Common use of Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting Clause in Contracts

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, op een door of namens de Leverancier goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteld. De Opstellingsruimte moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijn. 4.2 Bij Hoogbouw dient de inpassing en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.3 Bij een Huur warmtepomp dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening van de Aanvrager. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen. 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling van het toestel in overleg met de Leverancier te gebeuren.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, op een door of namens de Leverancier goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteld. De Opstellingsruimte wordt kosteloos ter beschikking gesteld en moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen specifieke door de producent/ eigenaar van het Warmtenet opgelegde richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnwarmtelevering. 4.2 Bij Hoogbouw dient de inpassing en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.3 Bij een Huur warmtepomp dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W.worden. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening van de Aanvrager. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen. 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling van het toestel in overleg met de Leverancier te gebeuren.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, 5.1 > Aanvrager stelt kosteloos een afsluitbare Opstellingsruimte beschikbaar die zich bevindt op een straatniveau en die bereikbaar is via de openbare weg voor transport van materiaal zonder speciaal materieel. Nadrukkelijk wordt door of namens partijen gestreefd naar de Leverancier kortst mogelijke Aansluiting. Het GSM-net moet vanuit de Opstellingsruimte altijd goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteldbereikbaar zijn. De Opstellingsruimte mag door Klant uitsluitend voor de doeleinden worden gebruikt als in deze Algemene Voorwaarden Zakelijk bepaald. In bijlage 1 staat aangegeven aan welke (technische) eisen en voorwaarden de Opstellingsruimte tenminste moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnvoldoen. 4.2 Bij Hoogbouw 5.2 > De mogelijkheid bestaat om in een Opstellingsruimte zowel de Aansluiting van Ennatuurlijk als installatiedelen van de Klant onder te brengen. Hiertoe dient de inpassing vooraf bij Ennatuurlijk goedkeuring te worden gevraagd en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurenEnnatuurlijk kan aan die goedkeuring redelijke voorwaarden verbinden. 4.3 Bij een Huur warmtepomp 5.3 > Klant dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten en toebehoren bereikbaar te houden voor onderhoud, beheer en te vervangen zijnvervanging. De ruimten waarin deze de Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. Boven ondergronds gelegen Leidingen in en onder het Perceel moet open bestrating worden toegepast en mag geen diepwortelende begroeiing worden aangeplant. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn 5.4 > Klant staat toe dat zowel voor zichzelf als ten behoeve van de volgende voorzieningenderden: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²tin, aan, op, onder of boven het Perceel Leidingen en onderstations worden gelegd; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht)Aansluitingen tot stand worden gebracht; c. voldoende ventilatieroosters aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt. 5.5 > Onverminderd het bepaalde in artikel 7.2 zijn vervanging, verplaatsing, wijziging, (de)activatie en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing verwijdering van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn Aansluiting voor rekening van aansluitingen met voldoende capaciteit voorXxxxx als dit: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatiegeschiedt op zijn verzoek; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening beëindiging van de Aanvrager. De Leverancier Overeenkomst; c. het gevolg is gerechtigd om aanvullende voorzieningen van handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die de Klant redelijkerwijs zijn toe te eisen.rekenen; 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling d. het gevolg is van het toestel in overleg met handelen of nalaten van Klant voor zover dit de Leverancier Klant redelijkerwijs is toe te gebeurenrekenen.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen Indien een eLektrische instaLLatie wordt aangesLoten op het Perceelhoogspanningsnet dat door de netbeheerder wordt beheerd, moet de afnemer, indien de netbeheerder daarom verzoekt, kosteLoos een hoogspanningsruimte ter beschikking steLLen en houden ten behoeve van de door de netbeheerder op te steLLen hoogspanningsinstaLLatie en/of andere apparatuur. Deze ruimte, waarvan de pLaats na overLeg met de afnemer door de netbeheerder wordt vastgesteLd, moet ten aanzien van afmetingen, constructie en inrichting voLdoen aan de door de netbeheerder te steLLen eisen. De ruimte moet vanaf de openbare weg bLijvend toegankeLijk zijn, zodat aLLe noodzakeLijke werkzaamheden, waartoe ook te rekenen het verwisseLen van de hoogspanningsinstaLLatie en/of andere apparatuur te aLLen tijde kunnen worden verricht, en moet zijn afgesLoten door een deur of deuren, voorzien van een door of namens de Leverancier goed netbeheerder ter beschikking te keuren plaats met in achtneming steLLen sLot. In het gevaL de netbeheerder een (prefab-) transformatorstation pLaatst ten behoeve van de aansLuiting van een eLektrische instaLLatie op het bouwbesluithoogspanningsnet, moet door de Contractant voor afnemer het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte daarvoor benodigde perceeLsgedeeLte kosteLoos ter beschikking worden gesteldsteLLen en houden. De Opstellingsruimte Dit station moet vanaf de openbare weg bLijvend toegankeLijk zijn ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnbehoeve van aLLe benodigde werkzaamheden. 4.2 Bij Hoogbouw dient Het onderhoud van de inpassing en aanleg hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte geschiedt ter beoordeLing van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurennetbeheerder door de afnemer, of door de netbeheerder zeLf, doch steeds voor rekening van de afnemer. 4.3 Bij De afnemer verLeent om niet de nodige medewerking tot het uitvoeren van werkzaamheden door de netbeheerder. Voor de inrichting van de hoogspanningsruimte, respectieveLijk voor de pLaatsing van het transformatorstation, en het onderhoud van de daarin aanwezige apparatuur is de afnemer een Huur warmtepomp dient bijdrage verschuLdigd overeenkomstig de inpassing tarieven- en installatie vergoedingsregeLing van de netbeheerder, aLs bedoeLd in overleg met artikeL 15. De netbeheerder is bevoegd de Leverancier ruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte aLsmede de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur, mede ten behoeve van het transport van eLektrische energie voor derden te gebeurengebruiken. In dat gevaL vindt artikeL 5, Lid 4 toepassing. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor door de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7)netbeheerder in de hoogspanningsruimte respectieveLijk op het perceeLsgedeeLte aangebrachte apparatuur is en bLijft eigendom van de neteigenaar. De toegang tot afnemer is verpLicht de Opstellingsruimte mag niet op een naar nodige maatregeLen te nemen respectieveLijk zijn medewerking te verLenen om het oordeel eigendomsrecht van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerdneteigenaar te waarborgen, bijvoorbeeLd door het om niet verLenen van een zakeLijk recht aan de neteigenaar. De Opstellingsruimte zelf mag afnemer vrijwaart de netbeheerder en de neteigenaar terzake van eventueLe aanspraken van derden op de door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruiktnetbeheerder aangebrachte apparatuur in verband met een vermeende vordering van die derde(n) op de afnemer. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte en de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur moeten goed bereikbaar bLijven. Indien de ruimte, respectieveLijk het perceeLsgedeeLte en de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur of een gedeeLte daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door het handeLen of naLaten van derden inde afnemer, aanheeft de netbeheerder, opna aanmaning, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegdrecht op kosten van de betrokkene de beLemmeringen weg te nemen, Aansluitingen en Meetinrichtingen wijzigingen in het tracé van de aansLuiting aan te brengen, dan weL een geheeL nieuwe aansLuiting tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancierte brengen. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen Indien de overeenkomst met de netbeheerder wordt beëindigd zaL de netbeheerder de hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte nog tot ten hoogste twaaLf maanden na de datum van beëindiging van de overeenkomst mogen gebruiken voor zijn getroffen bedrijfsvoering en voor het gemakkelijk binnenleiden verrichten van werkzaamheden. De afnemer waarborgt gedurende deze periode het ongestoord gebruik van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriftenruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte. 4.7 Indien in verband met de hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte tussen de neteigenaar en de afnemer een Perceel voor zakeLijk recht is gevestigd, zuLLen de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan rechten en verpLichtingen van beide partijen mede worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde beheerst door de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn bepaLingen van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve zakeLijk recht overeenkomst. IngevaL van Aansluiting van tegenstrijdigheid tussen de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 AzakeLijk recht overeenkomst en deze voorwaarden, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuigingprevaLeert de zakeLijk recht overeenkomst. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening van de Aanvrager. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen. 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling van het toestel in overleg met de Leverancier te gebeuren.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, Voorzieningen ten behoeve van de aansLuiting worden getroffen overeenkomstig de toepasseLijke bepaLingen van de “Technische Voorwaarden voor aansLuiting op een door of namens de Leverancier goed te keuren plaats met gastransportnet”, aLs bedoeLd in achtneming artikeL 7 Lid 10 van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteld. De Opstellingsruimte moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijndeze aLgemene voorwaarden. 4.2 Bij Hoogbouw dient Het onderhoud aan door de inpassing en aanleg afnemer ten behoeve van Leidingen met toebehoren de aansLuiting op grond van het bepaaLde in overleg met Lid 1 ter beschikking te steLLen opsteLLingsruimte, geschiedt ten genoegen van de Leverancier te gebeurennetbeheerder door en/of voor rekening van de afnemer. 4.3 Bij De afnemer verLeent om niet de nodige medewerking tot het uitvoeren van werkzaamheden door of vanwege de netbeheerder. Voor de inrichting van de opsteLLingsruimte en het onderhoud van de daarin aanwezige apparatuur is de afnemer een Huur warmtepomp dient bijdrage verschuLdigd overeenkomstig de inpassing tarieven- en installatie vergoedingsregeLing van de netbeheerder, aLs bedoeLd in overleg met artikeL 15. De netbeheerder is bevoegd de Leverancier ruimte aLsmede de daar aanwezige apparatuur, mede ten behoeve van het transport van gas voor derden te gebeurengebruiken. In dat gevaL vindt artikeL 5, Lid 4 toepassing. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor door de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7)netbeheerder aangebrachte apparatuur is en bLijft eigendom van de neteigenaar. De toegang tot afnemer is verpLicht de Opstellingsruimte mag niet op een naar nodige maatregeLen te nemen respectieveLijk zijn medewerking te verLenen om het oordeel eigendomsrecht van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerdneteigenaar te waarborgen, bijvoorbeeLd door het om niet verLenen van een zakeLijk recht aan de neteigenaar. De Opstellingsruimte zelf mag afnemer vrijwaart de netbeheerder en de neteigenaar terzake van eventueLe aanspraken van derde(n) op de door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruiktnetbeheerder aangebrachte apparatuur in verband met een (vermeende) vordering van die derde(n) op de afnemer. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve opsteLLingsruimte en daar aanwezige apparatuur moeten goed bereikbaar bLijven. Indien de ruimte en de daar aanwezige apparatuur of een gedeeLte daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door het handeLen of naLaten van derden inde afnemer, aanheeft de netbeheerder, opna aanmaning, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegdrecht op kosten van de betrokkene de beLemmeringen weg te nemen, Aansluitingen en Meetinrichtingen wijzigingen in het tracé van de aansLuiting aan te brengen, dan weL een geheeL nieuwe aansLuiting tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancierte brengen. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen Indien de overeenkomst met de netbeheerder wordt beëindigd zaL de netbeheerder de opsteLLingsruimte nog tot ten hoogste twaaLf maanden na de datum van beëindiging van de overeenkomst mogen gebruiken voor zijn getroffen bedrijfsvoering en voor het gemakkelijk binnenleiden verrichten van werkzaamheden. De afnemer waarborgt gedurende deze periode het ongestoord gebruik van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriftenruimte. 4.7 Indien in verband met de opsteLLingsruimte tussen de neteigenaar en de afnemer een Perceel voor zakeLijk recht is gevestigd, zuLLen de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan rechten en verpLichtingen van beide partijen mede worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde beheerst door de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn bepaLingen van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve overeenkomst voor zakeLijk recht. IngevaL van Aansluiting van tegenstrijdigheid tussen de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 Aovereenkomst voor zakeLijk recht en deze voorwaarden, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuigingprevaLeert de overeenkomst voor zakeLijk recht. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening van de Aanvrager. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen. 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling van het toestel in overleg met de Leverancier te gebeuren.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, 5.1 > Aanvrager stelt kosteloos een afsluitbare Opstellingsruimte beschikbaar die zich bevindt op een straatniveau en die bereikbaar is via de openbare weg voor transport van materiaal zonder speciaal materieel. Nadrukkelijk wordt door of namens partijen gestreefd naar de Leverancier kortst mogelijke Aansluiting. Het GSM-net moet vanuit de Opstellingsruimte altijd goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteldbereikbaar zijn. De Opstellingsruimte mag door Klant uitsluitend voor de doeleinden worden gebruikt als in deze Algemene Voorwaarden Zakelijk bepaald. In bijlage 1 staat aangegeven aan welke (technische) eisen en voorwaarden de Opstellingsruimte tenminste moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnvoldoen. 4.2 Bij Hoogbouw 5.2 > De mogelijkheid bestaat om in een Opstellingsruimte zowel de Aansluiting van Het Groene Net als installatiedelen van de Klant onder te brengen. Hiertoe dient de inpassing vooraf bij Het Groene Net goedkeuring te worden gevraagd en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurenHet Groene Net kan aan die goedkeuring redelijke voorwaarden verbinden. 4.3 Bij een Huur warmtepomp 5.3 > Klant dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten en toebehoren bereikbaar te houden voor onderhoud, beheer en te vervangen zijnvervanging. De ruimten waarin deze de Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. Boven ondergronds gelegen Leidingen in en onder het Perceel moet open bestrating worden toegepast en mag geen diepwortelende begroeiing worden aangeplant. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn 5.4 > Klant staat toe dat zowel voor zichzelf als ten behoeve van de volgende voorzieningenderden: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²tin, aan, op, onder of boven het Perceel Leidingen en onderstations worden gelegd; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht)Aansluitingen tot stand worden gebracht; c. voldoende ventilatieroosters aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt. 5.5 > Onverminderd het bepaalde in artikel 7.2 zijn vervanging, verplaatsing, wijziging, (de)activatie en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing verwijdering van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn Aansluiting voor rekening van aansluitingen met voldoende capaciteit voorXxxxx als dit: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatiex. geschiedt op zijn verzoek; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening beëindiging van de Aanvrager. De Leverancier Overeenkomst; c. het gevolg is gerechtigd om aanvullende voorzieningen van handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die de Klant redelijkerwijs zijn toe te eisen.rekenen; 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling d. het gevolg is van het toestel in overleg met handelen of nalaten van Klant voor zover dit de Leverancier Klant redelijkerwijs is toe te gebeurenrekenen.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, 5.1 > Aanvrager stelt kosteloos een afsluitbare Opstellingsruimte beschikbaar die zich bevindt op een straatniveau en die bereikbaar is via de openbare weg voor transport van materiaal zonder speciaal materieel. Nadrukkelijk wordt door of namens partijen gestreefd naar de Leverancier kortst mogelijke Aansluiting. Het GSM-net moet vanuit de Opstellingsruimte altijd goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteldbereikbaar zijn. De Opstellingsruimte mag door Klant uitsluitend voor de doeleinden worden gebruikt als in deze Algemene Voorwaarden Zakelijk bepaald. In bijlage 1 staat aangegeven aan welke (technische) eisen en voorwaarden de Opstellingsruimte tenminste moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnvoldoen. 4.2 Bij Hoogbouw 5.2 > De mogelijkheid bestaat om in een Opstellingsruimte zowel de Aansluiting van Warmtebedrijf Hengelo als installatiedelen van de Klant onder te brengen. Hiertoe dient de inpassing vooraf bij Warmtebedrijf Xxxxxxx goedkeuring te worden gevraagd en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurenWarmtebedrijf Hengelo kan aan die goedkeuring redelijke voorwaarden verbinden. 4.3 Bij een Huur warmtepomp 5.3 > Klant dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten en toebehoren bereikbaar te houden voor onderhoud, beheer en te vervangen zijnvervanging. De ruimten waarin deze de Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. Boven ondergronds gelegen Leidingen in en onder het Perceel moet open bestrating worden toegepast en mag geen diepwortelende begroeiing worden aangeplant. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn 5.4 > Klant staat toe dat zowel voor zichzelf als ten behoeve van de volgende voorzieningenderden: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²tin, aan, op, onder of boven het Perceel Leidingen en onderstations worden gelegd; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht)Aansluitingen tot stand worden gebracht; c. voldoende ventilatieroosters aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt. 5.5 > Onverminderd het bepaalde in artikel 7.2 zijn vervanging, verplaatsing, wijziging, (de)activatie en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing verwijdering van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn Aansluiting voor rekening van aansluitingen met voldoende capaciteit voorXxxxx als dit: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatiex. geschiedt op zijn verzoek; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening beëindiging van de Aanvrager. De Leverancier Overeenkomst; c. het gevolg is gerechtigd om aanvullende voorzieningen van handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die de Klant redelijkerwijs zijn toe te eisen.rekenen; 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling d. het gevolg is van het toestel in overleg met handelen of nalaten van Klant voor zover dit de Leverancier Klant redelijkerwijs is toe te gebeurenrekenen.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen Indien een eLektrische instaLLatie wordt aangesLoten op het Perceelhoogspanningsnet dat door de netbeheerder wordt beheerd moet de producent, indien de netbeheerder daarom verzoekt, kosteLoos een hoogspanningsruimte ter beschikking steLLen en houden ten behoeve van de door de netbeheerder op te steLLen hoogspanningsinstaLLatie en/of andere apparatuur. Deze ruimte, waarvan de pLaats na overLeg met de producent door de netbeheerder wordt vastgesteLd, moet ten aanzien van afmetingen, constructie en inrichting voLdoen aan de door de netbeheerder te steLLen eisen. De ruimte moet vanaf de openbare weg bLijvend toegankeLijk zijn, zodat aLLe noodzakeLijke werkzaamheden, waartoe ook te rekenen het verwisseLen van de hoogspanningsinstaLLatie en/of andere apparatuur te aLLen tijde kunnen worden verricht, en moet zijn afgesLoten door een deur of deuren, voorzien van een door of namens de Leverancier goed netbeheerder ter beschikking te keuren plaats met in achtneming steLLen sLot. In het gevaL de netbeheerder een (prefab-)transformatorstation pLaatst ten behoeve van de aansLuiting van een eLektrische instaLLatie op het bouwbesluithoogspanningsnet, moet door de Contractant voor producent het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte daarvoor benodigde perceeLsgedeeLte kosteLoos ter beschikking worden gesteldsteLLen en houden. De Opstellingsruimte Dit station moet vanaf de openbare weg bLijvend toegankeLijk zijn ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnbehoeve van aLLe benodigde werkzaamheden. 4.2 Bij Hoogbouw dient Het onderhoud van de inpassing en aanleg hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte geschiedt ter beoordeLing van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurennetbeheerder door de producent, of door de netbeheerder zeLf, doch steeds voor rekening van de producent. 4.3 Bij De producent verLeent om niet de nodige medewerking tot het uitvoeren van werkzaamheden door de netbeheerder. Voor de inrichting van de hoogspanningsruimte, respectieveLijk voor de pLaatsing van het transformatorstation, en het onderhoud van de daarin aanwezige apparatuur is de producent een Huur warmtepomp dient bijdrage verschuLdigd overeenkomstig de inpassing tarieven- en installatie vergoedingsregeLing van de netbeheerder, aLs bedoeLd in overleg met artikeL 15. De netbeheerder is bevoegd de Leverancier ruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte aLsmede de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur, mede ten behoeve van het transport van eLektrische energie voor derden te gebeurengebruiken. In dat gevaL vindt artikeL 5, Lid 4 toepassing. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor door de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7)netbeheerder in de hoogspanningsruimte respectieveLijk op het perceeLsgedeeLte aangebrachte apparatuur is en bLijft eigendom van de neteigenaar. De toegang tot producent is verpLicht de Opstellingsruimte mag niet op een naar nodige maatregeLen te nemen respectieveLijk zijn medewerking te verLenen om het oordeel eigendomsrecht van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerdneteigenaar te waarborgen, bijvoorbeeLd door het om niet verLenen van een zakeLijk recht aan de neteigenaar. De Opstellingsruimte zelf mag producent vrijwaart de netbeheerder en de neteigenaar terzake van eventueLe aanspraken van derden op de door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruiktnetbeheerder aangebrachte apparatuur in verband met een vermeende vordering van die derde(n) op de afnemer. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte en de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur moeten goed bereikbaar bLijven. Indien de ruimte, respectieveLijk het perceeLsgedeeLte en de daarin respectieveLijk daarop aanwezige apparatuur of een gedeeLte daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door het handeLen of naLaten van derden inde producent, aanheeft de netbeheerder, opna aanmaning, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegdrecht op kosten van de betrokkene de beLemmeringen weg te nemen, Aansluitingen en Meetinrichtingen wijzigingen in het tracé van de aansLuiting aan te brengen, dan weL een geheeL nieuwe aansLuiting tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancierte brengen. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen Indien de overeenkomst met de netbeheerder wordt beëindigd zaL de netbeheerder de hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte nog tot ten hoogste twaaLf maanden na de datum van beëindiging van de overeenkomst mogen gebruiken voor zijn getroffen bedrijfsvoering en voor het gemakkelijk binnenleiden verrichten van werkzaamheden. De producent waarborgt gedurende deze periode het ongestoord gebruik van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriftenruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte. 4.7 Indien in verband met de hoogspanningsruimte respectieveLijk het perceeLsgedeeLte tussen de neteigenaar en de producent een Perceel voor zakeLijk recht is gevestigd, zuLLen de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan rechten en verpLichtingen van beide partijen mede worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde beheerst door de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn bepaLingen van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve zakeLijk rechtovereenkomst. IngevaL van Aansluiting van tegenstrijdigheid tussen de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 AzakeLijk rechtovereenkomst en deze voorwaarden, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuigingprevaLeert de zakeLijk rechtovereenkomst. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening van de Aanvrager. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen. 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling van het toestel in overleg met de Leverancier te gebeuren.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen het Perceel, 5.1 > Aanvrager stelt kosteloos een afsluitbare Opstellingsruimte beschikbaar die zich bevindt op een straatniveau en die bereikbaar is via de openbare weg voor transport van materiaal zonder speciaal materieel. Nadrukkelijk wordt door of namens partijen gestreefd naar de Leverancier kortst mogelijke Aansluiting. Het GSM-net moet vanuit de Opstellingsruimte altijd goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot de Aansluiting behorende apparatuur een Opstellingsruimte ter beschikking worden gesteldbereikbaar zijn. De Opstellingsruimte mag door Klant uitsluitend voor de doeleinden worden gebruikt als in deze Algemene Voorwaarden Zakelijk bepaald. In bijlage 1 staat aangegeven aan welke (technische) eisen en voorwaarden de Opstellingsruimte tenminste moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijnvoldoen. 4.2 Bij Hoogbouw 5.2 > De mogelijkheid bestaat om in een Opstellingsruimte zowel de Aansluiting van Ennatuurlijk als installatiedelen van de Klant onder te brengen. Hiertoe dient de inpassing vooraf bij Ennatuurlijk goedkeuring te worden gevraagd en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeurenEnnatuurlijk kan aan die goedkeuring redelijke voorwaarden verbinden. 4.3 Bij een Huur warmtepomp 5.3 > Klant dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten en toebehoren bereikbaar te houden voor onderhoud, beheer en te vervangen zijnvervanging. De ruimten waarin deze de Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- en/of regenwater te worden gehouden. Boven ondergronds gelegen Leidingen in en onder het Perceel moet open bestrating worden toegepast en mag geen diepwortelende begroeiing worden aangeplant. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn 5.4 > Klant staat toe dat zowel voor zichzelf als ten behoeve van de volgende voorzieningenderden: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²tin, aan, op, onder of boven het Perceel Leidingen en onderstations worden gelegd; b. een wandcontactdoos (230V/16 A, druipwaterdicht)Aansluitingen tot stand worden gebracht; c. voldoende ventilatieroosters aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt. 5.5 > Onverminderd het bepaalde in artikel 7.2 zijn vervanging, verplaatsing, wijziging, (de)activatie en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing verwijdering van een warm watertoestel dient de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn Aansluiting voor rekening van aansluitingen met voldoende capaciteit voorXxxxx als dit: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatiex. geschiedt op zijn verzoek; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn voor rekening beëindiging van de Aanvrager. De Leverancier Overeenkomst; c. het gevolg is gerechtigd om aanvullende voorzieningen van handelen of nalaten ten gevolge van omstandigheden die de Klant redelijkerwijs zijn toe te eisen.rekenen; 4.15 Indien een warm watertoestel wordt gehuurd, dient de inpassing en opstelling d. het gevolg is van het toestel in overleg met handelen of nalaten van Klant voor zover dit de Leverancier Klant redelijkerwijs is toe te gebeurenrekenen.

Voorzieningen ten behoeve van de Aansluiting. 4.1 Binnen 1 / Indien een elektrische installatie wordt aan- gesloten op het Perceel, op een door of namens de Leverancier goed te keuren plaats met in achtneming van het bouwbesluit, moet hoogspanningsnet dat door de Contractant voor het onderbrengen van alle tot Netbeheerder wordt beheerd moet de Aansluiting behorende apparatuur Produ- cent, indien de Netbeheerder daarom verzoekt, kosteloos een Opstellingsruimte hoogspanningsruimte ter beschikking worden gesteld. De Opstellingsruimte moet ten minste voldoen aan de Richtlijnen voor meterkasten in laagbouwwoonfunctie met warmtelevering zoals uitgegeven door de Gezamenlijke Netbeheerders Signaal be- schikking stellen en Telecommunicatie bedrijven in Nederland of een daarvoor in de plaats gekomen richtlijn. 4.2 Bij Hoogbouw dient de inpassing en aanleg van Leidingen met toebehoren in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.3 Bij een Huur warmtepomp dient de inpassing en installatie in overleg met de Leverancier te gebeuren. 4.4 De Opstellingsruimte dient voor de Leverancier te allen tijde toegankelijk te zijn (zie ook artikel 4.7). De toegang tot de Opstellingsruimte mag niet op een naar het oordeel van de Leverancier ontoelaatbare wijze zijn belemmerd. De Opstellingsruimte zelf mag door de Contractant voor geen andere doeleinden worden gebruikt. 4.5 De Contractant zal toestaan dat zowel voor henzelf als houden ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel Leidingen worden gelegd, Aansluitingen en Meetinrichtingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande Aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande Leidingen, Aansluitingen, Meetinrichtingen of aftakkingen in stand worden gehouden, onderhouden, gecontroleerd of gewijzigd door of namens de Leverancier. 4.6 In percelen moeten doeltreffende voorzieningen zijn getroffen voor het gemakkelijk binnenleiden van de Leidingen. Deze moeten voldoen aan nader door de Leverancier Netbeheerder op te stellen voorschriften. 4.7 Indien een Perceel voor de Leverancier niet permanent toegankelijk is, kan worden geëist dat zodanige voorzieningen worden getroffen dat te allen tijde de Aansluiting bereikbaar is en meteropname kan geschieden. 4.8 In en onder het Perceel gelegen Leidingen behorende bij de Productie installatie moeten bereikbaar en te vervangen zijn. De ruimten waarin deze Leidingen zich bevinden dienen vrij van grond- hoogspan- ningsinstallatie en/of regenwater te worden gehoudenandere apparatuur. 4.9 De Opstellingsruimte dient minimaal voorzien te zijn 2 Het onderhoud van de volgende voorzieningen: a. een loze 3/4”-leiding ten behoeve van Aansluiting hoogspanningsruimte respectievelijk het perceelsgedeelte geschiedt ter beoordeling van de kamerthermostaat voorzien van signaalbekabeling minimaal 4x0,8mm²t; b. een wandcontactdoos (230V/16 ANetbeheerder door de Producent, druipwaterdicht); c. voldoende ventilatieroosters en/of mechanische afzuiging. 4.10 Bij toepassing van een warm watertoestel dient door de Opstellingsruimte eveneens voorzien te zijn van aansluitingen met voldoende capaciteit voor: a. een koud wateraansluiting inclusief inlaatcombinatie; b. een rioolaansluiting. 4.11 Vloeren dienen bouwkundig voldoende stevig te zijn zodat het gewicht van water gevulde installaties kan worden gedragen. 4.12 Elektrische voorzieningen dienen te voldoen aan NEN1010. 4.13 In de meterkast dienen zowel de apparatuur voor Levering en de leidingen voor Transport zodanig te zijn aangebracht (in geval van Koude dampdicht) dat deze geïsoleerd kunnen worden waarbij de totale warmteafgifte niet meer bedraagt dan 100 W. 4.14 Voorzieningen als bedoeld in dit artikel zijn Netbeheerder zelf, doch steeds voor rekening van de AanvragerProducent. 3 De Producent verleent om niet de nodige medewerking tot het uitvoeren van werkzaam- heden door de Netbeheerder. Voor de inrichting van de hoogspanningsruimte, respectievelijk voor de plaatsing van het transformatorstation, en het onderhoud van de daarin aanwezige apparatuur is de Producent een bijdrage verschuldigd over- eenkomstig de tarieven- en vergoedingsregeling van de Netbeheerder, als bedoeld in artikel 15. 4 De door de Netbeheerder in de hoogspan- ningsruimt respectievelijk op het perceels- gedeelte aangebrachte apparatuur is en blijft eigendom van de Neteigenaar. De Leverancier is gerechtigd om aanvullende voorzieningen te eisen.Producent 4.15 5 De hoogspanningsruimte respectievelijk het perceelsgedeelte en de daarin respectie- velijk daarop aanwezige apparatuur moeten goed bereikbaar blijven. Indien de ruimte, res- pectievelijk het perceelsgedeelte en de daarin respectievelijk daarop aanwezige apparatuur of een warm watertoestel wordt gehuurdgedeelte daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door het handelen of nalaten van de Producent, dient heeft de inpassing en opstelling van het toestel in overleg Netbeheerder, 6 Indien de overeenkomst met de Leverancier te gebeuren.Netbe- heerder wordt beëindigd zal de Netbeheerder de hoogspanningsruimte respectievelijk het perceelsgedeelte nog tot ten hoogste twaalf maanden na de datum van beëindiging van de overeenkomst mogen gebruiken voor zijn be- drijfsvoering en voor het verrichten van werk- zaamheden. De Producent waarborgt geduren- de deze periode het ongestoord gebruik van de ruimte respectievelijk het perceelsgedeelte. 7 / Indien in verband met de hoogspannings- ruimte respectievelijk het perceelsgedeelte tussen de Neteigenaar en de Producent een zakelijk recht is gevestigd, zullen de rechten en verplichtingen van beide partijen mede worden beheerst door de bepalingen van