Samenvatting
Samenvatting
In het kader van de voorgenomen uittreding per 1 juli 2021 van de gemeente Eijsden-Margraten uit het samenwerkingsverband Sociale Zaken Maastricht-Heuvelland (SZMH) zijn de vertegenwoordigers van de betrokken partijen tot een principeakkoord gekomen ten aanzien van de voorwaarden en het proces van uittreding.
Collegevoorstel
Dit akkoord is gesloten onder het uitdrukkelijk voorbehoud van instemming met dit principeakkoord door de afzonderlijke colleges van de aangesloten gemeenten en definitieve instemming met de uittreding door de gemeenteraad van Eijsden-Margraten. Het college van de gemeente Maastricht heeft instemmend besloten ten aanzien van het principeakkoord.
Beslispunten
Voorgesteld wordt om in te stemmen met het principeakkoord ten aanzien van de voorwaarden en het proces inzake de uittreding per 1 juli 2021 van de gemeente Eijsden-Margraten uit het samenwerkingsverband Sociale Zaken Maastricht-Heuvelland.
Besluit Burgemeester en Wethouders 8 februari 2021:
Conform.
1. Aanleiding
Collegevoorstel
Het college van de gemeente Eijsden-Margraten heeft bij brief van 12 december 2019 aan het Portefeuillehoudersoverleg Sociale Zaken Maastricht-Heuvelland (Pho SoZa) aangekondigd voornemens te zijn om per 1 januari 2021 uit het samenwerkingsverband te treden. Dit betreft de gemeenschappelijke regeling (GR) voor de gezamenlijke uitvoering van de Participatiewet voor de zes gemeenten in Maastricht-Heuvelland. Aan dit voornemen liggen primair financiële overwegingen ten grondslag; de kwaliteit (van de dienstverlening Participatiewet) van SZMH staat niet ter discussie. Daarnaast worden inhoudelijke kansen gezien in een integrale, lokale uitvoering door het eigen sociaal team. Gelijktijdig gaf het college aan open te staan voor voortzetting van deelname aan de GR indien de uitvoeringskosten sterk verminderd kunnen worden, en is verzocht om de voorwaarden van uittreding te mogen ontvangen.
Om proces en voorwaarden van uittreding en de mogelijkheden tot kostenvermindering in beeld te brengen, heeft het Pho SoZa nader onderzoek laten doen door Bureau Berenschot (kostenvermindering) en Stuurman Flexibiliteit (proces en voorwaarden). Uit het onderzoek van Xxxxxxxxxx volgt allereerst dat de uitvoeringkosten Participatiewet van SZMH nagenoeg gelijk zijn aan het gemiddelde in de referentiegroep op grond van de landelijke Berenschot-benchmark sociaal domein, waarbij er geen taken of bedrijfsonderdelen benoemd kunnen worden waar de kosten drastisch omlaag te brengen zijn. Daarmee zijn de uitvoeringkosten Participatiewet in verhouding met de werklast van SZMH.
Uit het onderzoek van Xxxxxxxx Flexibiliteit volgt het advies om qua proces, voorwaarden en kostenberekening aan te sluiten bij de werkwijze zoals gehanteerd bij de vorming van het samenwerkingsverband SZMH in 2015 (destijds ook door dit bureau begeleid) voor de bij de latende organisaties af te bouwen kosten. Dit houdt met name in dat de na uittreding achterblijvende uitvoeringskosten conform een driejarig afbouwscenario (100% - 67% - 33%) door de uittredende gemeente worden vergoed. Deze methodiek gaat ervan uit dat SZMH erin slaagt in jaar 2 en 3 de achterblijvende uitvoeringskosten terug te brengen, zodat deze op het einde van het 3e jaar volledig zijn afgebouwd. Daardoor gaan de kosten voor de andere gemeenten niet omhoog.
Op grond van de onderzoeksresultaten heeft het Pho SoZa bij brief van 4 juni 2020 het college van Eijsden-Margraten geïnformeerd over de voorwaarden en het proces van een eventuele uittreding. Naar aanleiding van de inhoudelijke reactie daarop vanuit Eijsden-Margraten en het bericht dat de oorspronkelijke uittredingsdatum van 1 januari 2021 voor die gemeente niet haalbaar bleek, zijn na het zomerreces de bestuurlijke en ambtelijke gesprekken opgestart om tot finale overeenstemming te
komen. Met daarbij nadrukkelijk oog voor de belangen van álle betrokkenen: de uittredende gemeente Eijsden-Margraten, de uitvoeringsorganisatie SZMH en de vijf Maastricht- Heuvellandgemeenten die binnen het samenwerkingsverband blijven. Het principeakkoord dat hieruit volgt, wordt langs deze weg ter goedkeuring aan uw college voorgelegd. Een gelijkluidend voorstel ligt gelijktijdig voor bij de colleges van de gemeenten Gulpen-Wittem, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul.
2. Context
- Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr)
Collegevoorstel
- Participatiewet en regionaal gemeentelijk beleid op dat vlak
- Gemeenschappelijke regeling (GR) gezamenlijke uitvoeringsorganisatie sociale dienst Maastricht-Heuvellandgemeenten
- Mandaatregeling inzake uitvoering Gemeenschappelijke regeling gezamenlijke uitvoeringsorganisatie sociale dienst Maastricht-Heuvellandgemeenten incl. mandaatlijst
- Dienstverleningsovereenkomst gezamenlijke uitvoeringsorganisatie Sociale Zaken Maastricht-Heuvelland incl. dvo-bijlage basisdienstverlening Participatiewet SZMH 2020
- Reglement van het Portefeuillehoudersoverleg gezamenlijke uitvoeringsorganisatie sociale dienst Maastricht-Heuvelland (Pho SoZa).
3. Gewenste situatie
Benadrukt wordt dat bij de overige partners geen enkele twijfel bestaat over het voordeel van de regionale samenwerking, die – zeker op gebied van sociale zekerheid – al jarenlang zeer constructief fungeert. Xxxxx hechten hieraan groot belang en hebben onverminderd de intentie uitgesproken om nu en in de voorzienbare toekomst te blijven deelnemen aan het samenwerkingsverband SZMH. Het staat de gemeente Eijsden-Margraten uiteraard volledig vrij andere keuzes te maken. Vanuit het Pho SoZa is dan ook de bereidheid uitgesproken om hieraan medewerking te verlenen. Met het oog op de regionale samenwerking is het immers van belang alle betrokken partijen zo goed mogelijk door deze ontwikkeling te loodsen.
Via diverse besprekingen en werksessies is een gezamenlijk beeld gevormd van de bedoeling / behoefte van Eijsden-Margraten, hoe de voorgenomen uittreding daarin voorziet, wat de gevolgen van die uittreding zijn voor SZMH, voor de gemeente Eijsden-Margraten en voor de andere vijf gemeenten, en hoe dit voor iedereen op een werkbare wijze kan worden afgehandeld. De uitkomst van de ambtelijke verkenning is uiteindelijk besproken in een bestuurlijk overleg op 14 december
2020. Daar zijn de wethouders Xxxxxxx (Eijsden-Margraten), Kompier (Vaals en voorzitter Pho SoZa) en Janssen (centrumgemeente Maastricht) tot het volgende principeakkoord gekomen:
Voorwaarden tot uittreding uit SZMH
1. De gemeente Eijsden-Margraten treedt uit de GR SZMH per 1 juli 2021;
2. Per datum uittreding stopt SZMH alle dienstverlening in het kader van de Participatiewet (personeel, materieel, overhead en incidenteel) aan de gemeente Eijsden-Margraten;
3. Per datum uittreding maakt de gemeente Eijsden-Margraten niet langer deel uit van het Pho SoZa;
Collegevoorstel
4. Partijen hanteren evenwel een periode van een half jaar, tot eind 2021, om de overgang en overdracht zo soepel mogelijk te laten verlopen;
5. Per datum uittreding beëindigt SZMH die uitvoeringskosten, gemoeid met de dienstverlening aan de gemeente Eijsden-Margraten, die ook daadwerkelijk per die datum kunnen eindigen;
6. Voor de uitvoeringskosten, gemoeid met de dienstverlening aan de gemeente Eijsden- Margraten, die na datum uittreding doorlopen en al of niet opzegbaar zijn, vergoedt de gemeente Eijsden-Margraten een totaalbedrag van € 875.000 aan uittredingskosten, zonder afbouwscenario en zonder nacalculatie;
7. De door het Pho SoZa van de gemeente Eijsden-Margraten verlangde vergoeding voor de onderzoeken Berenschot en Stuurman Flexibiliteit is in dit totaalbedrag inbegrepen.
Dit principeakkoord is gesloten onder het uitdrukkelijk voorbehoud van goedkeuring door de afzonderlijke colleges en onder voorwaarde van definitieve instemming door de gemeenteraad van Eijsden-Margraten met de door het college voorgenomen uittreding. Dit conform geldende wet- en regelgeving:
- Op grond van artikel 19 van de onderliggende GR wordt een verzoek tot uittreding gericht tot de overige GR-deelnemers, die een voorstel doen met betrekking tot het bepalen van de nadere (financiële) voorwaarden. Die overige GR-deelnemers zijn verenigd in het Pho SoZa (de portefeuillehouders Sociale Zekerheid), maar worden formeel uiteraard vertegenwoordigd door de afzonderlijke colleges van B&W.
- Op grond van artikel 1 Wgr gaat een college niet eerder over tot uittreding uit een regeling dan na verkregen toestemming van de gemeenteraad. Teneinde die toestemming te verkrijgen wenst de gemeente Eijsden-Margraten aan de raad helderheid te kunnen verschaffen over de uittredingsvoorwaarden en het standpunt van de diverse colleges daaromtrent.
Het Pho SoZa heeft in de vergadering van 17 december 2020 reeds unaniem de steun voor het principeakkoord uitgesproken. Op respectievelijk 2 en 9 februari 2021 beraden de vijf colleges zich over het akkoord en zal ook het college van Eijsden-Margraten een besluit neemt over het verzoek aan de raad om in te stemmen met de voorgenomen uittreding. Besluitvorming door de gemeenteraad van Eijsden-Margraten is voorzien op 18 maart a.s.
4. Effect op duurzaamheid en/of gezondheid
Dit collegevoorstel heeft geen effect op duurzaamheid en/of gezondheid.
Collegevoorstel
5. Effect op de openbare ruimte
Dit collegevoorstel heeft geen effect op de openbare ruimte.
6. Personeel en organisatie
Het merendeel van de personele kosten die SZMH maakt voor de uitvoering Participatiewet voor de gemeente Eijsden-Margraten kan per datum uittreding komen te vervallen. Dit dankzij de flexibele schil die de organisatie hanteert, met name op vlak van klantmanagement en administratie. Van de 9,85 fte (snipper)formatie, wordt per datum uittreding 6,37 fte direct afgebouwd. De restformatie van 3,48 fte wordt binnen maximaal 3 jaar afgebouwd. Dit laat echter onverlet dat er nog steeds een grote opgave ligt om na de uittreding van SZMH de totaal resterende uitvoeringskosten (naast personeel ook overhead) terug te brengen naar reële proporties. Om zodoende een kostenstijging voor de vijf achterblijvende gemeenten te voorkomen. (Zie ook onder 8. Financiën.)
De afgelopen periode is uiteraard reeds een eerste inschatting gemaakt hoe die formatie- en kostenreductie te realiseren. Zodra het besluit van de diverse colleges duidelijk is, zullen de acties op dit vlak met voorrang worden opgepakt.
7. Informatiemanagement en automatisering (incl. Smart City)
De uittreding van de gemeente Eijsden-Margraten werkt door in de systemen / automatisering van SZMH. Zo zal bijvoorbeeld overdracht van (digitale) dossiers naar Eijsden-Margraten moeten plaatsvinden en opschoning van de systeemregistraties in Maastricht. Er vindt reeds ambtelijk overleg plaats tussen SZMH en Eijsden-Margraten om de precieze voorbereidingen te duiden en hierover afspraken te maken.
8. Financiën
De kosten die gemoeid zijn met de uitvoering Participatiewet voor de gemeente Eijsden-Margraten door SZMH bedragen € 998.225 per jaar. Op het moment van uittreding is een deel van die kosten direct opzegbaar. Met name op vlak van de personele kosten, dankzij de flexibele schil die SZMH hanteert. (Zie ook onder 6. Personeel en Organisatie.) Resteert nog een bedrag van € 544.367 per jaar voor de personele en overheadkosten - voor personeel € 261.907, voor overhead € 282.460 - dat niet meteen per datum uittreding opzegbaar is. Om voor de vijf resterende gemeenten binnen begroting te blijven opereren zal SZMH die achterblijvende kosten tot nul moeten reduceren.
Collegevoorstel
Analoog aan de vorming van SZMH is het reëel om hiervoor een termijn van drie jaar in acht te nemen, waarbinnen de nodige actie zal worden ondernomen om de personele en overheadkosten af te bouwen. Deze opgave is fors, maar realiseerbaar.
Met het oog op deze opgave vergoedt de gemeente Eijsden-Margraten op grond van het principeakkoord een bedrag van € 875.000. Wanneer het afbouwscenario zoals bij de vorming van SZMH gehanteerd voor de latende organisaties, strikt zou worden gevolgd, zou dit nu voor SZMH als latende organisatie resulteren in een bedrag van c.a. € 1,09 mln. (Zie ook onder 1. Aanleiding.) De uittredingsvergoeding is dus feitelijk lager dan dat het zou zijn op grond van het afbouwscenario.
Daar staat dan weer tegenover dat alle inzet en dus kosten gemoeid met de jaarlijkse nacalculatie komen te vervallen. Ook is met dit principeakkoord een potentiële juridisering van de kwestie, met alle bijkomende kosten, voorkomen. Het overeengekomen bedrag wordt toereikend geacht om gedurende de afbouwperiode van drie jaar in de (afnemende) achterblijvende kosten te voorzien en dus een kostenstijging voor de overige gemeenten te voorkomen. Het betekent wel dat SZMH nog steviger op deze afbouw moet inzetten, zowel binnen het eigen organisatieonderdeel (personele kosten) als gemeente breed beken (overheadkosten).
Een potentieel financieel restrisico voor de in SZMH resterende gemeenten is gelegen in de mogelijkheid dat er onvoldoende afbouw plaatsvindt gedurende genoemde termijn. De achterblijvende kosten, voor zover niet gedekt door de uittredingsvergoeding van Eijsden-Margraten, komen dan voor rekening van de achterblijvende gemeenten. Op grond van de huidige1 verdeelsleutel SZMH bedraagt het aandeel van de gemeente Maastricht daarin 78,08%. In het uiterste geval vindt er geen enkele afbouw plaats en dekt de vergoeding de achterblijvende uitvoeringskosten gedurende slechts 1 jaar en 7 maanden. Dat is uiteraard absoluut niet de insteek en het risico wordt ook beperkt geacht, omdat er genoeg mogelijkheden zijn en ook tijd is om af te bouwen. De opgave wordt dan ook taakstellend budgettair neutraal benaderd. De eerste
1 Vanwege de uittreding van Eijsden-Margraten uit de GR zal deze verdeelsleutel moeten worden herzien.
verkenningen en voorbereidingen in dit kader zijn uiteraard al gestart. Zodra het besluit van de diverse colleges duidelijk is, zullen de concrete acties met voorrang worden opgepakt.
9. Aanbestedingen
Dit collegevoorstel heeft geen effect op aanbestedingen.
10. Participatie tot heden
Collegevoorstel
Gedurende de verkenningsfase hebben de wethouders Kompier en Xxxxxxx het voortouw genomen namens het bestuur van SZMH. Daarbij ambtelijk ondersteund door de directeur SZMH en specialisten vanuit Concernzaken en Beleid. De portefeuillehouders Sociale Zekerheid van de gemeenten Gulpen-Wittem, Xxxxxxxx xx Xxxxxxxxxx xxx xx Xxxx zijn periodiek geïnformeerd over de stand van zaken, zodat zij in de positie waren om hun eigen achterban op de hoogte te houden. Ook heeft meermaals formele bespreking en besluitvorming in het Pho SoZa plaatsgevonden. Finale besluitvorming is nu uiteraard aan de afzonderlijke colleges van B&W.
De raden van de Maastricht-Heuvellandgemeenten zijn in februari 2020, in het beginstadium van het uittredingstraject, via een gezamenlijke rib geïnformeerd. Deze rib is volledigheidshalve bijgevoegd (B1). Daarnaast is de raad in Maastricht eind 2020 nader geïnformeerd via de beantwoording van de raadsvragen van de LPM (B2). Deze beantwoording is ook met de regiogemeenten gedeeld.
11. Voorstel
Voorgesteld wordt om in te stemmen met het principeakkoord ten aanzien van de voorwaarden en het proces inzake de uittreding per 1 juli 2021 van de gemeente Eijsden-Margraten uit het samenwerkingsverband Sociale Zaken Maastricht-Heuvelland.
12. Uitvoering, evaluatie en vervolg
De collegebesluiten van de gemeenten Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul zullen worden gecommuniceerd aan de gemeente Eijsden-Margraten. Zodoende kan het standpunt van de regiogemeenten worden meegenomen in het verzoek aan de raad om definitief in te stemmen met de voorgenomen uittreding.
Zodra in alle Maastricht-Heuvellandgemeenten besluitvorming heeft plaatsgevonden, uitgaande van een positief besluit, zal in de vijf gemeenten die in SZMH blijven samenwerken een rib uitgaan om de raden van die gemeenten te informeren over de stand van zaken in dit dossier. De inhoud van deze rib (bijgevoegd) is in gezamenlijkheid voorbereid en ook afgestemd met Eijsden-Margraten.
Zodra het finale standpunt van de gemeenteraad van Eijsden-Margraten ten aanzien van de voorgenomen uittreding bekend is, zal dit aan de andere gemeenten worden gecommuniceerd. Op grond waarvan ook de raden weer op de hoogte kunnen worden gebracht. De verwachting is overigens dat dit raadsbesluit een hamerstuk zal zijn.
Collegevoorstel
Na besluitvorming door de diverse colleges gaat SZMH dan ook per direct aan de slag met de acties die nodig zijn voor een soepele uittreding van Eijsden-Margraten alsook de personeels- en kostenreductie met het oog op de achterblijvende gemeenten. Hiertoe zal een projectorganisatie worden geformeerd, waarin de benodigde capaciteit en deskundigheid wordt samengebracht.