Wie is verzekerd? U, als werkgever.
Wie is de verzekeringnemer? Degene met wie wij deze verzekering afsluiten.
Wie zijn de verzekerden? Verzekeringnemer = u. De eigenaar van het motorrijtuig. De houder van het motorrijtuig. De bestuurder van het motorrijtuig. De passagiers.
Welke schade is verzekerd? Schade aan zaken van een ander. Schade aan andere personen.
Welke schade is niet verzekerd? Schade door gevaarlijke, verontreinigende of vervuilende stoffen. Schade doordat uw computersysteem in beslag wordt genomen. Verlies van zaken. Schade aan personen.
Verhaal van de verzekeraar Wanneer het onopzettelijk verzwijgen of het onopzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico aan de verzekeringnemer kan verweten worden, heeft de verzekeraar een recht van verhaal op de verzekeringnemer overeenkomstig de artikelen 45, 3° en 63.
Wie zijn verzekerd? Verzekerd zijn: • u als verzekeringnemer; • de personen die op uw reisverzekering zijn (mee)verzekerd; • de nabestaanden van een verzekerde persoon. Maar alleen als de verzekerde persoon is overleden door een gebeurtenis die verzekerd is met deze rechtsbijstandverzekering. De nabestaande krijgt dan juridische hulp bij het opeisen van een vergoeding voor de kosten van levensonderhoud en de begrafeniskosten. Hier heeft hij recht op volgens artikel 6:108 van het Burgerlijk Wetboek.
Gebrek aan reactie van de verzekeraar De verzekeraar die, binnen de in de vorige paragrafen bepaalde termijnen, de overeenkomst niet heeft opgezegd, noch een wijziging heeft voorgesteld, kan zich nadien niet meer beroepen op de verzwaring van het risico.
Voor wie geldt deze verzekering? Deze verzekering geldt voor de personen hieronder. Maar alleen als de eigenaar van de auto het goedvindt dat zij in de auto rijden. In deze voorwaarden spreken we hen aan met ‘u’. Het gaat om: • De bestuurder van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. • De passagiers van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. Let op: u bent in de situaties hieronder ook verzekerd als u even niet in de auto zit. Maar alleen als u dit doet tijdens een rit met de auto: • U stapt in of uit de auto. Of u stapt op of van de motor. • U repareert of controleert iets aan de auto. Of u staat erbij als iemand anders dit doet. • U verleent eerste hulp bij een ongeluk.
WIE ZIJN ER VERZEKERD? 1.1 Verzekerd zijn: