Te late betaling 1. De werkgever die nalaat de ingevolge het voorgaande artikel door hem af te dragen bijdrage te voldoen of tijdig te voldoen, is naast de boete zoals vermeld in dit artikel wettelijke rente als bedoeld in de artikelen 119 en 120 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek verschuldigd. 2. Wanneer de werkgever nalaat de bijdrage af te dragen of tijdig af te dragen, dan ontvangt hij eenmalig een betalingsherinnering – tevens ingebrekestelling –, waarin hem een uiterste termijn voor betaling wordt gegeven. 3. Indien de werkgever de verschuldigde bijdrage afdraagt na de door de Stichting PAWW aangegeven uiterste betaaldatum, kan de Stichting PAWW hem een boete opleggen van 3% van dat bedrag, met een minimum van € 50 en een maximum van € 5.000. 4. Blijft de werkgever na ontvangst van de eenmalige betalingsherinnering in gebreke met het doen van afdracht, dan kan de Stichting PAWW niet alleen de in lid 3 bedoelde boete opleggen, maar zal de Stichting PAWW de vordering tevens uit handen geven aan een extern incassobureau. 5. Naast de in het eerste lid bedoelde wettelijke rente en de in het derde lid bedoelde boete, zullen de kosten die samenhangen met de buitengerechtelijke invordering op de werkgever worden verhaald conform het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. In afwijking van het voorgaande zullen de werkelijke kosten die samenhangen met de buitengerechtelijke invordering op de werkgever worden verhaald indien de werkelijke en in redelijkheid gemaakte kosten hoger zijn geweest dan de staffel zoals neergelegd in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. 6. De boete, wettelijke rente en andere kosten als vermeld in dit artikel mogen niet verhaald worden op de bij de werkgever werkzame werknemers.
Vergoedingen en betaling 9.1. De door de Klant aan CCV verschuldigde vergoedingen voor de te leveren Producten en Diensten zijn door de Klant geaccepteerd bij de totstandkoming van de Overeenkomst. 9.2. Tenzij anders is overeengekomen, zullen alle door de Klant aan CCV verschuldigde bedragen vooraf per automatische incasso worden geïncasseerd vanaf het rekeningnummer van de Klant dat op de Overeenkomst vermeld staat, dan wel anderszins door de Klant aan CCV gecommuniceerd is. De Klant staat ervoor in dat op de desbetreffende rekening steeds voldoende saldo staat. De Klant zal zo nodig mee werken aan de verlening van de noodzakelijke machtigingen, die het voor CCV mogelijk maakt om de automatische incasso uit te voeren. De Klant staat in dit kader in voor de juistheid van de door hem aan CCV verstrekte gegevens. 9.3. Uiterlijk 5 dagen voor de incassodatum wordt de Klant geïnformeerd over de exacte incassodatum en bedrag. Bij periodieke afschrijvingen worden de periodieke incasso afschrijvingen met de bedragen en incassodata eveneens uiterlijk 5 dagen voor de desbetreffende incassodatum aangekondigd. 9.4. Indien met de Klant betaling achteraf per factuur wordt overeengekomen, geldt een betalingstermijn van veertien (14) dagen na de factuurdatum. 9.5. Betalingen van de Klant aan CCV zullen steeds worden geacht te strekken tot voldoening van de langst openstaande vordering, ook indien de Klant bij betaling anders vermeldt. 9.6. CCV behoudt zich het recht voor haar tarieven en vergoedingen jaarlijks per 1 januari te wijzigen overeenkomstig het CBS consumenten prijs indexcijfer totale bestedingen (2006 = 100) van augustus. Daarnaast heeft CCV te allen tijde het recht aantoonbare prijsstijgingen van leveranciers van CCV aan de Klant door te berekenen. 9.7. De Klant is niet bevoegd op het door hem verschuldigde bedrag enig bedrag in mindering te brengen of het door hem verschuldigde bedrag te verrekenen met enige tegenvordering die hij mocht of meent te hebben op CCV. Evenmin is de Klant gerechtigd zijn betalingsverplichtingen op te schorten. 9.8. Indien enig door de Klant verschuldigd bedrag niet kan worden geïncasseerd via automatische incasso of de Klant anderszins niet tijdig aan zijn betalingsverplichtingen voldoet, is de Klant van rechtswege in verzuim zonder dat daartoe een nadere aanmaning en/of ingebrekestelling vereist is. CCV is in dat geval gerechtigd vanaf de vervaldatum van de factuur intresten in rekening te brengen conform de wet betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties van 2 augustus 2002, tot aan de dag van algehele voldoening, een en ander onverminderd de overige rechten van CCV, waaronder onder meer begrepen maar niet beperkt tot het recht van CCV haar verplichtingen (waaronder in ieder geval begrepen de dienstverlening door CCV) onmiddellijk geheel of gedeeltelijk op te schorten. Alle eventuele kosten, zowel gerechtelijke als buitengerechtelijke, die door CCV worden gemaakt om de nakoming van de (betalings-)verplichtingen van de Klant af te dwingen, komen ten laste van de Klant. De buitengerechtelijke kosten worden hierbij vastgesteld op 15% van het factuurbedrag, zulks met een minimum van € 40,-. 9.9. Indien de Klant in verzuim is met betaling, is hij tevens gehouden om op eerste verzoek van CCV alle reeds afgeleverde Producten waarvan de eigendom niet aan Klant is overgedragen op haar kosten aan CCV te (doen) retourneren. 9.10. De Klant is bij of na het aangaan van de Overeenkomst op eerste verzoek daartoe van CCV telkens gehouden tot verschaffing van voldoende zekerheid in verband met zijn betalingsverplichtingen en andere uit de Overeenkomst voortvloeiende verplichtingen. In afwachting van deze zekerheidsverschaffing is CCV gerechtigd tot gehele of gedeeltelijke opschorting van haar verplichtingen. 9.11. Alle kosten van welke aard dan ook, voortvloeiend uit of gemaakt in verband met de Overeenkomst en/of de uitvoering daarvan, zowel in als buiten rechte, waaronder begrepen de kosten van juridische bijstand en proceskosten, zijn voor rekening van de Klant.
De betaling / Niet-tijdige betaling 1. De Ouder betaalt op basis van een Schriftelijke factuur en uiterlijk op de factuur vermelde betalingsdatum. Een eventueel beroep op een gestelde borg staat gelijk aan een betaling. De factuur wordt kosteloos verstrekt. 2. Indien een Ouder betaalt aan een door de Ondernemer aangewezen derde geldt dit voor de Ouder als bevrijdende betaling. De aanwijzing door de Ouder van een derde die voor het doen van betalingen dient zorg te dragen, staat niet aan de aansprakelijkheid van de Ouder voor (tijdige) betaling in de weg. Een eventuele betaling door een derde voor de Ouder geldt wel als een bevrijdende betaling door die Ouder. 3. Bij gebreke van volledige en tijdige betaling is de Ouder van rechtswege in verzuim. 4. De Ondernemer zendt na het verstrijken van de betalingsdatum een Schriftelijke betalingsherinnering en geeft de Ouder de gelegenheid binnen 14 dagen na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. Verder waarschuwt de Ondernemer de Ouder in deze betalingsherinnering voor de opzeggingsbevoegdheid van de Ondernemer op grond van 10 lid 3 sub a. Deze betalingsherinnering moet minimaal 14 dagen vóór de datum waarop die bevoegdheid ontstaat zijn verzonden. 5. Als na het verstrijken van de termijn genoemd in de betalingsherinnering nog steeds niet is betaald, brengt de ondernemer rente in rekening vanaf het verstrijken van de in de factuur genoemde uiterste betalingsdatum. Deze rente is gelijk aan de wettelijke rente. 6. Door de Ondernemer gemaakte buitengerechtelijke kosten om betaling van een schuld van de Ouder af te dwingen, kunnen aan de Ouder in rekening worden gebracht. De hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten is onderworpen aan wettelijke grenzen. 7. Een gedane betaling strekt in de eerste plaats ter voldoening van de verschuldigde kosten en rente en vervolgens ter voldoening van de oudst openstaande schulden.
Voor welke verzekerden hoeft u geen premie (meer) te betalen? U hoeft geen premie (meer) te betalen voor:
Waarborgsom en tussentijdse betaling 10.1 Het horecabedrijf kan van de klant verlangen dat deze onder het horecabedrijf een waarborgsom deponeert. Ontvangen waarborgsommen worden deugdelijk geadministreerd, dienen uitsluitend tot zekerheid voor het horecabedrijf en gelden uitdrukkelijk niet als reeds gerealiseerde omzet. Tot meerdere zekerheid van het hore- cabedrijf kan deze van de klant verlangen zijn medewerking te verlenen aan het verstrekken van de benodigde gegevens, waaronder het maken van een afdruk of kopie van de creditcard van de klant, teneinde de waarborg- som en de mogelijkheid tot het uitwinnen daarvan zo veel als mogelijk zeker te stellen. 10.2 Het horecabedrijf kan steeds tussentijds betaling verlangen van reeds verleende horecadiensten. 10.3 Het horecabedrijf mag zich verhalen op het ingevolge de voorgaande bepalingen gedeponeerde bedrag ter zake al datgene wat de klant uit welken hoofde ook aan hem verschuldigd is. Het overschot dient door het horecabe- drijf onverwijld aan de klant te worden terugbetaald.
Vergoeding en betaling 2.1. Alle door de Leverancier gehanteerde prijzen zijn inclusief btw, tenzij nadrukkelijk anders vermeld. Naast de overeengekomen vergoeding komen ook de kosten die de Leverancier voor de uitvoering van de opdracht maakt, voor vergoeding in aanmerking. 2.2. Alle door de Leverancier kenbaar gemaakte prijzen zijn, tenzij schriftelijk anders overeengekomen, in euro's en de Klant dient alle betalingen in euro's te voldoen. 2.3. Indien de Leverancier een richtprijs heeft afgegeven, dan mag deze richtprijs met niet meer dan 10% worden overschreden, behoudens meerwerk met inachtneming van het bepaalde in artikel 6. De reden van een eventuele overschrijding van de richtprijs dient duidelijk uit de specificatie te blijken. 2.4. Indien de Leverancier door het niet tijdig of niet aanleveren van volledige, deugdelijke en duidelijke gegevens/materialen of door een gewijzigde hetzij onjuiste opdracht of briefing genoodzaakt is meer of andere werkzaamheden te verrichten, geschieden deze werkzaamheden op basis van meerwerk waarbij de gebruikelijke door de Leverancier gehanteerde tarieven gelden. Dit geldt tevens voor levering van goederen en/of uitvoering van werkzaamheden en diensten welke niet in de offerte genoemd worden of naderhand schriftelijk zijn overeengekomen. 2.5. Betalingen geschieden onmiddellijk na aankoop dan wel bij plaatsing van de order, tenzij nadrukkelijk anders overeengekomen. 2.6. Wanneer de Klant gerechtigd is om achteraf te betalen, dan zal betaling plaatsvinden op een door de Leverancier aan te wijzen rekening. Xxxxxxxx dient plaats te vinden binnen 14 dagen na aflevering of oplevering of, wanneer dat later is, binnen 14 dagen na factuurdatum. 2.7. Indien de Klant na oplevering niet binnen de termijn van artikel 2.6 betaalt, verkeert hij van rechtswege in verzuim en is hij zonder nadere ingebrekestelling wettelijke rente verschuldigd over het totale factuurbedrag. Xxxxxxx van handelstransacties is de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW verschuldigd. 2.8. Indien de Klant de order wil annuleren, dan is de klant de volledige aankoopsom verschuldigd. 2.9. Indien sprake is van betaling in termijnen, dan is de Leverancier bij niet tijdige betaling door de Klant gerechtigd de levering van diensten en/of producten tijdelijk op te schorten. 2.10. De Klant is nimmer gerechtigd tot verrekening van het door hem aan de Leverancier verschuldigde. 2.11. Bezwaren tegen de hoogte van een factuur schorten de betalingsverplichting niet op. De Klant die geen beroep toekomt op Afdeling 6.5.3 (de artikelen 231 t/m 247 Boek 6 BW) is evenmin gerechtigd om de betaling van een factuur om een andere reden op te schorten. 2.12. Indien de Klant in gebreke of in verzuim is in de (tijdige) nakoming van zijn verplichtingen, dan komen alle redelijke kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte, voor rekening van de Klant. De buitengerechtelijke kosten worden berekend op basis van hetgeen in de Nederlandse incassopraktijk gebruikelijk is. Daarbij is het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing. Indien de Leverancier echter hogere kosten ter incasso heeft gemaakt, die redelijkerwijs noodzakelijk waren, komen de werkelijk gemaakte kosten voor vergoeding in aanmerking. De eventueel gemaakte gerechtelijke- en executiekosten zullen eveneens op de Klant worden verhaald. De Klant is over de verschuldigde incassokosten rente verschuldigd.
Hoe wordt uw recht op een vergoeding vastgesteld? Uw bedrijfsarts beoordeelt of de verzekerde arbeidsongeschikt is en in hoeverre de verzekerde beperkt is in het verrichten van zijn werkzaamheden. Met de gegevens van de bedrijfsarts bepalen we of er recht op een vergoeding bestaat en wat de hoogte en duur hiervan is. Daarnaast beoordelen we of u en de verzekerde aan de polisvoorwaarden voldoen.
Wat vergoeden wij? U krijgt van ons een vergoeding voor de betalingsverplichtingen die u heeft als eigenrisicodrager voor de WGA voor uw (ex-)werknemer, als: • deze (ex-)werknemer op de eerste dag van de wachttijd voor de WIA, werknemer in uw bedrijf was; • de eerste dag van de wachttijd voor de WIA, binnen de verzekeringsperiode van de module WGA Eigenrisicodragen ligt.
Wat zijn de gevolgen als u een wijziging in uw medewerkersbestand niet of te laat doorgeeft? We willen uw melding van een nieuwe medewerker binnen een maand ontvangen. Ontvangen we uw melding niet of te laat, dan is deze medewerker niet verzekerd. Dat betekent dat u een eventuele aanvulling die we aan deze medewerker verlenen, aan ons moet terugbetalen. We verlenen deze aanvulling alleen als we daartoe verplicht zijn op grond van de Pensioenwet. Ontvangen we uw melding van een nieuwe medewerker na een maand of later alsnog? Dan nemen we hem in de module op vanaf de datum dat hij in dienst is getreden, of – als dat later is – vanaf de ingangsdatum van de module. Vanaf die datum bent u ook premie verschuldigd voor deze medewerker. De dekking van de module gaat echter pas in op het moment dat hij is aangemeld.
Niet-tijdige betaling U bent in verzuim vanaf het verstrijken van de betalingsdatum. De ondernemer zendt na het verstrijken van die datum een kosteloze betalingsherinnering en geeft u de gelegenheid binnen 14 dagen, na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. a) Indien u niet tijdig aan uw betalingsverplichting(en) voldoet, stuurt de ondernemer u een herinnering. U krijgt alsnog 14 dagen de tijd om te betalen. b) Als u na het verstrijken van deze termijn niet heeft betaald, is de ondernemer gerechtigd over het nog verschuldigde bedrag de wettelijke rente in rekening te brengen en de buitengerechtelijke incassokosten. c) Deze incassokosten bedragen maximaal: 15% over openstaande bedragen tot € 2.500,-; 10% over de daaropvolgende € 2.500,- en 5% over de volgende € 5.000,- met een minimum van € 40,-. d) De ondernemer kan ten voordele van u afwijken van genoemde bedragen en percentages.