plaatsing en plaatsingsbeleid Voorbeeldclausules

plaatsing en plaatsingsbeleid. 1. Het bieden van reguliere opvang vormt de basis van de geboden kinderopvang. In zijn algemeenheid zijn ook kinderen met een handicap, die thuis door de betreffende ouder(s) verzorgd (kunnen) worden, plaatsbaar. De plaatsing zal in dit geval in overleg zijn met de betreffende directeur. 2. Een kind dient voor a. tenminste 1 dagdeel per week geplaatst te worden in een vaste (stam)groep in de kinderdagopvang b. tenminste 1 dagdeel per week geplaatst te worden in de peuteropvang indien het een reguliere plaatsing betreft waarbij ouders recht hebben op kinderopvangtoeslag c. maximaal 8 uur per week bij regulier zonder kinderopvangtoeslag tot 16 uur per week bij VE geplaatst te worden in de peuteropvang indien het een gesubsidieerde plaatsing betreft waarbij ouders geen recht hebben op kinderopvangtoeslag of VE van toepassing is d. tenminste 1 dagdeel per week geplaatst te worden in een vaste (basis)groep in de BSO. 3. De plaatsing van een kind wordt bevestigd door het digitaal goedkeuren van het contract. Hiermee verklaart de ouder/verzorger op de hoogte te zijn van de bepalingen in het huishoudelijk reglement en de algemene voorwaarden te vinden op KindPlanner en de websites van de IKC’s en deze te aanvaarden. 4. Het contract dient binnen 7 dagen digitaal te zijn goedgekeurd. Indien een contract na die termijn niet is goedgekeurd kan het contract worden geannuleerd en wordt de aanvraag weer op de wachtlijst geplaatst. 5. Bij volledige bezetting wordt een wachtlijst gehanteerd. Huishoudelijk reglement sector peuter- en kinderopvang 2024 d.d. 27-11-2023 4 6. Toewijzing van vrijgekomen plaatsen geschiedt op basis van het plaatsingsbeleid.
plaatsing en plaatsingsbeleid. 1. Het bieden van reguliere opvang vormt de basis van de geboden kinderopvang. In zijn algemeenheid zijn ook kinderen met een handicap, die thuis door de betreffende ouder(s) verzorgd (kunnen) worden, plaatsbaar. De plaatsing zal in dit geval in overleg zijn met de betreffende directeur. 2. Een kind dient voor a. tenminste 1 dagdeel per week geplaatst te worden in de kinderdagopvang b. 5 tot 16 uur per week geplaatst te worden in de peuteropvang c. tenminste 1 dagdeel per week geplaatst te worden in de BSO. 3. De plaatsing van een kind wordt bevestigd door het ondertekenen van het contract. Hiermee verklaart de ouder/verzorger op de hoogte te zijn van de bepalingen in het huishoudelijk reglement en de algemene voorwaarden te vinden op xxx.x0x.xx en deze te aanvaarden. 4. Bij volledige bezetting wordt een wachtlijst gehanteerd. 5. Toewijzing van vrijgekomen plaatsen geschiedt op basis van het plaatsingsbeleid.

Related to plaatsing en plaatsingsbeleid

  • Wijziging en vindplaats van de voorwaarden 1. Deze voorwaarden zijn gedeponeerd ten kantore van de Kamer van Koophandel te ’s- Gravenhage.

  • Wijziging, uitleg en vindplaats van de voorwaarden 1. Ingeval van uitleg van de inhoud en strekking van deze algemene voorwaarden, is de Nederlandse tekst daarvan steeds bepalend. 2. Van toepassing is steeds de laatst gedeponeerde versie c.q. de versie zoals die gold ten tijde van het tot stand komen van de overeenkomst.

  • Vindplaats en wijziging voorwaarden 1. Deze voorwaarden zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel. 2. Van toepassing is steeds de laatst gedeponeerde versie c.q. de versie zoals die gold ten tijde van het totstandkomen van de rechtsbetrekking met Opdrachtnemer. 3. De Nederlandse tekst van de algemene voorwaarden is steeds bepalend voor de uitleg daarvan.

  • Toepasselijk recht en geschillenregeling 1. Op deze algemene voorwaarden is Nederlands Recht van toepassing. 2. Geschillen tussen de cliënte enerzijds en de kraamzorgaanbieder anderzijds over de totstandkoming of de uitvoering van de overeenkomst, kunnen zowel door de cliënte als door de kraamzorgaanbieder schriftelijk aanhangig worden gemaakt bij de geschillencommissie Verpleging Verzorging en Thuiszorg Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxx Xxxx (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx). 3. Ten aanzien van geschillen over aansprakelijkheid voor schade is de geschillencommissie slechts bevoegd als de vordering een financieel belang van 5.000 euro niet te boven gaat. 4. Een geschil wordt door de geschillencommissie slechts in behandeling genomen, als de cliënte zijn klacht eerst volledig en duidelijk omschreven in overeenstemming met artikel 22 schriftelijk bij de kraamzorgaanbieder heeft ingediend. 5. Een geschil dient binnen drie maanden na het ontstaan ervan zoals aangegeven in artikel 22 lid 4 bij de geschillencommissie aanhangig te worden gemaakt. 6. Wanneer de cliënte een geschil voorlegt aan de geschillencommissie, is de kraamzorgaanbieder aan deze keuze gebonden. Als de kraamzorgaanbieder een geschil aan de geschillencommissie wil voorleggen, moet hij de cliënte vragen zich binnen vijf weken schriftelijk uit te spreken of zij daarmee akkoord gaat. De kraamzorgaanbieder dient daarbij aan te kondigen dat als de cliënte daarmee niet akkoord gaat hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken. 7. De geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement dat kan worden opgevraagd bij de geschillencommissie. De geschillencommissie beslist in de vorm van een bindend advies. 8. De cliënte is voor de indiening van een geschil een vergoeding verschuldigd. 9. Geschillen kunnen ter beslechting uitsluitend worden voorgelegd aan de hierboven genoemde geschillencommissie of aan de rechter.

  • Toepasselijk recht en bevoegdheid Deze overeenkomst wordt beheerst door het Belgisch Recht. Elk geschil met betrekking tot de uitvoering of de interpretatie van deze overeenkomst behoort tot de exclusieve bevoegdheid van de Belgische rechtbanken.

  • Vindplaats en wijziging algemene voorwaarden 1. Van toepassing is steeds de laatst gedeponeerde versie c.q. de versie zoals die gold ten tijde van het totstandkomen van de rechtsbetrekking met Opdrachtnemer. 2. De Nederlandse tekst van de algemene voorwaarden is steeds bepalend voor de uitleg daarvan.

  • Geschillenregeling en toepasselijk recht 14.1 Op de overeenkomst is uitsluitend het Nederlands recht van toepassing.

  • Toepasselijk recht en geschillenbeslechting 13.1. De Verwerkersovereenkomst en de uitvoering daarvan worden beheerst door Nederlands recht. 13.2. Alle geschillen, welke tussen Partijen mochten ontstaan in verband met de Verwerkersovereenkomst, zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter voor het arrondissement waarin Verwerker gevestigd is.

  • Wat zijn de gevolgen als u een wijziging in uw medewerkersbestand niet of te laat doorgeeft? We willen uw melding van een nieuwe medewerker binnen een maand ontvangen. Ontvangen we uw melding niet of te laat, dan is deze medewerker niet verzekerd. Dat betekent dat u een eventuele aanvulling die we aan deze medewerker verlenen, aan ons moet terugbetalen. We verlenen deze aanvulling alleen als we daartoe verplicht zijn op grond van de Pensioenwet. Ontvangen we uw melding van een nieuwe medewerker na een maand of later alsnog? Dan nemen we hem in de module op vanaf de datum dat hij in dienst is getreden, of – als dat later is – vanaf de ingangsdatum van de module. Vanaf die datum bent u ook premie verschuldigd voor deze medewerker. De dekking van de module gaat echter pas in op het moment dat hij is aangemeld.

  • Schorsing, beëindiging van het Werk in onvoltooide staat en opzegging 36.1. De Opdrachtgever is bevoegd de uitvoering van het Werk geheel of gedeeltelijk te schorsen. De Opdrachtnemer dient: a. in overleg met de Opdrachtgever gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade, die aan het Werk zou kunnen ontstaan; b. de maatregelen te nemen ter voorkoming van achteruitgang van het Werk of de Werken; c. na te laten zowel hetgeen schade aan het Werk ten gevolge zou kunnen hebben, als hetgeen de latere voortzetting zou kunnen bemoeilijken. 36.2. Voorzieningen, die de Opdrachtnemer ten gevolge van de schorsing noodzakelijkerwijs moet treffen, worden als meerwerk met hem verrekend. Indien echter de schorsing van het Werk op enigerlei wijze het gevolg is van het niet voldoen door de Opdrachtnemer aan de opdracht, aan de door de Opdrachtgever gegeven orders en aanwijzingen of ingeval het Werk is stilgelegd op last van het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht en deze stillegging de Opdrachtnemer kan worden toegerekend, wordt de schade aan de Opdrachtnemer niet vergoed en dient Opdrachtnemer de schade die Opdrachtgever ten gevolge van de schorsing lijdt te vergoeden. 36.3. Indien de schorsing langer dan één maand duurt, en de schorsing niet op grond van het vorige lid voor rekening en risico van de Opdrachtnemer komt, kan de Opdrachtnemer een evenredige betaling voor het uitgevoerde gedeelte van het Werk vorderen. Daarbij wordt rekening gehouden met de nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze eigendom van de Opdrachtgever zijn geworden. Nog niet verwerkte voor keuring gereed zijnde bouwstoffen worden op verzoek van de Opdrachtgever eerst nog gekeurd. 36.4. Indien de schorsing van het gehele Werk langer duurt dan 2 maanden, en de schorsing niet op grond van lid 2 voor rekening en risico van de Opdrachtnemer komt, is de Opdrachtnemer bevoegd het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.5. De Opdrachtgever is te allen tijde ingeval van schorsing van het Werk bevoegd de Opdrachtnemer op te dragen het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.6. De Opdrachtgever is te allen tijde bevoegd de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk op te zeggen. Indien de opzegging niet het gevolg is van hetgeen in de tweede volzin van het tweede lid van dit artikel wordt beschreven, is de Opdrachtnemer bevoegd het Werk in onvoltooide staat te beëindigen. 36.7. In de situatie als beschreven in het 4e, 5e en 6e lid van dit artikel heeft de Opdrachtnemer bij beëindiging van het Werk in onvoltooide staat recht op de Aanneemsom naar de stand van het Werk, vermeerderd met de aantoonbare onvermijdbare reeds gemaakte kosten en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten voortvloeiend uit het verval van de garantieverplichtingen. De daarbij door Opdrachtnemer aan Opdrachtgever in rekening gebrachte Goederen worden eigendom van de Opdrachtgever. De Opdrachtnemer zendt de Opdrachtgever een gespecificeerde eindafrekening van hetgeen de Opdrachtgever ingevolge de opzegging verschuldigd is.