder het huurcontract voortzetten, dan eindigt het contract automatisch op de laatste dag van de tweede maand na overlijden. De erfgenamen kunnen de huurovereenkomst ook al eerder opzeggen: tegen het einde van de eerste maand na overlijden. Bij het einde van een relatie moet worden besloten wie in de woning blijft. Als de partners er onderling niet uitkomen, kan de rechter gevraagd worden te beslissen. Als het huurcontract op één naam staat, is de echtgenoot of geregistreerd partner automatisch medehuurder en kan de niet genoemde partner in de woning blijven als hij de verhuurder hiervan op de hoogte stelt. De samenwonende partner die later in de woning is gaan wonen en door de verhuurder is geaccepteerd als medehuurder kan ook in de woning blijven en wordt automatisch hoofdhuurder. De samenwonende partner die niets heeft geregeld, heeft geen recht op de woning. Als het huurcontract op beide namen staat, is er geen verschil tussen samenwoners en gehuwden/geregistreerd partners. In een gezamenlijk verzoek kan de verhuurder gevraagd worden één van de twee te accepteren als huurder. De verhuurder kan dit weigeren. In dat geval kan de kantonrechter de belangen van de huurder afwegen tegen die van de verhuurder.
Appears in 4 contracts
Samples: Inkomen en Uitkeringen, Inkomen en Uitkeringen, Inkomen en Uitkeringen