Verzekerde schade en verzekerde kosten. 1. Verzekerde schade: a) De verzekeraar keert - tenzij anders overeengekomen en onder voorbe- houd van nr. 2 hieronder - een schadevergoeding voor de kwantitatieve ver- minderde oogstopbrengst uit die bij de verzekerde gewassoort (vruchttype) aantoonbaar door een of meer verzekerde risico's (§ 1, nr. 2) ontstaan is. De uitkering van de schadevergoeding gebeurt door betaling van een geldsom als schadeloosstelling. b) Voor het in aanmerking nemen van de waarborg voor de schade door de in § 1, nr. 2 van de onderhavige voorwaarden vermelde risico's is het vereist dat de bij het verzekerde gewas opgetreden beschadiging ofvernieling als uitsluitend, rechtstreeks en onvermijdelijk gevolg van een van deze verzekerde elementaire risico's (§ 1, nr. 2) opgetreden is, daardoor een van de in § 4, nr. 2 tot en met 4 van de onderhavige voorwaarden beschreven schadebeelden veroorzaakt heeft en daardoor aantoonbaar een verminderde oogstopbrengst ontstaan is. c) Bij de verzekering van energieplanten voor biogaswinning keert de verze- keraar een vergoeding uit voor het kwantitatieve verlies van plantenmassa. d) Tenzij anders overeengekomen (bijv. door een aanvullende verzekering) of bij verzekering van speciale gewassen geteeld in de volle grond - "kwa- liteitsverzekering" genoemd (zie deel III, B, § 1, SHMGVB) of in deel II, B, § 1, nr. 2 SHMGVV en § 2 nr. 2 SHMGVV vermeld - is een kwaliteitsvermindering van het oogstproduct die onder invloed van het verzekerde risico (§ 1, nr. 2) bij het verzekerde gewas optreedt, van de verzekering uitgesloten. Dit geldt ook voor de vermindering of het verlies van vastgelegde kwaliteitscriteria (kwaliteit en toestand, bijv. volgens handelsnormen). e) Verzekerd is enkel het opbrengstverlies van het oogstjaar. Bijkomend opbrengstverlies voor erop volgende jaren is – tenzij anders overeengeko- men of in deel III, B, § 12 SHMGVB vermeld – van de verzekering uitgesloten. f) Bijzondere commerciële belangen zijn enkel verzekerd, wanneer dit specifiek werd overeengekomen. Dit geldt ook voor de verzekering van afnamerisico's bij bodemproducten. Het garantieniveau van dergelijke aanvullend verzekerde schade wordt bepaald conform de aanvullende overeenkomsten in het kader van Bijzondere Voorwaarden. 2. Verzekering tegen een vaste uitkering: a) Bij schade door de verzekerde risico's hagel, storm of zware regen (vgl. § 1, n. 2) waarvan het schadegeval in een bepaald vegetatiestadium valt, wordt - voor zover in deel I, § 8 SHMGVB niet anders geregeld of anders overeengekomen is – het daardoor ontstane opbrengstverlies uitsluitend met een forfaitaire schadeloosstelling volgens het in deel I, § 8, nr. 1 SHMGVB vermelde bedrag vergoed. Deze forfaitaire schadeloosstelling be- vat ook een vergoeding van de kosten en uitgaven voor na het schadegeval noodzakelijk geworden omploegen resp. ruimen van de verzekerde bodem- producten, de voorbereiding van het nieuwe zaaibed en de kosten van een vervangende of nieuwe beteling van hetzelfde of een ander vruchttype volgens het overeengekomen bedrag. Of de voorwaarden voor een dergelijk "omploegen met forfaitaire schadeloosstelling" aanwezig zijn en op welk gedeelte van het teeltperceel (bijv. akker) het omploegen betrekking heeft, beslist de verzekeraar tijdens de vaststelling van de schade (vgl. § 24). Als gevolg van de door de verzekeraar vastgestelde noodzaak van omploegen valt de akker of het deel van de akker buiten de verzekering, ook wanneer de verzekeringsnemer niet omploegt resp. niet ruimt. Voor de naverzekering van nieuwe bezaaiing op omgeploegde percelen wordt naar § 17, nr. 11 verwezen. b) Bij schade door het neerliggen van graan – ook indien dit als energie- plant verzekerd is - als gevolg van het knakken van graanplanten aan de halmbasis als uitsluitend gevolg van de risico's storm of zware regen (vgl. § 1, nr. 2) wordt niet het kwantitatieve opbrengstverlies vergoed maar wordt een forfaitaire vergoeding volgens het in deel I, § 8, nr. 2 SHMGVB vermelde bedrag uitgekeerd. Daarmee zijn ook alle verdere door neerliggen veroorzaakte opbrengstverliezen vereffend. 3. Gecumuleerde schade:
Appears in 3 contracts
Samples: Insurance Agreement, Insurance Agreement, Insurance Policy
Verzekerde schade en verzekerde kosten. 1. Verzekerde schade:
a) De verzekeraar keert - ‒ tenzij anders overeengekomen en onder voorbe- houd van nr. 2 hieronder - ‒ een schadevergoeding voor de kwantitatieve ver- minderde verminderde oogstopbrengst uit die bij de verzekerde gewassoort (vruchttypevruchtty- pe) aantoonbaar door een of meer verzekerde risico's (§ 1, nr. 23) ontstaan is. De uitkering van de schadevergoeding gebeurt door betaling van een geldsom als schadeloosstelling.
b) Voor het in aanmerking nemen van de waarborg voor de schade door de in § 1, nr. 2 3 van de onderhavige voorwaarden vermelde risico's is het vereist dat de bij het verzekerde gewas opgetreden beschadiging ofvernieling of vernieling als uitsluitend, rechtstreeks en onvermijdelijk gevolg van een van deze verzekerde elementaire risico's (§ 1, nr. 23) opgetreden is, daardoor een van de in § 4, nr. 2 tot en met 4 van de onderhavige voorwaarden beschreven schadebeelden veroorzaakt heeft en daardoor aantoonbaar een verminderde vermin- derde oogstopbrengst ontstaan is.
c) Bij de verzekering van energieplanten voor biogaswinning keert de verze- keraar een vergoeding uit voor het kwantitatieve verlies van plantenmassa.
d) Tenzij anders overeengekomen (bijv. door een aanvullende verzekeringverzeke- ring) of bij verzekering van speciale gewassen geteeld in de volle grond - ‒ "kwa- liteitsverzekeringkwaliteitsverzekering" genoemd (zie deel IIIC, B, § 12, SHMGVBSHMGVV S6 B) of in deel II, B, § 1, nr. 2 SHMGVV en § 2 nr. 2 SHMGVV vermeld - ‒ is een kwaliteitsvermindering van het oogstproduct die onder invloed van het verzekerde risico (§ 1, nr. 23) bij het verzekerde gewas optreedt, van de verzekering uitgesloten. Dit geldt ook voor de vermindering of het verlies van vastgelegde kwaliteitscriteria (kwaliteit en toestand, bijv. volgens handelsnormen).
e) Verzekerd is enkel het opbrengstverlies van het oogstjaar. Bijkomend opbrengstverlies op- brengstverlies voor erop volgende jaren is – tenzij anders overeengeko- men overeengekomen of in deel IIIC, B, § 12 SHMGVB 10 SHMGVV S6 B vermeld – van de verzekering uitgesloten.
f) Bijzondere commerciële belangen zijn enkel verzekerd, wanneer dit specifiek werd overeengekomen. Dit geldt ook voor de verzekering van afnamerisico's bij bodemproducten. Het garantieniveau van dergelijke aanvullend verzekerde schade wordt bepaald conform de aanvullende overeenkomsten in het kader van Bijzondere Voorwaarden.
2g) De verzekeringsdekking tegen de in § 1 nr. Verzekering tegen 4 punt 4.1 en 4.2 van deze voorwaarden genoemde weersafhankelijke gebeurtenissen vereist dat de aan de verzekerde gewassen opgetreden beschadiging of vernieling aantoonbaar het onvermijdelijke gevolg is van de desbetreffende weers- afhankelijke inwerking. Daarbij dient het in § 4 nr. 4 van deze voorwaarden beschreven schadebeeld veroorzaakt te zijn, waardoor aantoonbaar een vaste uitkering:opbrengstverlies van de oogst is ontstaan.
ah) Bij schade de vruchtcategorie producten van boomkwekerijen, snij‒ en trek- heesters, hardfruit, steenfruit, bessen, industrie‒ en sapfruit en vrucht‒ en productiehout zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekerde risico's hagelinwer- king van extreem strenge vorst in de zin van § 1 nr. 3.3 ontstaan, storm of zware regen (vgl. § 1, n. 2) waarvan het schadegeval in een bepaald vegetatiestadium valt, wordt - voor zover wanneer de vorstmate binnen de in deel IA 3 § Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheids‒periode optreedt.
i) Bij wintergroenten (zie deel C § 11 SHMGVV S6 B), de vruchtcategorieën aardappelen, bieten en maïs en de gewassoorten prei, ongetopte spruitkool, getopte spruitkool, knolselderij, witlofpennen, winterwortelen en rapen zijn tegen vorst alleen de schades verzekerd die door inwerking van strenge vorst zijn ontstaan in de zin van § 8 SHMGVB niet anders geregeld of anders overeengekomen is – het daardoor ontstane opbrengstverlies uitsluitend met een forfaitaire schadeloosstelling volgens het 1 Nr. 3.3, wanneer de vorstmate binnen de in deel I, A 3 § 8, Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheidsperiode optreedt.
j) Bij hardfruit – ook als deze binnen de vruchtcategorie industrie‒ en sapfruit verzekerd is ‒ zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de inwerking van strenge vorst in de zin van § 1 nr. 1 SHMGVB vermelde bedrag vergoed. Deze forfaitaire schadeloosstelling be- vat ook een vergoeding 3.3 ontstaan; bij de ge- wassoorten van alle andere fruitvruchtcategorieën – met uitzondering van de kosten gewassoort hardfruit sap uit de vruchtcategorie industrie‒ en uitgaven voor na het schadegeval noodzakelijk geworden omploegen respsapfruit ‒, waarbij de vruchten als opbrengst verzekerd zijn (bv. ruimen van de verzekerde bodem- producten, de voorbereiding van het nieuwe zaaibed en de kosten van een vervangende of nieuwe beteling van hetzelfde of een ander vruchttype volgens het overeengekomen bedrag. Of de voorwaarden voor een dergelijk "omploegen met forfaitaire schadeloosstelling" aanwezig bessen) zijn en op welk gedeelte van het teeltperceel (bijv. akker) het omploegen betrekking heeft, beslist de verzekeraar tijdens de vaststelling van de schade (vgl. § 24). Als gevolg van de bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekeraar vastgestelde noodzaak inwerking van omploegen valt matige vorst in de akker of het deel zin van de akker buiten de verzekering§ 1 nr. 3.3 ontstaan, ook wanneer de verzekeringsnemer niet omploegt resp. niet ruimt. Voor vorstmate binnen de naverzekering van nieuwe bezaaiing op omgeploegde percelen wordt naar § 17, nr. 11 verwezen.
b) Bij schade door het neerliggen van graan – ook indien dit als energie- plant verzekerd is - als gevolg van het knakken van graanplanten aan de halmbasis als uitsluitend gevolg van de risico's storm of zware regen (vgl. § 1, nr. 2) wordt niet het kwantitatieve opbrengstverlies vergoed maar wordt een forfaitaire vergoeding volgens het in deel I, A 3 § 8, nr. 2 SHMGVB vermelde bedrag uitgekeerd. Daarmee zijn ook alle verdere door neerliggen veroorzaakte opbrengstverliezen vereffendNr.
3. Gecumuleerde schade:
Appears in 1 contract
Samples: Insurance Information Document
Verzekerde schade en verzekerde kosten. 1. Verzekerde schade:
a) De verzekeraar keert - ‒ tenzij anders overeengekomen en onder voorbe- houd van nr. 2 hieronder - ‒ een schadevergoeding voor de kwantitatieve ver- minderde verminderde oogstopbrengst uit die bij de verzekerde gewassoort (vruchttypevruchtty- pe) aantoonbaar door een of meer verzekerde risico's (§ 1, nr. 23) ontstaan is. De uitkering van de schadevergoeding gebeurt door betaling van een geldsom als schadeloosstelling.
b) Voor het in aanmerking nemen van de waarborg voor de schade door de in § 1, nr. 2 3 van de onderhavige voorwaarden vermelde risico's is het vereist dat de bij het verzekerde gewas opgetreden beschadiging ofvernieling of vernieling als uitsluitend, rechtstreeks en onvermijdelijk gevolg van een van deze verzekerde elementaire risico's (§ 1, nr. 23) opgetreden is, daardoor een van de in § 4, nr. 2 tot en met 4 van de onderhavige voorwaarden beschreven schadebeelden veroorzaakt heeft en daardoor aantoonbaar een verminderde vermin- derde oogstopbrengst ontstaan is.
c) Bij de verzekering van energieplanten voor biogaswinning keert de verze- keraar een vergoeding uit voor het kwantitatieve verlies van plantenmassa.
d) Tenzij anders overeengekomen (bijv. door een aanvullende verzekeringverzeke- ring) of bij verzekering van speciale gewassen geteeld in de volle grond - ‒ "kwa- liteitsverzekeringkwaliteitsverzekering" genoemd (zie deel IIIC, B, § 12, SHMGVBSHMGVV S6 B) of in deel II, B, § 1, nr. 2 SHMGVV en § 2 nr. 2 SHMGVV vermeld - ‒ is een kwaliteitsvermindering van het oogstproduct die onder invloed van het verzekerde risico (§ 1, nr. 23) bij het verzekerde gewas optreedt, van de verzekering uitgesloten. Dit geldt ook voor de vermindering of het verlies van vastgelegde kwaliteitscriteria (kwaliteit en toestand, bijv. volgens handelsnormen).
e) Verzekerd is enkel het opbrengstverlies van het oogstjaar. Bijkomend opbrengstverlies op- brengstverlies voor erop volgende jaren is – tenzij anders overeengeko- men overeengekomen of in deel IIIC, B, § 12 SHMGVB 10 SHMGVV S6 B vermeld – van de verzekering uitgesloten.
f) Bijzondere commerciële belangen zijn enkel verzekerd, wanneer dit specifiek werd overeengekomen. Dit geldt ook voor de verzekering van afnamerisico's bij bodemproducten. Het garantieniveau van dergelijke aanvullend verzekerde schade wordt bepaald conform de aanvullende overeenkomsten in het kader van Bijzondere Voorwaarden.
2g) De verzekeringsdekking tegen de in § 1 nr. Verzekering tegen 4 punt 4.1 en 4.2 van deze voorwaarden genoemde weersafhankelijke gebeurtenissen vereist dat de aan de verzekerde gewassen opgetreden beschadiging of vernieling aantoonbaar het onvermijdelijke gevolg is van de desbetreffende weers- afhankelijke inwerking. Daarbij dient het in § 4 nr. 4 van deze voorwaarden beschreven schadebeeld veroorzaakt te zijn, waardoor aantoonbaar een vaste uitkering:opbrengstverlies van de oogst is ontstaan.
ah) Bij schade de vruchtcategorie producten van boomkwekerijen, snij‒ en trek- heesters, hardfruit, steenfruit, bessen, industrie‒ en sapfruit en vrucht‒ en productiehout zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekerde risico's hagelinwer- king van extreem strenge vorst in de zin van § 1 nr. 3.3 ontstaan, storm of zware regen (vgl. § 1, n. 2) waarvan het schadegeval in een bepaald vegetatiestadium valt, wordt - voor zover wanneer de vorstmate binnen de in deel IA 3 § Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheids‒periode optreedt.
i) Bij wintergroenten (zie deel C § 11 SHMGVV S6 B), de vruchtcategorieën aardappelen, bieten en maïs en de gewassoorten prei, ongetopte spruitkool, getopte spruitkool, knolselderij, witlofpennen, winterwortelen en rapen zijn tegen vorst alleen de schades verzekerd die door inwerking van strenge vorst zijn ontstaan in de zin van § 8 SHMGVB niet anders geregeld of anders overeengekomen is – het daardoor ontstane opbrengstverlies uitsluitend met een forfaitaire schadeloosstelling volgens het 1 Nr. 3.3, wanneer de vorstmate binnen de in deel I, A 3 § 8, Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheidsperiode optreedt.
j) Bij hardfruit – ook als deze binnen de vruchtcategorie industrie‒ en sapfruit verzekerd is ‒ zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de inwerking van strenge vorst in de zin van § 1 nr. 1 SHMGVB vermelde bedrag vergoed. Deze forfaitaire schadeloosstelling be- vat ook een vergoeding 3.3 ontstaan; bij de ge- wassoorten van alle andere fruitvruchtcategorieën – met uitzondering van de kosten gewassoort hardfruit sap uit de vruchtcategorie industrie‒ en uitgaven voor na het schadegeval noodzakelijk geworden omploegen respsapfruit ‒, waarbij de vruchten als opbrengst verzekerd zijn (bv. ruimen van de verzekerde bodem- producten, de voorbereiding van het nieuwe zaaibed en de kosten van een vervangende of nieuwe beteling van hetzelfde of een ander vruchttype volgens het overeengekomen bedrag. Of de voorwaarden voor een dergelijk "omploegen met forfaitaire schadeloosstelling" aanwezig bessen) zijn en op welk gedeelte van het teeltperceel (bijv. akker) het omploegen betrekking heeft, beslist de verzekeraar tijdens de vaststelling van de schade (vgl. § 24). Als gevolg van de bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekeraar vastgestelde noodzaak inwerking van omploegen valt matige vorst in de akker of het deel zin van de akker buiten de verzekering§ 1 nr. 3.3 ontstaan, ook wanneer de verzekeringsnemer niet omploegt resp. niet ruimt. Voor vorstmate binnen de naverzekering van nieuwe bezaaiing op omgeploegde percelen wordt naar in deel A 3 § 17, nr. 11 verwezenNr.
b) Bij schade door het neerliggen van graan – ook indien dit als energie- plant verzekerd is - als gevolg van het knakken van graanplanten aan de halmbasis als uitsluitend gevolg van de risico's storm of zware regen (vgl. § 1, nr. 2) wordt niet het kwantitatieve opbrengstverlies vergoed maar wordt een forfaitaire vergoeding volgens het in deel I, § 8, nr. 2 SHMGVB vermelde bedrag uitgekeerd. Daarmee zijn ook alle verdere door neerliggen veroorzaakte opbrengstverliezen vereffend4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheidsperiode optreedt.
3. Gecumuleerde schade:
Appears in 1 contract
Samples: Klanteninformatie
Verzekerde schade en verzekerde kosten. 1. Verzekerde schade:
a) De verzekeraar keert - ‒ tenzij anders overeengekomen en onder voorbe- houd van nr. 2 hieronder - ‒ een schadevergoeding voor de kwantitatieve ver- minderde verminderde oogstopbrengst uit die bij de verzekerde gewassoort (vruchttypevruchtty- pe) aantoonbaar door een of meer verzekerde risico's (§ 1, nr. 23) ontstaan is. De uitkering van de schadevergoeding gebeurt door betaling van een geldsom als schadeloosstelling.
b) Voor het in aanmerking nemen van de waarborg voor de schade door de in § 1, nr. 2 3 van de onderhavige voorwaarden vermelde risico's is het vereist dat de bij het verzekerde gewas opgetreden beschadiging ofvernieling of vernieling als uitsluitend, rechtstreeks en onvermijdelijk gevolg van een van deze verzekerde elementaire risico's (§ 1, nr. 23) opgetreden is, daardoor een van de in § 4, nr. 2 tot en met 4 van de onderhavige voorwaarden beschreven schadebeelden veroorzaakt heeft en daardoor aantoonbaar een verminderde vermin- derde oogstopbrengst ontstaan is.
c) Bij de verzekering van energieplanten voor biogaswinning keert de verze- keraar een vergoeding uit voor het kwantitatieve verlies van plantenmassa.
d) Tenzij anders overeengekomen (bijv. door een aanvullende verzekeringverzeke- ring) of bij verzekering van speciale gewassen geteeld in de volle grond - ‒ "kwa- liteitsverzekeringkwaliteitsverzekering" genoemd (zie deel IIIC, B, § 12, SHMGVBSHMGVV S6 B) of in deel II, B, § 1, nr. 2 SHMGVV en § 2 nr. 2 SHMGVV vermeld - ‒ is een kwaliteitsvermindering van het oogstproduct die onder invloed van het verzekerde risico (§ 1, nr. 23) bij het verzekerde gewas optreedt, van de verzekering uitgesloten. Dit geldt ook voor de vermindering of het verlies van vastgelegde kwaliteitscriteria (kwaliteit en toestand, bijv. volgens handelsnormen).
e) Verzekerd is enkel het opbrengstverlies van het oogstjaar. Bijkomend opbrengstverlies op- brengstverlies voor erop volgende jaren is – tenzij anders overeengeko- men overeengekomen of in deel IIIC, B, § 12 SHMGVB 10 SHMGVV S6 B vermeld – van de verzekering uitgesloten.
f) Bijzondere commerciële belangen zijn enkel verzekerd, wanneer dit specifiek werd overeengekomen. Dit geldt ook voor de verzekering van afnamerisico's bij bodemproducten. Het garantieniveau van dergelijke aanvullend verzekerde schade wordt bepaald conform de aanvullende overeenkomsten in het kader van Bijzondere Voorwaarden.
2g) De verzekeringsdekking tegen de in § 1 nr. Verzekering tegen 4 punt 4.1 en 4.2 van deze voorwaarden genoemde weersafhankelijke gebeurtenissen vereist dat de aan de verzekerde gewassen opgetreden beschadiging of vernieling aantoonbaar het onvermijdelijke gevolg is van de desbetreffende weers- afhankelijke inwerking. Daarbij dient het in § 4 nr. 4 van deze voorwaarden beschreven schadebeeld veroorzaakt te zijn, waardoor aantoonbaar een vaste uitkering:opbrengstverlies van de oogst is ontstaan.
ah) Bij schade de vruchtcategorie producten van boomkwekerijen, snij‒ en trek- heesters, hardfruit, steenfruit, bessen, industrie‒ en sapfruit en vrucht‒ en productiehout zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekerde risico's hagelinwer- king van extreem strenge vorst in de zin van § 1 nr. 3.3 ontstaan, storm of zware regen (vgl. § 1, n. 2) waarvan het schadegeval in een bepaald vegetatiestadium valt, wordt - voor zover wanneer de vorstmate binnen de in deel IA 3 § Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheids‒periode optreedt.
i) Bij wintergroenten (zie deel C § 11 SHMGVV S6 B), de vruchtcategorieën aardappelen, bieten en maïs en de gewassoorten prei, ongetopte spruitkool, getopte spruitkool, knolselderij, witlofpennen, winterwortelen en rapen zijn tegen vorst alleen de schades verzekerd die door inwerking van strenge vorst zijn ontstaan in de zin van § 8 SHMGVB niet anders geregeld of anders overeengekomen is – het daardoor ontstane opbrengstverlies uitsluitend met een forfaitaire schadeloosstelling volgens het 1 Nr. 3.3, wanneer de vorstmate binnen de in deel I, A 3 § 8, Nr. 4.3 SHMGVV S6 B genoemde aansprakelijkheidsperiode optreedt.
j) Bij hardfruit – ook als deze binnen de vruchtcategorie industrie‒ en sapfruit verzekerd is ‒ zijn bij vorst alleen die schades verzekerd die door de inwerking van strenge vorst in de zin van § 1 nr. 1 SHMGVB vermelde bedrag vergoed. Deze forfaitaire schadeloosstelling be- vat ook een vergoeding 3.3 ontstaan; bij de ge- wassoorten van alle andere fruitvruchtcategorieën – met uitzondering van de kosten gewassoort hardfruit sap uit de vruchtcategorie industrie‒ en uitgaven voor na het schadegeval noodzakelijk geworden omploegen respsapfruit ‒, waarbij de vruchten als opbrengst verzekerd zijn (bv. ruimen van de verzekerde bodem- producten, de voorbereiding van het nieuwe zaaibed en de kosten van een vervangende of nieuwe beteling van hetzelfde of een ander vruchttype volgens het overeengekomen bedrag. Of de voorwaarden voor een dergelijk "omploegen met forfaitaire schadeloosstelling" aanwezig bessen) zijn en op welk gedeelte van het teeltperceel (bijv. akker) het omploegen betrekking heeft, beslist de verzekeraar tijdens de vaststelling van de schade (vgl. § 24). Als gevolg van de bij vorst alleen die schades verzekerd die door de verzekeraar vastgestelde noodzaak inwerking van omploegen valt xxxxxx vorst in de akker of het deel zin van de akker buiten de verzekering§ 1 nr. 3.3 ontstaan, ook wanneer de verzekeringsnemer niet omploegt resp. niet ruimt. Voor vorstmate binnen de naverzekering van nieuwe bezaaiing op omgeploegde percelen wordt naar § 17, nr. 11 verwezen.
b) Bij schade door het neerliggen van graan – ook indien dit als energie- plant verzekerd is - als gevolg van het knakken van graanplanten aan de halmbasis als uitsluitend gevolg van de risico's storm of zware regen (vgl. § 1, nr. 2) wordt niet het kwantitatieve opbrengstverlies vergoed maar wordt een forfaitaire vergoeding volgens het in deel I, A 3 § 8, nr. 2 SHMGVB vermelde bedrag uitgekeerd. Daarmee zijn ook alle verdere door neerliggen veroorzaakte opbrengstverliezen vereffendNr.
3. Gecumuleerde schade:
Appears in 1 contract
Samples: Brede Weersverzekering Secufarm®6