Collectieve Arbeidsovereenkomst inzake Stichting Handel Groeit
Collectieve Arbeidsovereenkomst inzake Stichting Handel Groeit
(voorheen Groenten en Fruit GROOTHANDELSFONDS)
Partij(en) te ener zijde: Vereniging GroentenFruit Huis;
Partij(en) te anderer zijde: FNV, CNV Xxxxxxxxx.xx en RMU Werknemers.
Artikel 1 Werkingssfeer en definities
1. In Artikel 1 lid 2 - definities van de cao - is met de definitie van het begrip werkgever de werkingssfeer van deze cao bepaald. Onder de uitdrukking "uitsluitend of in hoofdzaak" moet worden verstaan "50% of meer van de omzet in geld". Indien dit criterium onvoldoende houvast biedt om te bepalen of de werkgever onder de werkingssfeer van de cao valt, is doorslaggevend, of meer dan 50% van de werknemers werkzaamheden verricht in het kader van de in artikel 1 lid 2 vermelde bedrijfsuitoefening.
2. In deze Collectieve Arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder:
a. Werkgever: Iedere natuurlijke persoon, rechtspersoon of niet rechtspersoonlijkheid bezittende vennootschap, die uitsluitend of in hoofdzaak:
• de grossiers-, export- en/of verzendhandelsfunctie in groenten en/of fruit uitoefent;
• de functie van het bewerken van groenten en fruit uitoefent;
• en/of ten behoeve van genoemde ondernemingen werkzaamheden verricht van het sorteren en/of verpakken en/of bewerken, laden en lossen van de door die ondernemingen verhandelde producten, met uitzondering van producenten en veilingen;
b. Werknemer: Xxxxxx die in dienst is van een werkgever genoemd onder lid 2a, met uitzondering van de directeur/grootaandeelhouder en de stagiair.
c. Xxxxxxxx/binnenlandse groothandel in groenten en fruit: Het groothandelsbedrijf dat rechtstreeks in Nederland geteelde en/of buitenlandse groenten en fruit - in onbewerkte en bewerkte vorm - levert aan de detailhandel, distributiecentrales, instellingen, horeca, grootverbruik in Nederland.
d. Exporteur: Het groothandelsbedrijf dat in Nederland geteelde en/of buitenlandse groenten en fruit - in onbewerkte en bewerkte vorm - levert aan in het buitenland gevestigde afnemers.
e. Verzendhandel: De bedrijfsuitoefening van commissionairs, tussenpersonen, collecterende groothandel, sorteer- en pakstations betreffende in Nederland geteelde groenten en fruit ten behoeve van binnen- en buitenlandse afnemers in de groothandel, detailhandel en de verwerkende industrie.
f. Groenten- en/of fruitbewerkingsbedrijf: Het bedrijf waarin verse groenten en fruit worden gekocht en vervolgens worden gesneden, schoongemaakt en al of niet gemengd in kleinverpakking worden geleverd aan de detailhandel, distributiecentrales, groothandel, horeca, grootverbruik en instellingen in binnen- en buitenland.
g. Groenten: Verse groenten - al of niet in bewerkte vorm - waaronder groen geoogste landbouwproducten en eetbare paddenstoelen en zuurkool, alsmede verduurzaamde groenten voor zover deze naast verse groenten worden verhandeld.
h. Fruit: Vers fruit, al of niet in bewerkte vorm, alsmede verduurzaamd fruit, vijgen, dadels, noten en gedroogde zuidvruchten, een en ander voor zover deze naast vers fruit worden verhandeld.
i. Stichting: De Stichting Handel Groeit (voorheen Stichting Groenten en Fruit Groothandelsfonds.)
j. Statuten/Reglement: De statuten en het reglement van de Stichting Handel Groeit, die aan deze overeenkomst zijn gehecht en geacht worden daarvan deel uit te maken.
k. Loonsom: het op de werknemers betrekking hebbende vaste salaris in geld inclusief de vakantietoeslag en de vaste eindejaarsuitkering, met als maximum het voor de werknemer geldende maximum SV loon.
Artikel 2 Doel
1. De stichting heeft tot doel het uitvoeren, financieren en subsidiëren van activiteiten in de sector Groothandel in Groenten en Fruit.
2. Deze activiteiten kunnen bestaan uit het verrichten en publiceren van onderzoek, het verzorgen van informatie, het geven van advies en/of het verstrekken van vergoedingen en zijn gericht op het bevorderen van:
a. Goede arbeidsverhoudingen;
b. Goede arbeidsomstandigheden;
c. Een juiste toepassing van de arbeidsvoorwaarden als overeengekomen in de cao’s;
d. Een optimale werking van de arbeidsmarkt;
e. Scholing en kennis;
3. De activiteiten als bedoeld in lid 2 sub a. bestaan uit: Het stimuleren van ontwikkelingen gericht op de ondersteuning van personeelsbeleid en het bevorderen van medezeggenschap, participatie, personeelsvertegenwoordigingen en ondernemingsraden als vormen van overleg op ondernemingsniveau tussen werkgevers en werknemers.
4. De activiteiten als bedoeld in lid 2 sub b. bestaan uit: Het bevorderen van veiligheid, gezondheid en welzijn op bedrijven door het stimuleren van activiteiten casu quo projecten gericht op verbetering van de arbeidsomstandigheden, het bevorderen casu quo uitvoeren van een goede kwaliteit van de zorg voor arbeidsomstandigheden en het inhuren van externe deskundigen ter ondersteuning van deze activiteiten.
5. De activiteiten als bedoeld in lid 2 onder c. bestaan uit: Activiteiten gericht op naleving, voorlichting en imago van de sector, waaronder begrepen:
• Het stimuleren van een juiste toepassing van cao’s en bevorderen van toezicht op naleving van de cao’s;
• Het verrichten van onderzoek en publicatie daarvan naar de gevolgen van door partijen bij het CAO-overleg gemaakte afspraken in het belang van alle werknemers en werkgevers in de branche;
• Het geven van voorlichting en informatie over voorschriften die voortvloeien uit de cao en/of andere voorschriften die op het terrein van de arbeidsvoorwaarden liggen, waaronder begrepen de vervaardiging van, uitgifte en verzending van de noodzakelijke cao-boekjes ten behoeve van alle werkgevers en werknemers in de sector;
• Publicitaire doeleinden voor de sector, in relatie tot de arbeidsvoorwaarden, om het positieve imago van de sector te handhaven of te verbeteren.
6. De activiteiten als bedoeld in lid 2 onder d. bestaan uit:
• Het verrichten van activiteiten ten behoeve van de vergroting van de participatie op de arbeidsmarkt, het op elkaar afstemmen van vraag en aanbod van arbeid en het beter functioneren van de arbeidsmarkt, waaronder begrepen het stimuleren van duurzame inzetbaarheid.
• het financieren en subsidiëren van werkgelegenheids- en reïntegratieprojecten ten behoeve van de branche.
7. De activiteiten als bedoeld in lid 2 onder e bestaan uit:
• Het bevorderen van deelname door werknemers aan scholingsactiviteiten teneinde hun kennis, vaardigheden en/of competenties te behouden casu quo te vergroten;
• Het ondersteunen van bedrijven bij het ontwikkelen van scholingsbeleid, waaronder begrepen het verbeteren van de kwaliteit van scholing, het verhogen van deelname aan scholing, het bevorderen van de deskundigheid, het bevorderen van de aansluiting van het onderwijs op de praktijk en het doen van onderzoek en publiceren op deze terreinen.
Artikel 3 Uitvoering
1. De uitvoering van deze overeenkomst geschiedt volgens de bepalingen van het reglement van de Stichting. De uitvoering is aan de Stichting opgedragen. De Stichting kan de uitvoering (gedeeltelijk) delegeren aan een bestuursbureau en/of administrateur onder verantwoordelijkheid van het bestuur van de Stichting.
2. Het bestuur van de Stichting heeft – te zijner beoordeling en onder nader te stellen voorwaarden
– de bevoegdheid om overeenkomsten tot vrijwillige aansluiting aan te gaan.
Artikel 4 Verplichtingen werkgever
Werkgevers zijn gehouden de door de Stichting in het kader van de doelstelling gevraagde gegevens te verstrekken en de bijdrage te betalen die zij aan de Stichting verschuldigd zijn, overeenkomstig datgene wat te dezer zake in de statuten en het reglement van de Stichting is bepaald en zullen zich ook overigens moeten houden aan het bepaalde in de statuten en het reglement van de Stichting. Indien de werkgever ook na aanmaning niet aan zijn verplichtingen voldoet, is de Stichting bevoegd de noodzakelijke gegevens naar beste weten vast te stellen.
Artikel 5 Rechten van de werkgever en werknemer
Iedere werknemer en iedere werkgever heeft het recht deel te nemen aan c.q. gebruik te maken van de resultaten van de door de Stichting uitgevoerde, gefinancierde of gesubsidieerde activiteiten als bedoeld in artikel 2.
Artikel 6 Bijdrage
1. De werkgever is verplicht aan de Stichting af te dragen het door de Stichting te bepalen percentage van de loonsom, over het lopende kalenderjaar. Met ingang van 1 januari 2021 zal de bijdrage gebaseerd zijn op de loonsom in het voorgaande jaar. De bijdrage is voor de jaren 2018 tot en met 2022 vastgesteld op 0,2% van de loonsom.
2. In afwijking van artikel 1, lid 2, sub b., wordt in dit artikel onder “werknemer” verstaan: iedere werknemer die krachtens een arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 Burgerlijk Wetboek, werkzaamheden ten behoeve van de werkgever verricht, met uitzondering van de werknemer die voor bepaalde tijd korter dan drie maanden is aangenomen.
Artikel 7 Duur
1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is aangegaan voor de periode van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2022.
2. Behoudens opzegging ten minste twee maanden voor de datum van beëindiging wordt deze CAO geacht telkens voor 12 maanden te zijn verlengd. Elke verlenging van de CAO dient aan de Directie Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te worden gemeld.