Common use of Toegang Clause in Contracts

Toegang. 3.1 De abonnementhouder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs dat door de eigenaar aan de abonnementhouder bij het aangaan van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegeven. 3.2 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen in de parkeeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde middelen niet mogelijk en/ of is het nor- male tarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van een motorvoertuig. 3.5 De eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid en billijkheid wenselijk acht. 3.6 De in de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigen. In of op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s met een maxima- le lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter worden geparkeerd. De hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in of op te rijden en/of aanwezig te hebben.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder Abonnementhouder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie parkeergarage met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs toegangsmiddel dat door de eigenaar aan de abonnementhouder bij het aangaan van de stallingsovereenkomst stallingovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst Het toegangsmiddels blijft eigendom van de abonnementhouder eigenaar en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegevenoverdraagbaar. 3.2 Het in- en uitrijden van de parkeergarage en het parkeren van voertui- gen een motorvoertuig in de parkeeraccommodatie parkeergarage kan uitsluitend uitsluitend, met een geldig toegangsmiddel, geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst stallingovereenkomst zijn vastgelegd. 3.3 Parkeerder verschaft zich toegang tot de parkeergarage door een parkeerticket te trekken bij de inritterminal. Buiten deze tijden is toegang met behulp van De bij de in het eerste lid ge- noemde middelen niet mogelijk en/ of is het nor- male tarief inrit vermelde openingstijden en tarieven zijn van toepassing. 3.3 Indien op 3.4 De hoogte van een motorvoertuig mag niet meer zijn dan die bij de ingang van de parkeeraccommodatie openings- tijden als doorrijhoogte staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhangwagens van toepassing zijnwelke aard dan ook, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteldhieronder mede begrepen caravans, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur parkeergarage binnen te wijzigenrijden. 3.4 3.5 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt gebruikt voor het parkeren van een motorvoertuigmotorvoertuig van abonnementhouder. 3.5 De 3.6 Indien abonnementhouder de parkeerplaats wil gebruiken voor een ander motorvoertuig dan het voertuig van abonnementhouder, dient abonnementhouder hiertoe toestemming te vragen aan eigenaar. Pas nadat eigenaar abonnementhouder schriftelijk toestemming heeft verleend, is abonnementhouder gerechtigd met een ander motorvoertuig in de parkeergarage te parkeren. 3.7 Eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig motorvoertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie parkeergarage te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid redelijkheid en billijkheid wenselijk acht. Dit geval zal zich met name voordoen indien eigenaar weet of vermoedt dat een motorvoertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert daaronder niet begrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde reservoir van het motorvoertuig alsmede in het geval eigenaar van oordeel is dat het motorvoertuig gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door de zaken die daarmee worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen in de meest ruime zin. 3.6 3.8 De in de parkeeraccommodatie parkeergarage geparkeerde voertuigen motorvoertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de geparkeerde voertuigen. In of op de parkeeraccommodatie parkeergarage is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s met een maxima- le lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter worden geparkeerd. De hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in of op te rijden en/of aanwezig te hebben.

Toegang. 3.1 Algemeen 4.1 De abonnementhouder verschaft zich toegang tot en het gebruik van de parkeeraccommodatie parkeervoorziening is voorbehouden aan parkeerders & abonnementhouders met hun passagiers. De parkeervoorziening is verboden toegang voor onbevoegden. 4.2 De exploitant stelt voor iedere parkeervoorziening, danwel voor alle parkeervoorzieningen tezamen, de openingstijden vast en is bevoegd de openingstijdens te wijzigen. De openingstijden voor parkeerders zijn algemeen bekendgemaakt en worden aangegeven in, en bij de inrit van de parkeervoorziening. Uitrijden is altijd mogelijk met behulp van een abonnementskaart c.qparkeerbewijs waarvan het parkeergeld is voldaan. enig ander toegangsbewijs dat Het in- of uitrijden van een parkeervoorziening door abonnementhouders is uitsluitend mogelijk binnen de eigenaar aan de abonnementhouder tijden die bij het aangaan van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, het abonnement zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegevenvastgelegd. 3.2 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen in de parkeeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde middelen niet mogelijk en/ of is het nor- male tarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van een motorvoertuig. 3.5 De eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid en billijkheid wenselijk acht. 3.6 De in de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigen. 4.3 In of op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie parkeervoorziening mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s met een maxima- le lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter vervoersmiddelen worden geparkeerd. De , waarvan de hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen bedraagt dan die welke bij de ingang inrit van de parkeeraccommodatie betreffende parkeervoorziening staat aangegeven. De omvang van het te stallen vervoersmiddel mag de maatvoering van een parkeervak, welke is aangegeven met belijning, niet overschrijden. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens parkeren van aanhangwagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, is niet toegestaan. 4.4 De exploitant is gerechtigd aan de parkeeraccommodatie eigenaar, houder of gebruiker van een vervoersmiddel de toegang tot de garage te weigeren of te ontzeggen indien de exploitant weet of redelijkerwijs kan weten of vermoeden dat het vervoersmiddel ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert, daaronder niet inbegrepen motorbrandstoffen in of de daarvoor bestemde reservoirs van het vervoersmiddel, alsmede in het geval dat de exploitant van oordeel is dat het vervoersmiddel, danwel hetgeen daarmee vervoerd wordt, gelet op te rijden de omvang en/of aanwezig te hebbengewicht, of anderszins, schade kan toebrengen aan de parkeervoorziening. 4.5 De parkeerder wordt slechts toegelaten tot de parkeervoorziening met een geldig parkeerbewijs.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie parkeeraccom- modatie met behulp van een abonnementskaart parkeerkaart c.q. sleutel c.q. enig ander toegangsbewijs toegangsmiddel dat na het aangaan van de overeenkomst door de eigenaar aan de abonnementhouder bij wordt overhandigd. In geval van schade veroorzaakt door opzet, grove schuld of eigenhandig uitge- voerde reparaties, evenals in het aangaan geval van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteldverlies of diefstal kan een nieuw toegangsmiddel worden aangekocht voor een prijs van €10,00 incl. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baarbtw. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te Het oude toegangsmiddel zal worden terug- gegevengeblokkeerd. 3.2 Het in- en uitrijden en alsook het parkeren van voertui- gen voertuigen in de parkeeraccommodatie par- keeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst stallingovereenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde genoemde middelen niet mogelijk en/ of is het nor- male tarief normale uurtarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden openingstijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van een motorvoertuig. 3.5 De eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid en billijkheid wenselijk acht. 3.6 De in de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigen. In of op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s met een maxima- le maximale lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter 4,80 m worden geparkeerd. De hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven, dan wel blijkt uit de feitelijke situatie ter plaatse. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens aanhangwa- gens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in of op te rijden rijden. 3.5 De parkeeraccommodatie mag uitsluitend worden gebruikt voor het parkeren van het motorvoertuig met het kenteken dat in de stallingover- eenkomst is vermeld, tenzij nadrukkelijk anders is overeengekomen. 3.6 Indien de abonnementhouder de parkeeraccommodatie wil gebrui- ken voor een ander motorvoertuig dan het voertuig zoals vermeld in de stallingovereenkomst, dient de abonnementhouder hiertoe toe- stemming te vragen aan de eigenaar. Enkel wanneer de eigenaar de abonnementhouder schriftelijk toestemming heeft verleend, is de abon- nementhouder gerechtigd met een ander motorvoertuig in de parkeerac- commodatie te parkeren. 3.7 De eigenaar is gerechtigd aan eender welk voertuig de toegang tot de parkeer-accommodatie te weigeren, indien de eigenaar dit met inacht- neming van redelijkheid en billijkheid wenselijk acht. Dit geval zal zich met name voordoen in het geval de eigenaar weet of vermoedt dat een voertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert - daaronder niet begrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde reservoir van het voertuig - alsmede in het geval de eigenaar van oordeel is dat het voertuig gelet op de omvang en/of aanwezig zwaarte, dan wel door de zaken die daarmee worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen in de meest ruime zin. Indien de parkeeraccommodatie niet beschikt over een LPG-installatie, is de eigenaar ook gerechtigd voertuigen die (mede) LPG brandstof gebruiken, de toegang tot de parkeeraccommodatie te hebbenweigeren. 3.8 De in de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg gepar- keerde voertuigen (deel III/WA-verzekering, etc.). In de parkeeraccom- modatie is de Wegcode en elke andere regelgeving met betrekking tot het verkeer op de openbare weg ook van toepassing, voor zover daar- van niet door de eigenaar uitdrukkelijk is afgeweken.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs dat door de eigenaar aan de abonnementhouder bij het aangaan van de stallingsovereenkomst overeenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart Het toegangsbewijs is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn tenzij anders is overeengekomen, en is niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegevenoverdraagbaar. 3.2 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen in voertuigen op de parkeeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde genoemde middelen niet mogelijk en/ en/of is het nor- male tarief normale uurtarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere en/ of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt gebruikt voor het parkeren van een motorvoertuighet motorvoertuig van de abonnementhouder. 3.5 Indien de abonnementhouder de parkeer- plaats wil gebruiken voor een ander motorvoertuig dan het voertuig van de abonnementhouder, dient de abonnementhouder hiertoe toestemming te vragen aan de eigenaar. Pas nadat de eigenaar de abonnementhouder schriftelijk toestemming heeft verleend, is de abonnementhouder gerechtigd met een ander motorvoertuig op de parkeeraccommodatie te parkeren. 3.6 De eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid redelijkheid en billijkheid wenselijk acht. Dit geval zal zich met name voordoen indien de eigenaar weet of vermoedt dat een voertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert daaronder niet begrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde reservoir van het voertuig alsmede in het geval de eigenaar van oordeel is dat het voertuig gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door de zaken die daarmee worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen in de meest ruime zin. 3.6 3.7 De in op de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigengeparkeerde voertuigen (deel lll/WA-verzekering, etc.). In of op Op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet Wegenverkeers- wet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In . 3.8 Tot de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s worden uitslui- tend toegelaten motorvoertuigen op twee, drie of vier wielen met een maxima- le lengte van 4.80 max. 5.00 meter, een breedte van max. 1.83 meter en een maximale breedte gewicht van 2.50 meter worden geparkeerdminder dan 2500 kilogram. De hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij de ingang van Xxxxxxxxx 0 XX-0000 XX Xxxxxxxxxx T +00 00 000 0000 KvK 14082417 IBAN XX00 XXXX0000000000 Xxxxxxx 00 XX-0000 XX Xxxxxxxxxx F +00 00 000 0000 BTW NL814028998B01 BIC XXXXXX0X 3.9 Geen toegang tot de parkeeraccommodatie staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens hebben motorvoertuigen als bedoeld in artikel 3.8 indien deze een aanhangwagen van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in of op te rijden en/of aanwezig te hebbenvoortrekken. Het parkeren van aanhangwagens van welke aard ook, hieronder mede begrepen caravans, is niet toegestaan.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs dat door de eigenaar aan de abonnementhouder bij het aangaan van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegeven. 3.2 1.3.1 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen in voertuigen in/uit de parkeeraccommodatie Parkeergarage kan uitsluitend geschieden binnen tijdens de tijden in of bij de Parkeergarage aangegeven openingstijden of op nader overeengekomen tijden. De Eigenaar stelt de openingstijden vast. 1.3.2 De openingstijden zijn van maandag tot en met zaterdag van 08:00 uur tot en met 23:00 uur en zondag van 10:00 uur tot en met 23:00 uur. 1.3.3 In de Parkeergarage mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s worden geparkeerd die passen in de stallings- overeenkomst zijn vastgelegdparkeervakken van 5 meter lengte en 2,70 meter breedte. Buiten deze tijden is toegang met behulp De hoogte van de in voertuigen mag niet meer bedragen dan 2,10 meter. Het totale gewicht van het eerste lid ge- noemde middelen voertuig mag niet mogelijk en/ hoger zijn dan 3.500 kilogram. Het is niet toegestaan met aanhangwagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de Parkeergarage binnen of is het nor- male tarief van toepassingop te rijden. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 1.3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van een motorvoertuig. 3.5 De eigenaar Eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie Parkeergarage te weigeren indien de eigenaar Eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid redelijkheid en billijkheid wenselijk acht. Dit geval zal zich met name voordoen indien de Eigenaar weet of vermoedt dat een voertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert, daaronder niet begrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde reservoir van het voertuig, alsmede in het geval de Eigenaar van oordeel is dat het voertuig gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door de zaken die daarmee worden vervoerd, aan de omgeving schade kan toebrengen in de meest ruime zin. De Eigenaar is ook gerechtigd voertuigen die (mede) LPG als brandstof gebruiken de toegang tot de Parkeergarage te weigeren. 3.6 1.3.5 De in of op de parkeeraccommodatie Parkeergarage geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigengeparkeerde voertuigen (zoals verzekering etc.). In of op de parkeeraccommodatie Parkeergarage is ook de Wegenverkeerswet wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels reglement verkeersregels en Verkeerstekens verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s met een maxima- le lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter worden geparkeerd. De hoogte van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie 1.3.6 Samenscholing of onnodig ophouden in of op te rijden en/of aanwezig te hebbende Parkeergarage is verboden.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder abonnementhouder/parkeerder verschaft zich toegang tot de parkeeraccommodatie met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs dat door de eigenaar exploitant aan de abonnementhouder overhandigt bij het aangaan van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegevenovereenkomst. 3.2 Als abonnementhouder meerdere abonnementen heeft, kunnen afwijkende afspraken worden gemaakt over de overdraagbaarheid van toegangsbewijzen. 3.3 Bij verlies van een toegangsbewijs ( of verlies van duplicaat) kan tegen betaling een (nieuw) duplicaat worden aangevraagd. 3.4 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen voertuigen in de parkeeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden dagen die in de stallings- overeenkomst stallingovereenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde genoemde middelen niet mogelijk en/ en/of is het nor- male tarief normale uurtarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, 3.5 De exploitant is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 . De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van een motorvoertuig. 3.5 De eigenaar is gerechtigd aan enig voertuig abonnementhouder kan daarop binnen 14 dagen de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren indien de eigenaar dit met inachtneming van de re- delijkheid en billijkheid wenselijk achtstallingsovereenkomst opzeggen. 3.6 De in de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigen. In of op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s en bedrijfsauto’s motorvoertuigen met een maxima- le maximale lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 5 meter worden geparkeerd. geparkeerd en met een maximaal toelaatbaar gewicht van 2.500 kg. 3.7 De maximale hoogte en gewicht van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke staat bij de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven. . 3.8 Het is niet toegestaan met aanhang- wagens aanhangwagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in te rijden. 3.9 De parkeerplaats kan alleen worden gebruikt voor het parkeren van het motorvoertuig met het kenteken dat in de stallingsovereenkomst is vermeld. In overleg met de exploitant kan hiervan worden afgeweken. 3.10 De exploitant is gerechtigd aan enig voertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie te weigeren als de exploitant, met inachtneming van de redelijkheid en billijkheid, dit wenselijk acht. Dit geval kan zich met name voordoen als de exploitant weet of vermoedt dat een voertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert of in het geval de exploitant van oordeel is dat het voertuig aan de omgeving schade kan toebrengen in de meest ruime zin. 3.11 Wanneer de abonnementhouder/parkeerder zich schuldig maakt aan een vorm van misbruik of oneigenlijk gebruik van het hem ter hand gestelde toegangsbewijs, of op andere wijze probeert het elektronische toegangs-, controle- en betalingssysteem te rijden omzeilen, dan wel zijn medewerking daartoe verleent aan derden, is de exploitant gerechtigd de abonnementhouder/parkeerder met onmiddellijke ingang de toegang tot de parkeeraccommodatie te ontzeggen. Deze ontzegging gebeurt door of namens de exploitant schriftelijk en gaat gepaard met gelijktijdige blokkering van het toegangsbewijs. De abonnementhouder heeft in dat geval geen recht op teruggave van het abonnementsgeld voor de nog resterende periode en/of aanwezig te hebbenontslaat hem niet van betalingsverplichtingen voor die periode.

Toegang. 3.1 De abonnementhouder verschaft zich 7.1 Een Parkeerder heeft slechts recht op toegang tot de parkeeraccommodatie met behulp van een abonnementskaart c.q. enig ander toegangsbewijs dat door de eigenaar aan de abonnementhouder bij het aangaan van de stallingsovereenkomst ter beschikking wordt gesteld. De abonnementskaart is gedurende de stallingsovereenkomst eigendom van de abonnementhouder Parkeeraccommodaties en is niet overdraag- baar. Andere toegangsbewijzen blijven eigendom van de eigenaar, zijn niet overdraagbaar en dienen bij het eindigen van het gebruik c.q. de stallings- overeenkomst aan de eigenaar te worden terug- gegeven. 3.2 Het in- en uitrijden en parkeren van voertui- gen in de parkeeraccommodatie kan uitsluitend geschieden binnen de tijden die in de stallings- overeenkomst zijn vastgelegd. Buiten deze tijden is toegang met behulp van de in het eerste lid ge- noemde middelen niet mogelijk en/ of is het nor- male tarief van toepassing. 3.3 Indien op de parkeeraccommodatie openings- tijden van toepassing zijn, is de eigenaar bevoegd, nadat de abonnementhouder daarvan op de hoogte is gesteld, de openingstijden voor langere of onbepaalde duur te wijzigen. 3.4 De parkeerplaats mag uitsluitend worden ge- bruikt voor het parkeren van één Motorvoertuig, indien hij in het bezit is van een motorvoertuiggeldige Parkeerbevoegdheid en er tevens voldoende plaats beschikbaar is. SNBV is te allen tijde gerechtigd, om haar moverende redenen, om Parkeerder door te verwijzen naar een andere Parkeeraccommodatie dan waarvoor Parkeerder Parkeerbevoegdheid heeft. 3.5 7.2 De eigenaar Parkeeraccommodaties van SNBV zijn 24 uur per dag, 7 dagen per week opengesteld. 7.3 Tot de Parkeeraccommodatie worden uitsluitend Motorvoertuigen toegelaten met een lengte van max. 5.00 meter, een breedte van max. 1.90 meter en een gewicht van minder dan 2500 kilogram; de hoogte van deze Motorvoertuigen mag niet hoger zijn dan de bij de ingang van de Parkeeraccommodatie aangegeven hoogte. 7.4 SNBV is gerechtigd aan enig voertuig Motorvoertuig de toegang tot de parkeeraccommodatie Parkeeraccommodatie te weigeren weigeren, indien de eigenaar zij dit met inachtneming van de re- delijkheid redelijkheid en billijkheid wenselijk acht. Dit zal zich onder meer voordoen indien SNBV weet of vermoedt dat een Motorvoertuig ontplofbare of andere gevaarlijke stoffen vervoert, daaronder niet begrepen motorbrandstoffen in het daarvoor bestemde brandstofreservoir van het Motorvoertuig, evenals in geval zij van oordeel is dat het Motorvoertuig gelet op de omvang en/of zwaarte, dan wel door zaken die daarmee worden vervoerd, aan de omgeving schade in de meest ruime zin kan toebrengen. 3.6 7.5 SNBV is gerechtigd, indien dit naar het oordeel van SNBV noodzakelijk is, voertuigen en/of personen binnen de Parkeeraccommodatie te verplaatsen en/of enig voertuig uit de Parkeeraccommodatie te (doen) verwijderen. De staat waarin een voertuig verkeert kan voor SNBV een reden zijn om dit voertuig uit de Parkeeraccommodatie te (laten) verwijderen, zonder dat dit tot enige aansprakelijkheid voor SNBV kan leiden. SNBV dient bij het beoordelen van de noodzaak tot verplaatsing en/of verwijdering de redelijkheid en zorgvuldigheid in acht te nemen. 7.6 Motorvoertuigen die in strijd met de parkeeraccommodatie geparkeerde voertuigen dienen aan dezelfde voorwaarden te voldoen als de op de openbare weg geparkeer- de voertuigen. In of op de parkeeraccommodatie is ook de Wegenverkeerswet en het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens van toepassing. In de parkeeraccommodatie geldt een maximum snelheid van 10 km/uur. Voetgangers hebben toepasselijke voorschriften zijn geparkeerd, kunnen door SNBV te allen tijde voorrang boven voertuigen. 3.7 In de parkeeraccommodatie mogen uitsluitend personenauto’s voor rekening en bedrijfsauto’s met een maxima- le lengte van 4.80 meter en een maximale breedte van 2.50 meter worden geparkeerd. De hoogte risico van de voertuigen mag niet meer bedragen dan welke bij Parkeerder worden verwijderd en zo nodig buiten de ingang van de parkeeraccommodatie staat aangegeven. Het is niet toegestaan met aanhang- wagens van welke aard dan ook, hieronder mede begrepen caravans, de parkeeraccommodatie in of op te rijden en/of aanwezig te hebbenParkeeraccommodatie worden gebracht.