Common use of Voorwaarden van toepassing op de concessies met begrazing Clause in Contracts

Voorwaarden van toepassing op de concessies met begrazing. 1. De concessionaris is verplicht om het in de bijzondere voorwaarden vermelde begrazingsregime uit te voeren. Afwijking van dit begrazingsregime is slechts toegelaten na geschreven en jaarlijks opnieuw aan te vragen akkoord van de regiobeheerder. De percelen dienen over hun volledige oppervlakte begraasd te worden, met uitzondering van eventuele regelingen opgenomen in de bijzondere voorwaarden of zones die uitgesloten worden op basis van de regeling vermeld onder §1, 10° hierboven. 2. De concessionaris behoudt als enige de volledige verantwoordelijkheid over de dieren. Hij zal er op toezien dat de dieren in een goede gezondheidstoestand verkeren en voldoen aan alle ter zake geldende reglementeringen (registratie, veterinaire aspecten, dierenwelzijn, …). 3. Krengen van dieren moeten onmiddellijk van de percelen verwijderd worden. Het ingraven van krengen is verboden. 4. Het is niet toegestaan de ingeschaarde dieren te behandelen met ontwormingsmiddelen, behoudens uitzonderlijke, te motiveren en door de regiobeheerder te aanvaarden omstandigheden. Het ANB kan met het oog op de controle hiervan, vragen dat de concessionaris aan het ANB inzage geeft in zijn geneesmiddelenregister of een mestonderzoek laten uitvoeren. 5. De concessionaris aanvaardt het gebruik van de percelen en rasters in de toestand waarin ze zich bevinden op het ogenblik van het verlenen van de concessie. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, hebben de rasters rond de in concessie gegeven percelen een afschrijvingstermijn die de looptijd van de concessie overschrijdt. De concessionaris is verantwoordelijk voor het in stand houden van en het toezicht op het goed functioneren van de rasters en afsluitingen. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, is hij verantwoordelijk voor het onderhoud van de rasters en afsluitingen en verplicht de rasters tijdig vrij te stellen van hinderlijke begroeiing, de draden voldoende strak te houden en de poorten te onderhouden. De concessionaris is verantwoordelijk voor de noodzakelijke herstellingen aan de rasters, voor zover de herstellingen beperkt blijven tot maximaal 20% van de vervangwaarde van het raster. Het ANB zal instaan voor zwaardere herstellingen en voor het vervangen van afgeschreven rasters, onverminderd de verplichting van de concessionaris om in afwachting van de vervanging, zelf alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om de veiligheid te verzekeren. Bij het uitvoeren van herstellingen of vervangingen door de concessionaris, moet verplicht gebruik gemaakt worden van materialen die gelijkaardig en gelijkwaardig zijn aan de oorspronkelijk gebruikte materialen. In de gevallen waarin de concessionaris zelf rasters of tussenrasters wenst te plaatsen, is uitsluitend het gebruik van houten of kunststofpalen met een neutrale kleur en met één of meerdere prikkel- of gladde draden toegestaan. Dergelijke rasters dienen bij het einde van de concessieperiode door de concessionaris verwijderd te worden. Het gebruik van verplaatsbare tussenrasters (type flexinet voor schapenbegrazing) is toegelaten. Het ANB is gerechtigd om bij niet-naleving van de bepalingen van de drie vorige alinea’s, bij het einde van de concessieperiode een vergoeding aan te rekenen die overeenkomt met de kosten voor het herstel van het terrein en van het raster in zijn oorspronkelijke toestand. 6. Tijdens de beweidingsperiode dient de veebezetting steeds beperkt te worden tot aantallen die de draagkracht van het terrein niet overschrijden, onverminderd eventuele beperkingen op de maximumbezetting volgend uit de milieu- en mestwetgeving of de bijzondere voorwaarden van deze concessie. De beweiding dient in elk geval tijdelijk gestopt te worden bij risico op sterke vertrappeling van de grasmat, bijvoorbeeld bij aanhoudende vochtige terreinomstandigheden. Het is niet toegelaten de dieren bij te voederen. Bij voedselgebrek wordt de begrazing onmiddellijk stopgezet. In specifieke en te motiveren gevallen, kan van deze twee laatste bepalingen een tijdelijke afwijking bekomen worden bij de regiobeheerder. Het gebruik van likstenen en neuspompen is toegelaten. 7. Voor de percelen waarvoor in de perceelsfiches een maximum aantal in te scharen dieren of GVE vastgesteld wordt, kan dit aantal in de loop van de concessieperiode eventueel verhoogd worden in functie van en/of met respect voor de draagkracht van het terrein en het realiseren van de beheerdoelstellingen voor het gebied. De toelating voor het optrekken van het aantal dieren, is schriftelijk aan te vragen bij de regiobeheerder. 8. Tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden, kunnen de percelen begraasd worden met runderen, paarden of schapen. Wanneer in de bijzondere voorwaarden bepaald wordt dat de percelen te begrazen zijn met een welbepaald soort vee, dan kan hiervan slechts afgeweken worden mits jaarlijks te hernieuwen aanvraag en toestemming door de regiobeheerder. Het Agentschap behoudt zich het recht voor om dieren te weigeren die niet voldoen aan de in de concessie vermelde voorwaarden. 9. De gebruiker mag de oppervlakte van de percelen in gebruik meerekenen in de verantwoording van zijn mestafzet gedurende de duur van de begrazing. 10. De concessionaris moet aan het Agentschap een telefoonnummer meedelen waarop hij of zijn lasthebbers tijdens begrazingsperiodes ten allen tijde bereikbaar zijn voor oproepen vanuit het Agentschap. Bij wijziging van deze gegevens, is hij ertoe gehouden het Agentschap onverwijld van deze wijziging op de hoogte te brengen.

Voorwaarden van toepassing op de concessies met begrazing. 1. De concessionaris is verplicht om het in de bijzondere voorwaarden vermelde begrazingsregime uit te voeren. Afwijking van dit begrazingsregime is slechts toegelaten na geschreven en jaarlijks opnieuw aan te vragen akkoord van de regiobeheerder. De percelen dienen over hun volledige oppervlakte begraasd te worden, met uitzondering van eventuele regelingen opgenomen in de bijzondere voorwaarden of zones die uitgesloten worden op basis van de regeling vermeld onder §1, 10° hierboven. 2. De concessionaris behoudt als enige de volledige verantwoordelijkheid over de dieren. Hij zal er op toezien dat de dieren in een goede gezondheidstoestand verkeren en voldoen aan alle ter zake geldende reglementeringen (registratie, veterinaire aspecten, dierenwelzijn, …). 3. Krengen van dieren moeten onmiddellijk van de percelen verwijderd worden. Het ingraven van krengen is verboden. 4. Het is niet toegestaan de ingeschaarde dieren te behandelen met ontwormingsmiddelen, behoudens uitzonderlijke, te motiveren en door de regiobeheerder te aanvaarden omstandigheden. Het ANB kan met het oog op de controle hiervan, vragen dat de concessionaris aan het ANB inzage geeft in zijn geneesmiddelenregister of een mestonderzoek laten uitvoeren. 5. De concessionaris aanvaardt het gebruik van de percelen en rasters in de toestand waarin ze zich bevinden op het ogenblik van het verlenen van de concessie. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, hebben de rasters rond de in concessie gegeven percelen een afschrijvingstermijn die de looptijd van de concessie overschrijdt. De concessionaris is verantwoordelijk voor het in stand houden van en het toezicht op het goed functioneren van de rasters en afsluitingen. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, is hij verantwoordelijk voor het onderhoud van de rasters en afsluitingen en verplicht de rasters tijdig vrij te stellen van hinderlijke begroeiing, de draden voldoende strak te houden en de poorten te onderhouden. De concessionaris is verantwoordelijk voor de noodzakelijke herstellingen aan de rasters, voor zover de herstellingen beperkt blijven tot maximaal 20% van de vervangwaarde van het raster. Het ANB zal instaan voor zwaardere herstellingen en voor het vervangen van afgeschreven rasters, onverminderd de verplichting van de concessionaris om in afwachting van de vervanging, zelf alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om de veiligheid te verzekeren. Bij het uitvoeren van herstellingen of vervangingen door de concessionaris, moet verplicht gebruik gemaakt worden van materialen die gelijkaardig en gelijkwaardig identiek zijn aan de oorspronkelijk gebruikte materialen. In de gevallen waarin de concessionaris zelf rasters of tussenrasters wenst te plaatsen, is uitsluitend een kraal wil kan dit aangevraagd worden aan de regiobeheerder en boswachter. Dit zal dan door arbeiders van het gebruik van houten of kunststofpalen met een neutrale kleur Agentschap Natuur en met één of meerdere prikkel- of gladde draden toegestaan. Dergelijke rasters dienen bij het einde van de concessieperiode door de concessionaris verwijderd te Bos geplaatst worden. Het plaatsen van andere extra rasters en het gebruik van verplaatsbare tussenrasters (type flexinet voor schapenbegrazing) is niet toegelaten. Het ANB is gerechtigd om bij niet-naleving van de bepalingen van de drie vier vorige alinea’s, bij het einde van de concessieperiode een vergoeding aan te rekenen die overeenkomt met de kosten voor het herstel van het terrein en van het raster in zijn oorspronkelijke toestand. 6. Tijdens de beweidingsperiode dient de veebezetting steeds beperkt te worden tot aantallen die de draagkracht van het terrein niet overschrijden, onverminderd eventuele beperkingen op de maximumbezetting volgend uit de milieu- en mestwetgeving of de bijzondere voorwaarden van deze concessie. De beweiding dient in elk geval tijdelijk gestopt te worden bij risico op sterke vertrappeling van de grasmat, bijvoorbeeld bij aanhoudende vochtige terreinomstandigheden. Het is niet toegelaten de dieren bij te voederen. Bij voedselgebrek wordt de begrazing onmiddellijk stopgezet. In specifieke en te motiveren gevallen, kan van deze twee laatste bepalingen een tijdelijke afwijking bekomen worden bij de regiobeheerder. Het gebruik van likstenen en neuspompen is toegelatentoegelaten indien deze op een houten paal bevestigd worden. 7. Voor de percelen waarvoor in de perceelsfiches perceelsfiche een maximum aantal in te scharen dieren of GVE vastgesteld wordt, kan dit aantal in de loop van de concessieperiode eventueel verhoogd worden in functie van en/of met respect voor de draagkracht van het terrein en het realiseren van de beheerdoelstellingen voor het gebied. De toelating voor het optrekken van het aantal dieren, is schriftelijk aan te vragen bij de regiobeheerder. 8. Tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden, kunnen de percelen begraasd worden met runderen, paarden of schapen. Wanneer in de bijzondere voorwaarden bepaald wordt dat de percelen te begrazen zijn met een welbepaald soort vee, dan kan hiervan slechts afgeweken worden mits jaarlijks te hernieuwen aanvraag en toestemming door de regiobeheerder. Het Agentschap behoudt zich het recht voor om dieren te weigeren die niet voldoen aan de in de concessie vermelde voorwaarden. 9. De gebruiker mag de oppervlakte van de percelen in gebruik meerekenen in de verantwoording van zijn mestafzet gedurende de duur van de begrazing. 10. De concessionaris moet aan het Agentschap een telefoonnummer meedelen waarop hij of zijn lasthebbers tijdens begrazingsperiodes ten allen tijde bereikbaar zijn voor oproepen vanuit het Agentschap. Bij wijziging van deze gegevens, is hij ertoe gehouden het Agentschap onverwijld van deze wijziging op de hoogte te brengen.

Voorwaarden van toepassing op de concessies met begrazing. 1. De concessionaris is verplicht om het in de bijzondere voorwaarden vermelde begrazingsregime uit te voeren. Afwijking van dit begrazingsregime is slechts toegelaten na geschreven en jaarlijks opnieuw aan te vragen akkoord van de regiobeheerder. De percelen dienen over hun volledige oppervlakte begraasd te worden, met uitzondering van eventuele regelingen opgenomen in de bijzondere voorwaarden of zones die uitgesloten worden op basis van de regeling vermeld onder §1, 10° hierboven. 2. De concessionaris behoudt als enige de volledige verantwoordelijkheid over de dieren. Hij zal er op toezien dat de dieren in een goede gezondheidstoestand verkeren en voldoen aan alle ter zake geldende reglementeringen (registratie, veterinaire aspecten, dierenwelzijn, …). 3. Krengen van dieren moeten onmiddellijk van de percelen verwijderd worden. Het ingraven van krengen is verboden. 4. Het is niet toegestaan de ingeschaarde dieren op de percelen te behandelen met ontwormingsmiddelen, behoudens uitzonderlijke, te motiveren en door de regiobeheerder te aanvaarden omstandigheden. Het ANB kan met het oog op de controle hiervan, vragen dat de concessionaris aan het ANB inzage geeft in zijn geneesmiddelenregister of een mestonderzoek laten uitvoeren. 5. De concessionaris aanvaardt het gebruik van de percelen en rasters in de toestand waarin ze zich bevinden op het ogenblik van het verlenen van de concessie. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, hebben de rasters rond de in concessie gegeven percelen een afschrijvingstermijn die de looptijd van de concessie overschrijdt. De concessionaris is verantwoordelijk voor het in stand houden van en het toezicht op het goed functioneren van de rasters en afsluitingen. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, is hij verantwoordelijk voor het onderhoud van de rasters en afsluitingen en verplicht de rasters tijdig vrij te stellen van hinderlijke begroeiing, de draden voldoende strak te houden en de poorten te onderhouden. Dit dient minimaal 2 keer per jaar te gebeuren, en na hevige wind. De kosten voor de elektriciteit (Robbroek, Het Broek, N-eiland en Z-eiland) van de rasters zijn ten laste van concessie verlenende overheid (ANB). De concessionaris is verantwoordelijk voor de noodzakelijke herstellingen aan de rasters, voor zover de herstellingen beperkt blijven tot maximaal 20% van de vervangwaarde van het raster. Het ANB zal instaan voor zwaardere herstellingen en voor het vervangen van afgeschreven rasters, onverminderd de verplichting van de concessionaris om in afwachting van de vervanging, zelf alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om de veiligheid te verzekeren. Bij het uitvoeren van herstellingen of vervangingen door de concessionaris, moet verplicht gebruik gemaakt worden van materialen die gelijkaardig en gelijkwaardig zijn aan de oorspronkelijk gebruikte materialen. In de gevallen waarin de concessionaris zelf rasters of tussenrasters wenst te plaatsen, is uitsluitend het gebruik van houten of kunststofpalen met een neutrale kleur en met één of meerdere prikkel- of gladde draden toegestaan. Dergelijke rasters dienen bij het einde van de concessieperiode door de concessionaris verwijderd te worden. Het gebruik van verplaatsbare tussenrasters (type flexinet voor schapenbegrazing) is toegelaten. Het ANB is gerechtigd om bij niet-naleving van de bepalingen van de drie vorige alinea’s, bij het einde van de concessieperiode een vergoeding aan te rekenen die overeenkomt met de kosten voor het herstel van het terrein en van het raster in zijn oorspronkelijke toestand. 6. Tijdens de beweidingsperiode dient de veebezetting steeds beperkt te worden tot aantallen die de draagkracht van het terrein niet overschrijden, onverminderd eventuele beperkingen op de maximumbezetting volgend uit de milieu- en mestwetgeving of de bijzondere voorwaarden van deze concessie. De beweiding dient in elk geval tijdelijk gestopt te worden bij risico op sterke vertrappeling van de grasmat, bijvoorbeeld bij aanhoudende vochtige terreinomstandigheden. Het is niet toegelaten de dieren bij te voederen. Bij voedselgebrek wordt de begrazing onmiddellijk stopgezet. In specifieke en te motiveren gevallen, kan van deze twee laatste bepalingen een tijdelijke afwijking bekomen worden bij de regiobeheerder. Het gebruik van likstenen en neuspompen is toegelaten. 7. Voor de percelen waarvoor in de perceelsfiches een maximum aantal in te scharen dieren of GVE vastgesteld wordt, kan dit aantal in de loop van de concessieperiode eventueel verhoogd worden in functie van en/of met respect voor de draagkracht van het terrein en het realiseren van de beheerdoelstellingen voor het gebied. De toelating voor het optrekken van het aantal dieren, is schriftelijk aan te vragen bij de regiobeheerder. 8. Tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden, kunnen de percelen begraasd worden met runderen, paarden of schapen. Wanneer in de bijzondere voorwaarden bepaald wordt dat de percelen te begrazen zijn met een welbepaald soort vee, dan kan hiervan slechts afgeweken worden mits jaarlijks te hernieuwen aanvraag en toestemming door de regiobeheerder. Het Agentschap behoudt zich het recht voor om dieren te weigeren die niet voldoen aan de in de concessie vermelde voorwaarden. 9. De gebruiker mag de oppervlakte van de percelen in gebruik meerekenen in de verantwoording van zijn mestafzet gedurende de duur van de begrazing. 10. De concessionaris moet aan het Agentschap Natuur en Bos een telefoonnummer meedelen waarop hij of zijn lasthebbers tijdens begrazingsperiodes ten allen tijde bereikbaar zijn voor oproepen vanuit het Agentschap. Bij wijziging van deze gegevens, is hij ertoe gehouden het Agentschap onverwijld van deze wijziging op de hoogte te brengen. In samenspraak met ANB wordt een infobordje voorzien met de contactgegevens van de concessionaris die aan de toegangen van het terrein kenbaar gemaakt worden. Andere communicatie kan alleen na goedkeuring van de regiobeheerder.

Voorwaarden van toepassing op de concessies met begrazing. 1. De concessionaris is verplicht om het de in de bijzondere voorwaarden vermelde begrazingsregime Begrazing uit te voeren. Afwijking van dit begrazingsregime is slechts toegelaten na geschreven en jaarlijks opnieuw aan te vragen akkoord van de regiobeheerder. De percelen dienen over hun volledige oppervlakte begraasd te worden, met uitzondering van eventuele regelingen opgenomen tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden of zones die uitgesloten worden op basis van de regeling vermeld onder §1, 10° hierboven.voorwaarden; 2. De concessionaris behoudt als enige de volledige verantwoordelijkheid over de dieren. Hij zal er op toezien dat de dieren in een goede gezondheidstoestand verkeren en voldoen aan alle ter zake geldende reglementeringen (registratie, veterinaire aspecten, dierenwelzijn, …). 3. Krengen van dieren moeten onmiddellijk van de percelen verwijderd worden. Het ingraven van krengen is verboden. 4. Het is niet toegestaan de ingeschaarde dieren te behandelen met ontwormingsmiddelen, behoudens uitzonderlijke, te motiveren en door de regiobeheerder te aanvaarden omstandigheden. Het ANB kan met het oog op de controle hiervan, vragen dat de concessionaris aan het ANB inzage geeft in zijn geneesmiddelenregister of een mestonderzoek laten uitvoeren. 5. De concessionaris aanvaardt het gebruik van de percelen en rasters in de toestand waarin ze zich bevinden op het ogenblik van het verlenen van de concessie. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, hebben de rasters rond de in concessie gegeven percelen een afschrijvingstermijn die de looptijd van de concessie overschrijdt. De concessionaris is verantwoordelijk voor het in stand houden van en het toezicht op het goed functioneren van de rasters en afsluitingen. Tenzij anders aangegeven in de bijzondere voorwaarden, is hij verantwoordelijk voor het onderhoud van de rasters en afsluitingen en verplicht de rasters tijdig vrij te stellen van hinderlijke begroeiing, de draden voldoende strak te houden en de poorten te onderhouden. De concessionaris is verantwoordelijk voor de noodzakelijke herstellingen aan de rasters, voor zover de herstellingen beperkt blijven tot maximaal 20% van de vervangwaarde van het raster. Het ANB zal instaan voor zwaardere herstellingen en voor het vervangen van afgeschreven rasters, onverminderd de verplichting van de concessionaris om in afwachting van de vervanging, zelf alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om de veiligheid te verzekeren. Bij het uitvoeren van herstellingen of vervangingen door de concessionaris, moet verplicht gebruik gemaakt worden van materialen die gelijkaardig en gelijkwaardig zijn aan de oorspronkelijk gebruikte materialen. In de gevallen waarin de concessionaris zelf rasters of tussenrasters wenst te plaatsen, is uitsluitend het gebruik van houten of kunststofpalen met een neutrale kleur en met één of meerdere prikkel- of gladde draden toegestaan. Dergelijke rasters dienen bij het einde van de concessieperiode door de concessionaris verwijderd te worden. Het gebruik van verplaatsbare tussenrasters (type flexinet voor schapenbegrazing) is toegelaten. Het ANB Agentschap is gerechtigd om bij niet-naleving van de bepalingen van de drie vorige alinea’s, bij het einde van de concessieperiode een vergoeding aan te rekenen die overeenkomt met de kosten voor het herstel van het terrein en van het raster in zijn oorspronkelijke toestand. 65. Tijdens de beweidingsperiode dient de veebezetting steeds beperkt te worden tot aantallen die de draagkracht van het terrein niet overschrijden, onverminderd eventuele beperkingen op de maximumbezetting volgend uit de milieu- en mestwetgeving of de bijzondere voorwaarden van deze concessie. De beweiding dient in elk geval tijdelijk gestopt te worden bij risico op sterke vertrappeling van de grasmat, bijvoorbeeld bij aanhoudende vochtige terreinomstandigheden. Het is niet toegelaten de dieren bij te voederen. Bij voedselgebrek wordt de begrazing onmiddellijk stopgezet. In specifieke en te motiveren gevallen, kan van deze twee laatste bepalingen een tijdelijke afwijking bekomen worden bij de regiobeheerder. Het gebruik van likstenen en neuspompen is toegelaten. 76. Voor de percelen waarvoor in de perceelsfiches een maximum aantal in te scharen dieren of GVE vastgesteld wordt, kan dit aantal in de loop van de concessieperiode eventueel verhoogd worden in functie van en/of met respect voor de draagkracht van het terrein en het realiseren van de beheerdoelstellingen voor het gebied. De toelating voor het optrekken van het aantal dieren, is schriftelijk aan te vragen bij de regiobeheerder. 87. Tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden, kunnen de percelen begraasd worden met runderen, paarden of schapen. Wanneer in de bijzondere voorwaarden bepaald wordt dat de percelen te begrazen zijn met een welbepaald soort vee, dan kan hiervan slechts afgeweken worden mits jaarlijks te hernieuwen aanvraag en toestemming door de regiobeheerder. Het Agentschap behoudt zich het recht voor om dieren te weigeren die niet voldoen aan de in de concessie vermelde voorwaarden. 98. De gebruiker mag de oppervlakte van de percelen in gebruik meerekenen in de verantwoording van zijn mestafzet Het is verboden om minstens twee weken voor, en gedurende de duur verblijftijd van dieren op het goed om de begrazingdieren te behandelen met ontwormingsmiddelen. 10. De concessionaris moet aan het Agentschap een telefoonnummer meedelen waarop hij of zijn lasthebbers tijdens begrazingsperiodes ten allen tijde bereikbaar zijn voor oproepen vanuit het Agentschap. Bij wijziging van deze gegevens, is hij ertoe gehouden het Agentschap onverwijld van deze wijziging op de hoogte te brengen.