MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
AI Nr. 8699
Bijvoegsel Stcrt. d.d. 6-1-1997, nr. 3
ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATERRECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelezen het verzoek van de Algemene Werkgevers-Vereniging namens de Nederlandse Vereniging van ondernemingen in de bedrijfstak Water- recreatie, HISWA-Vereniging, als partij te ener zijde mede namens de Bouw- en Houtbond FNV, en de Hout- en Bouwbond CNV als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatieondersteunende acti- viteiten strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;
Overwegende,
dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;
dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Nederlandse Staatscourant;
Overwegende,
dat naar aanleiding van dit verzoek schriftelijk bezwaar is ingediend door de Reformatorisch Maatschappelijke Unie Werknemers (RMU);
dat dit bezwaar als volgt kan worden samengevat:
Het bezwaar richt zich tegen artikel 10 lid 1 sub a en c van onderhavige CAO, omdat de strekking van de betreffende bepalingen (in onderlinge samenhang bezien) er op neerkomt dat werknemers – zo de omstandig- heden naar het enkele oordeel van de werkgever daartoe aanleiding
Sdu Uitgevers, ’s-Gravenhage 1997 CAO869997
6C0190 1
geven – verplicht kunnen worden gesteld tot het verrichten van arbeid op zondag.
Volgens bezwaarde hanteert de Arbeidstijdenwet (ATW) als uitgangs- punt dat de zondag een collectieve vrije dag is en arbeid in beginsel op die dag verboden is. Op grond van artikel 5:4 van de ATW kan in twee situaties van dit verbod worden afgeweken. In beide situaties gaat het om een dubbele eis waaraan moet worden voldaan om op zondag arbeid te verrichten. Volgens bezwaarde wordt in artikel 10 van de CAO aan deze dubbele eis niet voldaan.
Bezwaarde verzoekt derhalve niet over te gaan tot algemeen verbindend- verklaring van de CAO, omdat deze strijdig is met artikel 5:4 van de ATW en ook strijdig is met het algemeen belang.
Overwegende ten aanzien van de bezwaren dat het onderhavige CAO- artikel artikel 5:4 van de ATW overlet laat. Indien overwerk op zondag zal plaatsvinden dient de werkgever zich naast de bepalingen van arti- kel 10 van de CAO te houden aan het bepaalde in artikel 5:4 van de ATW. Dit betekent dat indien de bedrijfsomstandigheden het noodzake- lijk maken om op zondag arbeid te verrichten, de werkgever daartoe overeenstemming moet bereiken met het medezeggenschapsorgaan, bij het ontbreken daarvan met de personeelsvertegenwoordiging of bij het ontbreken daarvan met de belanghebbende werknemers. Er is derhalve geen sprake van strijdigheid met het bepaalde in de ATW.
Overwegende tenslotte dat het bezwaar van dien aard is, dat het alge- meen verbindendverklaring van bepalingen van de onderhavige CAO niet in de weg staat.
dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame perso- nen;
Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeids- overeenkomsten;
Gezien het advies van de Stichting van de Arbeid; Besluit:
I. Verklaart algemeen verbindend tot en met 31 oktober 1997 de navol- gende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Hou- ten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatieondersteunende activiteiten, zulks met inachtneming van hetgeen onder II, III, IV, V en VI is bepaald:
2
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 1
Definities
1. De Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten: tot de Houten en Kunststoffen Jacht- bouw, alsmede waterrecreatieondersteunende activiteiten behoort ie- dere onderneming die zich geheel of in hoofdzaak bezighoudt met het bouwen, afbouwen, aftimmeren, tuigen, uitrusten en vaarklaar maken van pleziervaartuigen voor recreatieve doeleinden, of van onderdelen daarvan of daarvoor, alles voor zover in hout en/of kunst- stof, echter met uitzondering van ondernemingen die lid zijn van de Metaalunie en uit dien hoofde onder de werkingssfeer van de CAO voor het Metaalbewerkingsbedrijf vallen.
2. Tot de Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten behoort voorts iedere onderneming die zich geheel of in hoofdzaak bezig houdt met het herstellen, onder- houden en verbouwen van pleziervaartuigen voor recreatieve doel- einden of van onderdelen daarvan of daarvoor, alles voor zover in hout en/of kunststof, echter met uitzondering van ondernemingen die lid zijn van de Metaalunie en uit dien hoofde onder de werkingssfeer van de CAO voor het Metaalbewerkingsbedrijf vallen.
3. Tot de Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten behoort voorts iedere onderneming die zich naast het in hoofdzaak verrichten van dienstverlenende activi- teiten in de waterrecreatie bezig houdt met het herstellen, onderhou- den en verbouwen van pleziervaartuigen voor recreatieve doeleinden of van onderdelen daarvan of daarvoor, echter met uitzondering van ondernemingen die lid zijn van de Metaalunie en uit dien hoofde onder de werkingssfeer van de CAO voor het Metaalbewerkings- bedrijf vallen, en mits deze bedrijven geen andere metaalbewerking en/of verwerkingshandelingen als genoemd in de algemeen verbin- dend verklaarde werkingssfeerbepaling van de CAO voor het Metaal- bewerkingsbedrijf verrichten.
6. Werkgever: iedere werkgever in de Houten en Kunststoffen Jacht- bouw, alsmede waterrecreatieondersteunende activiteiten.
7. Werknemer: iedere werknemer (m/v) van de werkgever waarvan de functie is opgenomen of gezien de aard van de werkzaamheden behoort te worden opgenomen in bijlage I van deze collectieve
3
arbeidsovereenkomst. Als werknemer in de zin van deze overeen- komst wordt niet beschouwd de stagiaire, vakantiewerker en degene die op grond van een arbeidsovereenkomst niet meer dan 1/3 van de normale arbeidsduur werkt.
9. Schaalsalaris: het salaris per periode of per maand zoals aangegeven in de salarisschalen welke zijn opgenomen in bijlage IV van deze overeenkomst en vastgesteld op grond van het bepaalde in artikel 7 en artikel 8 lid 1.
10. Periode- of maandinkomen: het periode- of maandschaalsalaris ver- meerderd met een eventuele persoonlijke toeslag (PT) zoals bedoeld in artikel 8 lid 4.b.2.
11. Uursalaris: 0,66% van het periodeschaalsalaris/0,61% van het maand- schaalsalaris.
Artikel 2
Verplichtingen van de werknemer
1. De werknemer is verplicht hem door of namens de werkgever opge- dragen werkzaamheden naar diens voorschriften naar beste krachten te verrichten.
2. De werknemer is verplicht, indien hij door de werkgever daartoe in bijzondere gevallen wordt aangewezen, ook andere dan zijn dage- lijkse, niet tot zijn functie behorende arbeid te verrichten, voor zover althans deze arbeid verband houdt met de arbeid in de onderneming van de werkgever en de werknemer geacht kan worden daartoe in staat te zijn.
3. De werknemer is verplicht de eigendommen van de werkgever en aan diens bedrijf door derden toevertrouwde goederen met de groot- ste zorgvuldigheid te behandelen en iedere beschadiging of vermis- sing dezer eigendommen of goederen onmiddellijk te melden aan de werkgever.
4. De werkgever kan de werknemer verplichten werkstaten bij te hou- den en deze in te leveren op een door hem te bepalen tijdstip.
6. De werknemer is verplicht de door de werkgever ter beschikking gestelde veiligheidsmiddelen te gebruiken.
4
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 3
Verplichtingen van de werkgever
1. Introductie bij indiensttreding
De werkgever is verplicht bij het in dienst nemen van een werkne- mer, zorg te dragen voor een goede introductie.
Deze introductie zal o.a. de volgende punten moeten omvatten:
a. informatie over de aard en organisatie van het bedrijf;
b. informatie over de aard en de daar door de werknemer te verrich- ten werkzaamheden;
c. kennismaking met collega’s;
d. mondelinge zowel schriftelijke informatie over de op de werkne- mer van toepassing zijnde arbeidsvoorwaarden;
e. informatie over voorzieningen op het gebied van veiligheid, gezondheid en hygie¨ne;
f. informatie aan jeugdige werknemers over de opleidingsmogelijk- heden, zoals het leerlingstelsel;
g. indien in de onderneming een OR is ingesteld, zal informatie gegeven worden over de samenstelling van de OR.
Tevens zal overhandigd worden een reglement van de OR en reglementen van eventuele commissies van de OR.
3. Veiligheid
De werkgever zal alle maatregelen nemen welke nodig zijn voor de veiligheid in zijn onderneming.
Ter bevordering van deze veiligheid en mede ter uitvoering van de wettelijke voorschriften terzake, zal de werkgever in samenwerking met de ondernemingsraad regelingen opstellen.
De werkgever zal aan de betrokken werknemers informatie geven over gevaarlijke stoffen en de gevaren die aan het omgaan met deze stoffen verbonden kunnen zijn.
De werkgever zal bij het geven van instructie omtrent veiligheids- maatregelen, de werknemers uiteenzetten wat de mogelijke gevaren kunnen zijn, die uit het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschrif- ten kunnen voortvloeien. De werknemer is verplicht om bij onmid- dellijk dreigend gevaar voor hemzelf en/of anderen zulks te melden aan zijn directe chef, resp. aan de plaatselijke veiligheidsfunctionaris, om aan zo’n situatie een einde te kunnen maken.
4. Milieu
De werkgever zal alle milieuhygie¨nische aspecten, verbonden aan het produktieproces, aan de orde stellen in de ondernemingsraad en
5
maatregelen die dienaangaande genomen dienen te worden, zullen zo mogelijk in overleg met de ondernemingsraad worden uitgevoerd, met inachtneming van artikel 27 van de Wet op de Ondernemings- raden.
5. Jaaropgave verdiend inkomen
De werkgever is verplicht jaarlijks uiterlijk voor 1 maart aan de werknemer een opgave te verstrekken van het door hem verdiende salaris en de daarop ingehouden premies en loonbelasting.
6. Fusie of bedrijfssluiting
a. De werkgever, die overweegt een fusie aan te gaan of een bedrijf dan wel een bedrijfsonderdeel te sluiten, zal bij het nemen van zijn beslissing de sociale consequenties daarvan betrekken en de SER-fusiegedragsregels in acht nemen, ook wanneer bij de on- derneming minder dan 100 werknemers werkzaam zijn.
b. In verband hiermee zal de werkgever zo spoedig mogelijk, maar in elk geval voor dat definitieve besluiten genomen worden met de werknemersorganisaties1) in gezamenlijk overleg treden over de voorgenomen besluiten.
Aansluitend hierop zal de werkgever de overwogen maatregelen en de daaruit eventueel voor de werknemers voortvloeiende ge- volgen bespreken met de werknemersorganisaties1).
c. Inzake de gevolgen, welke voor de werknemers of een aantal werknemers in verband met de fusie of bedrijfssluiting te ver- wachten zijn, zal de werkgever in overleg met de werknemers- organisaties1), een sociaal plan opstellen waarin wordt aangege- ven met welke belangen van de werknemers in het bijzonder rekening dient te worden gehouden en welke voorzieningen in verband daarmede moeten worden getroffen.
8. Werkgelegenheid in de onderneming
Ondernemingen met een OR zijn verplicht om op verzoek van de OR in het kader van de bespreking van de algemene gang van zaken in de onderneming een duidelijk inzicht in de toekomstverwachtingen op kortere en langere termijn ten aanzien van de werkgelegenheid, zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin, te verschaffen.
9. Deeltijd
De werkgever zal een verzoek van een werknemer om in deeltijd te gaan werken in beginsel honoreren tenzij bedrijfs-(organisatorische) redenen zich daartegen verzetten. Desgevraagd zal de werkgever een afwijzing van een verzoek schriftelijk motiveren.
1) Bedoeld worden in dit geval de werknemersorganisaties, partij bij de CAO.
6
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 5
Aanstelling en ontslag
1. Ten aanzien van het aangaan en bee¨indigen van de arbeidsovereen- komst zijn de bepalingen van het BW van toepassing met inachtne- ming van hetgeen in de navolgende leden van dit artikel is bepaald.
2. a. De arbeidsovereenkomst wordt, tenzij schriftelijk anders is over- eengekomen, aangegaan voor onbepaalde tijd. Wanneer een proef- tijd tussen werkgever en werknemer wordt overeengekomen, dient deze schriftelijk te worden vastgesteld. Een dergelijke proeftijd mag ten hoogste twee maanden bedragen. Tijdens de proeftijd geldt een termijn van opzegging van een week.
b. Een arbeidsovereenkomst aangegaan voor bepaalde tijd kan een- maal voor bepaalde tijd worden verlengd met uitsluiting van arti- kel 1639 f derde lid BW (opzeggingsvereiste voortgezette dienst- betrekking voor bepaalde tijd aangegaan).
3. Het opzeggen van het dienstverband dient zodanig te geschieden dat het eind van de termijn van opzegging steeds samenvalt met het einde van een loonbetalingsperiode. De opzegging van het dienstver- band dient steeds schriftelijk te geschieden.
4. De termijn van opzegging is voor zowel de werkgever als de werk- nemer ten minste gelijk aan de tijd die gewoonlijk tussen twee opeenvolgende uitbetalingen van het in geld vastgestelde loon ver- strijkt, doch niet langer dan zes weken.
De beperking geldt niet voorzover een langere duur van de termijn van opzegging uit het bepaalde in de leden 3, 5, 6 en 7 voortspruit.
5. Onverminderd het bepaalde in lid 4 en in afwijking van artikel 1639 j BW, worden de termijnen van opzegging als volgt vastgesteld:
– voor de werknemer bedraagt de termijn van opzegging een week voor elke twee gehele jaren dienstverband met een minimum van een week en een maximum van zes weken
– voor de werkgever bedraagt de termijn van opzegging een week voor elk geheel jaar dienstverband met een minimum van een week en een maximum van dertien weken.
6. De termijn van opzegging die krachtens het vorige lid voor de werk- gever geldt, wordt verlengd met een week voor elk vol jaar, gedu- rende hetwelk de werknemer na het bereiken van de leeftijd van 45
7
jaar bij hem in dienst is geweest. De duur van de verlenging bedraagt evenwel ten hoogste dertien weken.
7. De termijn van opzegging voor de werkgever bedraagt ten minste drie weken ten aanzien van een werknemer die op de dag van opzeg- ging de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt en ten minste een jaar bij hem in dienst is geweest.
8. Bij opzegging om een dringende, aan de wederpartij onverwijld medegedeelde reden, zal de schriftelijke bevestiging van de ontslag- reden aangetekend geschieden binnen 24 uur na het tijdstip waarop het dienstverband werd bee¨indigd.
9. Indien in de termijn van opzegging de aaneengesloten vakantie als bedoeld in artikel 13 lid 10 dan wel collectieve snipperdagen als bedoeld in artikel 13 lid 11 vallen, wordt de termijn van opzegging met deze dagen verlengd.
Artikel 6
Arbeidsduur en dienstrooster
1. a. De gemiddelde werkweek bedraagt 38 uur op jaarbasis, te verde- len over de eerste 5 werkdagen van de week (maandag t/m vrij- dag).
b. Voor de werknemer die zich bezighoudt met dienstverlenende activiteiten in de waterrecreatie in een onderneming als bedoeld in artikel 1, derde lid, wordt de gemiddelde werkweek verdeeld over 5 dagen van de week. Indien in de werkweek een zondag wordt betrokken wordt dit uiterlijk twee weken tevoren aan de werknemer medegedeeld.
2. Voor het inroosteren van de in lid 1 genoemde arbeidsduur kan de werkgever gebruik maken van de in bijlage V opgenomen rooster- modellen, met dien verstande dat maximaal gedurende 13 weken per jaar de wekelijkse arbeidsduur maximaal 45 uur kan bedragen.
3. De gewone werktijd is gelegen tussen 07.00 uur en 18.00 uur. Voor de werknemers als bedoeld in lid 1, onder b, van dit artikel is de gewone werktijd gelegen tussen 07.00 uur en 20.00 uur.
De individuele arbeidsduur volgens rooster bedraagt maximaal 9 uur per dag.
4. Met inachtneming van het in lid 1, 2 en 3 van dit artikel bepaalde is de vaststelling van de werktijd aan de werkgever voorbehouden, een en ander met inachtneming van artikel 27 van de Wet op de Onder- nemingsraden. Bij gebreke van een ondernemingsraad vindt be-
8
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
doelde vaststelling plaats na overleg met een representatieve verte- genwoordiging van het personeel.
5. Voor werknemers van 62 jaar geldt een 32-urige werkweek, voor werknemers van 63 jaar een 28-urige werkweek en voor werknemers van 64 jaar een 24-urige werkweek, onder evenredige aanpassing van de vakantierechten (zie artikel 13, lid 2) en onder volledig behoud van salaris.
6. Naast hetgeen in lid 1 is geregeld stelt de werkgever op jaarbasis in de periode oktober tot en met maart in overleg met de ondernemings- raad, of bij gebreke daarvan na overleg met een representatieve ver- tegenwoordiging van het personeel, 1 roostervrije dag vast; conform art. 27 van de WOR.
7. Naast hetgeen in de leden 1 en 6 is geregeld wijst de werkgever na overleg met de werknemer op jaarbasis 1 roostervrije dag aan.
Artikel 7
Functiegroepen en salarisschalen
1. De functies van de werknemers worden op basis van het ORBA- functiewaarderingssysteem ingedeeld in functiegroepen.
De indeling van een aantal veel voorkomende functies is vermeld in bijlage I van deze overeenkomst. Verkorte omschrijvingen van deze functies zijn in bijlage II opgenomen. Een verkorte weergave van de wijze van indeling van functies is opgenomen als bijlage III.
2. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal welke een schaal omvat gebaseerd op leeftijd en een functievolwassenschaal geba- seerd op taakvervulling. De schalen zijn opgenomen in bijlage IV van deze overeenkomst.
3. a. De leeftijdschaal geldt voor de werknemers die de voor de res- pectieve functiegroepen geldende functievolwassen leeftijd nog niet hebben bereikt.
b. De functievolwassenschaal geldt voor de werknemers die de voor de respectieve functiegroep geldende functievolwassen leeftijd wel hebben bereikt.
9
4. De uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de wijze van toepassing van de salarisschalen zijn opgenomen in artikel 8 van deze overeen- komst.
5. De salarissen gelden per volle periode van 4 weken of per maand; voor gedeelten van een periode of een maand worden zij naar even- redigheid berekend, waarbij geldt dat de normale beloning voor:
– 1 uur = 0,66% van de periodebeloning en 0,61% van de maand- beloning
– 1 werkdag of dienst = 5,28% van de periodebeloning en 4,88% van de maandbeloning.
6. Bij bee¨indiging van het dienstverband vindt verrekening van te veel of te weinig genoten salaris plaats op basis van het verschil tussen het feitelijk aantal gewerkte roosteruren en het gemiddeld aantal roosteruren gerekend vanaf 1 januari van enig jaar tot aan het moment waarop de arbeidsovereenkomst eindigt.
7. Verrekening kan plaatsvinden door korting op de op het moment van bee¨indiging van het dienstverband nog openstaande vakantiedagen,
-diensten, c.q. -uren en/of op de op dat moment opgebouwde vakan- tietoeslag.
Artikel 8
Toepassing van de salarisschalen
1. Werknemers die nieuw in dienst treden ontvangen het bij hun functie- groep behorende schaalsalaris, en wel:
– indien zij functievolwassen zijn voor de desbetreffende functie- groep: het aanvangsschaalsalaris van de functievolwassenschaal tenzij zij op grond van verkregen kundigheden en ervaring bij een vorige werkgever, een hoger schaalsalaris kan worden toege- kend, e.e.a. ter beoordeling van de nieuwe werkgever;
– indien zij deze functievolwassen leeftijd nog niet hebben bereikt het schaalsalaris behorende bij hun leeftijd van de leeftijdschaal,
e.e.a. met inachtneming van het bepaalde in lid 3.
2. a. Aan de in dienst zijnde functievolwassen werknemers zullen in het algemeen m.i.v. de 1e periode (m.i.v. 1 januari) van elk jaar verhogingen worden toegekend, waarvan de grootte afhankelijk is van hun beoordeling door de werkgever.
De beoordelingsmaatstaven zijn opgenomen in artikel 9 lid (1).
– Bij een voldoende taakvervulling zal het gegarandeerde maxi- mum schaalsalaris worden bereikt na ten hoogste:
10 jaren in de schalen I t/m III 11 jaren in de schaal IV
12 jaren in de schaal V
10
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
13 jaren in de schaal VI.
– Bij een goede taakvervulling zal het gegarandeerde maximum schaalsalaris worden bereikt na ten hoogste:
7 jaren in de schalen I t/m III 8 jaren in de schaal IV
9 jaren in de schaal V 10 jaren in de schaal VI.
– Bij een uitstekende taakvervulling zal het gegarandeerde maximum schaalsalaris worden bereikt na ten hoogste:
5 jaren in de schalen I t/m III 6 jaren in de schaal IV
7 jaren in de schaal V 8 jaren in de schaal VI.
Bovendien kan in dit geval een persoonlijk maximum schaal- salaris aan de werknemer worden toegekend, nadat hij gedu- rende 2 jaren het gegarandeerde maximum schaalsalaris heeft genoten.
b. Jeugdige werknemers ontvangen een leeftijdsverhoging op 1 april, indien zij jarig zijn tussen 1 januari en 1 juli, en op 1 oktober indien zij jarig zijn tussen 1 juli en 1 januari van enig jaar1). Bij het bereiken van de voor hun functiegroep geldende functie- volwassen leeftijd worden zij in de functievolwassenschaal ge- plaatst met toekenning van het aanvangsschaalsalaris met ingang van de periode (maand) volgend op de desbetreffende verjaardag.
3. Leertijd
Indien een werknemer bij indiensttreding nog niet over de kundig- heden en ervaring beschikt om zijn functie volledig te vervullen, kan de werkgever hem gedurende 6 maanden in e´e´n salarisschaal lager plaatsen. Deze bepaling geldt niet voor de werknemer in functie- groep I.
4. Overplaatsing naar een andere functiegroep
a. Bij definitieve promotie naar een functie in een hogere functie- groep wordt de betrokken werknemer met ingang van de periode (maand) volgend op de promotie een bij de hogere functiegroep behorend schaalsalaris toegekend. De verhoging bedraagt ten minste het halve verschil tussen het nieuwe aanvangsschaal- salaris in de hogere groep en het aanvangsschaalsalaris van de groep voorafgaande aan de promotie.
1) Het bepaalde in de Wet Minimumloon en minimumvakantiebijslag blijft onverkort van toepassing.
11
b. 1. Bij definitieve terugplaatsing naar een functie in een lagere functiegroep op eigen verzoek van de werknemer, ontvangt de betrokken werknemer met onmiddellijke ingang een bij de lagere functiegroep behorend lager schaalsalaris hetwelk ten hoogste 2% lager is dan het genoten schaalsalaris van de oor- spronkelijke functiegroep voor de terugplaatsing.
Is de definitieve terugplaatsing echter een gevolg van bedrijfs- omstandigheden of van verminderde arbeidsgeschiktheid op medische gronden zonder dat e´e´n en ander de betrokken werknemer kan worden aangerekend, dan wordt in de lagere schaal zijn oorspronkelijke schaalsalaris gehandhaafd, en wel met ingang van de periode (maand) volgend op de terug- plaatsing.
2. Is het maximum schaalsalaris van de lagere schaal voor de terugplaatsingsmaatregel niet toereikend, dan wordt het ont- brekende bedrag omgezet in een persoonlijke toeslag (PT). Deze PT maakt geen deel uit van het schaalsalaris en stijgt niet met de algemene verhogingen van de salarisschalen. De PT wordt als volgt afgebouwd:
– bij elke algemene verhoging van de salarisschalen, wel met het bedrag dat overeenkomt met 1/4 deel van die algemene verhoging van het aanvangschaalsalaris met een maximum van 1% van het aanvangsschaalsalaris.
– bij een eventuele herindeling in een hogere functiegroep met het bedrag van de daarmee gepaard gaande salaris- verhoging.
Bij het bereiken van de 60-jarige leeftijd wordt de PT of het restant daarvan niet (verder) afgebouwd.
5. Plaatsing in een functiegroep in het kader van functiewaardering
a. Indien als gevolg van de toepassing van het functiewaarderings- systeem een werknemer op grond van het bepaalde in artikel 7, lid 1, van deze CAO een salaris zou ontvangen dat lager ligt dan zijn actuele salaris, dan behoudt deze werknemer zijn actuele salaris. Elke algemene verhoging van de salarisschalen zal op hem van toepassing zijn. Indien evenwel het actuele salaris 15% boven het persoonlijk maximum van de salarisschaal ligt die op de werknemer van toepassing is geldt het volgende. Er zal een afbouw van het actuele salaris plaatsvinden elke algemene ver- hoging van de salarisschalen voor 50% toe te passen tot een niveau is bereikt van 15% boven het persoonlijk maximum van de nieuw geldende salarisschaal.
Artikel 9
Beoordelingsregeling en salarisverhogingen
1. a. De werkgever beoordeelt de wijze waarop de werknemers hun 12
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
taak vervullen, hetzij op grond van persoonlijke beoordeling, het- zij op grond van een tijd-normsysteem, of enig ander systeem. Persoonlijke beoordeling geschiedt periodiek, doch ten minste 1 x per jaar en op basis van de functie-omschrijving en/of taak- stelling welke van toepassing is, of geacht kan worden te zijn op de functie, resp. de taak van de werknemers.
b. Het vastgestelde schaalsalaris wordt niet verhoogd bij onvol- doende taakvervulling, d.w.z.:
– de werknemer kan zonder evenredig grote aandacht en hulp van zijn chef en/of collega’s zijn taak niet normaal in kwan- titatief en kwalitatief opzicht vervullen.
c. Verhogingen van het schaalsalaris zullen worden toegekend in de navolgende gevallen, totdat het maximum schaalsalaris is bereikt van de groep waarin de functie van de werknemer is ingedeeld, en wel:
1. voor een voldoende taakvervulling, d.w.z. de werknemer is onder normale omstandigheden in staat zijn taak zelfstandig te vervullen; bij ongunstige omstandigheden heeft hij weinig hulp nodig van zijn chef en/of collega’s;
2. voor een goede taakvervulling, d.w.z. de werknemer is ook onder ongunstige omstandigheden volledig in staat zijn taak geheel zelfstandig te vervullen. Zijn kennis en ervaring stel- len hem in staat zonder hulp van zijn chef zijn werk te ver- richten;
3. voor een uitstekende taakvervulling, d.w.z. de werknemer voldoet aan het onder 2. gestelde. Bovendien is hij in staat om collega’s zonodig bij te staan. Zijn persoonlijke instelling en houding vormen een stimulans op zijn omgeving. Leidinggevende eigenschappen en vakkennis kunnen tevens aanleiding zijn voor promotie naar een functie in een hogere functiegroep.
d. De werknemer die bezwaar heeft tegen de voor hem uitgebrachte beoordeling op grond van het voorgaande, kan zijn bezwaar bin- nen 1 maand na de uitgebrachte beoordeling bij zijn werkgever kenbaar maken, eventueel met inschakeling van een ingestelde OR, personeelskern of een in het bedrijf aanwezige vertrouwens- man van betrokkene. De bezwaren zullen worden besproken, en het resultaat daarvan zal (schriftelijk) aan betrokkene worden medegedeeld met vermelding van de motivering.
13
1. Overwerk
Artikel 10
Bijzondere beloning
a. Het is de werkgever niet toegestaan overwerk te laten verrichten, behoudens in incidentele gevallen. Onder overwerk wordt ver- staan door of namens de werkgever opgedragen arbeid buiten de grenzen van artikel 6.
b. De overuren zullen zoveel mogelijk onmiddellijk voorafgaand aan de aanvang of onmiddellijk aansluiten aan het einde van de gewone werktijd volgens het voor de werknemer vastgestelde rooster.
c. Voor in opdracht van de werkgever verricht overwerk worden, behalve het normaal geldende salaris de volgende toeslagen uit- betaald:
– voor overuren op maandag t/m vrijdag tot 22.00 uur:
per overuur 0,165% van het periodeschaalsalaris (0,153% van het maandschaalsalaris)
– voor overwerk op maandag t/m vrijdag vanaf 22.00 uur en op zaterdag tot 22.00 uur:
per overuur 0,33% van het periodeschaalsalaris (0,305% van het maandschaalsalaris)
– voor overuren op zaterdag vanaf 22.00 uur, op zondagen en op feestdagen welke vallen op maandagen t/m vrijdagen: per overuur 0,66% van het periodeschaalsalaris (0,61% van het maandschaalsalaris).
Overwerk wordt in principe gecompenseerd in vrije tijd. Compenserende vrije tijd wordt genoten binnen 6 maanden nadat het overwerk is verricht. Indien het overwerk wordt gecompenseerd in vrije tijd worden over deze uren uitsluitend de hierboven genoemde toeslagen betaald.
d. Indien op verzoek van de werknemer het tijdstip van de aanvang van het overwerk wordt verschoven, wordt het overwerk- percentage uitbetaald dat verschuldigd zou zijn geweest, indien het overwerk op het oorspronkelijk aangezegde tijdstip zou zijn aangevangen.
e. Overwerk in watersportbedrijven gedurende het seizoen Wanneer in het bedrijf van werkgever een watersportbedrijf wordt uitgeoefend, kan van een werknemer van 18 jaar en ouder, die in dit bedrijf of bedrijfsonderdeel werkzaam is, door de werkgever, wanneer dit naar zijn oordeel noodzakelijk is, verlangd worden, dat hij gedurende het seizoen van 1 april tot 1 oktober overwerk verricht, e.e.a. op basis van een in onderling overleg te treffen overeenkomst, waarin xxxxxxx van arbeidstijden, arbeid op zater- dagen en zon- en feestdagen en de betaling kan worden afgewe- ken van het terzake in deze c.a.o. bepaalde, e.e.a. met inachtne- ming van de bepalingen van de standaardregelingen van
14
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Xxxxxxxxxxxxxxxx 00 uur per dienst, 54 uur per week, gemiddeld 45 uur per week over 13 weken (585 uur).
2. Werken op karwei
a. De tijd, nodig voor het gaan en terugkeren van het karwei, wordt met een evenredig gedeelte van het schaalsalaris vergoed, zonder extra toeslag voor eventueel gemaakte overuren tijdens de reis. Wanneer echter de werknemer zich van zijn woning rechtstreeks naar het karwei begeeft en van het karwei rechtstreeks naar zijn woning terugkeert, wordt uitsluitend de tijd vergoed, waarmede de hiervoor nodige reistijd de normale heen- en terugreis van woning naar fabriek of werkplaats overtreft.
b. De reis- en verblijfkosten worden door de werkgever betaald.
3. Vergoeding, verzekering, toeslagen
a. De werkgevers zullen aan de werknemers, voorzover zij het voor hun werk nodige gereedschap niet verstrekken, een tegemoetko- ming van f 17,02 per periode (f 18,45 per maand) verlenen in de kosten van aanschaffing en onderhoud daarvan.
b. De werknemer draagt er zorg voor, dat zijn gereedschap zich bij voortduring in goede staat bevindt.
c. De werkgever is verplicht de eigen gereedschappen en/of werk- kleding van de werknemer, voor zover deze in de onderneming voor de werknemer opgedragen werkzaamheden worden gebruikt en voorkomen op de door de werknemer ingediende en de bij de werkgever berustende inventaris, ten name van de werknemer voor maximaal f 2040,= tegen brandschade en diefstal te verze- keren. De werknemer is verplicht van wijzigingen in zijn gereed- schappen en/of werkkleding terstond kennis te geven aan de werkgever ter wijziging van de inventaris. Bij diefstal geldt voor de werknemer een eigen risico van f 100,– per gebeurtenis.
d. Voor het gebruik van een in het bezit van de werknemer zijnd vervoermiddel ten behoeve van de door de werkgever opgedra- gen karweiwerkzaamheden zullen de werkelijk gemaakte kosten worden vergoed.
e. Aan iedere werknemer die in de werkplaats of op de werf in of aan schepen werkzaamheden verricht zal op zijn verzoek door de werkgever werkkleding verschaft worden. Aan werknemers die polyester verwerken worden voor rekening van de werkgever schoenen verstrekt.
f. De werkgever zal, zo dit voor de werknemer in verband met zijn werk noodzakelijk is, regenkleding, waaronder waterlaarzen, ver- strekken. Deze kleding blijft eigendom van de werkgever.
15
g. De werknemer die in het bezit is van een EHBO-diploma ont- vangt voor het behoud van dat diploma een onkostenvergoeding van f 17,57 per periode (f 18,92 per maand).
Op deze toeslag heeft slechts e´e´n werknemer recht in een onder- neming met minder dan 25 werknemers; in een onderneming met 25 of meer werknemers kunnen ten hoogste 2 werknemers op deze toeslag aanspraak maken. Indien een keuze noodzakelijk is wijst de werkgever de desbetreffende werknemer(s) aan.
h. De werkgever is verplicht voor alle werknemers een ongevallen- verzekering af te sluiten. Deze verzekering zal minimaal een dek- king geven voor de volgende bedragen per persoon:
– bij overlijden een uitkering van f 25.000,–
– bij volledige invaliditeit een uitkering van f 50.000,–.
4. Ploegendienst
Indien in een 2-ploegendienst wordt gewerkt (ochtend- en middag- ploeg), tussen 05.00 uur en 23.00 uur zal aan de werknemer een ploegentoeslag worden betaald van 15% van het schaalsalaris over de in de ploegendienst gewerkte tijd.
5. Meerwerktoeslag deeltijdwerkers
De deeltijdwerker ontvangt voor werkzaamheden verricht tussen het 24e en 38e uur per week een meerwerktoeslag van 10% op het uur- salaris, indien hij tijdens die uren de overeengekomen individuele arbeidsduur overschrijdt.
6. Toeslag verschoven werkweek
Voor de werknemer als bedoeld in artikel 6, 1e lid onder b, geldt bij vaststelling van een werkweek waartoe de zondag behoort een toe- slag van 7,5% van het uursalaris voor de op zondag gewerkte uren.
7. Spaarloon
De werkgever zal zijn werknemers in de gelegenheid stellen deel te nemen aan een spaarloonregeling, waarbij de werkgever periodiek een bepaald bedrag op het bruto loon van de werknemer inhoudt.
Artikel 11
Feestdagen
1. Onder feestdagen worden verstaan:
Nieuwjaarsdag, 2e Paasdag, Hemelvaartsdag, 2e Pinksterdag, de beide Kerstdagen, Koninginnedag, en e´e´nmaal per 5 jaar de dag ter viering van de Nationale Bevrijding (5 mei).
2. Op feestdagen wordt als regel niet gewerkt, met behoud van het periode- of maandinkomen.
16
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 12
Kort verzuim
In geval van verzuim als bedoeld in artikel 1638 c BW, wordt het inko- men niet doorbetaald, behalve in de na te noemen bijzondere omstan- digheden, gedurende ten hoogste de daarbij vermelde tijd en mits de werknemer de gebeurtenis bijwoont:
a. bij ondertrouw van de werknemer gedurende 1 dag of dienst volgens rooster;
b. bij huwelijk van de werknemer gedurende 2 dagen of diensten vol- gens rooster;
c. bij huwelijk van een der ouders, xxxxxxxxxxxx, kinderen (stief- en pleegkinderen daaronder begrepen), kleinkinderen, broers of zusters, zwagers of schoonzusters, gedurende 1 dag of dienst volgens xxxxxxx mits de plechtigheid wordt bijgewoond;
d. bij 25- en 40-jarig huwelijk van de werknemer en bij 25-, 40- en 50-jarig huwelijk van ouders en schoonouders gedurende 1 dag of dienst volgens rooster;
x. bij bevalling van de echtgenote gedurende 1 dag en gedurende 2 dagen of diensten volgens xxxxxxx als deze op een werkdag valt;
f. bij overlijden van de echtgeno(o)t(e), inwonende ouders of een inwo- nend kind van de dag of dienst van het overlijden t/m de dag of dienst van de begrafenis/crematie;
g. bij overlijden van een der niet-inwonende ouders, stiefouders, schoon- ouders of eigen uitwonende of aangehuwde kinderen gedurende 1 dag of dienst volgens rooster, alsmede gedurende de dag van de begrafenis/crematie, mits de plechtigheid wordt bijgewoond;
h. bij de begrafenis/crematie van een der broers, zusters, zwagers, schoonzusters, grootouders of kleinkinderen, gedurende 1 dag of dienst volgens rooster, mits de plechtigheid wordt bijgewoond;
i. bij militaire keuring gedurende de eerste keuringsdag;
k. bij militaire inspectie of bij vervulling van andere militaire verplich- tingen, indien daarvoor door de overheid geen vergoeding gegeven wordt, gedurende een naar billijkheid te berekenen termijn;
l. bij uitoefening van de kiesbevoegdheid of bij het vervullen van andere burgerlijke verplichtingen, indien daarvoor door de overheid geen vergoeding wordt verleend, gedurende de daarvoor benodigde tijd;
m. bij ontslag, wegens bedrijfsomstandigheden, van een werknemer, die ten minste 3 achtereenvolgende maanden in dienst is, gedurende 1 dag of dienst voor het zoeken een andere werkgever;
17
n. bij bezoek aan huisarts of specialist gedurende de daarvoor beno- digde tijd;
o. bij bezoek aan de Arbodienst, periodiek geneeskundig onderzoek of medische keuring op verzoek van de werkgever, gedurende de daar- voor benodigde tijd. Bij het afleggen van een bezoek zal zoveel als mogelijk rekening worden gehouden met de voor de werknemer gel- dende arbeidstijden. De reiskosten hiervoor worden door de werkge- ver vergoed.
p. bij verhuizing van de werknemer gedurende 1 dag of dienst volgens rooster, ten hoogste 1 x per jaar per persoon;
q. voor de toepassing van het in dit artikel bepaalde wordt met echtgenoot/echtgenote gelijkgesteld de persoon met wie de werkne- mer duurzaam samenleeft.
Artikel 13
Vakantie
1. Het vakantiejaar loopt van 1 juli van enig jaar tot 1 juli van het vol- gende jaar.
2. Per vol vakantiejaar dienstverband verwerven de werknemers vakan- tiedagen of -diensten c.q. vakantie-uren als volgt:
a. werknemers jonger dan 20 jaar: 28 werkdagen of diensten van gemiddeld 7,6 uur, derhalve 212,8 uren op jaarbasis.
b. werknemers van 20 t/m 54 jaar: 24 werkdagen of diensten van gemiddeld 7,6 uur, derhalve 182,4 uren op jaarbasis.
c. werknemers van 55 jaar en ouder: 28 werkdagen of diensten van gemiddeld 7,6 uur, derhalve 212,8 uren op jaarbasis.
d. werknemers van 62 jaar en ouder: 28 werkdagen of diensten van gemiddeld 6,4 uur, derhalve 179,2 uren op jaarbasis. (Zie ook artikel 6, lid 5).
3. Bij het opnemen van vakantie worden per dag of dienst zoveel vakantie-uren afgeschreven als het vastgestelde rooster per dag of dienst aangeeft.
4. Vakantie kan slechts worden opgenomen in tijdseenheden van mini- maal een halve werkdag volgens rooster, met een minimum van 3,5 uur.
5. Voor het in lid 2 bepaalde geldt dat de desbetreffende leeftijd moet zijn bereikt bij de aanvang van het vakantiejaar.
6. a. Is de werknemer slechts een gedeelte van het vakantiejaar in dienst van een werkgever, dan verwerft hij vakantiedagen of
-uren naar evenredigheid berekend.
Per periode van 4 weken worden door de in lid 2 onder b
18
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
genoemde werknemers 1,77 vakantiedagen of 13,4 vakantie-uren opgebouwd. Per periode van 4 weken worden door de in lid 2 onder a en c genoemde werknemers 2,2 vakantiedagen of 16,4 vakantie-uren opgebouwd.
b. Hierbij wordt voor de vaststelling van de duur van het dienstver- band afgerond naar boven op een volle periode (maand), indien het dienstverband ten minste 2 weken in een periode (ten minste 15 dagen in een maand) heeft geduurd.
c. Heeft het dienstverband korter geduurd dan de onder b genoemde termijnen, dan wordt naar beneden afgerond op een volle periode (maand).
7. Aan een werknemer, wiens arbeidsverhouding in de loop van het vakantiejaar is ontstaan, worden op diens tijdig daartoe kenbaar gemaakt verlangen, extra vakantiedagen of -uren verleend, evenwel zonder doorbetaling van salaris, zodat hij evenveel vakantiedagen of
-uren geniet als waarop hij recht zou hebben gehad indien zijn arbeidsverhouding reeds bij de aanvang van het vakantiejaar had bestaan.
8. Hoewel de werknemer geen aanspraak heeft op vakantie over de tijd, gedurende welke hij wegens het niet verrichten van de bedongen arbeid geen aanspraak had op salaris, behoudt hij over die tijd zijn aanspraak op doorbetaalde vakantie indien hij:
a. de bedongen arbeid niet heeft verricht wegens ziekte of ongeval, tenzij door zijn opzet veroorzaakt;
b. anders door voor eerste oefening en zonder het oogmerk om de krijgsdienst, of een andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiende uit een verbintenis, door hem jegens de overheid aangegaan ten aanzien van ’s land verdediging of ter bescherming van de openbare orde;
x. xxxxxx geniet als bedoeld in lid 7 van dit artikel;
d. met toestemming van de werkgever deelneemt aan een bijeen- komst die wordt georganiseerd door een vakvereniging waarvan hij lid is;
e. 62 jaar of ouder is en 2 dagen per jaar een cursus bijwoont ter voorbereiding op zijn pensionering;
x. xxxxxxxxxxxx werkloos is in verband met een door de werkgever verkregen vergunning voor werktijdverkorting (short-time);
x. xx bedongen arbeid niet heeft verricht wegens zwangerschap of bevalling;
x. als jeugdige werknemer tijd besteedt aan het volgen van onder-
19
wijs waartoe hij krachtens de wet of deze overeenkomst door de werkgever in de gelegenheid moet worden gesteld.
9. In de in lid 8 genoemde gevallen worden nog vakantierechten ver- worven over maximaal de bij wet geregelde periode waarin geen arbeid wordt verricht, waarbij de duur der onderbreking uit de res- pectieve oorzaken tezamen geteld wordt.
10. Ten minste 15 vakantiedagen of diensten worden aaneengesloten gegeven in de maanden mei, juni, juli, augustus of september, in overleg tussen werkgever en werknemer vast te stellen.
11. De overige vakantiedagen of -uren kunnen als zgn. snipperdagen of
-uren worden opgenomen, waarbij ten hoogste 3 collectieve snipper- dagen aangewezen kunnen worden.
12. Aan het begin van het kalenderjaar worden door de werkgever in overleg met de werknemers of hun vertegenwoordiging de data van de aaneengesloten vakantie en van de collectieve snipperdagen voor dat jaar vastgesteld. Indien er een bedrijfsvakantie is, moet de werk- gever aan de werknemer die op grond van de duur van zijn arbeids- verhouding of werkzaamheid geen recht heeft op de volle vakantie- tijd, het inkomen doorbetalen over de ontbrekende dagen, tenzij de werknemer op grond van zijn arbeidsverhouding met een vorige werkgever vakantierechten heeft meegekregen. Hetzelfde geldt voor collectieve snipperdagen. Het bepaalde in artikel 27 van de WOR dient hierbij in acht genomen te worden.
13. De andere snipperdagen of -uren worden in onderling overleg tussen werkgever en werknemer vastgesteld. Zij dienen ten minste 1 week tevoren worden aangevraagd.
14. Ieder vorderingsrecht tot toekenning van vakantie of van verlof zon- der behoud van salaris als bedoeld in lid 7, verjaart na afloop van 2 jaren nadat de aanspraak is ontstaan. Is vakantie of verlof reeds toe- gekend, doch kan de werknemer deze door omstandigheden buiten zijn schuld niet of niet geheel opnemen, dan heeft hij daartoe in zoverre alsnog het recht gedurende het volgende vakantiejaar en wat de snipperdagen of -uren betreft gedurende de eerste 3 maanden daarvan.
15. De werknemer heeft wegens hem bij het einde van de arbeidsver- houding toekomende vakantie-uren aanspraak op een uitkering in geld tot een bedrag van het inkomen over een tijdvak gelijk aan die vakantie-uren; de werkgever is alsdan verplicht aan de werknemer een verklaring uit te reiken waaruit blijkt de duur van de vakantie en het verlof zonder behoud van salaris welke aan de werknemer op dat tijdstip nog toekomen.
20
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
16. Bij de in lid 15 van dit artikel bedoelde uitkering in geld kan verre- kening plaatsvinden met eventueel teveel genoten salaris, zoals gere- geld in artikel 7, lid 6 en 7.
Artikel 14
Vakantietoeslag
1. a. De werknemer die gedurende een vol vakantiejaar, lopende van 1 juli–1 juli in dienst is heeft recht op een vakantietoeslag ter grootte van 8% van het in dat vakantiejaar verdiende inkomen zoals bedoeld in artikel 1, lid 10, incl. eventuele uitkeringen inge- volge arbeidsongeschiktheid, en vermeerderd met eventuele belo- ningen voor overwerk, zoals bedoeld in artikel 10, lid 1.
b. De werknemer die slechts een gedeelte van het vakantiejaar in dienst is geweest, heeft recht op een naar evenredigheid berekend deel van de vakantietoeslag, gebaseerd op het feitelijk volgens rooster gewerkt aantal uren, c.q. overuren.
2. De uitbetaling van de vakantietoeslag zal plaatsvinden uiterlijk vo´o´r 1 juni.
3. Bij het eindigen van de arbeidsverhouding zal de werknemer de hem nog toekomende vakantietoeslag terstond worden uitbetaald, waarbij verrekening kan plaatsvinden met eventueel teveel genoten salaris,
e.e.a. zoals geregeld in artikel 7, lid 6 en 7.
Artikel 15
Bovenwettelijke uitkering dan wel aanvulling op uitkering wegens arbeidsongeschiktheid
1. Met uitsluiting van het bepaalde in artikel 1638 c eerste en tweede lid BW (voorzover is toegestaan) zal de werkgever bovenwettelijke uitkeringen, dan wel aanvullingen op wettelijke uitkeringen, ver- strekken aan de werknemer die arbeidsongeschikt wordt en wel als volgt:
a. Met ingang van de 2e dag (m.i.v. de 1e dag als de arbeids- ongeschiktheid 5 dagen of langer heeft geduurd) wordt gedu- rende 52 weken 100% van het netto periode-(maand)-inkomen doorbetaald.
b. Bij voortdurende volledige arbeidsongeschiktheid wordt de uit- kering ingevolge de AAW/WAO eveneens aangevuld tot 100%
21
van het netto periode-(maand)inkomen gedurende ten hoogste 52 weken.
c. Onder periode-(maand)inkomen wordt verstaan het inkomen zo- als bedoeld in artikel 1 lid 6 van deze cao, dat netto genoten zou zijn indien de betrokken werknemer volledig arbeidsgeschikt zou zijn geweest.
d. De bovenwettelijke uitkeringen/aanvullingen worden gestaakt bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd van de betrokken werkne- mer.
e. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid zal de werkgever aan de werknemer die niet in passende arbeid kan worden tewerk ge- steld, indien en voorzover de werknemer een AAW/WAO- uitkering en een WW-uitkering ontvangt, op deze uitkeringen een aanvulling toekennen tot 100% van het onder c. genoemde inko- men, gedurende een periode van maximaal 2 jaar na de aanvang van de arbeidsongeschiktheid.
2. Indien en voor zover een werknemer xxxxxxx van zijn arbeids- ongeschiktheid ten gevolge van ziekte of uit hoofde van een hem overkomen ongeval een vordering tot schadevergoeding jegens een of meer derden kan doen gelden, zullen de in lid 1 van dit artikel genoemde door de werkgever te betalen uitkeringen en aanvullingen niet worden gedaan.
Indien en voor zover de werknemer in dit geval echter zijn recht op schadevergoeding ten belopen van het bedrag der uitkeringen c.q. aanvullingen aan de werkgever overdraagt, zal deze laatste aan de werknemer voorschotten uitkeren tot dat bedrag.
Het op deze wijze door de werknemer aan voorschotten genotene, zal worden verrekend met wat de werkgever van de derde(n) als schadevergoeding ontvangt.
3. Indien ten gevolge van een ongeval op het werk de werknemer door de behandelend arts naar een specialist wordt verwezen zal de werk- gever de wettelijk vastgestelde eigen bijdragen van het consult ver- goeden.
4. Werknemers die langer dan vijf jaar in dienst zijn ontvangen na twee jaar volledige arbeidsongeschiktheid een eenmalige uitkering van f 750,– netto.
5. WAO-herverzekering
a. Partijen zijn met Delta Xxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxxx NV te Amster- dam een collectief branche-contract overeengekomen dat voor- ziet in een aanvulling op de WAO-uitkering tot 70% van het laatstgenoten jaarsalaris voor zover dit jaarsalaris de maximum WAO-uitkeringsgrondslag niet overstijgt.
De werkgever is verplicht de aangegane brancheverzekering aan
22
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
te bieden aan iedere werknemer voor het inkomensdeel tussen de maximum WAO-uitkeringsgrondslag en het wettelijk minimum- loon (Daarbij worden de polisvoorwaarden desgevraagd ver- strekt.). Als uitgangspunt geldt dat de werknemer aan de verze- kering zal deelnemen tenzij hij uitdrukkelijk kenbaar maakt daarvan afstand te doen. De premie voor de verzekering is voor rekening van de werknemer en is procentueel voor alle werkne- mers binnen het toepassingsgebied van deze CAO gelijk. De regeling voorziet in een indexatie van ingegane aanvullende uit- keringen vanuit een gerealiseerde overrente. De werknemer van 58 jaar en ouder is vrijgesteld van premiebetaling.
b. De onder a. vermelde verplichting tot aanbieding van de aange- gane brancheverzekering geldt niet voor de werkgever van wie de werknemers vallen binnen de werkingssfeer van een verplicht- gesteld bedrijfspensioenfonds waarin een WAO-voorziening is getroffen die qua uitkeringsniveau minstens gelijkwaardig is aan de aangegane brancheverzekering.
c. Van de in lid 5, onder a, genoemde verplichting/verzekering kan tevens worden uitgezonderd de werkgever en/of werknemer die een gelijkwaardige verzekering tegen gelijke of lagere premie bij een andere verzekeringsmaatschappij dan in lid 5, onder a, ge- noemd heeft afgesloten of zal afsluiten. De desbetreffende verze- keringspolis zal ter beoordeling van de gelijkwaardigheid moeten worden voorgelegd aan partijen bij deze CAO.
6. Inhouden roostervrije dag
Bij de derde ziekmelding in e´e´n kalenderjaar kan de werkgever 1 roostervrije dag (artikel 6, lid 7) inhouden, tenzij sprake is van een chronische ziekte of een bedrijfsongeval.
7. Controle en sancties bij ziekte
a. Tenzij binnen de onderneming daarvan afwijkende regelingen worden vastgesteld gelden terzake van controle van zieke werk- nemers de in bijlage VIII onder A opgenomen controleregels.
b. Inzake eventuele sancties bij ziekte gelden de in bijlage VIII onder B opgenomen voorschriften. Binnen ondernemingen be- staande regelingen inzake sanctionering, die tot stand zijn ge- bracht vo´o´r 1 april 1996, blijven gehandhaafd.
23
Artikel 16
Uitkering bij overlijden
Xxxxxxx van overlijden van de werknemer zal de werkgever aan de nage- laten betrekkingen de uitkering verstrekken zoals bepaald in artikel 1639 l BW.
24
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
BIJLAGE I
ALS BEDOELD IN ARTIKEL 7, LID 1 VAN DE CAO VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATER- RECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
Lijst van veel voorkomende functies (referentiefuncties) Functiegroep
I Medewerker alg. diensten
II Algemeen medewerker (schoonmaker) III Lakker
Polyesterslijper Machinaal houtbewerker Gelcoater Glas/harsspuiter Schuurder
IV Polyester monteur afbouw Polyester monteur voormontage Tuiger
Medewerker onderh./gebouw./groen Telefoniste/receptioniste
Monteur houten onderdelen Meubelmaker Mastenmaker (aluminium)
Medewerker eindcontrole/afwerking Magazijnbeheerder Polyesterbewerker
Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxx (hout) Beslagmaker RVS
V Watersportmonteur
VI Verhuurmedewerker (adm.) Verhuurmedewerker (techn.) Scheepsbouwer/metaalbewerker Verkoper (detailhandel) Medewerker reparatie en onderhoud Rep./onderh. medewerker Mallenbouwer
Allround monteur
25
VII Kwaliteitsmedewerker
Administratief medewerker Jachttekenaar
Jachtbouwer hout/kunststof/composiet Groepsleider bankwerkerij Houtenjachtb. (traditioneel) Allround secretaresse
Havenmeester
Meewerkend voorman reparatie en onderhoud
26
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
BIJLAGE II
BEHOREND BIJ DE CAO VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOF- FEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATERRECREATIEONDERSTEU- NENDE ACTIVITEITEN
Overzicht verkorte functie-omschrijvingen
Salarisklasse 1
Medewerker algemene diensten
Verricht algemene ondersteunende en assisterende werkzaamheden t.b.v. produktie: aan- en afvoer materialen, assisteren bij bewerking materia- len, schoonmaakwerkzaamheden
Salarisklasse 2
Algemeen medewerker/scheepsschoonmaker
Maakt interieur van (verhuur)schepen schoon. Controleert en verzorgt inventaris van (verhuur)schepen. Houdt kantoorruimten schoon.
Salarisklasse 3
Lakker
Controleert te lakken onderdelen (op gaafheid).
Lakt geschuurde houten onderdelen met behulp van roller/kwast alsook met verfspuit.
Polyesterslijper
Controleert te bewerken vormstukken op gaafheid.
Tekent vormstukken af en voert hier, met behulp van gereedschappen, bewerkingen op uit (uitzagen, frezen, boren en slijpen).
Machinaal houtbewerker
Vervaardigt standaard-onderdelen uit hout en kunststof met behulp van houtbewerkingsmachines. Maakt lijstwerk, verlijmd materialen.
Verzorgt voormontage van diverse onderdelen.
Gelcoater
Voert te bewerken mallen aan en controleert deze (op gaafheid). Maakt de mallen schoon, brengt lossingsmiddel aan en plakt niet te bespuiten maldelen af. Brengt gelcoatlaag aan zowel met behulp van spuit- installatie als handmatig.
27
Glas-/harsspuiter
Controleert te gebruiken materialen op compleetheid en controleert te bewerken materialen (gelcoatlaag).
Bouwt polyester laminaat op in de mallen en verzorgt opspuiten van glashars met behulp van spuit-installatie.
Schuurder
Sorteert te schuren onderdelen voor (bijv. op kleur, nerf). Schuurt houten onderdelen, zowel handmatig als met machine.
Salarisklasse 4
Polyestermonteur afbouw
Maakt verbindingen en verlijmd onderdelen in de afbouwfase van po- lyester jachten. Mengt harsen, knipt matten en brengt deze aan. Plaatst geprefabriceerde onderdelen. Werkt constructies af door schuren en slij- pen. Werkt met handgereedschappen.
Polyestermonteur voormontage
Bewerkt casco’s van polyester jachten: zaagt uitsparingen voor ramen, luiken e.d. Verricht voormontagewerkzaamheden: trekt kabels en leidin- gen, plaatst scheepsbeslag. Schuurt en slijpt ruwe/bewerkte oppervlak- ken. Werkt met handgereedschappen.
Tuiger
Bouwt masten op en tuigt deze. Xxxxxxxx beslag, bevestigt tuien en val- len, monteert verlichting, antenne, radar en legt benodigde bekabeling aan. Verzorgt inscheren van vallen en lijnen, maakt verstagingen op lengte. Plaatst en tuigt masten op schepen. Plaatst zeilen. Werkt met handgereedschap.
Medewerker onderhoud/gebouwen/voorzieningen/groen
Onderhoudt groenvoorzieningen. Onderhoudt (vaar)wegen: baggert, re- pareert beschoeiing, repareert bestrating. Onderhoudt gebouwen: ont- stopt riolering, repareert waterleiding, legt kabels, repareert sanitaire voorzieningen. Werkt met handgereedschappen, baggermachine, ketting- zaag, freesmachine.
Telefonist/receptionist
Verzorgt afhandeling van telefoon- en faxcontacten. Verzorgt door- verbinding. Noteert boodschappen en geeft deze door. Staat bezoekers te woord. Verricht type- en kopieerwerk. Maakt gebruik van 2 vreemde talen. Bedient telefooncentrale, fax, PC.
28
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Monteur houten onderdelen
Bouwt voorbewerkte interieurdelen in en betimmerd met voorbereide delen in casco’s. Tekent onderdelen af en maakt ze passend. Maakt een- voudige houtverbindingen. Verzorgt voormontage van diverse onderde- len. Werkt met timmergereedschap/-machines.
Meubelmaker
Maakt houten constructies als keukenblokken, kasten, kaarttafels. Be- en verwerkt materialen, maakt houtverbindingen, verzorgt lamineren/ fineren, maakt delen pasklaar en stelt samen. Werkt met handgereed- schap en houtbewerkingsmachines.
Mastenmaker (aluminium)
Vervaardigt aluminium masten. Zaagt mastprofielen op lengte, verlengt profielen met behulp van verbindingsstukken. Bouwt mast op en tuigt deze: monteert beslag, lieren, verlichting, bevestigt tuien en vallen, ver- zorgt inscheren van vallen en tuien. Werkt met handgereedschap/- machines.
Medewerker eindcontrole/afwerking
Repareert oneffenheden/schade aan (nieuw) polyesterwerk in de afbouw- fase. Mengt harsen, brengt gelcoat op kleur. Brengt glasvezel- en plamuurlagen aan. Schuurt, slijpt en polijst bewerkte oppervlakken. Werkt met handgereedschappen.
Magazijnbeheerder
Verzorgt ontvangst van en controle op inkomende goederen/materialen. Verzorgt de uitgifte en stelt materiaalpakketten samen. Houdt voorraad- mutaties administratief bij. Plaatst bestellingen en bewaakt levertijden. Bedient PC.
Polyesterbewerker
Vervaardigt polyester casco’s en onderdelen met behulp van mallen. Knipt matten, maakt hars aan en mengt gelcoat. Brengt gelcoat, polyester- mat en harslaag aan. Verlijmd sandwichmateriaal. Schuurt en slijpt mate- rialen. Werkt met handgereedschappen.
Schilder
Brengt verf op kleur. Bouwt evt. stellingen. Ontvet, schuurt, plamuurt en lakt te schilderen oppervlakken. Voert schilderwerk uit. Zet letters. Brengt belijningen aan. Werkt met verfspuit, kwast en roller.
29
Mastenmaker (hout)
Vervaardigt houten masten. Zaagt planken op lengte en verlijmd tot ruwe masten. Schaaft en schuurt ruw materiaal, brengt katrollen aan. Lakt masten. Monteert beslag. Werkt met handgereedschap en houtbewerkingsmachines.
Beslagmaker RVS
Vervaardigt roestvrij stalen mast-, dek-, en luikbeslag.
Snijdt/zaagt onderdelen uit, boort. Voegt onderdelen samen. Last onder- delen aan elkaar. Polijst onderdelen. Werkt met snij-, zaag-en boorma- chines, lasapparatuur en handgereedschap.
Salarisklasse 5
Watersportmonteur
Verricht volgens verstrekte opdrachten onderhoud aan dieselmotoren: ververst olie, stelt kleppen, V-snaren, vervangt filters. Repareert diesel- motoren: doet storingsonderzoek en verhelpt storing. Verricht onderhoud aan keukeninstallaties, sanitair, pompen, verlichting, water- en brandstof- tanks. Werkt met handgereedschap, las- en meet & regelapparatuur.
Salarisklasse 6
Verhuurmedewerker (administratief)
Verstrekt info aan potentie¨le huurders. Verzorgt boeking, reservering en huurcontract. Sluit annuleringsverzekering af, stelt polissen op. Verzorgt financie¨le afwikkeling huurcontracten: stelt factuur op, voert debiteuren- administratie, verwerkt betalingen. Geeft uitleg aan huurders over ge- bruik van schepen. Bedient PC.
Verhuurmedewerker (technisch)
Maakt schepen vaarklaar. Verricht reparaties en onderhoud (evt. op loka- tie): verhelpt storingen aan motoren, bedrading, schroef(as), casco, staand/lopend want en interieur. Repareert polyester schades, verricht houtreparaties, voert schilderwerk uit. Voert winteronderhoud uit. Geeft uitleg aan huurders over gebruik van schepen. Werkt met handgereed- schap en bewerkingsmachines.
Scheepsbouwer/metaalbewerker
Bouwt casco stalen rompen a.d.h.v. tekeningen: brengt geprefabriceerde delen aan op romp, slijpt en strekt materiaal. Tekent, snijdt en vormt wrangen, spanten en platen. Last dwarsverbindingen, bekleedt gevormde platen en last platen af.
Werkt met las- en snijapparatuur, persen, walsen, zaagmachine en hand- gereedschap.
30
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Verkoper detailhandel
Verkoopt watersportartikelen. Adviseert klanten over toepassing van artikelen/produkten. Beheert assortiment en voorraad artikelen. Plaatst bestellingen. Bezoekt beurzen en overlegt met leveranciers. Verzorgt ontvangst, controle en plaatsing van inkomende artikelen. Bedient kassa, PC.
Medewerker reparatie en onderhoud
Verricht reparaties aan scheepsmotoren: spoort defect op, meet door, wisselt onderdelen, stelt af. Repareert, monteert en sluit hulpapparatuur aan (boegschroef, stroominstallatie e.d.). Plaatst motoren en lijnt deze uit. Verzorgt aansluiting van motoren/instrumenten. Maakt schepen vaar- en winterklaar. Verricht hellingwerkzaamheden. Werkt met handgereed- schap en lasapparatuur.
Reparatie-/onderhoudsmedewerker
Repareert en past kajuiten en rompen van stalen jachten aan: maakt mal- len, tekent platen af, snijdt platen op maat, buigt spanten, brengt schot- ten en platen aan, vervaardigt beugels en scheepsbeslag en brengt dit aan. Bouwt motoren en hulpapparatuur in: brengt motorfundatie aan, plaatst motoren en aggregaten, monteert schroefassen, brengt brandstof- tanks aan, legt leidingen aan. Verricht sleep-, stalling- en hellingwerk. Werkt met las- en snijapparatuur, handgereedschap en kraan.
Mallenbouwer
Vervaardigt c.q. verzorgt aanpassing van houten, metalen en polyester mallen. Neemt tekeningen door, beoordeelt technische realiseerbaarheid, slaat spanten uit en vervaardigt mallen.
Voert onderhoud en reparatie aan mallen uit. Werkt met timmergereed- schap, houtbewerkingsmachines en handgereedschap.
Allround monteur
Installeert dieselmotoren: verzorgt inbouw, aansluiting en uitlijnen van de motor. Verricht onderhoud en reparaties aan dieselmotoren: ververst olie, stelt kleppen en V-snaar, vervangt filters, verhelpt storingen. Voert complexe reparaties uit aan instrumenten/voorzieningen op elektronisch, mechanisch en hydraulisch gebied. Werkt met handgereedschap, las- en meet & regelapparatuur.
31
Salarisklasse 7
Kwaliteitsmedewerker
Zet kwaliteitssysteem op opdat vervaardigde produkten aan gestelde eisen voldoen en voert dit systeem in.
Verzamelt info over werkmethoden en werkinstructies, gaat na of deze voldoen aan ISO-norm en geeft noodzaak tot aanpassing aan. Stelt kwaliteitshandboek met werkmethoden/werkinstructies op en houdt dit actueel. Zet geautomatiseerd systeem m.b.t. technische tekeningen, tech- nische gegevens e.d. op dat voldoet aan ISO-norm.
Werkt met PC.
Administratief medewerker
Verricht boekhoudkundige werkzaamheden t.b.v. het innen van vorderin- gen en het betalen van leveranciers. Stelt facturen op, boekt betalingen, verstuurt aanmaningen. Controleert inkomende facturen, boekt gegevens in, zorgt voor betaalbaarstelling.
Stelt periodiek cijfermatige overzichten op t.b.v. info-verstrekking. Werkt met PC.
Jachttekenaar
Werkt in detail de vormgeving van jachten uit a.d.h.v. voorontwerpen. Berekent sterkten van verbanddelen, stabiliteit en benodigd vermogen. Tekent vormgeving van jachten in detail uit en lost technische detail- leringsvraagstukken op. Verzorgt archivering en documentatie van ont- werpen en tekeningen.
Werkt met CAD/CAM programmatuur. Hanteert tekengereedschap.
Jachtbouwer hout-/kunststof (composiet)
Bouwt casco’s in hout/kunststof composiet a.d.h.v. tekeningen: assisteert bij maken van mallen voor spanten, zaagt latten op lengte, schaaft en verlijmd op mal, knipt matten en maakt harsen aan, brengt rovingmat- ten en epoxylagen aan. Bouwt hout/kunststof casco’s af: verzorgt aan- brengen van schotten en vloerdelen, lamineren en verlijmen van onder- delen, maakt verbindingen, dekspanners, brengt houten dek aan en maakt rompverbindingen. Werkt met handgereedschappen.
Groepsleider bankwerkerij (< 10 medewerkers)
Verzorgt werkvoorbereiding van werkzaamheden m.b.t. de vervaardi- ging van roestvrij stalen mast-, dek- en luikbeslag: aanwezigheid mate- rialen, beschikbaarheid machines/apparatuur. Coo¨rdineert uitvoering werkzaamheden: verdeelt en plant werk, ziet toe op kwaliteit en voort- gang. Xxxxx registratie bij van uitgevoerde werkzaamheden en rappor- teert hierover.
Bestelt benodigd gereedschap en apparatuur. Werkt met snij-, boor- en zaagmachines, lasapparatuur en handgereedschap.
32
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Houten jachtenbouwer (traditioneel)
Bouwt houten casco’s van jachten a.d.h.v. tekeningen: vervaardigt mal- len en uitslagen voor houten gangen, verzorgt zagen, buigen, pas maken en vastzetten van gangen aan de mal, stelt spanten, brengt dekbalken en kajuitopbouw aan. Bouwt casco’s af: brengt betimmeringen aan, fabri- ceert mast en zijwanden, brengt primers en laklagen aan, monteert beslag en brengt staand en lopend want aan. Werkt met houtbewerkings- machines.
Allround Secretaresse
Verzorgt mondelinge en schriftelijke communicatie t.b.v. chef/afdeling: behandelt post, verzorgt uitgaande correspondentie, handelt telefoonge- sprekken af, verzorgt faxberichten. Bereidt vergaderingen voor, notuleert deze en distribueert verslagen. Ziet toe op naleving procedures. Bege- leidt projecten in administratief/voortgangstechnisch opzicht. Stelt voortgangsrapportages/overzichten op. Beheert agenda, archieven/ documentatie, handboeken, prijslijsten e.d.
Gebruikt 2 vreemde talen. Werkt met PC, fax e.d
Havenmeester
Zorgt voor het beheer van de jachthaven. Exploiteert ligplaatsen: maakt huurovereenkomst op, wijst ligplaatsen toe, houdt ligplaatsenbestand bij, controleert feitelijke havenbezetting t.o.v. administratieve bezetting. Ziet toe op goede gang van zaken in haven (veiligheid, orde, netheid), treedt op als gastheer. Verzorgt helling- en transportwerkzaamheden. Geeft lei- ding aan havenmedewerker/hulpkrachten winterberging. Organiseert voorjaars- en najaarsberging. Zorgt voor goede staat van onderhoud van gebouwen, steigers, havenmaterialen e.d.
Werkt met handgereedschappen. Bedient PC.
Meewerkend voorman reparatie en onderhoud (3 medewerkers) Xxxxx opdrachten aan m.b.t. reparatie en onderhoud aan schepen. Cal- culeert kosten. Bepaalt werkaanpak. Plant werkzaamheden in. Bestelt onderdelen/materialen. Geeft leiding aan uitvoering werkzaamheden, bewaakt kwaliteit en voortgang.
Neemt deel aan uitvoering van werkzaamheden zoals omschreven bij
,,medewerker reparatie en onderhoud’’ c.q. ,,reparatie-/onderhouds- medewerker’’.
33
BIJLAGE III
ALS BEDOELD IN ARTIKEL 7, LID 2 VAN DE CAO VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATER- RECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
Wijze van indeling van functies (verkorte weergave)
Onder een functie dient te worden verstaan: het geheel van werkzaamheden/verantwoordelijkheden dat door een persoon wordt ver- richt of uitgeoefend.
Functiebenamingen zijn op zich niet maatgevend voor het niveau van functies. Bepalend voor het niveau is de inhoud van een functie, niet de daaraan gegeven titel. Bij het inschalen van functies in de salarisschalen gaat het om de inhoud van de functie. De wijze waarop de functiever- vuller de functie uitoefent speelt geen rol bij het inschalen van een func- tie.
Indien er binnen de organisatie sprake is van een combinatie van func- ties (of delen daarvan), dient de totaliteit ervan te worden vergeleken met een of meer geschikte voorbeeldfuncties. Indien dit niet mogelijk is wordt de vuistregel gehanteerd dat het zwaarste onderdeel/de zwaarste onderdelen binnen een functie bepalend is/zijn voor het niveau.
Om functies te kunnen inschalen in de CAO-salarisschalen is in bijlage I een aantal (voorbeeld-)functies opgenomen die relatief veel voorkomen in de bedrijfstak. Veelal zullen de in te schalen functies niet geheel over- eenkomen met een van de voorbeelden, soms met meer dan een voorbeeldfunctie en soms met geen enkele.
34
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
BIJLAGE IV
ALS BEDOELD IN ARTIKEL 7, LID 2 VAN DE CAO VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATER- RECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
1. Salarisschalen
A. Salarisschaal per periode van 4 weken Leeftijdschaal
Functie-
groep % I % II % III % IV % V % VI % VII
Xxxxxxxx | |||||||||||
00 jaar | 45 | 932 45 | 1147 45 1177 | ||||||||
17 jaar | 55 | 1139 55 | 1401 55 | 1439 55 | 1493 | ||||||
18 jaar | 00 | 0000 00 | 0000 65 | 1700 65 | 1765 65 | 1843 | |||||
19 jaar | 75 | 1553 75 | 1911 75 | 1962 75 | 2036 75 | 2126 75 | 2219 | ||||
20 jaar | 87 | 1802 87 | 2217 87 | 2276 87 | 2362 87 | 2466 87 | 2574 87 2716 | ||||
21 jaar | 93 | 2525 93 | 2637 93 | 2752 93 2903 | |||||||
22 jaar 23 jaar | 97 | 2870 97 3028 | |||||||||
Functievolwassenschaal | |||||||||||
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 0000 | 0000 | 0000 | 2715 | 2835 | 2959 | 3122 | ||||
Gegar.Max | 2297 | 2886 | 2976 | 3095 | 3274 | 3487 | 3682 | ||||
Pers.Max | 2297 | 2976 | 3068 | 3190 | 3376 | 3592 | 3797 |
35
B. Salarisschaal per periode van 4 weken per 1 januari 19971) (inclusief een verhoging van 1,0%)
Leeftijdschaal
Functie-
groep % I % II % III % IV % V % VI % VII
Leeftijd 16 jaar 45 | 941 45 1158 45 | 1189 | ||
17 jaar 55 | 1151 55 1415 55 | 1453 55 | 1508 | |
18 jaar 65 | 1360 65 1672 65 | 1717 65 | 1782 65 | 1861 |
19 jaar 75 | 1569 75 1930 75 | 1982 75 | 2057 75 | 2147 75 2242 |
20 jaar 87 | 1820 87 2239 87 | 2299 87 | 2386 87 | 2491 87 2600 87 2743 |
21 jaar | 93 | 2550 93 | 2663 93 2780 93 2932 | |
22 jaar 23 jaar | 97 2899 97 3058 |
Functievolwassenschaal
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 2092 | 2573 | 2642 | 0000 | 0000 | 0000 | 3153 | ||||
Gegar.Max | 0000 | 0000 | 0000 | 0000 | 3307 | 3522 | 3719 | ||||
Pers.Max | 2320 | 3006 | 3099 | 3222 | 3410 | 3628 | 3835 |
C. Salarisschaal per periode van 4 weken per 1 september 1997 (incl. een verhoging van 1,25%)
Leeftijdschaal
Functie-
groep % I % II % III % IV % V % VI % VII
Xxxxxxxx
00 jaar | 45 | 953 45 | 1172 45 1204 | |||||
17 jaar | 55 | 1165 55 | 1433 55 | 1471 55 | 1527 | |||
18 jaar | 65 | 1377 65 | 1693 65 | 1739 65 | 1804 65 | 1884 | ||
19 jaar | 75 | 1589 75 | 1954 75 | 2006 75 | 2082 75 | 2174 75 | 2270 | |
20 jaar | 87 | 1843 87 | 2266 87 | 2327 87 | 2415 87 | 2522 87 | 2633 87 | 2777 |
21 jaar | 93 | 2582 93 | 2696 93 | 2814 93 | 2969 | |||
22 jaar | 97 | 2935 97 | 3096 | |||||
23 jaar |
1) Algemeen verbindendverklaring heeft geen terugwerkende kracht.
36
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Functievolwassenschaal
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 2118 | 2605 2675 2776 | 2899 | 3026 | 3192 | ||||||
Gegar.Max | 2349 | 2951 | 3044 | 3165 | 3348 | 3566 | 3765 | ||||
Pers.Max | 2349 | 3044 | 3138 | 0000 | 0000 | 0000 | 3883 |
D. Salarisschaal per maand (periode / 0.92) Leeftijdschaal
Functie-
groep % I % II % III % IV % V % VI % VII
Xxxxxxxx
00 jaar | 45 | 1013 45 | 1247 45 1279 | ||||||||
17 jaar | 55 | 1238 55 | 1524 55 | 1564 55 | 1623 | ||||||
18 jaar | 65 | 1463 65 | 1801 65 | 1848 65 | 1918 65 | 2003 | |||||
19 jaar | 75 | 1688 75 | 2078 75 | 2132 75 | 2213 75 | 2312 75 | 2412 | ||||
20 jaar | 87 | 1958 87 | 2410 87 | 2473 87 | 2567 87 | 2681 87 | 2798 87 2952 | ||||
21 jaar | 93 | 2744 93 | 2866 93 | 2991 93 3155 | |||||||
22 jaar 23 jaar | 97 | 3120 97 3291 | |||||||||
Functievolwassenschaal | |||||||||||
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 2251 | 2770 | 2843 | 2951 | 3082 | 3216 | 3393 | ||||
Gegar.Max | 2497 | 3137 | 3235 | 3364 | 3559 | 3790 | 4002 | ||||
Pers.Max | 0000 | 0000 | 0000 | 0000 | 0000 | 0000 | 4127 |
37
E. Salarisschaal per maand (periode / 0.92) per 1 januari 19971) (incl. een ver- hoging van 1,0%)
Leeftijdschaal
Functie- groep % I | % II | % | III % | IV % | V | % VI % VII | |||||
Leeftijd 16 jaar 45 1023 45 1259 45 | 1292 | ||||||||||
17 jaar 55 1251 55 1538 55 | 1580 55 | 1639 | |||||||||
18 jaar 65 1478 65 1818 65 | 1867 65 | 1937 65 | 2023 | ||||||||
19 jaar 75 1706 75 2098 75 | 2154 75 | 2235 75 | 2334 75 2437 | ||||||||
20 jaar 87 1978 87 2433 87 | 2499 87 | 2593 87 | 2707 87 2827 87 2981 | ||||||||
21 jaar | 93 | 2771 93 | 2894 93 3022 93 3187 | ||||||||
22 jaar 23 jaar | 97 3152 97 3324 | ||||||||||
Functievolwassenschaal | |||||||||||
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 2274 | 2797 | 2872 | 2980 | 3112 | 3249 | 3427 | ||||
Gegar.Max | 2522 | 3168 | 3267 | 3398 | 3595 | 3828 | 4042 | ||||
Pers.Max | 2522 | 3267 | 3368 | 3502 | 3707 | 3943 | 4168 |
F. Salarisschaal per maand (periode / 0.92) per 1 september 1997 (incl. een verhoging van 1.25%)
Leeftijdschaal
Functie-
groep % I % II % III % IV % V % VI % VII
Xxxxxxxx
00 jaar | 45 | 1036 45 | 1274 45 1309 | |||||
17 jaar | 55 | 1266 55 | 1558 55 | 1599 55 | 1659 | |||
18 jaar | 65 | 1496 65 | 1841 65 | 1890 65 | 1961 65 | 2048 | ||
19 jaar | 75 | 1727 75 | 2124 75 | 2181 75 | 2263 75 | 2363 75 | 2467 | |
20 jaar | 87 | 2003 87 | 2464 87 | 2530 87 | 2625 87 | 2741 87 | 2861 87 | 3019 |
21 jaar | 93 | 2806 93 | 2930 93 | 3059 93 | 3227 | |||
22 jaar | 97 | 3190 97 | 3366 | |||||
23 jaar |
1) Algemeen verbindendverklaring heeft geen terugwerkende kracht.
38
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Functievolwassenschaal
Functiegroep | I | II | III | IV | V | VI | VII | ||||
Func.volw.lft. | 21 | 21 | 21 | 22 | 22 | 23 | 23 | ||||
Aanvang | 2302 | 2832 2908 3017 | 3151 | 3289 | 3470 | ||||||
Gegar.Max | 2553 | 3208 | 3309 | 3440 | 3639 | 3876 | 4092 | ||||
Pers.Max | 0000 | 0000 | 0000 | 3546 | 3753 | 3992 | 4221 |
2. Salarisaanpassingen
b. Per 1 januari 19971) worden de schaalsalarissen verhoogd met 1,0%.
c. Per 1 september 1997 worden de schaalsalarissen verhoogd met 1,25%.
1) Algemeen verbindendverklaring heeft geen terugwerkende kracht.
39
BIJLAGE V
ALS BEDOELD IN ARTIKEL 6, LID 2 VAN DE CAO VOOR DE HOUTEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATER- RECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
Roostermodellen
Voor het inroosteren van de arbeidsduurverkorting kan gekozen worden uit een van de volgende model-jaarroosters. Daarnaast kan de werkge- ver, met inachtneming van het bepaalde in artikel 10 van deze CAO als- mede artikel 27 van de wet op de ondernemingsraden, zelf een jaar- rooster vaststellen.
38 uur gemiddeld per week betekent dat per periode van 4 weken gemid- deld 152 werkuren beschikbaar zijn.
Op jaarbasis zijn dat 13 x 152 = 1976 uren.
Model I
3 x 4 weken: 45 uur per week
1 x 1 week: 45 uur per week
9 x 4 weken: 38,64 uur per week
Model II
3 x 4 weken (3 perioden): 45 uur per week
1 x 4 weken (1 periode ): 42 uur per week
9 x 4 weken (9 perioden): 35,22 uur per week gemiddeld.
Model III
2 x 4 weken (2 perioden): 45 uur per week
2 x 4 weken (2 perioden): 42 uur per week
9 x 4 weken (9 perioden): 35,55 uur per week gemiddeld.
Model IV
1 x 4 weken (1 periode ): 45 uur per week
3 x 4 weken (3 perioden): 41 uur per week
9 x 4 weken (9 perioden): 36,22 uur per week gemiddeld.
40
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
BIJLAGE VIII
BEHOREND BIJ DE CAO VOOR DE WATERRECREATIE EN HOU- TEN EN KUNSTSTOFFEN JACHTBOUW, ALSMEDE WATER- RECREATIEONDERSTEUNENDE ACTIVITEITEN
A. CONTROLE RICHTLIJNEN
1. Melding
De werknemer dient zo vroeg mogelijk zijn arbeidsongeschikt- heid en een prognose over de duur hiervan te melden aan zijn directe chef; bij voorkeur vo´o´r aanvang van de normale werktijd, doch uiterlijk binnen twee uur na aanvang van de normale werk- tijd. Bij afwezigheid van de chef dient de melding plaats te vin- den bij de administratie.
Indien het verpleegadres afwijkt van het woonadres dient ook dit gemeld te worden.
2. Thuisblijven
De werknemer dient thuis te blijven tot het moment waarop door of namens de werkgever de eerste controle heeft plaatsgehad ech- ter maximaal 5 dagen. De werknemer mag alleen van huis gaan voor een bezoek aan de huisarts of de bedrijfsarts of om zijn werkzaamheden te hervatten.
Na het eerste controlebezoek of na 5 dagen mag de werknemer zich buitenshuis begeven, echter hij dient gedurende 3 weken thuis te zijn ’s morgens tot 10.00 uur en ’s middags van 12.00 tot
14.30 uur.
Wanneer de werknemer meent dat daartoe aanleiding is, kan hij de bedrijfsarts of zijn werkgever vrijstelling vragen van de ver- plichting om gedurende de bovengenoemde tijden thuis te blij- ven.
3. Eigen verklaring
De werknemer dient onmiddellijk doch uiterlijk op de 5e werk- dag van zijn arbeidsongeschiktheid een eigen verklaring omtrent de arbeidsongeschiktheid aan de Arbodienst te sturen. De werk- gever zal tijdig aan de werknemer hiertoe een standaardformulier ter hand stellen.
4. Het juiste adres
Indien de werknemer tijdens zijn arbeidsongeschiktheid verhuist, tijdelijk elders verblijft of van verpleegadres verandert, bijvoor- beeld door opname in een ziekenhuis, behoort de werknemer dit binnen 12 uur te melden aan zijn werkgever.
5. Maak bezoek mogelijk
41
De werknemer dient controlebezoek in zijn woning of op het verpleegadres door of namens de werkgever mogelijk te maken. Indien in de woning van de werknemer niemand thuis is of indien de bel defect is, dient de werknemer maatregelen te treffen waar- door controlebezoek mogelijk wordt. Bij afwezigheid dient de werknemer ervoor te zorgen dat op zijn adres bekend is waar de werknemer zich bevindt.
6. Op het spreekuur komen
De werknemer dient gehoor te geven aan een oproep om te ver- schijnen op het spreekuur van de bedrijfsarts of op indicatie van de bedrijfsarts aangewezen specialist. Deze verplichting vervalt niet indien de werknemer van plan zou zijn op die dag of op een latere dag zijn werkzaamheden te hervatten. Indien de werkne- mer een geldige reden tot verhindering heeft, bijvoorbeeld ziekenhuisopname, dient de werknemer dit onmiddellijk aan zijn werkgever mede te delen. De werknemer xxxxxxx niet op het spreekuur te verschijnen, indien hij inmiddels zijn werkzaamhe- den heeft hervat.
7. Genezing niet belemmeren
De werknemer mag zich tijdens zijn arbeidsongeschiktheid niet zodanig gedragen dat daarvoor naar het oordeel van de bedrijfs- arts zijn genezing kan worden belemmerd.
8. Het verrichten van werkzaamheden
De werknemer dient tijdens zijn arbeidsongeschiktheid geen ar- beid te verrichten behalve werkzaamheden die de werknemer door of namens de werkgever worden aangeboden. De aangebo- den vervangende werkzaamheden mogen het genezingsproces niet nadelig be¨ınvloeden en worden in overleg met de bedrijfs- arts vastgesteld.
9. Verblijf in het buitenland
De werknemer dient zich bij arbeidsongeschiktheid in het buiten- land onmiddellijk doch uiterlijk na e´e´n dag van arbeids- ongeschiktheid telefonisch te melden bij zijn werkgever of bij diens afwezigheid bij de Arbodienst waarbij de werkgever is aan- gesloten. Tevens dient de werknemer het ziekteverzekerings- orgaan van het vakantieland, voor zover het een land betreft waar Nederland een verdrag mee heeft gesloten, van zijn arbeids- ongeschiktheid op de hoogte te stellen. Direct na thuiskomst dient de werknemer een verklaring van een arts te overleggen, waaruit de eerste dag van arbeidsongeschiktheid en de reden van de arbeidsongeschiktheid blijkt.
Indien de werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid een meer- daagse periode in het buitenland wil verblijven, dient hij voor vertrek toestemming van zijn werkgever te hebben gekregen.
10. Hervatten bij herstel
Zodra de werknemer daartoe in staat is, dient hij zijn werkzaam- heden onmiddellijk te hervatten. De werknemer behoeft geen speciale opdracht daartoe af te wachten.
42
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
11. Second opinion
Indien de werknemer zijn arbeidsongeschiktheid aan zijn werk- gever heeft medegedeeld en zijn werkgever deze melding van arbeidsongeschiktheid niet accepteert, waarna de werknemer per- sisteert in zijn arbeidsongeschiktheid, kan de werknemer een second opinion omtrent zijn arbeidsongeschiktheid aanvragen bij de bedrijfsvereniging. Indien de bedrijfsarts van de bedrijfsvere- niging de werknemer arbeidsgeschikt acht, dient de werknemer, zijn werkzaamheden onmiddellijk te hervatten. Indien de werk- gever om een second opinion verzoekt, is de werknemer ver- plicht mee te werken, indien daaraan voorafgaand de werknemer is gezien door de bedrijfsarts.
12. De werknemer dient de Arbodienst te machtigen inlichtingen omtrent zijn gezondheidstoestand in te winnen bij de behande- lend arts.
13. Indien de arbeidsongeschiktheid is veroorzaakt door een aanspra- kelijke derde, dient de werknemer het eventuele verhaal op deze derde te cederen aan de werkgever.
B. SANCTIES
Algemene opmerkingen t.a.v. het opleggen van sancties:
Indien de werknemer geen verwijt kan worden gemaakt bij de nale- ving van de controle voorschriften zal geen sanctie worden opgelegd door de werkgever.
Te late melding:
0 tot 4 uur te laat, 1e maal waarschuwing
0 tot 4 uur te laat bij recidive en vanaf 4 uur: loonbetaling vanaf mel- ding.
Geen controle mogelijk gemaakt (onjuist verpleegadres, niet thuis op voorgeschreven tijden):
Geen loondoorbetaling tenzij uit een verklaring van een arts de arbeidsongeschiktheid blijkt.
Niet tijdig insturen Eigen Verklaring:
Loonbetaling beperken tot 70%, echter niet minder dan het wettelijke minimumloon vanaf de 5e werkdag tot dag waarop de Eigen Verkla- ring is ingestuurd.
Belemmering genezing:
Indien de werknemer zich zodanig gedraagt dat daardoor naar het
43
oordeel van de bedrijfsarts de genezing wordt belemmerd: Loon- betaling staken.
Niet verschijnen op het spreekuur:
Indien de werknemer geen gehoor geeft aan een oproep om te ver- schijnen op het spreekuur van de bedrijfsarts of de op indicatie van de bedrijfsarts aangewezen specialist: Loonbetaling staken tenzij de werknemer een deugdelijke verklaring geeft.
Weigeren passende arbeid te verrichten:
Indien de werknemer andere passende arbeid weigert: Loonbetaling staken, tenzij uit een verklaring van een arts blijkt dat die arbeid om gezondheidsredenen niet kan worden verricht.
Verblijf in het buitenland zonder toestemming:
Indien de werknemer bij arbeidsongeschiktheid zonder toestemming van de werkgever in het buitenland verblijft: Loonbetaling staken.
Werkhervatting na herstel:
Indien de bedrijfsarts de werknemer arbeidsgeschikt acht en de werknemer desondanks geen werkzaamheden verricht: Loonbetaling staken, tenzij ziekte uit verklaring van een andere arts blijkt.
Cessie:
Indien de werknemer weigert verhaal op een aansprakelijke derde te cederen aan de werkgever: Loonbetaling beperken tot 70%, echter tenminste wettelijke minimumloon.
Machtiging Arbodienst:
Indien de werknemer weigert de Arbodienst te machtigen inlichtin- gen in te winnen bij de behandelend arts: Loonbetaling beperken tot 70% echter tenminste wettelijk minimumloon.
Onjuiste gegevens omtrent gezondheidstoestand bij sollicitatie: Indien het verzuim wordt veroorzaakt door een ziekte die bij de sol- licitatie al aan de werknemer bekend was en hij daarvan na er door de werkgever om gevraagd te zijn geen melding heeft gemaakt: Geen loonbetaling.
Weigering naleving veiligheidsvoorschriften:
Indien de werknemer – na herhaalde schriftelijke waarschuwing – weigert de veiligheidsvoorschriften na te leven en de voorgeschreven en verstrekte beschermingsmiddelen te gebruiken: verlaging van loonbetaling tot 70%, echter tenminste wettelijke minimumloon.
44
Houten en Kunststoffen Jachtbouw, alsmede waterrecreatie- ondersteunende activiteiten 1997
Verbindendverklaring CAO-bepalingen
II. Het is de werkgever toegestaan om in het kader van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 8, derde lid, van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, af te wijken van de onder I opgeno- men bepaling(en) houdende een mutatie van het loon voorzover de onverkorte toepassing van die bepaling(en) de verlening van een onthef- fing in de weg zou staan om reden dat de personeelskosten van de betrokken onderneming onvoldoende zijn gematigd.
III. Indien en voor zover de onder I opgenomen bepalingen strijdig zijn met (mede) ter zake van de vaststelling van lonen en/of andere arbeids- voorwaarden bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, pre- valeren deze regelen.
IV. Dit besluit vindt geen toepassing op werkgevers en de daarbij in dienst zijnde werknemers die vallen onder de (algemeen verbindend ver- klaarde bepalingen van de) CAO voor de zeilmakerijen, dekkleden- vervaardiging, dekkledenverhuur, scheepstuigerijen en scheepsbenodigd- heden ,,SZS’’.
V. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publicatie in de Nederlandse Staatscourant.
VI. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Nederlandse Staatscourant.
’s-Gravenhage, 30 december 1996
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Namens de Minister:
De Directeur van het Centraal kantoor
van de Arbeidsinspectie,
X. xxx Xxxx
45