Arbeidsreglement
1 september 2020
Versie 10
Inhoud
1 ALGEMENE VERPLICHTINGEN WERKNEMER 6
2 KLACHTENRECHT EN SCHORSING 7
4 KLEDINGINSTRUCTIES CHAUFFEURS 9
6.3 Hoe te handelen in geval van ziekte 11
6.7 Onbegrip of klacht werknemer 13
6.8 Informatieverstrekking aan werkgever 13
6.10 Ziekmelding vanuit het buitenland 14
6.12 Stappenplan eerste twee jaar 14
7.1 Verlof aanvraag en de toezegging 18
8.1 Aanvang dienst nieuwe werknemer 19
9.1 Leerlingenvervoer / vervoer buitenschoolse opvang 23
9.2 Rolstoelvervoer/Scootmobiel 24
9.2.1 Vastzetten rolstoel/Scootmobiel 24
9.2.2 Gordelplicht bij rolstoelvervoer 24
10 HOE OM TE GAAN MET KLANTEN 33
11.2 Algemene klachten en opmerkingen 35
12.2 REKENING OP METER ( RM ) 36
12.3 VASTE PRIJS (VC EN VR) 36
14.2 Autopech tijdens de rit 38
14.3 Hoe te handelen bij een ongeval 38
15.2 Consumeren in het voertuig 39
15.3 Privé-gebruik voertuig tijdens de dienst 39
17.1 BEDRIJFSFITNESSREGELING 41
17.3 COLLECTIVITEIT ZORGVERZEKERING VGZ 41
Goedgekeurd door:
Xxxxxx Xxxxxxx - Xxxxxxxxxx Directeur
Cadier en Keer, 1 september 2020
Kopiëren van (delen van) dit handboek is alleen toegestaan na goedkeuring door de directie van Taxi Xxxxxxxx.
Voorwoord
Beste medewerker,
Hierbij ontvangt je het Arbeidsreglement van Taxi Nelissen BV. Je bent verplicht dit helemaal door te lezen en de regels in acht te nemen.
Het doel van dit Arbeidsreglement is het eenduidig informeren van jullie over de regelingen die binnen ons bedrijf van kracht zijn. De inhoud van dit Arbeidsreglement maakt deel uit van jou de individuele arbeidsovereenkomst. Van dit Arbeidsreglement wordt alleen per individu afgeweken indien dit nadrukkelijk in de individuele arbeidsovereenkomst vermeld staat.
De directie is het toegestaan zo nodig wijzigingen aan te brengen, rekening houdend met de fiscale en/of wettelijke bepalingen. Eventuele wijzigingen in dit Arbeidsreglement worden online door middel van een wijziging bekend gemaakt. De gewijzigde en/of toegevoegde bepalingen maken daarna automatisch deel uit van de individuele arbeidsovereenkomst. Na wijziging van een bepaling in dit Arbeidsreglement kunnen aan de oude revisienummers geen rechten meer worden ontleend.
Dit Arbeidsreglement is gemaakt ten behoeve van alle personeelsleden van Taxi Nelissen BV. Het is niet toegestaan het origineel dan wel een kopie aan derden te verstrekken.
Waar wordt gesproken over hij, hem, werknemer, gastheer of chauffeur dient gelezen te worden; hij/zij, hem/haar, werknemer/werkneemster, gastheer/gastvrouw dan wel chauffeur/chauffeuse.
Indien je onvolkomenheden aantreft of het ergens niet mee eens bent, horen wij dat graag. Tevens staan wij open voor nieuwe en aanvullende ideeën.
Cadier en Keer, 1 maart 2021
Xxxx Xxxxxxx
Xxxxxx Xxxxxxx - Xxxxxxxxxx
1 Algemene verplichtingen werknemer
De werknemer is verplicht al datgene te doen en na te laten wat een goede werknemer in gelijke omstandigheden behoort te doen en na te laten. Als werknemer verricht je de overeengekomen werkzaamheden naar beste vermogen en je gedragen naar de aanwijzingen van de werkgever. Verder geldt:
• Een werknemer is verplicht zich tegenover klanten als gastheer te gedragen. Dus voor de klant wordt onder andere zijn bagage in- en uitgeladen en de deur wordt geopend en gesloten.
• Is de passagier een kind, rolstoelgebruiker of op een andere manier hulpbehoevend? Help hem met het bevestigen van de gordel. Draag kinderen en andere geïndiceerde passagiers altijd ‘warm’ over aan de leiding/ouders/verzorgende, hiermee wordt bedoeld dat je ervoor zorg draagt dat een passagier door een ander wordt opgevangen en dat alles in orde is.
• Als chauffeur draag je ten alle tijden de veiligheidsgordel. De enige uitzondering hierop is als het een straattaxirit betreft binnen de bebouwde kom.
• Spreek alle klanten aan in de beleefdheidsvorm.
• Werknemers belast met het innen van geld, zijn zelf verantwoordelijk voor de juistheid en tijdige afdracht van de ontvangsten. Bij opzet of roekeloosheid betaal je zelf het ontstane tekort. Wij raden aan om na het afstorten van het geld een bewijs van storting uit te printen. En deze vier weken in je eigen administratie te bewaren.
• Ontstaat er tijdens of aan het einde van de arbeidsrelatie een conflict tussen werkgever en werknemer, dan mag de werknemer dit niet aan klanten mededelen of de klant in het conflict betrekken. Doet de werknemer dit wel, dan kunnen wij de ontstane schade op jou verhalen.
• Het is de werknemer verboden om gedurende de werkzaamheden alcohol, drugs of lachgas zich te nemen of andere middelen te gebruiken, die een goede taakuitoefening kunnen belemmeren.
2 Klachtenrecht en schorsing
Iedere werknemer heeft het recht om bij klachten, of een uiting van ongenoegen over een persoon of over onze organisatie, een gesprek aan te vragen bij de werkgever, zijnde Xxxx en/of Audrey. Er wordt professioneel met je klacht omgegaan, het zal je positie als werknemer nooit benadelen.
De werkgever behoudt zich het recht voor een werknemer te schorsen voor ten hoogste 14 dagen, indien het vermoeden bestaat dat een dringende reden aanwezig is om een werknemer op staande voet te ontslaan of schorsing naar het oordeel van de werkgever in het belang van het werk dringend gevorderd wordt.
Het besluit tot schorsing stelt de werkgever gemotiveerd en schriftelijk ter kennis aan de werknemer, onder vermelding van de datum van ingang en de duur van de schorsing.
Voordat wij tot schorsing overgaan zal er eerst met de werknemer worden gesproken. Gedurende de schorsing behoudt de werknemer het recht op zijn bruto maandsalaris.
3 Opstarten dienstverband
Het is van overheidswegen verplicht voor een taxichauffeurs een chauffeursdiploma te behalen. De kosten van het behalen van een chauffeursdiploma komen voor rekening van de werknemer.
Heb je een boordcomputerkaart Taxi (=chauffeursdiploma) in bezit en wij (werkgever – potentieel werknemer) zijn mondeling overeengekomen een arbeidsrelatie aan te gaan, dan gaan we samen de volgende stappen doorlopen:
Je levert een kopie aan van;
1. Een geldig paspoort/identiteitsbewijs
2. De Boordcomputerkaart Taxi (indien reeds in bezit)
3. Een geldig rijbewijs
4. Bewijs van ervaringsjaren.
Als je de vereiste documenten hebt aangeleverd, dan verzorgen wij de volgende zaken:
5. Loonbelastingverklaring
6. Aanmelding pensioenfonds
7. Aanmelden arbodienst
8. Contract
10. Benodigde zaken met bijbehorende formulieren
Punt 5 vul je zelf in, en voorzie je van een handtekening. Wij dragen zorg voor de punten 6 en 7.
Punt 8, het arbeidscontract, wordt in tweevoud opgemaakt. Elk exemplaar ondertekenen we beide, werkgever en werknemer. Eén exemplaar is voor je eigen administratie, het andere exemplaar is voor ons.
Punt 9, het Arbeidsreglement verstrekken wij digitaal. Een inlogcode geeft je online toegang tot het reglement. De werknemer tekent voor ontvangt van de inlogcode. Zodra de toegang is geregeld, maak je je het Arbeidsreglement eigen.
Punt 10, betreft diverse zaken die nodig zijn om in de praktijk je werk te kunnen uitvoeren, denk bijvoorbeeld aan de toegangsbatch. Na ondertekening van de ontvangstformulieren worden heb je deze zaken in bruikleen.
4 Kledinginstructies chauffeurs
Als chauffeur zie je er altijd representatief uit. In de proefperiode dragen chauffeurs eigen kleding, volgens onze kledingvoorschriften (blauwe pantalon, licht blauw overhemd en zwarte sokken en zwarte schoenen), de werkgever vult dit aan met een stropdas/sjaal en naambadge. Na de proefperiode geeft de werkgever bedrijfskleding (kostuum) in bruikleen.
Zodra de werknemer bedrijfskleding ontvangt tekent hij het bruikleenformulier en ontvangt de instructie ‘Voorschriften gebruik bedrijfskleding’.
Bij uitdiensttreding ben je verplicht de in bruikleen ontvangen bedrijfskleding gewassen of indien nodig gestoomd in te leveren. Wanneer de werkgever betreffende bedrijfskleding moet laten stomen, zullen deze kosten op de werknemer verhaald worden.
5 Geldelijke beloning
5.1 Salarisvaststelling
Het overeengekomen salaris is conform de CAO Taxivervoer. Een eventuele salarisherziening vindt plaats zodra dit in de CAO Taxivervoer wordt aangegeven.
5.2 Salarisbetaling
Uitbetaling van het salaris vindt plaats tegen het einde van een kalendermaand, op een door de werknemer opgegeven bankrekening. Het salaris wordt uitbetaald onder aftrek van de wettelijk verplichte en overeengekomen inhoudingen.
5.2.1 Parttime en Fulltime
Part- en fulltime medewerkers ontvangen aan het einde van de kalendermaand het contractueel afgesproken loon. De meer-uren (parttimers) van de betreffende maand worden in de daaropvolgende maand uitbetaald. De overuren (fulltimers) worden na iedere 3 maanden, voor zover er (nog) overuren zijn, uitbetaald.
Naast het te laten uit betalen van meer en/of overuren kan de werknemer kiezen om deze uren op te sparen en te compenseren in tijd voor tijd. Vraag dit dan schriftelijk aan door middel van een aanvraagformulier. Deze keuze dient jaarlijks voor 1 januari kenbaar te zijn gemaakt. Dit formulier is aanwezig op de administratie.
Het vakantiegeld over de contracturen van het gehele jaar wordt in één keer uitbetaald in de maand mei. Het vakantiegeld bedraagt het wettelijke percentage, gerekend van juni voorgaand jaar tot en met mei van het lopende jaar.
Over meeruren wordt ook vakantiegeld en vakantiedagentoeslag opgebouwd. Dit wordt direct uitbetaald bij uitbetaling van de meeruren. Voor de hoogte van het vakantiedagentoeslag percentage zie CAO.
5.2.2 Afroep
Een werknemer die werkt op basis van een afroepcontract ontvangt aan het einde van de kalendermaand volgende op de maand waarin hij gewerkt heeft, het loon. Tevens ontvangt hij direct de uitbetaling van zijn vakantiegeld en de vakantiedagentoeslag.
6 Ziekmelding
6.1 Melding
Is de werknemer door ziekte niet in staat de werkzaamheden uit te voeren? Dan meldt de werknemer dit zelf, telefonisch en zo vroeg mogelijk, voor werktijd als regel vóór 7:00 uur. Als de werknemer tijdens werktijd ziek naar huis gaat, meldt hij zich in eerste instantie persoonlijk, telefonisch, af bij de planning/centrale.
Vervolgens zal de interne casemanager zo spoedig mogelijk contact opnemen. Waarbij de volgende vragen gesteld worden:
• Aard van de ziekte (*)
• Welke mogelijkheden heb je wel
• Vermoedelijke duur ziekte
• (Verpleeg-)adres en telefoonnummer waarop je bereikbaar
Deze gegevens worden door de werkgever doorgegeven aan de Arbodienst.
(*) Je bent niet verplicht informatie te verschaffen over de aard van de xxxxx xxx xx ziekte. Maar deze informatie helpt ons wel om samen met je een gericht herstelplan op te stellen.
6.2 (Verpleeg)adres
Tijdens ziekte blijft de werknemer thuis totdat het eerste bezoek aan/van de Arbodienst heeft plaatsgevonden, dit is verplicht. Mocht het volgens de Arbodienst de ziekte niet belemmeren, kan na het eerste bezoek de werkgever de werknemer verplichten ‘s morgens van 08:00 uur tot 10:00 uur en ’s middags van 13:00 uur tot 16:00 uur thuis te blijven. Deze verplichting vervalt zodra de ziekte drie weken heeft geduurd, tenzij de arts van de Arbodienst anders bepaald. De verplichting om thuis te blijven geldt niet indien de werknemer een bezoek brengt aan de behandelend arts, zijn arbeid hervat of passende arbeid gaat verrichten.
Verblijft de werknemer op een ander adres dan zijn thuisadres, geeft hij dit duidelijk door bij de ziekmelding. Op verzoek, met een dringende reden, kan er vrijstelling verleend worden van de verplichting bepaalde uren. De werknemer is wel altijd bereikbaar, is hij niet op het (verpleeg)adres, dan dient daar vernomen te kunnen worden waar hij op dat moment wel is.
Bij verblijf voor meerdere dagen in het buitenland tijdens ziekte/arbeidsongeschiktheid is vooraf toestemming van de werkgever nodig. Indien de werknemer tijdens ziekte/arbeidsongeschiktheid verhuist of tijdelijk elders verblijft of van verpleegadres verandert (bijvoorbeeld opname in of ontslag uit een ziekenhuis), geeft hij dit dan binnen 24 uur aan de werkgever door.
6.3 Hoe te handelen in geval van ziekte
Als de werknemer ziek thuis blijft, is het van belang dat hij zich direct onder behandeling van zijn huisarts stelt. Indien de werknemer zich tijdens arbeidsongeschiktheid zodanig gedraagt,
dat daardoor de genezing kan worden belemmerd kan de loondoorbetaling geweigerd worden. Of de genezing wordt belemmerd wordt door de bedrijfsarts van Arbodienst beoordeeld.
Wanneer de Arbodienst informatie vraagt over zijn verzuim, dan voldoet de werknemer hieraan.
6.4 Spreekuur Arbodienst
6.4.1. Verplicht spreekuur
Er bestaat de mogelijkheid dat de werknemer van de Arbodienst een oproep krijgt voor het spreekuur. De werknemer is verplicht gehoor te geven aan de oproep van de bedrijfsarts of een door de Arbodienst aangewezen specialist, ook indien je van plan bent op de dag na die, waarop het spreekuur moet plaatsvinden, of op een latere dag het werk te hervatten. Indien de werknemer zijn werkzaamheden inmiddels heeft hervat, dan bel je de Arbodienst met de vraag of je alsnog op het spreekuur moet verschijnen. Wanneer de werknemer niet verschijnt op het verplicht spreekuur, zonder een afmelding, worden deze kosten aan de werknemer doorberekend.
Als de werknemer een geldige reden tot verhindering heeft (bijvoorbeeld bedlegerigheid), dan behoort hij dit direct telefonisch aan de Arbodienst mee te delen.
Vanzelfsprekend verlaat hij dan, behalve voor bezoek aan de behandelde arts of in geval van werkhervatting, de woning tot het eerstvolgende bezoek van de bedrijfsarts of medewerker van de Arbodienst, niet. Dit om de laatstgenoemden de gelegenheid te geven de werknemer thuis aan te treffen voor een huisbezoek.
Daarnaast bestaat er de mogelijkheid dat de werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid ook door de bedrijfsvereniging wordt opgeroepen. Hij voldoet hier eveneens aan.
6.4.2 Open spreekuur
De werknemer heeft het recht om zelfstandig contact op te nemen met Arbodienst over gezondheid en werk. Hij kan bijvoorbeeld het open spreekuur van de bedrijfsarts bezoeken, óók als hij niet ziek is. Dit recht geldt ook voor personeelsvertegenwoordigers. Onze Arbodienst heet Arbopro en is te bereiken op het volgende telefoonnummer: 045-5710077.
6.5 Medisch onderzoek
De werknemer is verplicht mee te werken aan een medisch onderzoek door of in opdracht van de bedrijfsarts van de Arbodienst. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om een Periodiek Arbeid Gezondheidskundig Onderzoek (PAGO) aan te vragen bij de Arbodienst. De werkgever biedt de mogelijkheid om hiervan gebruik te maken. De werknemer is echter niet verplicht om hiervan gebruik te maken.
6.6 Werkhervatting
De werknemer is verplicht medewerking te verlenen bij het verrichten van activiteiten die gericht zijn op een zo spoedig mogelijke werkhervatting. Voorbeelden van dit soort activiteiten zijn arbeidstherapie, scholing, gedeeltelijke werkhervatting en werkaanpassing.
Als de bedrijfsarts van mening is dat de werknemer weer arbeidsgeschikt is, geeft hij een herstelverklaring af. De werknemer is dan verplicht zijn werk weer te hervatten per voorgeschreven datum. Is de werknemer niet in staat om op de afgesproken dag het werk te hervatten dan licht hij zijn leidinggevende en de Arbodienst direct telefonisch in.
Een werknemer kan echter ook zelf aangeven dat hij weer in staat is om te werken. Zodra de werknemer weer in staat is zijn werkzaamheden geheel of gedeeltelijk uit te voeren dan dient hij dit vooraf telefonisch kenbaar te maken. Hij meldt zijn werkhervatting bij zijn werkgever.
De werkgever zal op zijn beurt de Arbodienst inlichten. De werknemer hoeft dus niet te wachten op een opdracht tot werkhervatting.
6.7 Onbegrip of klacht werknemer
Wanneer de werknemer niet tevreden is over de wijze waarop door medewerkers van de Arbodienst is gehandeld dan kan de werknemer een brief schrijven aan de vestigingsmanager van de betreffende Arbodienst. In deze brief vermeldt de werknemer kort en bondig wat zijn bezwaren zijn.
6.8 Informatieverstrekking aan werkgever
De Arbodienst ziet er nauwkeurig op toe dat privacygevoelige gegevens optimaal worden beschermd. Rekening houdend met hetgeen onder medisch beroepsgeheim en de AVG valt geeft de Arbodienst relevante informatie door aan de werkgever. Soms vindt de bedrijfsarts het wel nodig om bepaalde informatie aan ons te verstrekken, bijvoorbeeld om aan te geven wat de functionele mogelijkheden op dat moment zijn. De toestemming van de werknemer is hierbij noodzakelijk.
Hieronder zijn begrepen de gegevens die ertoe geleid hebben dat de beoordeling en begeleiding niet mogelijk zijn geweest door toedoen van de betrokkene werknemer.
6.9 Sancties
Als de Arbodienst een overtreding van bovengenoemde controlevoorschriften constateert wordt de werkgever hierover geïnformeerd. De werkgever is gerechtvaardigd om in geval van overtreding van de bepalingen van dit reglement tot het treffen van sancties tegen de werknemer. Een dergelijke sanctie is het opschorten van de loonbetaling. Beroep tegen een opgelegde sanctie staat open bij de burgerlijke rechter.
6.10 Ziekmelding vanuit het buitenland
Alle voorgaande voorschriften gelden ook bij ziekmeldingen vanuit het buitenland. Ziekmelding vanuit het buitenland gebeurt dus ook conform paragraaf 6.1. De werknemer schakelt zo spoedig mogelijk een lokale huisarts in voor de medische verklaring voorzien van de volgende gegevens:
• Aard van de ziekte (*)
• Een verklaring van medische ongeschiktheid tot reizen (indien van toepassing).
(*) Je bent niet verplicht informatie te verschaffen over de aard van de xxxxx xxx xx ziekte. Maar deze informatie helpt ons wel om samen met je een gericht herstelplan op te stellen.
Na terugkomst neemt de werknemer contact op met de bedrijfsarts van de Arbodienst om de medische gegevens te overhandigen.
Let op: Voor de verdragslanden waaronder Turkije en Marokko geldt nog steeds dat je je meldt bij het daartoe bevoegde orgaan als je ziek wordt.
6.11 Vervangend werk
Indien de werknemer niet in staat is eigen werkzaamheden uit te voeren, maar wel vervangend werk kan verrichten, kunnen wij vragen om vervangend werk te komen doen. Zodra het mogelijk is vragen wij de werknemer om zich op kantoor te melden voor vervangend werk, van welke aard dan ook. Natuurlijk houden we rekening met eventuele beperkte mogelijkheden. Bij het vinden van passend werk staat het werkgever en werknemer vrij om een deskundig oordeel aan te vragen bij de arbodienst.
Is het (nog) niet mogelijk om vervangend werk uit te voeren (volgens werkgever/arboarts) dan geldt de volgende regeling: vanaf de tweede zieke donderdag komt de zieke werknemer om de andere week rond 9:30 naar kantoor. Al is het voor een kopje koffie en een kort gesprek. Houd rekening met minimaal een half uur per keer.
Met het oog op de huidige wet en regelgeving is ziek zijn geen vrijbrief om thuis te blijven. Het is belangrijk dat je je oude ritme zoveel als mogelijk intact houdt. Ervaring wijst uit dat dit het herstel bevordert.
6.12 Stappenplan eerste twee jaar
Tijdstip | Activiteit | Aandachtspunten |
Dag 1 | Ziekmelding ontvangen | De werknemer meldt zich bij de werkgever ziek. |
Melding aan de arbodienst | Ook kortdurende ziektegevallen moeten aan de arbodienst worden gemeld, omdat de arbodienst ook |
frequent kortdurend verzuim moet kunnen opsporen. | ||
Uiterlijk in week 6, of zo veel eerder als bekend is dat het verzuim langer gaat duren | Advies aanvragen aan de arbodienst/bedrijfsarts | Alleen als duidelijk is dat de werknemer voorlopig nog niet kan meewerken aan een plan van aanpak, bijvoorbeeld omdat hij nog volledig bedlegerig is of in het ziekenhuis verblijft, kan gemotiveerd van deze termijn worden afgeweken. |
Vanaf week 6 | Re-integratiedossier aanleggen | Alles wat er gebeurt, alle afspraken die er worden gemaakt, alle pogingen tot re- integratie, et cetera moeten door de werkgever worden verzameld in een re- integratiedossier. Dit dossier is als de werknemer later een WIA-aanvraag moet doen, nodig om het re- integratieverslag te kunnen opstellen. |
Uiterlijk in week 8 | Advies van de arbodienst/bedrijfsarts bespreken; Plan van aanpak opstellen. | De werkgever moet het plan van aanpak opstellen in overleg met de arbodienst/bedrijfsarts en de werknemer. |
Uiterlijk in week 8 | Een zogenaamde casemanager aanstellen | De casemanager is het aanspreekpunt voor: • de zieke werknemer over de verzuimbegeleiding en de re- integratieactiviteiten; • de arbodienst en/of bedrijfsarts; • de werkgever. De rol van casemanager kan worden ingevuld door de leidinggevende, de P&O- functionaris, de bedrijfsarts of door de arbodienst of een |
extern re-integratiebedrijf. De casemanager bewaakt of de activiteiten die zijn afgesproken in het plan van aanpak, in de praktijk worden uitgevoerd. | ||
Eventueel: tussen week 13 en week 79 | Aanvraag WIA na verkorte wachttijd | Alleen als de werknemer blijvend volledig arbeidsongeschikt is. |
Elke zes weken | Plan van aanpak evalueren met de werknemer | De arbodienst moet eveneens elke zes weken overleg plegen met de werknemer en naar aanleiding daarvan zo nodig adviseren om het plan van aanpak op bepaalde punten aan te passen. |
Week 42 | Ziekmelding van de werknemer bij UWV | Dit geldt alleen voor werknemers die bij ziekte geen recht hebben op ziekengeld. |
Aan het eind van het eerste ziektejaar | Verplichte (extra) evaluatie van het plan van aanpak | Deze evaluatie wordt schriftelijk vast gelegd. |
Week 86 | De werknemer krijgt bericht van UWV over de aanvraag van de WIA-uitkering | |
Rond week 89 | Re-integratieverslag opstellen | Dit verslag wordt opgesteld door de werkgever en de arbodienst/bedrijfsarts samen. |
Week 91 | De werknemer vraagt de WIA- uitkering aan. Hij voegt het re- integratieverslag daarbij | De werknemer voegt zijn eigen commentaar en zijn visie op de re-integratie aan het re-integratieverslag toe. |
Eventueel: | Gezamenlijk verzoek van de werkgever en de werknemer om uitstel van de WIA-beoordeling | Als de re-integratie in een vergevorderd stadium is, kan een WIA-beoordeling verstorend werken. De werkgever en de werknemer kunnen dan om uitstel vragen. Dit betekent dat de werkgever gewoon het loon blijft doorbetalen. |
Na week 91 | Beoordeling door UWV van de re- | Als UWV van oordeel is dat er |
integratie-inspanningen | te weinig is ondernomen om de werknemer te re- integreren, kan de loonbetalingsverplichting van de werkgever bij wijze van sanctie met maximaal 52 weken worden verlengd. | |
Na week 104 | Als uit de keuring blijkt dat de werknemer ten minste 35% arbeidsongeschikt is: toekenning uitkering gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid of gehele arbeidsongeschiktheid (WGA of IVA) | Tenzij de WIA-keuring op verzoek is uitgesteld, dan wel de loonbetalingsplicht door UWV is verlengd. |
7 Verlof aanvraag
7.1 Verlof aanvraag en de toezegging
Het opnemen van vakantiedagen/verlofdagen vraagt de werknemer tijdig aan via het roosterprogramma (20. Inzage Online). Wanneer dit niet lukt kan het middels een mail naar Xxxx. Een verlofaanvraag is nog geen toezegging. Verlof is toegekend zodra het zichtbaar is op het rooster en de bevestiging per e-mail is ontvangen. De werknemer is zelf verantwoordelijk om dit op de juiste wijze te doen.
Er wordt bij een verlofaanvraag gevraagd de reden van het verlof in te vullen. De werknemer is niet verplicht deze reden in te vullen. Indien er meerdere werknemers op dezelfde dag verlof wensen en dit organisatorisch niet mogelijk is wordt er gekeken naar de reden van verlof. Degene met de gewichtigste reden zal dan verlof krijgen. Een voorbeeld van een gewichtige reden is een ziekenhuisbezoek. Betreft het twee werknemers die verlof vragen zonder gewichtige reden dan wordt het verlof toegezegd aan de werknemer die als eerste zijn verlofaanvraag heeft ingediend.
Wij hebben het recht vakantiedagen/verlof wegens bedrijfsbelang te weigeren of op een ander tijdstip vast te stellen.
7.2 Verlof vakantie
Voor het verlofaanvraag voor een langere vakantie (zoals zomervakantie) geldt hetzelfde als beschreven in paragraaf 7.1 van dit handboek. Zodra je de vakantieperiode weet, is het raadzaam om zo snel mogelijk verlof in te dienen, zoals in paragraaf 7.1 is beschreven. Xxx ervan bewust dat een late verlofaanvraag de kans verkleint op een toezegging van dit verlof.
7.3 Verlof tijdens ziekte
Ook tijdens ziekte kun je gebruik maken van je verlof. Verlof tijdens ziekte betekent dat je vrij gesteld bent van werkhervattings- of re-integratieverplichtingen. Ook worden de verlofdagen tegen 100% loon uitgekeerd, dit in tegenstelling tot de ziekte dagen. Deze zijn conform cao 70% of 90% doorbetaald. Let wel, de activiteiten die je tijdens je verlof wilt ondernemen dienen afgestemd te worden met Xxxxxx/Arbo. Deze activiteiten mogen namelijk je herstel niet belemmeren.
8 Een dienst
8.1 Aanvang dienst nieuwe werknemer
Nieuwe medewerkers zijn verplicht om voor aanvang van hun werkzaamheden dit arbeidsreglement (online) door te nemen. Daarnaast ontvangen zij begeleiding in de praktijk en begeleiding bij de administratieve afhandeling van hun werkzaamheden. Het gehele inwerktraject wordt doorlopen aan de hand van de “checklist inwerktraject”. Dit inwerktraject wordt verzorgd door de inwerk coach.
8.2 Aanvang dienst
Het is de verantwoordelijkheid van de werknemer om voor vertrek de volgende punten na te gaan en je ervan te verzekeren dat ze in orde zijn. In elke auto ligt een zwarte map met de volgende checklist:
Stappenplan voertuigcontrole Taxi Nelissen
Zijn de volgende documenten zichtbaar aanwezig:
(indien één of meerdere documenten ontbreken, meteen melden, voertuig mag niet rijden)
Document | Plaats waar documenten moeten zijn: |
Sticker - niet roken | Op de voorruit/op het dashboard |
Sticker - veiligheidsgordel | Op de voorruit/op het dasboard |
Tariefkaart | Op de voorruit |
Keuringbewijs/ijkrapport Taximeter | Op de voorruit (indien taximeter aanwezig in voertuig) |
Kentekenbewijs | In klein mapje papieren |
Keuringsbewijs | In klein mapje papieren |
Stoelindeling | In klein mapje papieren (enkel bij busjes) |
Groene kaart | In deze zwarte map |
Zijn de volgende documenten aanwezig:
Europees schadeformulier | In deze zwarte map |
Lege rittenstaat | In deze zwarte map (aanvullen bij centrale) Zelf zorgen voor de pen! |
Bijlage ontheffing busbanen | In deze zwarte map |
Ontheffing voetgangersgebieden | In deze zwarte map |
Gedrags- en calamiteitencode | In deze zwarte map |
Algemene voorwaarden voor taxivervoer | In deze zwarte map |
Klachtenformulier | In deze zwarte map (aanvullen bij centrale) |
Papier code VVR | In deze zwarte map (enkel bij rolstoelbusjes) |
Zijn de volgende hulpmiddelen aanwezig:
Gordelverlenger | Aan gele stang chauffeur (enkel bij busjes) |
EHBO trommel | Divers |
Brandblusser | Naast chauffeursstoel |
Spuugzakjes | In dashboardkastje |
Deken | Divers |
Gevaren driehoek | Divers |
Veiligheidshesje | In dashboardkastje |
Verder dienen de volgende handelingen te worden uitgevoerd:
(indien er iets niet klopt of niet voldoende is, meteen melden bij centralist)
Oliepeil controleren | |
Koelvloeistof niveau controleren | |
Ruitenwissersvloeistof | |
Brandstof niveau en ad blue niveau | |
Bandenprofiel controle (minimaal 2mm) | |
Verlichting controleren | |
Remvloeistof | |
Schadevrij, netjes van binnen en buiten |
Heeft het voertuig mankementen? Geef dit door aan de centrale, noteer dit in de schademap
en maak dit schriftelijk kenbaar middels het formulier “Meldingen formulier Chauffeurs”.
Bij het constateren van een (nieuwe) schade is het verplicht om dit, doormiddel van het invullen van het formulier bij aanvang dienst door te geven. Mocht tijdens de voertuigcontrole hulpmiddelen ontbreken is het verplicht om formulier voor “ontbrekende hulpmiddelen” in te vullen, deze ligt in het kastje van het Sleutelhok. Deponeer deze in het daarvoor bestemde bak in het Sleutelhok. Controleer en/of meldt je dit niet, en er blijkt achteraf iets niet in orde te zijn, dan is de chauffeur die het laatste met het voertuig heeft gereden hiervoor aansprakelijk.
Om bovenstaande controles uit te voeren is de werknemer minimaal15 minuten voor aanvang van de dienst aanwezig.
8.3 Einde dienst
Bij het einde van de dienst volg je de volgende punten op:
1. je maakt het voertuig schoon
2. al het afval dat aanwezig is in het voertuig verwijderen
3. de chauffeur tankt het voertuig vol. (na 22:00 uur is tanken verboden in verband met de overlast).
Indien een elektrisch voertuig: de chauffeur bevestigd het voertuig aan de laadpaal en laad deze op. Het opladen mag op elk moment van de dag.
Instructie Laadpalen, zie handleidin
4. de voertuigen worden conform het parkeerplan geparkeerd.
5. het afsluiten van de diensten en het te storten bedrag afdragen in de afstortkast (handleiding afstortkast zie Handboek) Zo nodig vul je het formulier “Tijdsverschil dienstrooster” in. Dit formulier is van toepassing indien je de dienst buiten je eigen schuld later hebt gestart, dan de roostertijd.
Wat betreft een einde dienst van de laatste chauffeur (nachtchauffeur) is de onderstaande procedure van toepassing:
- De centralist zal bij einde dienst alle deuren sluiten en het alarm activeren. Een chauffeur die later binnenkomt, komt via de voordeur binnen. Direct kan met de druppel het alarm gedeactiveerd worden. De sleutel van het voertuig kan op je juiste plek worden opgehangen. Sluit alle deuren weer goed. Voor het verlaten van het pand moet het alarm met de druppel weer geactiveerd worden.
Een dienst mag worden beëindigd met een onderbreking. Dit bericht ontvangt een chauffeur van de centrale. Je diensttijd loopt door totdat je de standplaats bereikt + 5 minuten voor onder andere het aftanken van het voertuig. Maak je hierna het voertuig nog schoon, registreer dit door middel van een ritaanvraag ‘poetsen’ op de BCT.
8.4 Onderbreking
De regeling voor de onderbreking, ook wel pauze genoemd, luidt als volgt:
Over de genoemde punten, de wetgeving, regelingen bij collega-bedrijven en ons bedrijfsbelang hebben wij nagedacht en zijn tot de volgende regeling gekomen:
1. De centralist geeft door dat je een onderbreking hebt. Dit door middel van het bericht ONDERBREKING. Xxxxxxxx 50 minuten na dit bericht ben je weer inzetbaar.
2. Je hebt maximaal 5 minuten de tijd om naar een pauzeplek te rijden. Na deze vijf minuten gaat je onderbreking in. Ongeacht je locatie.
3. Je bent 45 minuten op je pauzeplek. Deze tijd is onbetaald.
4. Heb je een dienst van 7 uur of korter. Dan heb je een half uur onderbreking. Wel heb je recht op de 5 minuten om naar een pauzeplek te rijden. Je bent dan 35 minuten na ontvangst van het bericht weer inzetbaar voor de centralist.
5. Om de kans te vergroten dat je thuis je onderbreking geniet, mag je de postcode doorgeven van het gebied waar je voorkeur naar uit gaat om je onderbreking te nemen.
Deze postcode komt achter je naam op het rooster te staan.
Geef je voorkeurspostcode door aan Xxxx: x.xxxxxxx@xxxxxxxxxxxx.xx. Geef je geen voorkeurspostcode door? Dan hoeft de centralist geen rekening te houden met een voorkeurlocatie.
Let wel: het is en blijft een voorkeur. Hoe verder de voorkeurspostcode verwijderd is het van het vervoersgebied, hoe kleiner de kans dat de centralist aan deze voorkeur kan voldoen.
Er mag slechts 1 voorkeurspostcode worden doorgegeven. Wijzigingen hierin gaan via Paul.
6. Kom je altijd vrij binnen je voorkeurspostcode? NEE, hier mag je niet vanuit gaan. Daar waar het mogelijk is houdt de centralist hier rekening mee. Dit is niet altijd
mogelijk. Zorg dat je altijd voorbereidt bent op een pauze elders. Neem je eten dus mee. Er wordt niet met een centralist gediscussieerd hierover. Enkel de centralist heeft het totaalplaatje en kan deze beoordeling maken.
7. Start je dienst om 15:00 uur of later? Dan worden de genoemde 5 minuten verruimd naar 10 minuten. Dit om een veilige plek te kunnen waarborgen. Ben je eerder dan de genoemde 10 minuten op de plek, dan gaat natuurlijk de pauze alvast in.
Maximaal 55 minuten na het pauze bericht ben je weer beschikbaar voor de centralist.
8. De richtlijn van het moment van onderbreking/pauze is tussen het 3e en 6e uur van je dienst.
De tijdsspanne genoemd in de cao is een stuk ruimer, dus nadeliger!
9. Voor groepsvervoerchauffeurs waarbij de onderbreking langer duurt dan 60 minuten geldt deze nieuwe regeling niet. Dit in verband met de split-dienst.
10. Neem je standaard 30 minuten pauze, geef dit dan ook door aan Xxxx. Hij verwerkt dit ook op het rooster. De genoemde 5 minuten blijven dan gelden. Duurt de dienst wel langer dan 10 uur, dan moet er wettelijk nog 15 minuten pauze genomen worden.
11. Eet je in het voertuig? Zorg dat het voertuig voor de volgende rit weer helemaal schoon is. Xxxxx neemt hier zijn eigen verantwoordelijkheid in.
8.5 Rij- en Rusttijden
Voor het actuele overzicht van de wettelijke rij en rusttijden verwijzen wij naar de cao taxi te raadplegen op site van Sociaal Fonds Taxi: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxx.xx
8.6 Rittenstaat
Voor een voorbeeld van het invullen van de rittenstaat zie Handleiding.
Chauffeurs zijn niet (meer) verplicht om de ritten handmatig bij te houden op een rittenstaat. Je rijdt met een digitale rittenstaat die op ieder moment door de centrale kan worden uitgeprint. De rittenstaat wordt dan in het voertuig uitgedraaid door een printer die in het voertuig aanwezig is. Op verzoek van een ambtenaar die belast is met de controle licht je de centrale in, waarbij er een uitdraai wordt gemaakt voor het inzien van de rittenstaat. Wel ben je, als chauffeur, altijd verplicht een blanco exemplaar rittenstaat in bezit te hebben. Bij data uitval wordt overgegaan tot handmatig schrijven, om zo alle gegevens aansluitend te hebben. Het is de verantwoordelijkheid van de werknemer om deze werkwijze na te leven. Bij controles, waarbij er een beschikking wordt opgelegd, vergoed de werknemer de kosten.
8.7 Taxi bonnen
Als klanten contant betalen vraag je altijd of de klant een bon wilt. Het is jou taak om voor vertrek van de centrale te controleren of genoeg papier in de printer zit. Desnoods neem je een reserverol papier mee.
9 Vervoer
Taxi Nelissen heeft kwaliteit hoog in het vaandel staan en hecht waarde aan tevreden klanten. Een tevreden klant ervaart het vervoer als betrouwbaar, tijdig, service gericht en veilig. Het is teamwork: De kwaliteit van de routeplanning, de aansturing vanuit de centrale, opleiding en vaardigheden van de vaste, bekende en lokale chauffeurs, het betrouwbare wagenpark, de administratie en de communicatie tussen alle betrokkenen. Onze chauffeurs zorgen ervoor dat deze kwaliteit in het vervoer tot uiting wordt gebracht.
Onderstaand een aantal specifieke afspraken/eisen per doelgroep nader omschreven.
9.1 Leerlingenvervoer / vervoer buitenschoolse opvang
9.1.1 Verantwoordelijkheid
Als het vervoer van leerlingen betreft ben jij als chauffeur en Taxi Nelissen verantwoordelijk voor de leerlingen vanaf het moment dat de leerlingen instappen tot het moment dat ze toegang hebben tot de woning/school waar ze dienen te worden overgedragen.
De kinderen in ons vervoer kunnen ook heel jong zijn. Zorg er altijd voor dat je jonge kinderen bij de hand houdt als ze het voertuig verlaten. Of zorg ervoor dat begeleiding (school of ouders) bij het voertuig aanwezig zijn voordat de deuren open gaan. Het kan anders leiden tot gevaarlijke situaties, jonge kinderen zijn wispelturig en kunnen zonder concrete aanleiding de benen nemen.
9.1.2 Omgang met kinderen
Het is niet toegestaan om de kinderen te slaan of lichamelijk hard aanpakken. Deze regel geldt onder alle omstandigheden. Je mag als chauffeur de kinderen alleen vermanend toespreken. Indien het kind zich blijft misdragen, geeft de chauffeur het door aan de ouders. Het is dan aan de ouders om het kind hierop aan te spreken. Leidt dit niet tot verbetering van het gedrag van het kind dan dient de chauffeur dit te melden aan de centrale. De centrale/Xxxx xxx dan nogmaals proberen contact op te nemen met de ouders. Heb je het idee dat het kind of de ouder hier melding van gaat maken, meldt het voorval sowieso bij de centrale en bij Paul.
9.1.3 Omgang met ouders
De ouders worden altijd beleeft te woord gestaan. Het maakt geen verschil of je het met de ouder(s) eens bent of niet. In je benadering naar de ouder(s) toe, altijd in gedachten houden: “Klant is koning”.
Het is niet toegestaan om met de ouder(s) van kinderen in discussie te gaan. Als je ouder(s) ergens over aanspreekt of als ouders jou ergens over aanspreken en beide partijen zijn het niet eens met elkaar dan ga je niet in discussie en vervolg je de rit. Tijdens of uiterlijk na afloop van de rit geeft je het incident door aan de centrale. Wij nemen dan contact op met de ouder(s) en tot overeenstemming te komen.
Kort samengevat: alle problemen met ouders dienen te worden gemeld aan de centrale.
9.1.4 Afzetadres kinderen
Elk kind wordt afgezet op het adres dat op de routelijst staat. Wordt een wijziging gevraagd, dan beslist de centrale of dit mag/mogelijk is. Ga nooit in op vermeldingen van het kind dat zegt op een andere plaats afgezet te moeten worden. Als ouders verzoeken het kind op een ander adres te laten afzetten, dient de chauffeur hen door te verwijzen naar de centrale.
De chauffeur ziet erop toe dat het kind wordt overgedragen én opgevangen door de ouders/verzorgers, dan wel dat het kind zichzelf toegang verschaft tot de woning. Pas na overtuiging hiervan wordt de route vervolgd.
9.1.5 Gordels
Het is jouw plicht en verantwoordelijkheid, als chauffeur, er op toe te zien dat elk kind zijn gordel draagt. Doet of kan een kind dit zelf niet, dan help je bij het omdoen van de gordel. Wanneer een kind kleiner is dan 1,35 meter is en het kind op de voorbank zit, is een zitverhoging verplicht.
Zodat de riem juist en volledig omgedaan kan worden. De chauffeur is verantwoordelijk om toe te zien dat kinderen ten aller tijden de gordel dragen. Bij aanhouding zijn de consequenties voor de chauffeur. De gordel mag pas losgemaakt worden als het voertuig stil staat en het kind op de bestemming is aangekomen.
9.2 Rolstoelvervoer/Scootmobiel
9.2.1 Vastzetten rolstoel/Scootmobiel
Is er sprake van rolstoelvervoer wordt de rolstoel/scootmobiel altijd goed en deugdelijk vastgezet. Hoe dat in zijn werk gaat wordt beschreven in de Handleiding. Een passagier in een scootmobiel mag nooit zittend op de scootmobiel vervoerd worden, hij moet plaatsnemen op een reguliere stoel. Krijg je de opdracht een gehandicapte in een rolstoel/scootmobiel te vervoeren, dan weet je op voorhand hoe je de rolstoel/scootmobiel op de juiste manier moet bevestigen. Dit is conform de wettelijke regelgeving en de code VVR. Als de beschrijving in de Handleiding niet voldoende is, dan neem je op eigen initiatief contact met ons op te nemen voor verdere uitleg.
9.2.2 Gordelplicht bij rolstoelvervoer
Een rolstoelpassagier die blijft zitten in zijn rolstoel is ook verplicht een veiligheidsgordel te dragen. Het is de verantwoordelijkheid van de chauffeur dat de passagier de gordel draagt. Daarbij is het tevens verplicht om gebruik te maken van de drie-punts-veiligheidsgordels die verankerd zijn aan het voertuig. Let er goed op dat de gordel aansluit aan het lichaam van de passagier. Doe dit niet met de eventuele gordel die aan de rolstoel zelf is bevestigd, dit is niet veilig.
9.3 Omnibuzz
9.3.1 Algemeen
Klanten van Omnibuzz zijn klanten met een WMO indicatie en een vast woonadres in en rond Maastricht en Heuvelland. Het grootste deel van de klanten die hiervan gebruik maakt is in het bezit van een pasje van Omnibuzz. De klant betaalt een kleine eigen bijdrage voor de rit, dit gaat op rekening. Het overige gedeelte wordt vergoed door de gemeente.
9.3.2 Uitvoering ritten
Alle Omnibuzz-ritten worden via de terminal (werking terminale zie Handleiding) naar de auto verzonden. Omnibuzz-ritten zijn te herkennen aan de code: Omnibuzz. Op de terminal staat een ophaaltijd van de klant vermeld. Bij de Omnibuzz-ritten geldt er echter een 15- minutenregeling. Dat betekent dat de klant vanaf 15 minuten voor de ophaaltijd tot maximaal 15 minuten na de ophaaltijd mag worden opgehaald. Bijvoorbeeld: de klant heeft de rit om 15:00 uur besteld, dan mag hij opgehaald worden vanaf 14:45 uur tot uiterlijk 15:15 uur. Indien de klant niet binnen die tijd wordt opgehaald ontvangt Taxi Nelissen strafpunten/malus.
Xxx je ruim op tijd? Haal de klant zo spoedig mogelijk op en wacht hij niet tot de tijd bijna verstreken is. Wie vervoerd is, is vervoerd en je weet nooit wat nog komen gaat. Maak, daar waar mogelijk, altijd gebruik van de terugbelservice.
Start een rit nooit handmatig. Ook al ben je nog zo dicht bij het ophaal adres. Bedenk dat de klant binnen namelijk met Omnibuzz aan het bellen kan zijn. Omnibuzz neemt dan contact op met de centrale en deze denkt dat de klant al in de auto zit en geven dan foutieve informatie door. Een Omnibuzz-rit dient altijd met de klantenpas worden gestart.
Bij instap van de klant vraag je netjes naar het pasje van de klant. Bij het instappen van de klant let je erop of er niet meer mensen instappen dan dat de terminal aangeeft en of alle overige gegevens kloppen. Indien een van de doorgegeven gegevens niet klopt neem je direct contact op met de centrale. Je start de rit niet. De centrale gaat dan contact opnemen met Omnibuzz voor een nieuwe rit. Pas op het moment dat je de nieuwe rit hebt ontvangen mag je de rit starten met de klantenpas. De rit wordt gestart zodra het pasje van de klant door de terminal is gehaald. Rijdt de klant niet op rekening, dan rekent hij contant af bij aanvang van de rit. Het is je eigen verantwoordelijkheid om er zorg voor te dragen dat je voldoende wisselgeld hebt om de klant gepast terug te kunnen geven.
Bij het beëindigen van de rit stopt de chauffeur de rit op zijn terminal en helpt de klant met uitstappen en wenst hem nog een prettig voorzetting van de dag.
Je spreekt nooit met de klant een ander ophaaladres af dan dat de klant met Omnibuzz heeft afgesproken. Ook niet als blijkt dat de straat waar de klant opgehaald moet worden afgezet is. De chauffeur adviseert de klant dan om contact op te nemen met de Omnibuzz. Het is vooraf namelijk niet bekend of Taxi Nelissen de terugrit mag uitvoeren. Indien de chauffeur dan een andere afspraak heeft gemaakt met de klant dan dat bij Omnibuzz bekend is, loopt de klant het risico dat er geen terugrit voor hem is. Omdat de chauffeur (van een ander
taxibedrijf) die hem gaat ophalen dan op het verkeerde adres staat en de klant zal loosmelden (zie Handboek) als ze hem niet kunnen vinden.
9.3.3 Combinaties
Omnibuzz-ritten mogen met elkaar gecombineerd worden. Dus als vier mensen afzonderlijk een rit bestellen rond de zelfde tijd en ze liggen op een route, dan mogen alle vier de ritten gezamenlijk in een auto worden uitgevoerd. Je kijkt vaker op de terminal om te zien welke ritten nog opstaan. Het kan namelijk zijn dat er combinaties van Omnibuzz tussen staan.
Bijvoorbeeld klant (1) dient in Margraten om 13.30 uur opgehaald te worden en klant (2) dient in Margraten om 14.00 uur opgehaald te worden. Als klant (1) nu wordt opgehaald om
13.20 uur en klant (2) mag pas om 13.45 uur worden opgehaald, moet klant (1) 25 minuten mee wachten in de auto voordat de rit vervolgt wordt. Als klant (1) echter om 13.40 uur wordt opgehaald en klant (2) om 13.45 uur is het voor beide klanten één doorgaande rit.
9.3.4 Indicaties
Omnibuzz kent de volgende indicaties:
• altijd vervoer per taxipersonenwagen;
• altijd vervoer per taxibus;
• altijd individueel vervoer;
• rechtstreeks vervoer;
• altijd voorin zitten;
• kamer-tot-kamer vervoer;
• Extra Zorg;
• Persoonlijke Overdracht (inclusief extra Zorg);
Altijd vervoer per taxipersonenwagen
De reiziger wordt altijd en bij elke rit met een model personenauto vervoerd.
Altijd vervoer per taxibus
De reiziger wordt altijd en bij elke rit met een model taxibus vervoerd.
Individueel vervoer
De reiziger mag niet met andere reizigers gecombineerd worden, met uitzondering van medereizigers die op dezelfde rit als de reiziger worden bijgeboekt. Zij reizen derhalve rechtstreeks.
Rechtstreeks vervoer
De reiziger wordt via de kortst mogelijke route van het vertrekadres naar het bestemmingsadres gebracht. Als meerder klanten dezelfde rit geboekt hebben, worden zij samen vervoerd. Als andere klanten, in het zelfde voertuig, naar een andere bestemming moeten, dient de klant met indicatie rechtstreeks als eerste naar de bestemming gebracht te
worden. Er mogen gedurende de rit geen andere klanten worden opgehaald en/of worden afgezet.
Altijd voorin zitten
De reiziger heeft recht op een specifieke zitplaats in de taxi of bus. Deze voorin zitplaats is voor een personenvoertuig naast de bestuurder en voor een taxibus de eerste rij (3) stoelen.
Kamer-tot-kamer vervoer
Gemeenten kunnen aan een Wmo-reiziger een indicatie voor kamer-tot- kamervervoer afgeven. Het kamer-tot-kamervervoer betreft het ophalen van de reiziger in de woning / wooneenheid inclusief de begeleiding naar het voertuig of omgekeerd. Het betreft géén draag of liggend vervoer. Geïndiceerde Wmo-reizigers mogen wél geholpen worden bij het aantrekken van jas en/of schoenen als dat gewenst is. De chauffeur dient de geïndiceerde reiziger te ondersteunen bij het veilig achter laten van de woning.
Extra zorg
Deze indicatie wordt toegekend als gevolg van alzheimer/dementie, cognitieve of angststoornissen etc. en bevat:
o Indien gewenst, speciale afspraken bij de ritreservering;
o Reist verplicht op rekening, geen contante betaling;
o Reizen zonder pas is toegestaan;
o Wachttijd van 2 minuten naar maximaal 5 minuten;
o Chauffeur wijkt nooit af van geboekte bestemming.
Persoonlijke overdracht
De chauffeur belt bij de bestemming aan en wacht altijd totdat iemand de klant ‘overneemt’. Als niemand aanwezig is, mag de chauffeur niet vertrekken of moet – in het uiterste geval - de klant weer meenemen. Bij deze indicatie ligt dus een belangrijk deel van verantwoordelijkheid bij de klant, in de zin van een verplichting dat iemand aanwezig is om de klant over te nemen, zodat de vervoerder de rit conform indicatie uit kan voeren.
Omnibuzz zal – indien nodig - klanten aanspreken op deze verantwoordelijkheid.
Gemeenten zijn verder vrij om te bepalen of zij gebruik maken van het verstrekken van onderstaande vormen van begeleiding of hulpmiddelen.
Begeleiding
• Verplichte begeleiding: begeleider die op basis van een indicatie van de gemeente mee moet reizen met de Wmo-reiziger omdat daartoe een medische en/of verzorgende noodzaak is vastgesteld door de gemeente. Indien deze indicatie is afgegeven, kan en mag de Wmo-pashouder niet alleen reizen. De verplichte begeleider is ten minste 12 jaar en in staat om de Wmo-reiziger adequaat te begeleiden tijdens de rit. Een klant mag vanaf 12 jaar zelfstandig reizen, tot zijn twaalfde is begeleiding verplicht. De verplichte begeleider betaalt geen
reizigersbijdrage. Let op! Bij toekenning van deze indicaties is het niet toegestaan dat de klant alleen reist en hier zal door de chauffeurs ookop gehandhaafd worden.
• Hulphond: hond die de reiziger hulp biedt vanwege zijn/haar beperking. De
vervoerder vervoert de hond gratis.
Hulpmiddelen
• (duw)Rolstoel.
• Elektrische rolstoel.
• Scootmobiel.
• Opvouwbare rolstoel.
• Rollator.
Gegarandeerde aankomsttijd
Bij het aanmelden van een rit kan de reiziger aangeven of de reiziger een rit wil reserveren met een gewenst ophaaltijdstip of met een gewenst aankomsttijdstip (prioriteit). Ritten kunnen alleen onder de volgende voorwaarden als prioriteitsrit (met aankomstgarantie) worden aangeduid:
• Een eenmalige (kerkelijke) plechtigheid, zoals een uitvaart- of huwelijksceremonie,
communie of doop.
• Afspraak in het ziekenhuis met arts/specialist (geen ziekenbezoek).
• Aansluiting op Openbaar Vervoer.
9.3.5 Loosmelding
Het kan voorkomen dat je als chauffeur een Omnibuzz-rit door krijgt, maar dat de betreffende klant niet klaarstaat of niet aanwezig is bij het ophaaladres. In beide gevallen kan de rit loos gemeld worden, kies de juiste reden tot loosmelding en neem de regels (paragraaf 13.2) in acht. Indien de tijd het toelaat mag er worden gewacht, dit in overleg met de centrale. Kom je echter in de problemen met andere ritten dan kan ervoor gekozen worden om de klant loos te melden. Deze optie is terug te vinden in de terminal. Loosmelden kan echter alléén als de chauffeur 5 minuten heeft gewacht (auto stil laten staan) of zeker weet dat de klant(en) niet mee gaan. De centrale zal dit doorgeven aan centrale van Omnibuzz. Na het loosmelden van de rit vervolgt je de route.
9.4 Levanto
9.4.1 Algemeen
Dit bestek heeft betrekking op de uitvoering van het vervoer bij spoedgevallen, van de cliënten van LEVANTOgroep. Vervoer kan 24/7 plaatsvinden dus ook in de avond en nacht. Het spoed taxivervoer is grotendeels bedoeld voor de cliënten die bij LEVANTOgroep wonen. Het is de bedoeling dat elke woning van deze dienstverlening gebruik kan maken wanneer wenselijk. Het betreft zo’n 61 locaties in Zuid Limburg.
9.4.2 Uitvoering
De cliënten mogen 10 minuten voor aanvang van de rittijd worden opgehaald. De cliënt mag de chauffeur even laten wachten (maximaal 5 minuten).
9.4.3 De chauffeur
Aan chauffeurs worden de volgende eisen gesteld:
a) De chauffeur stelt zich servicegericht, klantvriendelijk en respectvol op naar de cliënten, hun ouders en begeleiders en de medewerkers van de woningen en dagcentra. Daarbij dienen de chauffeurs een getekende gedragscode vanuit LEVANTOgroep te overhandigen.
b) De chauffeur moet beschikken over goede sociale vaardigheden en goede kennis van wegen en straten binnen het vervoersgebied.
c) Van de chauffeur wordt verwacht dat deze de cliënt(en) behulpzaam is bij het in- en uitstappen.
d) De chauffeur gaat nooit in op mondelinge mededelingen van cliënten met betrekking tot de route, ophaal- en afzettijden of andere voorwaarden.
De chauffeur werkt in goed overleg met groepsleiding en vakgerichte medewerkers (fysiotherapeut, ergotherapeut) en volgt hun aanwijzingen betreffende begeleiding van en omgang met cliënten zo goed mogelijk op en zorgt ervoor te weten hoe er tijdens het rijden moet worden omgegaan met de cliënten.
e) De chauffeur heeft een goede mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid in de Nederlandse taal.
f) De chauffeur treedt handelend op, indien de bus betrokken raakt bij een ongeval of een andere calamiteit.
g) Het is de chauffeur niet toegestaan om door de gebouwen te lopen en eventueel cliënten op te halen. Zij melden zich bij de locatie.
9.4.4 Gedragscode
Het personeel is verplicht om:
a) Actief op te treden tegen discriminerende opmerkingen en discriminerend gedrag van
collega’s en cliënten.
b) Zich te gedragen volgens algemeen aanvaarde normen.
c) Cliënten te benaderen volgens de door de locatie gegeven richtlijnen.
x) Xxxx bewust te zijn van zijn/haar gedrag en wat dit bij de cliënt teweeg kan brengen.
e) Agressieve en/of seksuele gedragingen of spanningen te melden bij Xxxx.
f) Cliënten alleen aan te raken als dat functioneel is.
g) Zich te onthouden van seksuele contacten met cliënten.
h) Zich te onthouden van agressief gedrag jegens cliënten.
i) De chauffeur gaat privé geen contacten aan met cliënten.
j) Het gebruik van alcohol en drugs, lachgas of andere verdovende middelen is voor chauffeurs verboden tijdens en voorafgaand aan de werktijden.
k) In noodzakelijke gevallen, zorgt LEVANTOgroep voor begeleiding op de bus. Deze weet namelijk voor welke cliënten dit noodzakelijk is.
m) Bij incidenten tijdens de rit, zoals maar niet beperkt tot, een verkeersongeval, een (ernstig) verkeersongeval waar de cliënten getuige van zijn geweest, geweld in de bus enz. dient de chauffeur de centrale direct in te lichten.
9.5 Ziekenfondsvervoer
9.5.1 Algemeen
Klanten die voor een behandeling naar het ziekenhuis of een andere medische instelling moeten en in bezit zijn van een machtiging zittend ziekenvervoer, vervoeren wij in opdracht van diverse ziekenfondsen.
De te vervoeren ziekenfondsklanten hebben recht op begeleiding die mee mogen rijden. Wanneer de klant geen begeleiding meeneemt, neemt de chauffeur deze taken als begeleider over.
9.5.2 Uitvoering
Aan chauffeurs worden de volgende eisen gesteld:
• De chauffeur stelt zich servicegericht, klantvriendelijk en respectvol op naar de cliënten
• De chauffeur (indien begeleiding niet aanwezig is) haalt de klant op bij de entree van het huisadres en begeleid deze naar de auto. Doet portier open en zorgt voor de veiligheidsgordel.
Bij aankomst medische instelling helpt de chauffeur de klant met uitstappen en begeleid deze naar binnen en draagt klant over aan medewerkers van betreffende instelling.
• Indien het een rolstoel betreft, zie 9.2.1
Bij het ophalen van klanten bij een medische instelling, kunnen klanten zich door een behandeling slecht(er) voelen dan normaal.
Wanneer je merkt dat het echt niet goed gaat, dien je de centrale te bellen om dit door te geven. De centrale zal dan gaan informeren bij de medische instelling. Bij thuiskomst de klant weer begeleiden en, indien van toepassing, overdragen.
Afhankelijk van de zorgverzekering zijn er regels omtrent de ophaaltijden;
• DVG (VGZ): mogen de cliënten 15 minuten voor aanvang en 10 minuten na aanvang van de bestelde tijd worden opgehaald. De cliënt mag de chauffeur laten wachten (maximaal 5 minuten). Indien klant nog niet meegaat, dien je de centrale te bellen.
• CZ: mogen de cliënten opgehaald worden op bestelde tijd tot 15 minuten na bestelde tijd. De cliënt mag de chauffeur laten wachten (maximaal 15 minuten) indien de klant nog niet meegaat, mag je de rit, anders dan VGZ, gewoon loosmelden.
9.6 Dagopvang
9.6.1 Algemeen
Dagopvang, ook wel dagbesteding genoemd, bedoeld voor ouderen om te voorkomen dat ze zich niet eenzaam gaan voelen, ouderen met een zorgvraag en personen die
ondersteuning nodig hebben. Het doel van een dagopvang is meer dagstructuur aan te brengen en bezig te zijn met activiteiten die niet alleen gezellig, maar ook zinvol zijn.
9.6.2 Uitvoering
Omdat het een speciale groep mensen betreft, wordt er gebruik gemaakt van verschillende vervoersindicaties. Meestal de indicatie kamer-tot-kamer vervoer.
• De chauffeur stelt zich servicegericht, klantvriendelijk en respectvol op naar de cliënten
• Van de chauffeur wordt verwacht dat deze de cliënt(en) behulpzaam is bij het in- en uitstappen
• De cliënten worden, met de indicatie kamer-tot-kamer vervoer, thuis binnen in de huiskamer opgehaald en op bestemming ook naar binnen gebracht.
• De cliënten moeten klaarstaan. Indien ze nog niet klaar zijn voor vertrek, dan mag de chauffeur de rit loosmelden.
• De cliënten van de dagbesteding mogen gecombineerd met ander vervoer vervoert worden. Voor cliënten van de dagbehandeling (Grubbelveld en Zeven Bronnen) geldt dit niet.
9.7 Shuttle / Lijntaxi
De shuttle / Lijntaxi is een bijzondere vorm van openbaar vervoer. Deze rijdt uitsluitend op bestelling, op in de dienstregeling vastgelegde routes en tijdstippen. Dus niet vroeger of later! Het vervoer vindt plaats op telefonische aanvraag die Taxi Nelissen ook elektronisch ontvangt van de opdrachtgever.
Bij Lijntaxi worden passagiers vervoerd zonder betaling. Bij Shuttle dienen passagiers, indien niet in bezit van een abonnement, een shuttle ritkaart te kopen.
9.8 Valys
Valys is bedoeld voor mensen met een mobiliteisbeperking die vervoer nodig hebben, waarbij de afstand groter is dan 5 OV-Zones of groter dan 25 km vanaf het huisadres. Het vervoer heeft veel gelijkenissen met het Omnibuzz vervoer.
Namelijk;
• De ritten ontvangen wij via een koppeling.
• Voor losse ritten mag de taxi 15 minuten voor en 15 minuten na de afgesproken ophaaltijd komen.
• De losse ritten mogen met ander gelijksoortig vervoer, gecombineerd worden.
• Wij ontvangen ook ritten in een voorafgeplande combinatie. Hierbij geldt de marge in de ophaaltijd niet, omdat er dan later in de combinatie problemen kunnen ontstaan omtrent de tijdigheid.
• Ook is is het bij de combinatiesritten niet te bedoeling dat hier nog andere ritten bij gecombineerd worden. Ook dit heeft te maken met de haalbaarheid van de combinatie.
Vervoer kan met personenauto en/of (rolstoel)Bus
Valys kent de volgende indicaties:
Gegarandeerde aankomsttijd
Als de reiziger op een vast tijdstip ergens wil zijn voor een huwelijk, sollicitatie, begrafenis of crematie, dan kan een reis met gegarandeerde aankomsttijd geboekt worden. Dit wordt bij het boeken van de reis aangegeven. Wij zorgen dan dat de reiziger op tijd aankomt. Let op! Deze reis met gegarandeerde aankomsttijd kan alleen met Valys Basis geboekt worden. Voor Valys Begeleid en Valys Vrij geldt enkel een gegarandeerde aankomsttijd op het station.
Begeleiding
De reiziger kan één begeleider gratis meenemen. Daarnaast kunt u nog maximaal twee reisgenoten meenemen, waarvoor wel betaald moet worden. U betaalt voor elke reisgenoot het gereduceerde tarief van € 0,20 per kilometer. Reisgenoten dienen wel allemaal op hetzelfde punt in- en uit te stappen. U dient aan te geven hoeveel reisgenoten u meeneemt op het moment dat u uw reis boekt.
Hulpmiddelen
De reiziger mag maximaal twee hulpmiddelen meenemen, zoals een scootmobiel, een niet- opvouwbare rolstoel of een rollator. Daarnaast mag de reiziger ook 2 stuks handbagage en 1 koffer meenemen. De handbagage kent een maximum formaat van 55 x 35 x 25 cm (lengte x breedte x hoogte). Voor een koffer geldt een maximum gewicht van 20 kilogram.
Ook de meereizenden mogen twee hulpmiddelen meenemen, zolang de hulpmiddelen in één voertuig passen. Dit alles bij dient het boeken van de reis aangegeven te worden.
10 Hoe om te gaan met klanten
Van een werknemer verwachten we het volgende:
- Je bent herkenbaar als chauffeur door representatieve bedrijfskleding en/of een duidelijk zichtbare badge.
- Breng de klant altijd naar het opgegeven bestemmingsadres. Je mag hier niet van afwijken.
- Je hebt een servicegerichte en reizigersvriendelijke instelling.
- Je past goede sociale omgangsvormen toe.
- Je begeleidt de klant in ieder geval van de deur van het ophaaladres naar de deur van het voertuig en vice versa. De centrale hal van een flatgebouw/verzorgingstehuis geldt hierbij als deur. Er zijn klanten die een indicatie hebben voor meer service. Deze indicaties staan omschreven onder het hoofdstuk Omnibuzz.
- Je belt aan/meldt je.
- Je respecteert de wachttijd.
- Je helpt de klant met in- en uitstappen.
- Je helpt met het dragen van bagage (2 normale boodschappentassen, max 23kg).
- Je helpt met het omdoen van de veiligheidsgordel als de klant dat wil.
- Je controleert of alle inzittenden gebruik maken van veiligheidsgordels.
- Je rijdt – indien nodig – de rolstoel in of uit het voertuig en maakt tevens de veiligheidsgordel vast.
- Je zet rolstoel, scootmobiel of rollator vast in het voertuig conform de geldende richtlijnen.
- Je hebt een goede kennis van wegen, straten en scholen binnen het vervoergebied, dan wel kennis van het gebruik van een navigatiesysteem.
- Je vertoond een veilig, rustig en proffesioneel rijgedrag.
- Je hebt een goede mondelinge uitdrukkingsvaardigheid in de Nederlandse taal.
- Je kunt omgaan met reizigers die spreken in Limburgs dialect.
- Je verricht geen medische handelingen anders dan waarvoor je bevoegd bent.
- Je hebt kennis van de spelregels van het vraagafhankelijke vervoerssysteem.
- Je hebt ervaring in de omgang met de doelgroep en haar beperkingen.
- Je activeert de terugbelservice, zodat de reiziger tijdig weet dat het voertuig spoedig komt.
- Je zorgt voor het opbergen en vastzetten van de rollator, opvouwbare rolstoel of bagage in de bagageruimte van het voertuig.
- Je ziet erop toe dat rolstoelen altijd goed worden vastgezet alvorens te gaan rijden.
- Je parkeert het voertuig zodanig dat cliënten niet de straat over hoeven te steken. In het geval dat cliënten toch de straat moeten oversteken begeleidt je hen hierbij.
- Je draagt zorg voor orde en rust in het voertuig.
- Je ziet erop toe dat er niet gerookt wordt in het voertuig, geen alcoholhoudende dranken worden gebruikt en/of verslavende middelen/(soft)drugs/lachgas. Dit geldt zowel tijdens het vervoer voor zowel jezelf als de reizigers, ook wanneer er geen reizigers worden vervoerd.
- Je draagt zorg voor een (verkeers-)veilig en comfortabel vervoer van de reizigers.
- Je biedt op verzoek van de reiziger een print bon van desbetreffende rit aan, waarop vermeld staat: naam van het contract, datum en tijdstip van uitgifte, instapplaats, uitstapplaats, aantal te reizen kilometers, hoogte van de reizigersbijdrage en het nummer van de klantenservice.
- Je zorgt voor een correcte betalingsafhandeling indien reiziger betaalt in voertuig.
- Je behandelt je klant altijd beleefd, netjes en met respect, ongeacht hoe de klant jou behandelt. Dit houdt niet in dat je alles moet accepteren, maar hou de eer ten alle tijden aan jezelf en ga niet mee in het gedrag van de klant. Blijf beleefd, netjes en respectvol.
- Er worden geen ritten geweigerd, behalve als je je bedreigd voelt door een klant en bij personen in beschonken toestand. Betreft het een straattaxirit dan hoeft je niets aan de centrale te melden, tenzij je daar zelf behoefte aan hebt. Betreft het een rit die je in opdracht van de centrale dient uit te voeren, dan moet je wel contact opnemen met de centrale en mededelen waarom je de betreffende klant laat staan, zodat de centrale naar een gepaste oplossing kan zoeken.
- De radio staat niet zodanig hard aan, dat de omgeving niet meer te horen is en wordt op verzoek van de klant stiller gezet of helemaal uit.
- Als een klant aangeeft gebruik te willen maken van de taxi, dient de chauffeur uit te stappen en het portier voor de klant te open. Na afloop rekent de chauffeur met de klant het bedrag af wat op de klok vermeldt staat of het bedrag dat de werknemer van de centrale heeft doorgekregen. Wenst een klant op rekening te betalen zie par.
14.2 voor de te volgen procedure. Na het afrekenen stap je uit de taxi en open je het portier voor de klant, zodat deze kan uitstappen. Hierbij biedt je een helpende hand uit. Tot slot wenst je de klant een prettige voorzetting van de dag.
11 Klachten en incidenten
11.1 Klanten klachten
Is een klant niet tevreden over de gereden rit en/of de verleende service en wenst hierover een klacht in te dienen, dan verwijs je de klant door naar de centrale. De centrale probeert dan samen met de klant tot overeenstemming te komen. Is dit voor de klant echter geen bevredigend gesprek dan heeft hij de mogelijkheid om contact op te nemen met de Klachtenregistratie, telefoonnummer 0900-2021881 of xxx.xxxxxxxxxx.xx. Wil de klant nog verder gaan met zijn klacht dan heeft hij tot slot de mogelijkheid om contact op te nemen met de Geschillencommissie Taxivervoer, telefoonnummer 070-3105310 of de klant maakt gebruik van het contactformulier op de website: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx/. Deze laatste is de hoogste instantie voor afhandeling van klachten.
11.2 Algemene klachten en opmerkingen
Als een chauffeur een klacht/opmerking heeft van of over klanten, interne klacht, klachten over leveranciers of een verbetervoorstel, dan is er een formulier beschikbaar ‘meldingen formulier chauffeur’ waarop je deze klacht/opmerking noteert.
Tevens gebruik je het formulier om een (bijna) ongeval/ calamiteit te melden. De ingevulde formulieren kun je inleveren in het daarvoor bestemde vak ‘post administratie’. Deze formulieren worden op kantoor in behandeling genomen en waar nodig gebundeld en bewaard. Deze formulieren worden gebruikt bij het verbeteren van onze bedrijfsvoering.
11.3 Indicenten
Het kan voorkomen dat er tijdens de rit iets voorvalt, iets ongewoons. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een ongeval, een woordewisseling tussen of met klanten, een valpartij of een klant voelt zich bijvoorbeeld heel ziek. Maak hiervan altijd melding bij de centrale én bij Xxxx. Zodat de collega´s op kantoor voorbereid zijn en de benodigde acties kunnen ondernemen.
12 Prijsvorming
Er zijn meerdere mogelijkheden waarop prijzen van ritten tot stand komen. Er zijn dan ook meerdere mogelijkheden waarop de klant de kosten van zijn rit kan voldoen. De codes in de terminal (zie hoofdstuk 13) geven aan wat voor een soort rit het betreft en op welke manier er betaald dient te worden.
12.1 Straattaxi ( ST )
De klant betaalt contant zijn ritten als hij incidenteel een rit bestelt of als je hem onder weg oppikt en dus niet in opdracht van de centrale uitvoert. Je draagt er zelf zorg voor dat je ten alle tijden over voldoende wisselgeld beschikt. Xxxxxxx wel opgemerkt moet worden dat werk van opdrachtgevers of afgesproken ritten altijd voorgaan op straattaxi ritten.
Voor de bediening van de taxiklok zie Handboek.
12.2 Rekening op meter ( RM )
Vaste klanten hebben de mogelijkheid om op rekening te rijden. Dit wordt altijd via de centrale geregeld. Verzoekt de klant om op rekening te rijden en de terminal geeft contant aan of als het een straattaxi rit betreft, dan neem je altijd contact op met de centrale. De centrale zal dan beslissen of er wel of niet op rekening gereden mag worden. Als de centrale aangeeft dat de klant nog niet in het debiteurenbestand staat opgenomen, noteer dan de naam van de klant met alle gegevens waar de factuur naar toe gezonden dient te worden.
Aan het einde van de rit wordt in de kolom “ritprijs rekening” het bedrag vermeld dat de klok
aangeeft.
12.3 Vaste prijs (VC en VR)
Als de klant een rit via de centrale heeft besteld kan er met hem een vaste prijs worden afgesproken. Dit kan zowel op rekening als contant. Indien het een vaste prijs op rekening is zal deze niet op de terminal verschijnen in de auto. Je ziet alleen dat het een rekeningrit is met een vaste prijs.
Indien het een rit met een vaste prijs betreft maar de klant dient contant te betalen, dan verschijnt de prijs op de terminal. Er geldt dan dezelfde procedure als bij contante ritten op meter (par. 12.1).
In bovengenoemde twee gevallen hoeft dus niet de taximeter aangezet te worden.
12.4 Pinbetaling
Klanten hebben, in vijf voertuigen (157 158 170 171) de mogelijkheid om het totaalbedrag van de rit via pin te betalen. De terminal geeft welliswaar contant/rekening door, maar kan altijd door gebruik te maken van de optie pinbetaling overruled worden. Het bedrag wordt na een goedgekeurde transactie automatisch omgezet van contant/rekening naar pinbetaling. Indien het bedrag op de terminal eerst contant was, zal dit niet op de afstortkast verschijnen. Instructie pinbetalingen, zie handleiding
13 TERMINAL
13.1 Werking terminal
In alle auto’s/busjes zijn Boordcomputers (BCT) aanwezig. Het kan gaan om een Cabman of een BCT in combinatie met een Mobitab of Go-Box.
Er zijn verschillende mogelijkheden hoe ritten moeten worden uitgevoerd ofwel betaald. Alle informatie betreffende een rit is terug te vinden op het scherm van één van de bovengenoemde terminals.
Je rijdt altijd zoals in de terminal vermeld staat. Het is niet toegestaan op eigen initiatief ritten anders uit te voeren dan aangegeven op de terminal. Natuurlijk is het mogelijk dat je een beter idee hebt over de uitvoering van de ritten, maar dan neem je contact op met de centrale zodat deze de ritten kan aanpassen indien zij het met jou eens zijn. Dit overleg is noodzakelijk, omdat de centrale al verder gepland kan hebben en om een overzicht te kunnen behouden waar elke chauffeur zich bevindt. Om ritten door te krijgen via de terminal dient de chauffeur zich aan te melden. (zie handleiding par. 13)
Zodra de auto stilstaat lees je de ritten door die jou gestuurd zijn, zodat je weet wat op de planning staat. Aan het einde van je dienst meldt je je af in het voertuig (zie handleiding paragraaf 13) zodat je dienst beëindigd wordt. Je verdwijnt dan weer uit het bestand van de centrale.
Bij het inlezen van de ritten kom je verschillende codes tegen. De codes geven aan wat voor een soort rit het betreft. Hoe te handelen bij welke code zie Handleiding.
Een van de codes is Omnibuzz. Als een Omnibuzz klant niet op de afgesproken plek aanwezig is dient de rit loos gemeld te worden (zie handleiding par. 13.4 Loosmelden).
Via de terminal kan de centrale berichten sturen naar de auto’s. Als een bericht via de terminal wordt ontvangen hoort de chauffeur dezelfde pieptoon, als bij ontvangst van een rit. De laatste ontvangen (en bevestigde) berichten blijven gedurende een dienst in het geheugen van de terminal staan.
De gehele omschrijving van de Cabman, BCT in combinatie met de Mobitab of Go-Box, zie Handleiding.
13.2 Bediening taximeter
Een taximeter wordt aangezet zodra de terminal erom vraagt en indien het een straattaxirit betreft (RM en ST). De taximeter in een bus kent verschillende tarieven voor een verschillend aantal personen en een hoog en een laag tarief.
Wanneer er een ritopdracht gestart is op de terminal kan er niet tegelijkertijd een taximeterrit gestart worden. Het is namelijk niet mogelijk een contante rit te rijden in combinatie met een andere vervoerssoort. Zodra de uitstap opdracht uitgevoerd is kan er weer een taximeterrit worden gereden.
Voor de exacte werking van de taximeter (zie Handleiding). De werking Mobitab, zie handleiding.
De werking Cabman, zie handleiding.
14 Voertuigen
14.1 Onderhoud voertuigen
Iedere chauffeur is persoonlijk verantwoordelijk voor het onderhouden van de auto die je tijdens jouw diensturen wordt toegewezen. Dit houdt in dat de auto altijd schoon en verzorgd uitziet. Laat geen afval achter. Hoe een voertuig schoon te maken vindt je in de instructie `schoonmaken voertuigen`. Deze instructie hangt tevens aan de poetskar op de wasplaats.
Groepsvervoerschauffeurs poetsen de auto minimaal 1 keer per week gepoetst, ongeacht de weersomstandigheden.
Elke auto wordt bij het einde van de dienst volgetankt/opgeladen, ongeacht het verbruik. Dit om te voorkomen dat er tijdens een volgende dienst onnodig terug gekeerd hoeft te worden om te tanken cq om te laden. Er is echter één uitzondering; tussen 22.00 uur en 6.00 uur mag er niet getankt worden. Opladen mag altijd.
14.2 Autopech tijdens de rit
Heb je tijdens de dienst pech, en je kunt de rit niet op een veilige en verantwoorde manier vervolgen, dan handel je als volgt:
- Parkeer de auto op een veilige plek voor jezelf, de passagiers en mede weggebruikers
- Neem direct contact op met de centrale zodat deze voor een alternatief voertuig kan zorgen. Indien het mogelijk en verantwoord is blijf je tijdens het wachten (op een veilige plek) samen met de passagiers in de auto zitten totdat het alternatieve voertuig is gearriveerd.
Onthoud: de veiligheid van jou en je passagiers gaat altijd boven alles.
14.3 Hoe te handelen bij een ongeval
Xxxx je betrokken bij een ongeval, dan handel je als volgt:
• Je brengt als eerste jezelf en de passagiers in veiligheid;
• Vervolgens neem je contact op met de centrale en/of hulpdienst.
• Tevens vul je, op de plaats van de aanrijding, het schadeformulier volledig in. (Je hebt je voor vertrek van de centrale ervan verzekerd dat een schadeformulier in de auto aanwezig is.) Je bent echter nooit en te nimmer verplicht een schadeformulier te ondertekenen. Onderteken ook nooit voordat de andere partij het formulier heeft ingevuld. Met de ondertekening zeg je namelijk akkoord te gaan met beide verklaringen, die van jezelf én die van de tegenpartij.
Je volgt de instructies van de centrale altijd op. Heeft de centrale Xxxx er niet bij betrokken, dan maak je, zodra de situatie het toelaat een melding van het ongeval bij Xxxx.
15 Niet toegestaan
15.1 Rookverbod
In het gehele bedrijfspand en in alle voertuigen is het verboden om te roken. Je rookt eveneens niet binnen 2 meter van de taxi en niet bij ingang van een school of een medische instelling. Het wordt als een zeer zware overtreding gezien als je rokend wordt gesignaleerd.
15.2 Consumeren in het voertuig
Om het morsen tegen te gaan, is het in het voertuigen enkel toegestaan dranken te consumeren in her-sluitbare bekers/verpakkingen/flessen. En gebruik dan ook de bekerhouder.
15.3 Privé-gebruik voertuig tijdens de dienst
Het is verboden om voertuigen van Taxi Nelissen voor privédoeleinden te gebruiken. Met andere woorden; het is uitsluitend toegestaan met de auto van het laatste afzetadres rechtstreeks naar huis of de centrale te rijden. Daarna mag het voertuig pas weer gebruikt worden als een klant dient te worden opgehaald. Ook dan weer rechtstreeks van thuisadres/centrale naar het adres van de klant rijden.
15.4 GSM
In een aantal auto’s kan er handsfree gebeld worden doormiddel van een geïntegreerde simkaart in de Go-Box of via een mobiele telefoon. De telefoon blijft altijd in de auto/houder. Dus ook ‘s avonds op de centrale of thuis mocht de bus mee naar huis worden genomen.
Hier kan ook uit afgeleid worden dat de telefoons onderling niet geruild mogen worden. Alle telefoons zijn hetzelfde voorgeprogrammeerd. Er mag dan ook niets aan het geheugen worden veranderd. Het is niet toegestaan eigen nummers aan de lijst toe te voegen of telefoonnummers die staan voorgeprogrammeerd voor privédoeleinden te gebruiken. Het is de werknemer niet toegestaan de telefoon voor privégesprekken te gebruiken.
Het telefoonnummer mag niet aan derden doorgegeven worden. Onder derden vallen ook de ouders van kinderen van het leerlingenvervoer. Indien de ouders hier toch om verzoeken dient de chauffeur de ouders door te verwijzen naar het telefoonnummer van de centrale (tel. 000-0000000, keuzeoptie 1). Op dit nummer kunnen de ouders altijd terecht met wijzigingen, aan- of opmerkingen.
Als niet duidelijk is hoe de telefoon werkt, vraag dan bij de centrale om uitleg. Het is niet toegestaan op eigen houtje dingen uit te gaan proberen.
Bij de Go-box is de functie telefoon geïntegreerd (zie Handleiding)
16 Gebouw
16.1 Kantine
Voor alle werknemers is er vrij toegang tot de kantine die aanwezig is op de standplaats te Cadier en Keer. Het is echter de verantwoordelijkheid van iedere werknemer de kantine schoon en netjes achter te laten. Indien de keuken niet schoon is, door je zelf, of door een ander, maak het dan schoon en ruim het op. Hetzelfde geldt voor de tafel. Zo zorgen we samen voor een prettige pauzeplek.
De kantine is voorzien van een vaatwasser. Tref je de vaatwasser aan met schone vaat? Ruim deze uit, dan is er weer plek voor de vuile vaat.
In de kantine aanwezig; koffieautomaat en frisdrankautomaat waarbij tegen een kleine betaling, koffie en frisdrank gekocht kunnen worden.
Je mag gebruik maken van de aanwezige magnetron/oven om je maaltijden te bereiden. Benodigdheden zoals; bestek en borden zijn tevens ook aanwezig. Plaats dit na gebruik in de vaatwasser. Alle benodigdheden blijven in bezit van Taxi Xxxxxxxx en zijn verboden om mee te nemen naar huis.
Het afval wordt gescheiden in de daarvoor aanwezige vuilnisbakken; Plastic (waaronder ook blik) en rest. Zijn deze vuilnisbakken vol? Dan graag de vuilnisbak van een schone zak voorzien en de volle zak op de daarvoor bestemde plek deponeren.
16.2 Kantoor
Het is de chauffeur niet toegestaan de kantoorruimten te betreden zonder toestemming.
16.3 Centrale/planning
Het is de chauffeur niet toegestaan de planning te betreden zonder toestemming.
16.4 Werkplaats
Het is de chauffeur niet toegestaan de werkplaats te betreden zonder toestemming.
16.5 Kleedruimte/douche
Iedereen mag gebruik maken van de kleedruimte en douche. De douche na gebruik schoon achterlaten. Shampoo en handdoeken worden van thuis meegenomen.
16.6 Parkeerplaats
Bij de centrale zijn er een groot aantal parkeerplaatsen aanwezig. Wie het eerst komt, wie het eerst maalt. Zolang er plek is voor het gebouw of rechts langs het hekwerk vanaf de helling, mag er geparkeerd worden. Na de plaatsing van de oplaadpalen wordt het terrein voorzien van belijning. Is er geen bij ons gebouw geen plek meer, parkeer dan in het dorp. Houdt hierbij rekening met de omwonende en de verkeersregels.
17 Personeelsregelingen
In de cao zijn alle rechten en plichten van werknemer en werkgever terug te vinden. Echter hieraan voegen wij voor jullie graag de volgende rechten toe:
17.1 Bedrijfsfitnessregeling
Taxi Xxxxxxxx vindt het van groot belang dat haar medewerkers gezond zijn en gezond blijven! Gezonde mensen voelen zich vitaler, hebben meer uithoudingsvermogen, minder last van stress en een betere weerstand. Om die reden heeft Taxi Nelissen een bedrijfsfitnessregeling, waar de werknemer gebruik van kan maken.
Fit met korting ook voor gezinsleden
Samen sporten is leuker en dat houden we langer vol. Via Fit met Xxxxxxx ontvangt de werknemer en zijn/haar gezinsleden voordeel op abonnementen bij een groot aantal sportlocaties.
Fiscale bedrijfsfitness voor de werknemer
Bij deelname aan de bedrijfsfitnessregeling worden de kosten van je sportabonnement ingehouden op je brutosalaris. Door dit fiscale voordeel betaal je netto minder aan je sportabonnement.
Je kunt of deelnemen aan het Fiscaal sporten of aan Fit met korting. Een combinatie hiervan is niet mogelijk. Er zijn meer sportaanbieders die Fiscaal sporten mogelijk maken, dan Fit met korting. Meer informatie hierover is te krijgen op kantoor.
17.2 Huur voertuigen
Maak je een uitstapje met het gezin of vrienden. Moet je iets verhuizen of wegbrengen, en past het niet in je auto?
Xxxxx je iemand naar het vliegveld of moet je een langere afstand afleggen, en wil je dit comfortabel doen?
Taxi Nelissen verhuurt voertuigen aan werknemers tegen een gereduceerde prijs.
Wil je gebruik maken of meer informatie ontvangen over het huren van een voertuig, hiervoor kun je terecht op kantoor.
17.3 Collectiviteit zorgverzekering VGZ
Taxi Nelissen heeft een overeenkomst gesloten met VGZ. Werknemers kunnen gebruik maken van een collectiviteitskorting bij VGZ. Ook gezinsleden kunnen hiervan profiteren.
Bij aanmelden ontvang je korting op je zorgpremie en kun je extra vergoedingen ontvangen in je zorgpakket.
Meer informatie is te vinden op xxxxx://xxx.xxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx- zorgverzekering
18 Inzage online
Je hebt de mogelijkheid om diverse informatie over Taxi Xxxxxxxx op je privé computer te bekijken. Op de site van Taxi Nelissen kan er veel informatie gevonden worden over ons bedrijf zelf. Je kunt ook inloggen op een beveiligde serie van de site. Bij de indiensttreding verkrijg je de inloggegevens.
De volgende punten zijn te bekijken op deze geblokkeerde site; o.a.
- het chauffeurshandboek
- de handleiding handboek
- nieuwsbrieven
- een link naar de cao
Daarnaast kan via de site xxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxx.xx, met behulp van een persoonlijke inlogcode, je rooster in zien.
Je kunt je rooster bekijken en zien op welke dagen en welke tijden je moet werken. Je kunt een verlofaanvraag indienen. Ook zie je hier je verlofaanvragen zodra deze akkoord zijn bevonden. Mochten er onduidelijkheden zijn over het gebruik van deze inzage, vraag op kantoor om verdere uitleg.
19 Beschikbare formulieren
- Tijds verschil dienstrooster
o Dit formulier is van toepassing indien je de dienst buiten je eigen schuld later hebt gestart, dan de roostertijd. Xxxxx dit formulier in het vak ‘post administratie’.
- Meldingsformulier chauffeur;
o Reparatie
▪ Wanneer je constateert dat het voertuig een gebrek heeft.
o Gevonden voorwerpen
▪ Bij gevonden voorwerpen die na de dienst nog niet afgegeven zijn, vul je het formulier ‘Melding Formulier Chauffeur’ in. Xxxxx het formulier samen met het voorwerp in bij de centrale.
o Schade
▪ Wanneer je constateert dat het voertuig schade heeft.
o Klantklacht
▪ Wanneer je een opmerking hebt over een klant, die het vervoer niet veilig of onprettig maakt.
o Interne klacht
▪ Wanneer je een opmerking hebt over collega’s of de bedrijfsvoering.
o Ontbrekende hulpmiddelen
▪ Wanneer je constateert dat niet alle benodigdheden aanwezig zijn in het voertuig volgens de lijst ‘voertuigcontrole Taxi Nelissen’, aanwezig in het voertuig.
o Verbetervoorstel
▪ Wanneer je een ander idee hebt over een bepaalde gang van zaken.
o (bijna) ongeval / Calamiteit
▪ Wanneer je een onveilige situatie hebt geconstateerd.
- Dag-registratie uren
o Dit formulier, bestemd voor de aangewezen groeps-vervoer chauffeurs, wordt ingevuld om met name de pauze aan te geven. Xxxxx dit formulier in het vak ‘post administratie’ of digitaal.
- Rittenstaat
o De chauffeur gaat bij data uitval over tot handmatig schrijven, om zo alle gegevens aansluitend te hebben. Het is de verantwoordelijkheid van de werknemer om deze werkwijze na te leven. Xxxxx dit formulier in het vak ‘post administratie’.
Addendum COVID instructie
Covid-19, voluit coronavirus disease 2019, is een besmettelijke ziekte die wordt veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2, een van de coronavirussen. De voorheen onbekende ziekte werd eind 2019 voor het eerst opgemerkt in Wuhan, hoofdstad van de Chinese provincie Hubei, en verspreidde zich vervolgens in drie maanden naar andere delen van de wereld. Vanaf 11 maart 2020 was er volgens de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) officieel sprake van een pandemie, de coronapandemie.
Omdat het virus nog steeds ‘onder ons’ is, hebben wij besloten een tijdelijke instructie te maken om alle medewerkers te informeren. Elke medewerker is verplicht deze regels in acht te nemen.
Gebouw:
Om ervoor te zorgen dat medewerkers in het gebouw elkaar niet kruisen, hebben wij een looproute uitgestippeld. Een chauffeur loopt via de voordeur naar binnen, en via de garage weer naar buiten.
Kantoor:
Het is de chauffeur niet toegestaan zonder toestemming van directie de kantoorruimten te betreden.
Persoonlijke hygiëne:
Vaak handen wassen (20 sec)
Neus snuiten in papieren zakdoek, gooi deze zakdoek na gebruik in de afvalbak. Hoesten/Niesten in elleboog
Geen handen schudden
1.5 meter afstand houden
Aanvang dienst:
Iedere chauffeur zorgt bij aanvang van de dienst dat hij de volgende zes zaken mee neemt:
1. Doosje met mondkapjes (na de dienst door centralist laten bijvullen)
2. Een aantal paar handschoenen
3. Desinfecterende spray/gel
4. Schoonmaakdoekjes
5. Een rol container zakken (voor het afdekken van de zit)
6. Een rol pendaalemmerzakken (als afvalzak)
Voertuigen:
Van het voertuig worden tijdens de dienst de contactpunten meerdere malen gedesinfecteerd. Tevens wordt het voertuig tussen de ritten door en voor of na de pauze geventileerd.
Vervoer:
Het vervoer van klanten met klachten passend bij Covid-19 gaat volgens strenge instructies.
Na het vervoer gooi je alle gebruikte materialen weg in een prullenbakzak en sluit deze. Reinig de contactpunten van het voertuig en laat deze 5 minuten luchten.
Routekaart:
Het vervoer in een schema. De meest recente versie staat op intranet.
Wellicht ook interessant: xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx-xxxxx-00 xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/
20 Versiebeheer
Versie | Geldig vanaf/tot | Wijzigingen | Gewijzigd door |
5 | Geldig tot 1 oktober 2018 | ||
6 | Geldig vanaf 1 oktober 2018 | - Een aantal passages herschreven - Aanpassen/uitbreiden ziekteverzuim, Hoofdstuk 6 - Verlofaanvraag Hoofdstuk 7 - Vervangen van rij en rusttijden met verwijzing Hoofdstuk 8.4 - Aanvullen “Hoe om te gaan met klanten” Xxxxxxxxx 00 - Xxxxxxxx, Hoofdstuk 11 - Terminal, toevoegen Cabman Hoofdstuk 13 - Aanvullen Gebouw: “Kantine” met gebruik vaatwasser en Kleedruimte/douche Hoofdstuk 16 - Toegevoegd: formulieren Hoofdstuk 18 Wijzigingsformulier Handboek Chauffeur komt te vervallen. | Xxxxxx Xxxxxxx |
7 | 1 juli 2019 | Hoofdstuk 10, 5e gedachtestreep, van deur tot deur beleid niet alleen voor Omnibuzz klanten van toepassing, maar voor alle passagiers. Dus Omnibuzz hier weggehaald. | Xxxxxx Xxxxxxx |
8 | 1 september 2019 | Hoofdstuk 1 bullit 2,5 en 7 uitgebreid. Hoofdstuk 3 punt 3 chauffeursdiploma verwijderd. Hoofstuk 5.2.1 toevoeging kenbaar maken voor 1-1 Hoofdstuk 7.3 toegevoegd. Hoofdstuk 8.2 punten checklist | Xxxxxx Xxxxxxx |
aangepast Hoofdstuk 8.3 aangevuld Hoofdstuk 9.3.4 Indicaties toegevoegd Hoofdstuk 9.4 Levanto toegevoegd Hoofdstuk 9.5 Ziekenfonds toegevoegd Hoofdstuk 9.6 Dagopvang toegevoegd. Hoofdstuk 15.2 aangepast Hoofdstuk 16.6 Parkeerplaats toegevoegd Hoofdstuk 17 Personeelsregelingen toegevoegd. | |||
9 | 2 september 2019 | Hoofdstuk 8.4 Onderbreking toegevoegd. | Xxxxxx Xxxxxxx |
10 | 15 september 2020 | Hoofdstuk 8.3 Laadpalen elektrische voertuigen toegevoegd. Hoofdstuk 9.3.4. Indicaties Omnibuzz uitgebreid beschreven Hoofdstuk 9.8 Valys vervoer toegevoegd. Hoofdstuk 12.4 Pinbetaling toegevoegd. Hoofdstuk 14.1 Onderhoud voertuigen tekst gewijzigd. Hoofdstuk 16.6 Parkeerplaats tekst gewijzigd. Addendum Covid instructie | Xxxxxx Xxxxxxx / Xxxxx Xxxxxx |
11 | 25 februari 2021 | Hoofdstuk 9.1.4 Verantwoordelijkheid uitgebreid Hoofdstuk 9.6.2 Uitvoering uitgebreid Hoofdstuk 10 Omgaan met klanten uitgebreid Hoofdstuk 11.3 Incidenten toegevoegd. Hoofdstuk 14.3 Hoe te handelen bij een ongeval uitgebreid. |