Berekening vergoeding Voorbeeldclausules

Berekening vergoeding. Betaalt u de lening terug in een andere situatie dan in artikel 6.3 beschreven? Dan berekenen wij de vergoeding op de volgende manier: Stap 1: Als eerste berekenen wij het bedrag dat u ieder heel jaar zonder vergoeding mag terugbetalen. Dit bedrag is elk kalenderjaar 10% van de oorspronkelijke hoofdsom, met uitzondering van overbruggingsleningdelen. Dit heet de vergoedingsvrije ruimte en deze wordt evenredig verdeeld over de leningdelen die u wilt terugbetalen. Heeft u in een kalenderjaar niets terugbetaald of maar een deel van deze vergoedingsvrije ruimte terugbetaald? Dan kunt u in een volgend kalenderjaar nog steeds maar maximaal 10% van de totale lening extra terugbetalen. Als u een deel van de lening terugbetaalt worden de bedragen die u eerder in hetzelfde kalenderjaar heeft terugbetaald in mindering gebracht op dit zonder vergoeding terug te betalen bedrag. Stap 2: Hoeveel rente de geldverstrekker misloopt, omdat u de rente wil aanpassen, hangt af van het verschil tussen: ⏵ de rente van uw lening die op dat moment voor uw rentevastperiode geldt; ⏵ de rente die bij de geldverstrekker op dat moment geldt voor eenzelfde soort lening (marktrente). Bij het bepalen van de marktrente kijken we naar de rente die de geldverstrekker op dat moment zou aanbieden bij een lening voor de resterende tijd van de met u afgesproken rentevastperiode. Of, als deze er niet is, naar zowel de kortere als langere rentevastperiode die hier het dichtstbij liggen. Dan gebruiken wij de rentevastperiode die in dat geval in uw voordeel is. Dit is de ‘naast betere rente’. U kunt de rente nakijken op de website van Hypotrust. Stap 3: We weten nu over welk bedrag wij een vergoeding berekenen (stap 1) en welke marktrente we gebruiken (stap 2). Als de marktrente lager is dan de (laatst overeengekomen) contractrente, is er renteverlies voor de geldverstrekker. In dat geval berekenen we per maand hoeveel renteverlies de geldverstrekker lijdt. Dit doen we voor de periode tot aan het einde van uw rentevastperiode. Heeft u een annuïteiten lening of lineaire lening, dan houden we rekening met de maandelijkse terugbetalingen die u volgens het terugbetaalschema zou doen. Hierdoor wordt de restschuld namelijk elke maand lager en daarmee het renteverlies ook. Al deze bedragen vormen samen het totale renteverlies. U moet dit bedrag nu in één keer betalen terwijl u dit bedrag anders in delen zou betalen. Daarom passen wij dit bedrag aan. Zonder een aanpassing is dit nadelig voor u. Deze aanpassin...
Berekening vergoeding. Eerst berekenen we het hele af te lossen bedrag verminderd met het bedrag dat u jaarlijks zonder vergoeding extra mag aflossen, rekening houdend met eventueel eerdere aflossingen in het lopende kalenderjaar. • Extra aflossing: € 40.000,- • Oorspronkelijk leningbedrag: € 145.000,- • Vrijstelling 15% van € 145.000,- is € 21.750,- • U dient over € 40.000,- -/- € 21.750,- = € 18.250,- een vergoeding te betalen. Vervolgens rekenen we over het bedrag waarover u de vergoeding moet betalen uit hoeveel u tot het einde van de rentevastperiode over uw lening aan contractrente had moeten betalen. • Rente voor uw lening (5 jaar rentevast): 6% per jaar • Resterende rentevastperiode: 2 jaar Rente-inkomsten tot einde rentevastperiode: € 18.250,- x 6% x 2 jaar = € 2.190,- Vervolgens berekenen wij op dezelfde manier wat het rentebedrag is voor nieuwe soortgelijke leningen met dezelfde rentevastperiode (de vergelijkingsrente) met de actuele rente. Als voor die rentevastperiode geen rentetarief meer wordt gevoerd, dan geldt de eerstvolgende op dat moment bij Lloyds Bank (voor een soortgelijke Verhuurhypotheek) gevoerde naastgelegen betere (gunstige) rentevastperiode. • Actuele rente voor nieuwe soortgelijke leningen met een rentevastperiode die gelijk is aan de rentevastperiode van de betreffende lening (5 jaar rentevast) is op dat moment 4% per jaar. • Rente-inkomsten tot einde rentevastperiode (op basis van de actuele rente) € 18.250,- x 4% x 2 jaar = € 1.460,-. Het verschil tussen deze twee bedragen zijn de kosten die wij maken omdat u uw lening vroeger aflost. € 2.190,- -/- € 1.460,- = € 730,- U betaalt het verschil in één keer aan ons terug, in plaats van over de resterende rentevastperiode. Daarom corrigeren wij het verschil tussen de twee bedragen volgens een standaard manier van berekenen. Dit is de contante waarde berekening. We berekenen de waarde van de rentebetalingen die u in de toekomst zou doen naar de waarde op het moment van aflossen. Voor deze contante waarde berekening gebruiken wij een rekenrente. Deze rekenrente is de actuele rente die op dat moment geldt voor nieuwe soortgelijke leningen met een zelfde rentevastperiode. Het verschil van € 730,- wordt als volgt gesplitst • jaar 1 € 365,- • jaar 2 € 365,- Voorwaarden van de Lloyds Bank Verhuurhypotheek Door middel van de contante waarde berekening wordt de huidige waarde van deze toekomstige bedragen op het tijdstip van aflossen weergegeven. Dit wordt gedaan door de actuele rente als rekenrente te gebruike...
Berekening vergoeding. Het maandelijks verschuldigde bedrag moet uiterlijk op de laatste dag van de maand waarin het is verschuldigd, door ons zijn ontvangen op de door ons aangegeven bankrekening. Wanneer een verschuldigd maandbedrag niet tijdig wordt betaald op onze bankrekening, bent u een vergoeding verschuldigd in de vorm van een rente over het onbetaalde maandbedrag. Deze vergoeding, ook wel boeterente genoemd, bedraagt anderhalf procent (1,5%) per maand over het onbetaalde maandbedrag, waarbij een gedeelte van een maand wordt gelijkgesteld met een volle maand. De vergoeding (boeterente) moet onmiddellijk (tezamen met het onbetaalde maandbedrag) worden betaald. Wanneer de boeterente niet wordt betaald uiterlijk op de laatste dag van de daaropvolgende maand, wordt over de boeterente ook een vergoeding (boeterente) berekend. Ook wanneer u een ander aan BNP Paribas Personal Finance verschuldigd bedrag niet tijdig betaalt, bent u deze vergoeding (boeterente) over dat onbetaalde bedrag onmiddellijk verschuldigd volgens de hiervoor aangegeven berekeningswijze.
Berekening vergoeding. Het maandelijks verschuldigde bedrag moet uiterlijk op de laatste dag van de maand waarin het is verschuldigd, door ons zijn ontvangen op de door ons aangegeven bankrekening. Wanneer een verschuldigd maandbedrag niet tijdig wordt betaald op onze bankrekening, bent u een vergoeding verschuldigd in de vorm van een rente over het onbetaalde maandbedrag. Deze vergoeding, ook wel boeterente genoemd, bedraagt anderhalf procent (1,5%) per maand over het onbetaalde maandbedrag, waarbij een gedeelte van een maand wordt gelijkgesteld met een volle maand. De vergoeding (boeterente) moet onmiddellijk (tezamen met het onbetaalde maandbedrag) worden betaald. Wanneer de boeterente niet wordt betaald uiterlijk op de laatste dag van de daaropvolgende maand, wordt over de boeterente ook een vergoeding (boeterente) berekend. Voorbeeld: Een verschuldigd maandbedrag van € 1.000 wordt niet betaald per 31 mei. Uiterlijk per 30 juni moet dan worden betaald € 1.015 (= € 1.000 plus anderhalf procent over € 1.000). Wordt dit bedrag van € 1.015 niet uiterlijk op 30 juni betaald, dan moet uiterlijk 31 juli worden betaald € 1.015 plus anderhalf procent over € 1.015. Ook wanneer u een ander aan BNP Paribas Personal Finance verschuldigd bedrag niet tijdig betaalt, bent u deze vergoeding (boeterente) over dat onbetaalde bedrag onmiddellijk verschuldigd volgens de hiervoor aangegeven berekeningswijze.
Berekening vergoeding. 1. Dit bedrag is gebaseerd op het vastgestelde feitelijke gebruik bij de Erasmus universiteit over 2015 dat - op basis van studentenaantallen – is geëxtrapoleerd naar alle universiteiten om een totaal bedrag vast te stellen; korte overnames digitaal en papier € 1.116.173 geen BTW € 1.116.173 Middellange overnames digitaal € 1.828.880 BTW, 21% € 2.212.945 Middellange overnames papier € 642.909 BTW, 21% € 777.920 Basis vergoeding per jaar € 3.587.962 € 4.107.038 2. Het vastgesteld gebruik van Middellange overnames (digitaal) van EUR bedraagt € 163.853 (gebaseerd op: aantal pagina’s x paginaprijs x oplage, waarbij voor werken van Neder- landse en buitenlandse uitgevers verschillende paginaprijzen zijn gehanteerd). EUR heeft 23.236 studenten. Dat is 8,96% van het totaal aantal studenten binnen de VSNU in 2015 (totaal was 259.354). Extrapolatie van het bedrag van EUR naar het totaal aantal studenten resulteert in een vergoeding voor Middellange overnames (digitaal) van € 1.828.880. Het gebruik van Middellange overnames (papier) van € 642.909 is gebaseerd op de op- gave door de Universiteiten in 2015 via de PRO portal voor toestemming aanvragen. Het bedrag voor Korte overnames:(€ 100.000) is gebaseerd op een schatting van EUR op basis van eigen onderzoek. Uitgaande van de boven vermelde studenten aantallen voor 2015 is dit 8,96% van het totale gebruik. Op basis hiervan bedraagt de door de Universi- teiten verschuldigde vergoeding € 1.116.173. 3. Het bedrag dat de Universiteiten op grond van artikel 4a betalen voor Korte overnames is niet met BTW belast, omdat dit is gebaseerd op de wettelijke exceptie van artikel 16 Aw. De op grond van artikel 4a verschuldigde vergoeding voor Middellange overnames is wel met BTW belast, omdat deze is gebaseerd op licenties, die worden beschouwd als een dienst.
Berekening vergoeding. 4 . 1 Grondslag voor berekening De wegens extra of algehele aflossing verschuldigde vergoeding wordt berekend over het verschil tussen het bedrag van de extra of algehele aflossing en het hiervoor genoemde vrijgestelde bedrag gelijk aan tien procent (10%) van de oorspronkelijke hoofdsom van de lening.

Related to Berekening vergoeding

  • Berekening van de vergoeding A. Bij een gedeeltelijk schadegeval vergoeden wij de volgende herstellingskosten: 1. de kosten voor het opsporen van de oorzaak van het schadegeval; 2. de loon- en verplaatsingskosten m.b.t. het demonteren, herstellen en opnieuw monteren; 3. de kosten van de gebruikte materialen en vervangingsstukken, alsook de kosten voor het vervoer ervan. 1. voor het informatica- en kantoormaterieel: de factuur van de herstelling; 2. voor elk ander verzekerde materieel: de factuur van de herstelling zonder toepassing van de slijtage behalve op de regelmatig te vervangen elementen waarvoor wij een forfaitaire slijtage van 50 % toepassen. B. Bij een volledig schadegeval vergoeden wij het beschadigde verzekerde materieel: 1. voor het informatica- en kantoormaterieel: wij vergoeden u in nieuwwaarde zonder de kost te overschrijden van vergelijkbaar nieuw materieel, met hetzelfde vermogen en dezelfde prestaties of, bij gebrek, indien het materieel niet meer beschikbaar is op de markt, het model van hetzelfde type dat dit onmiddellijkvervangt. 2. voor elk ander verzekerde materieel: wij vergoeden u in werkelijke waarde na aftrek van de waarde van de brokstukken en van de nog bruikbare stukken. C. Indien u beslist het beschadigde materieel niet te vervangen of niet te laten herstellen, vergoeden wij u voor: 1. het informatica- en kantoormaterieel: in nieuwwaarde met toepassing van een forfaitaire slijtage van 10 % per jaar te rekenen vanaf de aankoopdatum; 2. elk ander verzekerde materieel: in werkelijke waarde na aftrek van de waarde van de brokstukken en van de nog bruikbare stukken. D. Wij vergoeden de btw in de mate dat deze inbegrepen is in de aangegeven waarde en voor zover deze niet fiscaal recupereerbaar of aftrekbaar is. De vergoeding mag in geen geval de aangegeven waarde voor het verzekerde materieel overschrijden; E. In geval van onderverzekering van meer dan 10 %, passen wij de evenredigheidsregel toe. F. Wij dragen ook de reddingskosten; deze kosten zijn beperkt tot de aangegeven waarde met een maximum van 28.498.386,00 EUR. G. Indien een stuk of elk deel van het beschadigde materieel niet meer kan worden vervangen omdat het verzekerde materieel niet meer gemaakt wordt of de vervangingsstukken niet meer beschikbaar zijn op de markt, zijn wij enkel gehouden tot het bedrag, bij monde van de deskundige, van de kosten voor de vervanging of voor de herstelling van het stuk of het deel van het beschadigde verzekerde materieel. H. Het beschadigde verzekerde materieel wordt beschouwd als hersteld in zijn werkingstoestand van vóór het schadegeval wanneer het weer in gebruik gebracht wordt. Op dat ogenblik houden onze verplichtingen voor dat schadegeval op. I. Onder voorbehoud van artikel 6 B, heeft de verzekerde in geen geval het recht het beschadigde verzekerde materieel aan ons over te laten.

  • Onkostenvergoeding De vrijwilliger ontvangt geen beloning voor de verrichte werkzaamheden. De vrijwilliger ontvangt een vergoeding voor de werkelijk gemaakte kosten. Uitgangspunt is dat de vrijwilliger vooraf toestemming heeft gekregen van de contactpersoon voor het maken van deze kosten. Vergoeding vindt plaats na overlegging van een declaratieformulier en evt. ook een betalingsbewijs bij de contactpersoon van Jeugd GGZ.

  • Reiskostenvergoeding Lid 1 De werknemer ontvangt voor het reizen met eigen vervoer, een vergoeding van de reiskosten voor het vervoer heen en terug van zijn woning naar de vestiging, dan wel een door de werkgever aangewezen opstappunt, conform Artikel 38 Lid 6. De vergoeding is gebaseerd op het aantal gereden kilometers per dag en bedraagt: Aantal gereden kilometers totaal per dag Vergoeding Maximum vergoeding per dag 1 t/m 10 km heen en terug € 0,19 per km € 1,90 Vanaf 11 t/m 20 km heen en terug € 0,19 per km € 2,65 Vanaf 21 km heen en terug € 0,19 per km € 3,00 Lid 2 Bij vrijwillige verhuizing verder van de onderneming ontstaat geen recht op een hogere reiskostenvergoeding. Lid 3 Indien de werknemer voor het vervoer van zijn woning naar de plaats waar de werkzaamheden feitelijk worden uitgevoerd, niet zijnde de hoofd- of nevenvestiging van de onderneming, per dag tot en met 30 kilometer reist (totaal heen en terug), ontvangt hij een vergoeding conform de tabel in Lid 1. Over de meerdere kilometers boven 30 kilometer (totaal heen en terug) ontvangt de werknemer € 0,27 per kilometer. Lid 4 Indien, naar het oordeel van de werkgever, de werknemer gebruik moet maken van een eigen vervoermiddel, of indien de werknemer tijdens de werktijd ten behoeve van de werkzaamheden gebruik moet maken van een eigen vervoermiddel, dan ontvangt hij hiervoor een vergoeding van € 0,27 per kilometer. Lid 5 Indien de werkzaamheden worden verricht op een zodanige afstand van de woonplaats van de werknemer, dat het voor hem noodzakelijk is elders te overnachten, zal op ondernemingsniveau een passende regeling worden getroffen voor een zogenaamde nachtvergoeding. Lid 6 De werkgever zal binnen de kaders van de fiscale wet- en regelgeving, maandelijks zijn medewerking verlenen aan het fiscaal vriendelijk geheel of gedeeltelijk verrekenen van eventuele niet-benutte ruimte met betrekking tot de vergoeding voor reiskosten voor woon- werkverkeer. Als een maandelijkse verwerking niet mogelijk is, kan de werkgever er ook voor kiezen om dit per kwartaal, halfjaarlijks of jaarlijks te verrekenen. Indien de fiscale regelgeving wijzigt wordt deze regeling dienovereenkomstig aangepast. Lid 7 Bij verplaatsing van de vestiging of het opstappunt op initiatief van de werkgever waarbij de afstand voor woon-werkverkeer met meer dan 10 kilometer toeneemt, ontvangt de werknemer een vergoeding van € 0,19 per kilometer over het meerdere van 10 kilometer. Deze vergoeding wordt in 3 jaar in 3 gelijke stappen afgebouwd.

  • Kostenvergoeding De werknemer krijgt de kosten, die hij voor de onderneming heeft gemaakt, terug betaald.

  • Dagvergoeding Tegemoetkoming van € 12,- per dag gedurende de tijd waarin verzekerde niet feitelijk over het in de polis omschreven voertuig kan beschikken als gevolg van diefstal, joyriding of oplichting / verduistering. Deze dekking gaat in op de dag die volgt op de dag waarop van de gebeurtenis aangifte bij de politie is gedaan. Deze dekking geldt per gebeurtenis tot een maximum van 30 dagen.

  • Maaltijdvergoeding Indien de werkgever geen maaltijd verstrekt, heeft de medewerker recht op een vergoeding. Deze vergoeding is per 1 januari 2021 ten minste € 4,30. Overlegt de medewerker een kassabon van een genoten maaltijd op die dag met een hoger bedrag, dan ontvangt hij het bonbedrag tot een maximum van € 8,80.

  • Stagevergoeding De stagiair die voldoet aan de voorwaarden van de Cao SSFH en de daarbij behorende reglementen, ontvangt een stagevergoeding van de stagebieder. De uitbetaling van de stagevergoeding vindt plaats uiterlijk binnen vier maanden na afloop van de stage. De over een eventueel toegekende stagevergoeding verschuldigde wettelijke inhoudingen, evenals werkgeversbijdragen worden door de stagebieder inge- houden en aan de Belastingdienst afgedragen. Stagebieder registreert het ID bewijs van de stagiair ter identificatie van de stagiair.

  • Rentevergoeding Als 6 maanden nadat het ongeval heeft plaatsgevonden de mate van blijvende invaliditeit nog niet is vastgesteld, vergoedt de maatschappij over het uit te keren bedrag de wettelijke rente vanaf de 6e maand na het ongeval. De rente zal gelijktijdig met de uitkering worden voldaan.

  • Thuiswerkvergoeding a. De werknemer die anders dan incidenteel thuis werkt, heeft recht op een vergoeding van € 2,00 netto per thuiswerkdag om de dienstbetrekking vanuit thuis goed te kunnen uitvoeren. Onder anders dan incidenteel thuiswerken in dit artikel wordt verstaan: a. de werknemer werkt over een tijde- lijke periode van tenminste één maand minimaal 50% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van twee werkdagen per werkweek of b. de werknemer werkt structureel minimaal 20% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van één werkdag per werkweek. b. Het recht op de (standaard) thuiswerkvergoeding wordt door deugdelijke administratie bijgehouden door de werkgever. c. De werknemer die recht heeft op de in lid a genoemde vergoeding, heeft op een thuiswerkdag geen recht op een kostenvergoeding woon-werkverkeer zoals genoemd in artikel 6.2 van deze cao. De werknemer die op een thuiswerkdag een noodzakelijke dienstreis maakt, heeft aanspraak op een vergoeding voor de gemaakte reiskosten.

  • Verhuiskostenvergoeding De werknemer die een dienstverband aangaat met een nieuwe werkgever komt op dat moment in aanmerking voor de verhuiskostenvergoeding volgens de arbeidsvoorwaardenregeling indien de nieuwe werkgever een dergelijke vergoeding niet ter beschikking stelt.