COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST
De ondergetekenden:
Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., gevestigd en kantoorhoudende te Dordrecht, hierna te noemen de werkgever, ter ener zijde,
en
Nautilus NL, the union for maritime professionals, gevestigd en kantoorhoudende te Rotterdam,
hierna te noemen NNL, ter andere zijde, verklaren het volgende te zijn overeengekomen:
Artikel 1 Definities
a. Werkgever
Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., of degene die door de eerdergenoemde werkgever met goedkeuring van partijen bij deze Collectieve Arbeidsovereenkomst is aangewezen.
B. Werknemer
een ieder die krachtens een arbeidsovereenkomst met de werkgever werkzaam is als officier of gezel op schepen die door de werkgever worden bemand.
Artikel 2 Werkingssfeer
De Collectieve Arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle zeevarende die krachtens een arbeidsovereenkomst bij werkgever in dienst zijn, tenzij met instemming van partijen bij deze Collectieve Arbeidsovereenkomst voor bepaalde werknemers een andere (arbeids-)overeen- komst geldt.
Artikel 3 Loon- en arbeidsvoorwaarden
Met uitzondering van bepaalde werknemers, als bedoeld in artikel 2, gelden voor werknemers de loon- en arbeidsvoorwaarden zoals omschreven in de van deze Collectieve Arbeidsovereenkomst onlosmakelijk deel uitmakende en gewaarmerkte bijlagen, te weten reglement, protocol, resultatenlijst en gageschalen.
Voor de werknemers die conform artikel 2 zijn uitgezonderd van de toepassing van deze Collectieve Arbeidsovereenkomst, gelden de loon- en arbeidsvoorwaarden, zoals die zijn geregeld in de voor hen geldende (arbeids-) overeenkomst.
Artikel 4 Verplichting van de werkgever
De werkgever staat er tegenover NNL voor in dat de werkgever de werknemers op geen andere loon- en arbeidsvoorwaarden zal te werkstellen als welke zijn genoemd in artikel 3.
Artikel 5 Verlichtingen van de Werknemersorganisatie
NNL staat er tegenover de werkgever voor in dat hun leden aan boord van schepen die worden bemand door de in artikel 1 bedoelde werkgever, niet zullen monsteren noch arbeidsovereenkomsten zullen afsluiten dan overeenkomstig de in artikel 3 bedoelde loon- en arbeidsvoorwaarden.
Artikel 6 Verplichtingen van beide partijen
Beide partijen staan er tegenover elkaar voor in dat de arbeidsovereenkomsten en de loon- en arbeidsvoorwaarden, zoals bedoeld in artikel 3, behoorlijk zullen worden nageleefd.
Artikel 7 Acties en eisen
Partijen verbinden zich jegens elkaar, zich gedurende de looptijd van deze overeenkomst te zullen onthouden van het stellen van eisen, of van het voeren van enigerlei actie (zoals bijvoorbeeld staking en uitsluiting), waaruit storing in de bedrijven namens welke werkgever ten deze optreedt zou kunnen ontstaan, dan wel niet nakoming van de in de artikelen 4 t/m 6 genoemde verplichtingen zou kunnen voortvloeien.
Artikel 8 Melding vacatures
Ten einde de inzichtelijkheid van de arbeidsmarkt te bevorderen zal werkgever alle vacatures voor zeevarenden kenbaar maken aan het Centrum voor Werk en Inkomen.
Artikel 9 Duur van de overeenkomst
Deze overeenkomst is ingaande 1 januari 2008 aangegaan voor de tijd van 3 jaar en eindigt - mits opgezegd- derhalve op 31 december 2010.
Artikel 10 Opzegging van de overeenkomst
Opzegging van deze overeenkomst dient schriftelijk plaats te hebben één maand voor de datum van beëindiging, bij gebreke waarvan zij geacht wordt telkens één jaar te zijn verlengd. In dit laatste geval dient opzegging plaats te vinden één maand voor ommekomst van de verlenging met één jaar.
Dordrecht 20 maart 2008,
Xxxxxxxx Tankers Services B.V. Nautilus NL
The Union for maritime
professionals
X. Xxxxxxxxxx R.E. Pauptit
Directeur Algemeen secretaris
Reglement voor de gezellen
van
Xxxxxxxx Tankers Services B.V.
behorende bij de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor
Zeevarenden van Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., zoals van kracht van 1 januari 2008 t/m 31 december 0000
Xxxxxxxxx, 1 January 2008
Inhoud
Deel 1 Algemeen Artikel 1 Definities
Artikel 2 Partijen
Deel 2 Beloning
Artikel 3 Indeling in gageschalen
Artikel 4 Gageschalen
Artikel 5 Gages voor gezellen
Artikel 6 Vakantietoeslag
Artikel 7 Diensttijdverhogingen
Artikel 8 Beoordeling
Artikel 9 Gage na promotie
Deel 3 Aanstelling
Artikel 10 Arbeidsovereenkomst
Deel 4 Arbeid en verlof Artikel 11 Arbeid
Artikel 12 Zorg en welzijn
Artikel 13 Opbouw verlof tijdens ziekte
Deel 5 Arbeidsongeschiktheid Artikel 14 Arbeidsongeschiktheid
Deel 6 Uitkeringen Artikel 15 Reiskosten
Artikel 16 Bedrijfssparen
Artikel 17 Uitkeringen bij huwelijk, jubilea en pensionering. Artikel 18 Collectieve ongevallenverzekering
Artikel 19 Xxxxxxxxx bij overlijden Artikel 20 ANW-hiaatverzekering Artikel 21 Fiscale consequenties
Deel 7 Regelingen Artikel 22 Pensioen
Artikel 23 Studiekosten
Artikel 24 Molest
Artikel 25 Oorlogstoeslag
Artikel 26 Vaarbevoegdheidsbewijzen
Artikel 27 Lichamelijke keuring en keuring van ogen en oren Artikel 28 Repatriëring
Artikel 29 Verlies van en schade van persoonlijke eigendommen Artikel 30 Verbinding met de wal
Artikel 31 Communicatie “huisgenoten”
Deel 8 Beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst Artikel 32 Algemene bepalingen
Artikel 33 Ziekte, militaire dienst of andere overheidsdienst Artikel 34 Beëindiging in het buitenland
Artikel 35 Opzegtermijn
Artikel 36 Afrekening bij beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst Artikel 37 Getuigschrift
Artikel 38 Afvloeiingsregeling
Artikel 39 Beëindiging van de collectieve arbeidsovereenkomst
Bijlage 1 Gageschalen
Bijlage 2 Reiskosten
Bijlage 3 Pensioenpremie
Deel 1 Algemeen
Artikel 1 Definities
"Gezellen" : werknemers beneden de rang van officier.
“Jaargage” : de “maandgage” vermenigvuldigd x 12, plus -toeslag en vakantietoeslag "Maandgage" : de in artikel 5 bedoelde gage, plus -toeslag.
"Daggage" : 1/365 x 12 x de maandgage.
“-toeslag” : een toeslag die uitgekeerd wordt tijdens actieve dienst. “Actieve dienst” : dienstdoen en reisdagen bij aan- en afmonstering. “Dienstdoen” : varen.
"Etmaal" : een periode van middernacht tot de volgende middernacht.
“Zondagen” : onder "zondagen" worden mede begrepen de feestdagen, t.w. Nieuwjaarsdag,
2e Paasdag, Hemelvaartsdag, 2e Pinksterdag, de Kerstdagen en de Nationale feestdag voor zover door de rijksoverheid, respectievelijk het georganiseerde bedrijfsleven, wordt geadviseerd in Nederland vrijaf te geven.
“Partner” : de maatschappelijk algemeen aanvaarde samenlevingsvorm, waarbij geen wettelijk huwelijk is of kan worden gesloten, mits de gezel deze samenlevingsvorm tenminste 1 jaar schriftelijk bij werkgever heeft laten registreren met vermelding van de persoonlijke gegevens van de partner als ware de gezel daarmee wettelijk gehuwd.
“CAO” : de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Zeevarenden van Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V.
“Werkgever” : Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V.
Artikel 2 Partijen
Partijen waartussen de CAO is afgesloten zijn Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., gevestigd te Dordrecht, en Nautilus NL, the Union for maritime professionals, gevestigd te Rotterdam.
Deel 2 Beloning
Artikel 3 Indeling in gageschalen
De functies van de gezellen zijn als volgt in gageschalen ingedeeld:
Gageschalen | Functie * |
I. | Gezel machinekamer |
II. | Matroos |
III. | Scheepskok |
IV. | Bootsman |
Artikel 4 Gageschalen
De gageschalen zijn vermeld in bijlage 1. In de gages is het zgn. voedinggeld verwerkt. Over de vaardagen wordt 50% van de gage als vaste overwerkvergoeding uitgekeerd. De onderliggende tredenverhogingen zijn 3,14%.
Artikel 5 Gages voor gezellen
5.1 Gagetabel
De gage wordt vastgesteld aan de hand van de bovenstaande gagetabel, rekening houdend met het bepaalde in dit reglement. De verrekening van de gage en de andere geldelijke vergoedingen geschiedt maandelijks overeenkomstig de bij werkgever gevolgde vaste gewoonte.
5.2 Pensioenpremie
Het deel van de pensioenpremie (zie verder bijlage 3), dat ten laste van de gezel komt, kan op het loon worden gekort.
5.3 WIA-hiaat regeling
De premie in het kader van de WIA-hiaat regeling, die ten laste van de gezel komt, kan op het loon worden gekort.
Artikel 6 Vakantietoeslag
De vakantietoeslag bedraagt 8,333% van 6 x de maandgage, die van toepassing is op het moment van betaling, en welke betaling achteraf wordt uitgekeerd in de maanden mei en november.
Artikel 7 Diensttijdverhogingen
Bij indiensttreding neemt de gezel de diensttijd mee, die bij een vorige reder is opgebouwd.
Na indiensttreding wordt vervolgens per 1 januari na ieder jaar diensttijd in dezelfde functie aan de gezel een volgende diensttijdverhoging toegekend.
Bij onderbreking van de diensttijd op initiatief van de gezel kan werkgever ertoe besluiten de diensttijd bij werkgever voorafgaande aan de onderbreking van de diensttijd op te tellen bij de diensttijd die na de onderbreking ontstaat.
Artikel 8 Beoordeling
Schriftelijke beoordelingsrapporten worden in principe halfjaarlijks opgemaakt en worden mede ondertekend door de betrokkene, ook indien deze ongunstig luiden. Indien de betrokkene weigert te tekenen, wordt hiervan in het rapport melding gemaakt.
Artikel 9 Gage na promotie
9.1
Wanneer een gezel ingevolge promotie in een hogere loongroep wordt ingedeeld, vervallen de tot dan toe verworven diensttijdverhogingen. In de nieuwe loongroep begint de gezel met de aanvangsgage.
9.2
Indien deze gage lager is dan de gage voor promotie, worden zoveel diensttijdverhogingen toegekend totdat de gage minimaal een volle trede in de nieuwe schaal hoger is dan die de gezel genoot voor promotie.
Deel 3 Aanstelling
Artikel 10 Arbeidsovereenkomst
10.1
De arbeidsovereenkomst wordt schriftelijk aangegaan voor onbepaalde tijd onder vermelding van de datum waarop het dienstverband begint, alsmede van de functie, waarin de gezel zal dienstdoen. Eén exemplaar wordt aan de gezel overhandigd. Voor de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geldt dat een maximale proeftijd van 2 maanden kan worden overeengekomen, voor zover wettelijk is toegestaan.
10.2
In afwijking van het bepaalde in 10.1 van dit artikel, kunnen één of meerdere arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden aangegaan, zoals bepaald in 10.4 van dit artikel. Als niet wordt voldaan aan de voorwaarden van 10.3 van dit artikel, gaat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd over in één voor onbepaalde tijd, tenzij de termijn van de eerste arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd korter is dan één maand.
10.3
Eén maand voor de einddatum van elke arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dient werkgever, de gezel schriftelijk te bevestigen, dat:
• de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd na afloop van die bepaalde tijd wordt verlengd met de nieuwe arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, of
• de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt beëindigd in de eerste haven welke het schip aandoet na afloop van die bepaalde tijd.
10.4
Een gezel kan meerdere malen op een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in dienst worden genomen, met inachtneming van het volgende:
• arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd die elkaar direct of binnen niet meer dan 3 maanden opvolgen, vormen een "ketting".
• Indien het aantal arbeidsovereenkomsten, die tot een "ketting" behoren, groter is dan 3, dan wel indien de totale duur van achtereenvolgende arbeidsovereenkomsten, die tot een "ketting" behoren langer is dan 3 jaar, ontstaat er tussen partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
• Een éénmalige arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 3 jaar of langer kan één maal met ten hoogste 3 maanden worden verlengd, zonder dat daaruit een dienstverband voor onbepaalde tijd voortvloeit.
• Het tijdens de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd opgebouwde verlof dient binnen dienstverband te worden uitgelopen of tenminste tot de "ketting" te worden gerekend.
10.5
Indien, in afwijking van het bepaalde in 10.1 van dit artikel, de aard van de bedrijfsvoering of de uitoefening van bijzondere vaarten afwijkende functiebenamingen noodzakelijk maken zullen partijen bij de CAO, nadat werkgever omtrent de afwijkende functie de benodigde informatie heeft verschaft, tot gageschaalindeling overgaan.
10.6
De gezel is verplicht werkgever schriftelijk in kennis te stellen van het voornemen gehonoreerde nevenfuncties te gaan verrichten en van uitbreiding in bestaande gehonoreerde nevenfuncties.
Indien deze werkzaamheden of uitbreiding daarvan in strijd met, of schadelijk voor de vervulling van zijn functie kunnen worden beschouwd, dient werkgever binnen een maand na verzending van bedoelde kennisgeving hem schriftelijk en gemotiveerd mede te delen dat verrichting of uitbreiding daarvan niet geoorloofd is.
Deel 4 Arbeid en verlof
Artikel 11 Arbeid
11.1
Onder arbeid wordt verstaan: de te verrichten werkzaamheden op door de werkgever aan te wijzen schepen onder Nederlandse vlag.
11.2
De kapitein, of namens deze de betrokken chef van dienst, regelt de aanvang van de arbeidsdag, de duur van de rusttijden, alsmede de onderbrekingen voor het gebruiken van maaltijden.
Op zaterdagen en op zondagen worden de werkzaamheden zoveel mogelijk beperkt tot hetgeen noodzakelijk is.
11.3
Op basis van het 2-op/1-af verlofsysteem wordt de gezel geacht 216 kalenderdagen per kalenderjaar te varen. Voor iedere vaardag wordt 0,69 verlofdag toegekend, waarin inbegrepen 49 kalenderdagen periodiek verlof per kalenderjaar. Van deze verlofdagen worden 3 zgn. werkgeversdagen benoemd, welke dagen door de werkgever kunnen worden aangewezen voor:
• het volgen van cursussen en opleidingen
• het bijwonen van contactdagen
• het bezoeken van het kantoor in het kader van bijv. debriefing.
In het geval in een kalenderjaar meer dan 3 werkgeversdagen worden benut, worden de meerdere dagen niet als verlofdag aangemerkt.
11.4
De 216 vaardagen worden opgedeeld in vaarperiodes van 3 maanden, met een inloop cq. uitloop van maximaal zeven kalenderdagen, onder voorbehoud van overmacht vanwege extreme omstandigheden.
Werknemers hebben eenmaal per jaar recht op één maand ongestoorde vakantie. Werknemers dienen deze vakantieperiode tijdig voor akkoord aan de werkgever voor te leggen. Buiten deze gegarandeerde vakantieperiode dienen werknemers in bijzondere omstandigheden in het verlof beschikbaar te zijn om het vaar-verlofschema niet te verstoren.
11.5
Reisdagen tot een maximum van 1 dag bij aanmonstering worden als verlofdagen aangemerkt, reisdagen bij afmonstering zijn vaardagen.
11.6
Het verlof dient in vrije tijd te worden genoten. Met wederzijds goedvinden, hetgeen schriftelijk moet worden bevestigd, kan verlof bij hoge uitzondering tussentijds in geld worden verrekend.
Voor de waarde van een verlofdag zie artikel 36.2.
Artikel 12 Zorg en welzijn
Het is de verantwoordelijkheid van werkgever zorg te dragen voor een werkomgeving waarin de gezel veilig zijn functie kan uitoefenen en zich verder kan ontplooien. Daarnaast biedt werkgever een aantal voorzieningen voor specifieke omstandigheden waarin de gezel zich tijdelijk of blijvend kan bevinden en die een belemmering kunnen vormen voor een volledige dienstuitoefening. Hierbij moet gedacht worden aan omstandigheden die te maken hebben met ouderschap, officiële gebeurtenissen, ernstige ziekte en overlijden in de naaste omgeving van de gezel, het in zicht komen van de pensioengerechtigde leeftijd van de gezel en het vervullen van door de overheid voorgeschreven verplichtingen. Zonder de voorzieningen verder te omschrijven kan de gezel er een beroep op doen, waarna werkgever een besluit op toekenning zal nemen. Wat in de praktijk er op neer zal komen dat in individuele gevallen na kennisgeving de gezel vrijgesteld wordt van werk voor een periode die door werkgever naar alle redelijkheid en billijkheid wordt vastgesteld.
Artikel 13 Opbouw verlof tijdens ziekte
Tijdens arbeidsongeschiktheid zal gedurende de gehele arbeidsongeschiktheidsperiode verlof over 49 kalenderdagen worden opgebouwd, in het geval de gezel zijn werkzaamheden hervat binnen 2 jaar na aanvang van de arbeidsongeschiktheid. Indien de arbeidsovereenkomst wegens langdurige arbeidsongeschiktheid na een periode van 2 jaar wordt ontbonden, blijft de opbouw van verlof beperkt tot de laatste 6 maanden van het dienstverband.
Deel 5 Arbeidsongeschiktheid
Artikel 14 Arbeidsongeschiktheid
14.1
Gezellen die door ziekte of ongeval verhinderd zijn te werken, zijn verplicht dit op de eerste dag van verhindering onverwijld te melden. Indien aan de wal aan afdeling Bemanningszaken en indien aan boord aan de kapitein.
Uitsluitend indien aan de voorschriften, genoemd in de Verzuimprocedure van de Algemene Procedures, is voldaan geldt lid 14.2. van dit artikel. Ingeval van niet-naleving van de desbetreffende voorschriften dan wel misbruik, bedrog of grove nalatigheid kan werkgever uitbetaling weigeren dan wel opschorten.
14.2
Bij volledige arbeidsongeschiktheid wordt de uitkering 170% over een periode van twee jaar van voor de gezel geldende maandgage en wel volgens de onderstaande staffel
0 - 6 maanden arbeidsongeschikt | 100% |
7 - 12 maanden arbeidsongeschikt | 90% |
13 – 18 maanden arbeidsongeschikt | 80% |
19 – 24 maanden arbeidsongeschikt | 70% |
14.3 |
Teneinde te bewerkstelligen dat WIA-gerechtigden het krachtens de WIA voor hen vastgestelde uitkeringspercentage ook krijgen uitgekeerd over dat gedeelte van hun inkomen (in de zin van de WIA) dat ligt boven het door de WIA vastgestelde uitkeringsdagloon, zullen gezellen met een inkomen (in de zin van de WIA) boven het door de WIA vastgestelde uitkeringsdagloon worden aangemeld bij de voor dit doel afgesloten aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering.
14.4 WIA-HIAAT REGELING
1. De werkgever sluit ten behoeve van de bij hem in dienst zijnde zeevarenden een WIA-hiaat-verzekering bij de Onderlinge Waarborgmaatschappij Zee-Risico 1996 U.A. af.
2. De werkgever houdt de verzekeringspremie in op het salaris van de zeevarenden, voor zover de premie niet op andere wijze wordt geïnd.
3. de premie voor de WIA-hiaatverzekering is verschuldigd door de voor de WIA verzekerde zeevarenden. De premie wordt jaarlijks door het bestuur van de Onderlinge Waarborgmaat-schappij Zee-Risico 1996 U.A. vastgesteld. Voor 2007 bedraagt de rekenpremie 0,2% van het loon, waarover de premie voor de werkloosheidswet wordt berekend, inclusief de franchise.
4. De door de werknemers verschuldigde premie wordt, voor zover de middelen dat toelaten, betaald uit de premiekortingsreserve, die is gevormd na overdracht van een deel van de algemene reserve Arbeidsongeschiktheids- en Invaliditeitspensioen (AIP) door de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij aan de OWM Zeerisico 1996.
14.5
Wet Verbetering Poortwachter.
In aanvulling op de Wet Verbetering Poortwachter hebben partijen bij deze CAO de navolgende aanbeveling opgesteld :
1. In geval van arbeidsongeschiktheid van de werknemer is het voor zowel de werkgever als de werknemer van groot belang om de terugkeer van de werknemer in het arbeidsproces zo goed mogelijk te bevorderen.
2. Zo spoedig mogelijk na het intreden van de arbeidsongeschiktheid zal worden
aangevangen met reïntegratie. Werkgever en werknemer onderschrijven het uitgangspunt dat inkomen uit arbeid prevaleert boven inkomen uit uitkering.
3. Werkgever en werknemer zullen zich naar vermogen inspannen om reïntegratie te doen slagen.
4. De reïntegratie zal er in de eerste plaats op zijn gericht om de werknemer duurzaam te laten terugkeren op de eigen arbeidsplaats met behoud van de eigen loon- en arbeidsvoorwaarden.
5. Als herplaatsing in de eigen functie niet of vooralsnog niet mogelijk is, zal herplaatsing in een andere passende functie binnen dezelfde onderneming worden nagestreefd.
6. Indien herplaatsing in de eigen functie niet of vooralsnog niet mogelijk is en
werkgever en werknemer zien geen mogelijkheden tot herplaatsing in een andere passende functie binnen dezelfde onderneming, zal werkgever zich naar vermogen inspannen om voor werknemer een passende functie te vinden bij een andere werkgever. Hierbij kan een reïntegratiebureau of arbeidsbemiddelingsbureau worden ingeschakeld.
7. Indien werkgever en werknemer verschillen van inzicht met betrekking tot de
medische en/of arbeidsdeskundige aspecten van reïntegratie, kan een zogenaamde second opinion worden aangevraagd bij het Uitvoeringsorgaan Sociale Verzekeringen (UWV). Door beide partijen zal deze second opinion als bindend worden beschouwd.
Deel 6 Uitkeringen
Artikel 15 Reiskosten
15.1
Aan in het buitenland wonende gezellen worden de in Nederland in opdracht van de reder gemaakte reiskosten vergoed.
15.2
De in Nederland gemaakte reiskosten woon-werkverkeer zullen worden vergoed op basis van openbaar vervoer tegen overlegging van vervoersbewijs. Reist men niet met openbaar vervoer, maar met eigen auto, dan worden de reiskosten vergoed met een bedrag per km (bijlage 2), vermenigvuldigd met het aantal kilometers tussen huis en ligplaats, enkele reis, met een maximum van 150 km per keer. De reiskosten dienen op de daarvoor bestemde formulieren bij de afdeling P&O te worden gedeclareerd.
Artikel 16 Bijdrage in de zorgverzekering
Vanaf 1 januari 2006 krijgen alle medewerkers die verplicht verzekerd zijn volgens de Zorgverzekeringswet bovenop de wettelijke werkgeversbijdrage, een extra bijdrage € 235,- per jaar. Mocht de wettelijke werkgeversbijdrag van 4,4% lager worden vastgesteld, dan zullen partijen nader overleg hebben over de nieuwe vaststelling van de bijdrage.
Artikel 17 Bedrijfssparen
Gezellen kunnen deelnemen aan een spaarloonregeling of een levensloopregeling. Deelneming aan deze regelingen geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de spaarreglementen welke bij de afdeling P&O opgevraagd kunnen worden.
N.B. Beide regelingen kunnen niet gelijktijdig binnen hetzelfde kalenderjaar worden genoten.
Artikel 18 Uitkeringen bij huwelijk, jubilea en pensionering
18.1
Indien een gezel in het huwelijk treedt of een geregistreerd partnerschap aangaat, wordt door werkgever een bedrag ad € 113.50 als huwelijksgift aangeboden.
18.2
Bij het bereiken van het 12½-jarig dienstverband wordt aan gezel een kwart maandgage uitgekeerd. 18.3
Indien een gezel 25 jaar onafgebroken in dienst is geweest, ontvangt de gezel een netto uitkering ter hoogte van een maandgage. Bij het bereiken van een 40-jarig dienstverband ontvangt de gezel een uitkering ter hoogte van twee maandgages. In beide in dit lid genoemde gevallen wordt een dag bijzonder verlof toegekend.
18.4
Bij uitdiensttreding wegens (pré-) pensionering wordt aan de gezel een afscheidsgratificatie toegekend. Deze bedraagt € 91,- per dienstjaar met een minimum van € 700,-
Hiervan is netto een bedrag gelijk aan het maximum van:
¼ * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 10 jaar
1 * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 20 jaar 1½ * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 30 jaar
2 * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 40 jaar Het eventuele restant wordt vervolgens bruto uitgekeerd.
Artikel 19 Collectieve ongevallenverzekering
Gezellen zijn verzekerd krachtens een door werkgever afgesloten collectieve ongevallenverzekering, welke uitkering verleent in geval van overlijden en in geval van blijvende gehele of gedeeltelijke invaliditeit, tengevolge van een ongeval, onverschillig of dit ongeval binnen of buiten bedrijfstijd heeft plaatsgevonden. De verzekering is van kracht over de gehele wereld, 24 uur per dag, 7 dagen per week gedurende het gehele jaar. De regeling ligt ter inzage op de afdeling P&O. Ten behoeve van de aanwijzing van begunstigden, in afwijking van hetgeen hiertoe wettelijk is vastgelegd, zijn formulieren verkrijgbaar bij de afdeling P&O.
Artikel 20 Uitkering bij overlijden
20.1
Bij overlijden van de gezel vóór het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd wordt aan de nagelaten betrekkingen van de gezel, als bedoeld in artikel 7:674 van het BW, de maandgage over de maand van overlijden uitbetaald. Tevens wordt aan hen een uitkering gedaan gelijk aan driemaal de maandgage.
20.2
Op bovengenoemde uitkeringen worden in mindering gebracht de eventuele uitkeringen ingevolge de Ziektewet en de Wet op de Arbeidsongeschiktheid.
20.3
Onverminderd het bovenstaande zal de eerstvolgende extra uitkering, die de gezel normaal zou hebben ontvangen indien gezel ten tijde van de uitbetaling nog in leven was geweest, aan de nagela- ten betrekkingen uitgekeerd worden.
Artikel 21 ANW-hiaatverzekering
Werkgever biedt een ANW-hiaatverzekering aan. De verzekeringspremie komt geheel ten laste van de gezel, welke door de werkgever op de gage wordt ingehouden. De regeling omtrent de ANW- hiaatverzekering is op te vragen bij de afdeling P&O.
Artikel 22 Fiscale consequenties
De uitbetaling van alle uitkeringen en vergoedingen als gevolg van deze CAO geschieden voor de gezel in de fiscaal meest gunstige vorm, met inachtneming van de richtlijnen en voorschriften van de Belastingdienst.
Deel 7 Regelingen
Artikel 23 Pensioenregeling
Gezellen die voldoen aan de cirteria gesteld door de stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Kooprvaardij nemen deel aan de flexible pensioenregeling van het Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij. De pensioenregeling kan opgevraagd worden bij de afdeling P&O.
Artikel 24 Studiekostenregeling
Een studietoelage kan slechts worden verleend voor studies, die verband houden met de huidige of toekomstige werkzaamheden van de betrokkene en/of met het belang van het bedrijf overeenkomen. Voor de verdere voorwaarden van de studiekostenregeling wordt verwezen naar de regeling zoals die ter inzage bij P&O beschikbaar is.
Artikel 25 Molestregeling
Werkgever zal zich bij de "Vereniging Zee-Risico 1967" verzekeren tegen het risico van ongevallen als bedoeld in het "Reglement voor de Molestregeling 1967". De premie voor deze verzekering komt geheel ten laste van werkgever. De regeling ligt ter inzage bij de afdeling P&O.
Artikel 26 Oorlogstoeslagregeling
Gezellen die onder de werkingssfeer van de CAO vallen, en die op vrijwillige basis dienstdoen op schepen in een gebied waar oorlogshandelingen plaats hebben of daarmede vergelijkbare omstandigheden heersen, hebben per dag recht op een toeslag van 100% van de daggage volgens de dienstreglementen.
De geografische begrenzing van het hierboven bedoelde gebied en het tijdstip waarop het recht op de toeslag ingaat en eindigt wordt vastgesteld door partijen bij de CAO binnen een zo kort mogelijke termijn nadat één der partijen de wens daartoe aan de andere partij heeft bekend gemaakt.
Aanspraak op de toeslag bestaat voor de dag van aankomst, voor elke volgende dag dat het schip zich in het gebied bevindt en voor de dag van vertrek, met een minimum van vijf dagen, met dien verstande, dat één en dezelfde dag nooit meer dan eenmaal mede telt.
Deze overeenkomst laat onverlet het bepaalde in artikel 437 van het Wetboek van Koophandel.
Artikel 27 Regeling Vaarbevoegdheidsbewijzen
De kosten verbonden aan het verkrijgen van de vaarbevoegdheidsbewijzen komen voor rekening van werkgever.
Artikel 28 Regeling Lichamelijke keuring en keuring van ogen en oren
De kosten verbonden aan de vaste jaarlijkse lichamelijk keuring en de keuring van ogen en oren van de gezel komen voor de rekening van werkgever.
Artikel 29 Repatriëringsregeling bij ziekte, etc. van naaste verwanten
In geval van ernstige ziekte met mogelijk levensgevaar, respectievelijk overlijden van partner, kinderen, (schoon-)ouders, broers/zwagers en/of (schoon)-zusters, zullen de kosten van eventuele repatriëring van de gezel en de eventuele uitzending van een plaatsvervanger voor 100% door
werkgever worden gedragen. Onder kinderen worden in de zin van deze regeling ook verstaan de wettige c.q. gewettigde pleeg- of stiefkinderen. Onder de kosten van repatriëring worden alle hiermee verbandhoudende kosten gerekend.
De vraag of er sprake is van mogelijk levensgevaar is afhankelijk van het overleg tussen de behandelend arts en de bedrijfsarts van de ARBO-dienst.
Artikel 30 Regeling bij verlies van en schade aan persoonlijke eigendommen van zeevarenden
In het kader van verlies en schade is een regeling van toepassing, die bij P&O ter inzage ligt. Niet vergoed worden verliezen, schaden en kosten, die veroorzaakt zijn door molest, enig gebrek, eigen bederf of aard en natuur van het betreffende goed en door grove schuld of nalatigheid van de gezel. Zonder overlegging van aanschafnota’s kunnen geen claims worden ingediend.
Artikel 31 Verbinding met de wal
Wanneer een schip langer dan 24 uren in de haven of op de rede ten anker ligt, zal de kapitein voor kosteloze verbinding met de wal zorgdragen, tenzij bijzondere omstandigheden zulks beletten.
De kapitein bepaalt op welke tijdstippen afvaarten van boord en van de wal zullen plaatsvinden.
Artikel 32 Regeling communicatie met “huisgenoten”
32.1
Gezellen kunnen tijdens de reis brieven naar "huisgenoten" tot een maximum van 20 gram per zending ongefrankeerd aan boord voor verzending aanleveren. Voor huisgenoten geldt omgekeerd dezelfde regeling. Werkgever is verantwoordelijk voor de snelste verzending naar geadresseerde en draagt alle portokosten.
Het begrip "huisgenoten" moet ruim worden geïnterpreteerd. Hiertoe dienen bijvoorbeeld ook de ouders van een gehuwde gezel te worden gerekend.
32.2
Werkgever heeft de intentie een emailverbinding op de schepen aan te kunnen bieden, waar de gezellen op eigen kosten gebruik van kunnen maken. Toegezien zal worden op waarborging van de privacy van de gezel.
Deel 8 Beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst
Artikel 33 Algemene bepalingen
De opzegging van de arbeidsovereenkomst dient schriftelijk te geschieden. In afwijking van het bepaalde in artikel 7: 672 BW kan elk der partijen de arbeidsovereenkomst beëindigen, onafhankelijk van de tijd, welke zij heeft geduurd, met inachtneming van de opzegtermijnen vermeld in de volgende leden. De arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigt na het verstrijken van de opzegtermijn, zodra het schip zich bevindt in een haven waar het laadt of lost.
Artikel 34 Ziekte, militaire dienst of andere overheidsdienst
Werkgever mag niet opzeggen gedurende de tijd, dat de gezel ongeschikt is tot het verrichten van zijn arbeid, noch gedurende de tijd dat de gezel verhinderd is zijn arbeid te verrichten, omdat hij, anders dan met het oogmerk om de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiende uit een verbintenis door hem, jegens de overheid aangegaan ten aanzien van 's lands verdediging of bescherming van de openbare orde, tenzij de ongeschiktheid of verhindering tenminste twee jaren heeft geduurd.
Artikel 35 Beëindiging in het buitenland
Indien de arbeidsovereenkomst door opzegging, met inachtneming van de voorgeschreven termijn in het buitenland eindigt, heeft de gezel recht op vrij vervoer naar Nederland. Dit recht vervalt, indien de gezel niet binnen een door werkgever in redelijkheid te bepalen termijn de thuisreis aanvaardt. De gezel heeft recht op gage tot en met de dag, waarop hij langs de aangegeven weg in Nederland terugkeert of teruggekeerd had kunnen zijn. Werkgever wijst de kortst mogelijk weg aan.
Artikel 36 Opzegtermijn
36.1
Indien de individuele arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wordt opgezegd, bedraagt de opzegtermijn bedoeld in artikel 32:
Voor de gezel: 1 maand
Voor werkgever: 2 maanden 36.2
De in bovenstaande alinea genoemde opzegtermijn welke door werkgever in acht moet worden genomen, wordt verlengd met één week voor elk vol jaar dat de gezel na het bereiken van de 45-jarige leeftijd bij de rederij in dienst is geweest. De duur van deze verlenging bedraagt ten hoogste 13 weken.
36.3
De gezel maakt, indien werkgever dit verlangt, ook na de opzegging, gedurende de opzegtermijn een of meerdere reizen of gedeelten daarvan mee, mits mag worden verwacht, dat hij bij het verstrijken van de opzegtermijn in Nederland kan zijn teruggekeerd.
Artikel 37 Afrekening bij beëindiging individuele arbeidsovereenkomst
37.1
Bij het einde van het dienstverband is de gezel gerechtigd tot een vergoeding van nog niet genoten verlofdagen.
37.2
De vergoeding bedraagt voor iedere verlofdag: 1/365 x 12 x de maandgage plus vakantietoeslag.
Artikel 38 Getuigschrift
Gezellen hebben bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst recht op een getuigschrift, zoals bedoeld in artikel 7: 656 BW.
Artikel 39 Afvloeiingsregeling
Werkgever zal, ingeval van liquidatie of inkrimping of ingeval van fusie of reorganisatie, voor de af te vloeien gezellen een afvloeiingsregeling met de werknemersorganisaties overeenkomen.
Artikel 40 Beëindiging der collectieve arbeidsovereenkomst
Ingeval van beëindiging der collectieve arbeidsovereenkomst, zonder dat die overeenkomst door een nieuwe wordt vervangen, blijven op de dan lopende individuele arbeidsovereenkomst de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing, totdat het dienstverband is beëindigd, dan wel er een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen.
BIJLAGE 1.
Appendix 1 | |||||
Pay xxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Services BV as of 1 Jan. 08 | |||||
Ratings | |||||
EUR | 1 | 2 | 3 | 4 | |
Incr. | eng.asst | seaman | bosun | cook | Incr. |
0 | 1621 | 1807 | 1837 | 1877 | 0 |
1 | 1671 | 1861 | 1895 | 1934 | 1 |
2 | 1721 | 1919 | 1950 | 1993 | 2 |
3 | 1770 | 1974 | 2006 | 2050 | 3 |
4 | 1820 | 2029 | 2064 | 2108 | 4 |
5 | 1870 | 2085 | 2121 | 2166 | 5 |
6 | 1920 | 2142 | 2177 | 2224 | 6 |
7 | 1969 | 2197 | 2234 | 2281 | 7 |
8 | 2020 | 2252 | 2292 | 2341 | 8 |
9 | 2069 | 2310 | 2348 | 2398 | 9 |
10 | 2120 | 2364 | 2404 | 2456 | 10 |
Adjustment compared to | 01 Okt 07 | 3.5% | |||
Service increments | 3.16% | ||||
incl. tanker supplement and meal allowance | |||||
monthly pay, excl. holiday bonus. | |||||
plus 50% sailing supplement while at sea |
Pay xxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Services BV as of 1 Jan. 09 | |||||
Ratings | |||||
EUR | 1 | 2 | 3 | 4 | |
Incr. | eng.asst | seaman | bosun | cook | Incr. |
0 | 1670 | 1862 | 1893 | 1934 | 0 |
1 | 1722 | 1917 | 1952 | 1993 | 1 |
2 | 0000 | 0000 | 0000 | 2053 | 2 |
3 | 1824 | 2034 | 2067 | 2112 | 3 |
4 | 1875 | 2090 | 2126 | 2172 | 4 |
5 | 1927 | 2148 | 2185 | 2231 | 5 |
0 | 0000 | 0000 | 0000 | 2291 | 6 |
7 | 2029 | 2263 | 2302 | 2350 | 7 |
8 | 2081 | 2320 | 2361 | 2412 | 8 |
9 | 2132 | 2380 | 2419 | 2470 | 9 |
10 | 2184 | 2435 | 2477 | 2530 | 10 |
Adjustment compared to | 01 Jan.08 | 3.0% | |||
Service increments | 3.16% | ||||
incl. tanker supplement and meal allowance | |||||
monthly pay, excl. holiday bonus. |
plus 50% sailing supplement while at sea
Pay xxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Services BV as of 1 Jan. 10 | |||||
Ratings | |||||
EUR | 1 | 2 | 3 | 4 | |
Incr. | eng.asst | seaman | bosun | cook | Incr. |
0 | 1721 | 1918 | 1950 | 1993 | 0 |
1 | 1774 | 1975 | 2011 | 2053 | 1 |
2 | 1827 | 2037 | 2070 | 2115 | 2 |
3 | 1879 | 2096 | 2130 | 2176 | 3 |
4 | 1932 | 2153 | 2190 | 2238 | 4 |
5 | 1985 | 2213 | 2251 | 2298 | 5 |
6 | 2038 | 2274 | 2311 | 2360 | 6 |
7 | 2090 | 2331 | 2372 | 2421 | 7 |
8 | 0000 | 0000 | 0000 | 2485 | 8 |
9 | 0000 | 0000 | 0000 | 2545 | 9 |
10 | 2250 | 2509 | 2552 | 2606 | 10 |
Adjustment compared to | 01 Jan. 09 | 3.0% | |||
Service increments | 3.16% | ||||
incl. tanker supplement and meal allowance | |||||
monthly pay, excl. holiday bonus. | |||||
plus 50% sailing supplement while at sea |
Xxxxxxx 0 Xxxxxxxxxx
0000 - 0000
Xxxxxxxxxx per km € 0,19
Bijlage 3 Pensioenpremie
In de totaal aan de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij af te dragen pensioenpremie voor 60% door de werkgever en voor 40% door de gezel bijgedragen.
Reglement voor de officieren
van
Xxxxxxxx Tankers Services B.V.
behorende bij de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor
Zeevarenden van Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., zoals van kracht van 1 januari 2008 t/m 31 december 0000
Xxxxxxxxx, 1 januari 2008
Inhoud
Deel 1 Algemeen Artikel 1 Definities
Artikel 2 Partijen
Deel 2 Beloning
Artikel 3 Indeling in gageschalen
Artikel 4 Gageschalen
Artikel 5 Gages voor officieren
Artikel 6 Vakantietoeslag
Artikel 7 Diensttijdverhogingen
Artikel 8 Beoordeling
Artikel 9 Gage na promotie
Artikel 10 Tijdelijk dienst doen in een hogere rang Artikel 11 Mentorpremie
Deel 3 Aanstelling
Artikel 12 Arbeidsovereenkomst
Deel 4 Arbeid en verlof Artikel 13 Arbeid
Artikel 14 Zorg en welzijn
Artikel 15 Opbouw verlof tijdens ziekte
Deel 5 Arbeidsongeschiktheid Artikel 16 Arbeidsongeschiktheid
Deel 6 Uitkeringen Artikel 17 Reiskosten
Artikel 18 Bijdrage in de ziektekostenverzekering Artikel 19 Bedrijfssparen
Artikel 20 Uitkeringen bij huwelijk, jubilea en pensionering Artikel 21 Collectieve ongevallenverzekering
Artikel 22 Uitkering bij overlijden Artikel 23 ANW-hiaatverzekering Artikel 24 Fiscale consequenties
Deel 7 Regelingen Artikel 25 Pensioen
Artikel 26 Studiekosten
Artikel 27 Molest
Artikel 28 Oorlogstoeslag
Artikel 29 Vaarbevoegdheidsbewijzen
Artikel 30 Lichamelijke keuring en keuring van ogen en oren Artikel 31 Repatriëring
Artikel 32 Verlies van en schade van persoonlijke eigendommen Artikel 33 Verbinding met de wal
Artikel 34 Communicatie “huisgenoten”
Deel 8 Beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst Artikel 35 Algemene bepalingen
Artikel 36 Ziekte, militaire dienst of andere overheidsdienst Artikel 37 Beëindiging in het buitenland
Artikel 38 Opzegtermijn
Artikel 39 Afrekening bij beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst Artikel 40 Getuigschrift
Artikel 41 Afvloeiingsregeling
Artikel 42 Beëindiging van de collectieve arbeidsovereenkomst
Bijlage 1 Gageschalen
Bijlage 2 Reiskosten
Bijlage 3 Pensioenpremie
Deel 1 Algemeen
Artikel 1 Definities
"Scheepsofficieren", hierna te noemen officieren:
stuurlieden, werktuigkundigen en maritiem officieren. “Jaargage” : de “maandgage” vermenigvuldigd x 12 plus vakantietoeslag. "Maandgage" : de in artikel 5 bedoelde gage.
"Daggage" : 1/365 x 12 x de maandgage.
"Etmaal" : een periode van middernacht tot de volgende middernacht.
“Zondagen” : onder "zondagen" worden mede begrepen de feestdagen, t.w. Nieuwjaarsdag, 2e Paasdag, Hemelvaartsdag, 2e Pinksterdag, de Kerstdagen en de Nationale feestdag voor zover door de rijksoverheid, respectievelijk het georganiseerde bedrijfsleven, wordt geadviseerd in Nederland vrijaf te geven.
“Partner” : de maatschappelijk algemeen aanvaarde samenlevingsvorm, waarbij geen wettelijk huwelijk is of kan worden gesloten, mits de officier deze samenlevingsvorm tenminste 1 jaar schriftelijk bij werkgever heeft laten registreren met vermelding van de persoonlijke gegevens van de partner als ware de officier daarmee wettelijk ge- huwd.
“Dienstdoen” : varen.
“CAO” : de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor Zeevarenden van Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V.
“Werkgever” : Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V.
Artikel 2 Partijen
Partijen waartussen de CAO is afgesloten zijn Xxxxxxxx Xxxxxxx Services B.V., gevestigd te Dordrecht, en Nautilus NL, the Union for maritime professionals, gevestigd te Rotterdam.
Deel 2 Beloning
Artikel 3 Indeling in gageschalen
De rangen van de officieren zijn als volgt in gageschalen ingedeeld:
Gageschalen | Rang |
10. | 3e werktuigkundige |
11. | 2e stuurman |
12. | Marof 2 |
13. | 2e werktuigkundige |
14. | 1e stuurman |
15. | 1e werktuigkundige |
Artikel 4 Gageschalen
De tabel met de gageschalen staat vermeld in bijlage 1. De onderliggende tredenverhogingen zijn 4,15%.
Artikel 5 Gages voor officieren
5.1 Gagetabel
De gage wordt vastgesteld aan de hand van de bovenstaande gagetabel, rekening houdend met het bepaalde in dit reglement. De verrekening van de gage en de andere geldelijke vergoedingen geschiedt maandelijks overeenkomstig de bij werkgever gevolgde vaste gewoonte.
5.2 Pensioenpremie
Het deel van de pensioenpremie (zie verder bijlage 3), dat ten laste van de officier komt, kan op het loon worden gekort.
5.3 Wia-hiaat regeling
De premie in het kader van de WIA-hiaat regeling, die ten laste van de officier komt, kan op het loon worden gekort.
Artikel 6 Vakantietoeslag
De vakantietoeslag bedraagt 8,333% van 6 x de maandgage, die van toepassing is op het moment van betaling, en welke betaling achteraf wordt uitgekeerd in de maanden mei en november.
Artikel 7 Diensttijdverhogingen
Bij indiensttreding neemt de officier bij een gelijkwaardige diensttijd in een gelijkwaardige functie bij gelijkwaardige werkzaamheden de diensttijd mee, die bij de vorige werkgever is opgebouwd. Dit geldt slechts indien er van een aaneengesloten diensttijd sprake is en die diensttijd direct voorafgaat aan het nieuwe dienstverband bij deze werkgever. In het geval van gelijkwaardige diensttijd in een gelijkwaardige functie maar niet van gelijkwaardige werkzaamheden, wordt de halve diensttijd berekend.
Na indiensttreding wordt vervolgens per 1 januari na ieder jaar diensttijd in dezelfde rang aan de officier een volgende diensttijdverhoging toegekend.
Bij onderbreking van de diensttijd op initiatief van de officier kan werkgever ertoe besluiten de diensttijd bij werkgever voorafgaande aan de onderbreking van de diensttijd op te tellen bij de diensttijd die na de onderbreking ontstaat.
Artikel 8 Beoordeling
Schriftelijke beoordelingsrapporten worden in principe halfjaarlijks opgemaakt en worden mede ondertekend door de betrokkene, ook indien deze ongunstig luiden. Indien de betrokkene weigert te tekenen, wordt hiervan in het rapport melding gemaakt.
Artikel 9 Gage na promotie
9.1
Wanneer een officier ingevolge promotie in een hogere loongroep wordt ingedeeld, vervallen de tot dan toe verworven diensttijdverhogingen. In de nieuwe loongroep begint de officier met de aan- vangsgage.
9.2
Indien deze gage lager is dan de gage voor promotie, worden zoveel diensttijdverhogingen toegekend totdat de gage minimaal een volle trede in de nieuwe schaal hoger is dan die de officier genoot voor promotie.
Artikel 10 Tijdelijk dienstdoen in een hogere rang
Onder het tijdelijk dienstdoen in een hogere rang wordt verstaan het op aanwijzing van werkgever vervullen van een rang aan boord in een hogere rang dan die waarin de officier is aangesteld.
Dienstdoen in een hogere rang kan plaatsvinden om een tijdelijk tekort in die rang op te lossen. Het dienstdoen in een hogere rang geldt niet als onderbreking van de dienst in de aangestelde rang. Voor de periode dat de officier in een hogere rang dan de aangestelde rang dienstdoet, vindt indeling plaats in de bij die hogere rang behorende gageschaal, conform 9.2. Indien een officier 5 maanden of langer in een hogere rang heeft dienst gedaan, vindt aanstelling in de hogere rang plaats, eveneens conform 9.2.
Artikel 11 Mentorpremie
Indien een officier door de kapitein als mentor is aangewezen en hij de hem toegewezen stagenemer adequaat (dit ter beoordeling van de kapitein) heeft begeleid, zal werkgever hem een premie toekennen als compensatie voor de aan deze begeleiding bestede tijd.
De hoogte van de premie bedraagt € 70,- per maand per stagenemer. Gedeelten van een maand gelden pro rata.
Deel 3 Aanstelling
Artikel 12 Arbeidsovereenkomst
12.1
De arbeidsovereenkomst wordt schriftelijk aangegaan voor onbepaalde tijd onder vermelding van de datum waarop het dienstverband begint, alsmede van de rang, waarin de officier zal dienstdoen. Eén exemplaar wordt aan de officier overhandigd. Voor de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geldt dat een maximale proeftijd van 2 maanden kan worden overeengekomen, voor zover wettelijk is toegestaan.
12.2
In afwijking van het bepaalde in 12.1. van dit artikel kunnen één of meerdere arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden aangegaan, zoals bepaald in 12.4 van dit artikel. Als niet wordt voldaan aan de voorwaarden van 12.3 van dit artikel, gaat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd over in één voor onbepaalde tijd, tenzij de termijn van de eerste arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd korter is dan één maand.
12.3
Eén maand voor de einddatum van elke arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dient werkgever, de officier schriftelijk te bevestigen, dat:
• de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd na afloop van die bepaalde tijd wordt verlengd met de nieuwe arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, of
• de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt beëindigd in de eerste haven welke het schip aandoet na afloop van die bepaalde tijd.
12.4
Een officier kan meerdere malen op een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in dienst worden genomen, met inachtneming van het volgende:
• arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd die elkaar direct of binnen niet meer dan 3 maanden opvolgen, vormen een "ketting".
• Indien het aantal arbeidsovereenkomsten, die tot een "ketting" behoren, groter is dan 3, dan wel indien de totale duur van achtereenvolgende arbeidsovereenkomsten, die tot een "ketting" behoren langer is dan 3 jaar, ontstaat er tussen partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
• Een éénmalige arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd van 3 jaar of langer kan één maal met ten hoogste 3 maanden worden verlengd, zonder dat daaruit een dienstverband voor onbepaalde tijd voortvloeit.
• Het tijdens de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd opgebouwde verlof dient binnen dienstverband te worden uitgelopen of tenminste tot de "ketting" te worden gerekend.
12.5
Indien, in afwijking van het bepaalde in 12.1. van dit artikel, de aard van de bedrijfsvoering of de uitoefening van bijzondere vaarten afwijkende rangbenamingen noodzakelijk maken zullen partijen bij de CAO, nadat werkgever omtrent de afwijkende rang de benodigde informatie heeft verschaft, tot gageschaalindeling overgaan.
12.6
De officier is verplicht werkgever schriftelijk in kennis te stellen van het voornemen gehonoreerde nevenfuncties te gaan verrichten en van uitbreiding in bestaande gehonoreerde nevenfuncties.
Indien deze werkzaamheden of uitbreiding daarvan in strijd met, of schadelijk voor de vervulling van zijn rang kunnen worden beschouwd, dient werkgever binnen een maand na verzending van bedoelde kennisgeving hem schriftelijk en gemotiveerd mede te delen dat verrichting of uitbreiding daarvan niet geoorloofd is.
Deel 4 Arbeid en verlof
Artikel 13 Arbeid
13.1
Onder arbeid wordt verstaan: de te verrichten werkzaamheden op door de werkgever aan te wijzen schepen onder Nederlandse vlag.
13.2
De kapitein, of namens deze de betrokken chef van dienst, regelt de aanvang van de arbeidsdag, de duur van de rusttijden, alsmede de onderbrekingen voor het gebruiken van maaltijden.
Op zaterdagen en op zondagen worden de werkzaamheden zoveel mogelijk beperkt tot hetgeen noodzakelijk is.
13.3
Op basis van het 1-op/1af verlofsysteem wordt de officier geacht 183 kalenderdagen per kalenderjaar te varen. Voor iedere vaardag wordt een verlofdag toegekend, waarin inbegrepen 49 kalenderdagen
periodiek verlof per kalenderjaar. Van deze verlofdagen worden 5 zgn. werkgeversdagen benoemd, welke dagen door de werkgever kunnen worden aangewezen voor:
• het volgen van cursussen en opleidingen
• het bijwonen van contactdagen
• het bezoeken van het kantoor in het kader van bijv. debriefing.
In het geval in een kalenderjaar meer dan 5 werkgeversdagen worden benut, worden de meerdere dagen niet als verlofdag aangemerkt.
13.4
De 183 vaardagen worden opgedeeld in vaarperiodes van 8 weken, met een inloop cq. uitloop van maximaal zeven kalenderdagen, onder voorbehoud van overmacht vanwege extreme omstandigheden.
Werknemers hebben eenmaal per jaar recht op één maand ongestoorde vakantie. Werknemers dienen deze vakantieperiode tijdig voor akkoord aan de werkgever voor te leggen. Buiten deze gegarandeerde vakantieperiode dienen werknemers in bijzondere omstandigheden in het verlof beschikbaar te zijn om het vaar-verlofschema in het zg. back-to-back-varen niet te verstoren.
Het bovengenoemde is als proefperiode en loopt tot 31 december 2007. De proef zal worden geëvalueerd. De te volgen procedure kan u opvragen bij bemanningszaken.
13.5
Reisdagen tot een maximum van 1 dag bij aanmonstering worden als verlofdagen aangemerkt, reisdagen bij afmonstering van het schip zijn vaardagen.
13.6
Het verlof dient in vrije tijd te worden genoten. Met wederzijds goedvinden, hetgeen schriftelijk moet worden bevestigd, kan verlof bij hoge uitzondering tussentijds in geld worden verrekend.
Voor de waarde van een verlofdag zie artikel 39.
Artikel 14 Zorg en welzijn
Het is de verantwoordelijkheid van werkgever zorg te dragen voor een werkomgeving waarin de officier veilig zijn functie kan uitoefenen en zich verder kan ontplooien. Daarnaast biedt werkgever een aantal voorzieningen voor specifieke omstandigheden waarin de officier zich tijdelijk of blijvend kan bevinden en die een belemmering kunnen vormen voor een volledige dienstuitoefening. Hierbij moet gedacht worden aan omstandigheden die te maken hebben met ouderschap, officiële gebeurtenissen, ernstige ziekte en overlijden in de naaste omgeving van de officier, het in zicht komen van de pensioengerechtigde leeftijd van de officier en het vervullen van door de overheid voorgeschreven verplichtingen. Zonder de voorzieningen verder te omschrijven kan de officier er een beroep op doen, waarna werkgever een besluit op toekenning zal nemen. Wat in de praktijk er op neer zal komen dat in individuele gevallen na kennisgeving de officier vrijgesteld wordt van werk voor een periode die door werkgever naar alle redelijkheid en billijkheid wordt vastgesteld.
Artikel 15 Opbouw verlof tijdens ziekte
Tijdens arbeidsongeschiktheid zal gedurende de gehele arbeidsongeschiktheidsperiode verlof over 49 kalenderdagen worden opgebouwd, in het geval de officier zijn werkzaamheden hervat binnen 2 jaar na aanvang van de arbeidsongeschiktheid. Indien de arbeidsovereenkomst wegens langdurige arbeidsongeschiktheid wordt ontbonden, blijft de opbouw van verlof beperkt tot de laatste 6 maanden van het dienstverband.
Deel 5 Arbeidsongeschiktheid
Artikel 16 Arbeidsongeschiktheid
16.1
Officieren die door ziekte of ongeval verhinderd zijn te werken, zijn verplicht dit op de eerste dag van verhindering onverwijld te melden. Indien aan de wal aan afdeling Bemanningszaken en indien aan boord aan de kapitein.
Uitsluitend indien aan de voorschriften, genoemd in de Verzuimprocedure van de Algemene Procedures, is voldaan geldt lid 16.2. van dit artikel. Ingeval van niet-naleving van de desbetreffende voorschriften dan wel misbruik, bedrog of grove nalatigheid kan werkgever uitbetaling weigeren dan wel opschorten.
16.2
Bij volledige arbeidsongeschiktheid wordt de uitkering 170% over een periode van twee jaar van de voor de officier geldende maandgage en wel volgens de onderstaande staffel
0 - 6 maanden arbeidsongeschikt | 100% |
7 - 12 maanden arbeidsongeschikt | 90% |
13 – 18 maanden arbeidsongeschikt | 80% |
19 – 24 maanden arbeidsongeschikt | 70% |
16.3
Teneinde te bewerkstelligen dat WIA-gerechtigden het krachtens de WIA voor hen vastgestelde uitkeringspercentage ook krijgen uitgekeerd over dat gedeelte van hun inkomen (in de zin van de WIA) dat ligt boven het door de WIA vastgestelde uitkeringsdagloon, zullen officieren met een inkomen (in de zin van de WIA) boven het door de WIA vastgestelde uitkeringsdagloon worden aangemeld bij de voor dit doel afgesloten aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering.
16.4 WIA-HIAAT REGELING
1. De werkgever sluit ten behoeve van de bij hem in dienst zijnde zeevarenden een WIA-hiaat-verzekering bij de Onderlinge Waarborgmaatschappij Zee-Risico 1996 U.A. af.
2. De werkgever houdt de verzekeringspremie in op het salaris van de zeevarenden, voor zover de premie niet op andere wijze wordt geïnd.
3. de premie voor de WIA-hiaatverzekering is verschuldigd door de voor de WIA verzekerde zeevarenden. De premie wordt jaarlijks door het bestuur van de Onderlinge Waarborgmaat-schappij Zee-Risico 1996 U.A. vastgesteld. Voor 2007 bedraagt de rekenpremie 0,2% van het loon, waarover de premie voor de werkloosheidswet wordt berekend, inclusief de franchise.
4. De door de werknemers verschuldigde premie wordt, voor zover de middelen dat toelaten, betaald uit de premiekortingsreserve, die is gevormd na overdracht van een deel van de algemene reserve Arbeidsongeschiktheids- en Invaliditeitspensioen (AIP) door de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij aan de OWM Zeerisico 1996.
16.5
Wet Verbetering Poortwachter.
In aanvulling op de Wet Verbetering Poortwachter hebben partijen bij deze CAO de navolgende aanbeveling opgesteld :
8. In geval van arbeidsongeschiktheid van de werknemer is het voor zowel de werkgever als de werknemer van groot belang om de terugkeer van de werknemer in het arbeidsproces zo goed mogelijk te bevorderen.
9. Zo spoedig mogelijk na het intreden van de arbeidsongeschiktheid zal worden
aangevangen met reïntegratie. Werkgever en werknemer onderschrijven het uitgangspunt dat inkomen uit arbeid prevaleert boven inkomen uit uitkering.
10. Werkgever en werknemer zullen zich naar vermogen inspannen om reïntegratie te doen slagen.
11. De reïntegratie zal er in de eerste plaats op zijn gericht om de werknemer duurzaam te laten terugkeren op de eigen arbeidsplaats met behoud van de eigen loon- en arbeidsvoorwaarden.
12. Als herplaatsing in de eigen functie niet of vooralsnog niet mogelijk is, zal herplaatsing in een andere passende functie binnen dezelfde onderneming worden nagestreefd.
13. Indien herplaatsing in de eigen functie niet of vooralsnog niet mogelijk is en
werkgever en werknemer zien geen mogelijkheden tot herplaatsing in een andere passende functie binnen dezelfde onderneming, zal werkgever zich naar vermogen inspannen om voor werknemer een passende functie te vinden bij een andere werkgever. Hierbij kan een reïntegratiebureau of arbeidsbemiddelingsbureau worden ingeschakeld.
14. Indien werkgever en werknemer verschillen van inzicht met betrekking tot de
medische en/of arbeidsdeskundige aspecten van reïntegratie, kan een zogenaamde second opinion worden aangevraagd bij het Uitvoeringsorgaan Sociale Verzekeringen (UWV). Door beide partijen zal deze second opinion als bindend worden beschouwd.
Deel 6 Uitkeringen
Artikel 17 Reiskosten
17.1
De in Nederland gemaakte reiskosten woon-werkverkeer zullen worden vergoed op basis van openbaar vervoer tegen overlegging van vervoersbewijs. Reist men niet met openbaar vervoer, maar met eigen auto, dan worden de reiskosten vergoed met een bedrag per km (bijlage 2), vermenigvuldigd met het aantal kilometers tussen huis en ligplaats, enkele reis, met een maximum van 150 km per keer. De reiskosten dienen op de daarvoor bestemde formulieren bij de afdeling P&O te worden gedeclareerd.
Artikel 18 Bijdrage in de zorgverzekering
Vanaf 1 januaru 2006 krijgen alle medewerkers die verplicht verzekerd zijn volgens de Zorgverzekeringswet bovenop de wettelijke werkgeversbijdrage, een extra werkgeversbijdrage van € 235,- per jaar. Mocht de wettelijke werkgeversbijdrag van 4,4% lager worden vastgesteld, dan zullen partijen nader overleg hebben over de nieuwe vaststelling van de bijdrage.
Artikel 19 Bedrijfssparen
Officieren kunnen deelnemen aan een spaarloonregeling of een levensloopregeling. Deelneming aan deze regelingen geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de spaarreglementen welke bij de afdeling P&O opgevraagd kunnen worden.
N.B. beide regelingen kunnen niet gelijktijdig binnen hetzelfde kalenderjaar worden genoten.
Artikel 20 Uitkeringen bij huwelijk, jubilea en pensionering
20.1
Indien een officier in het huwelijk treedt of een geregistreerd partnerschap aangaat, wordt door werkgever een bedrag ad € 113.50 als huwelijksgift aangeboden.
20.2
Bij het bereiken van het 12½-jarig dienstverband wordt aan officier een kwart maandgage uitgekeerd. 20.3
Indien een officier 25 jaar onafgebroken in dienst is geweest, ontvangt de officier een netto uitkering ter hoogte van een maandgage. Bij het bereiken van een 40-jarig dienstverband ontvangt de officier
een uitkering ter hoogte van twee maandgages. In beide in dit lid genoemde gevallen wordt een dag bijzonder verlof toegekend.
20.4
Bij uitdiensttreding wegens (pré-) pensionering wordt aan de officier een afscheidsgratificatie toegekend. Deze bedraagt € 91,- per dienstjaar met een minimum van € 700,-
Hiervan is netto een bedrag gelijk aan het maximum van:
¼ * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 10 jaar
1 * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 20 jaar 1½ * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 30 jaar
2 * de maandgage, bij een dienstverband van tenminste 40 jaar Het eventuele restant wordt vervolgens bruto uitgekeerd.
Artikel 21 Collectieve ongevallenverzekering
Officieren zijn verzekerd krachtens een door werkgever afgesloten collectieve ongevallenverzekering, welke uitkering verleent in geval van overlijden en in geval van blijvende gehele of gedeeltelijke invaliditeit, tengevolge van een ongeval, onverschillig of dit ongeval binnen of buiten bedrijfstijd heeft plaatsgevonden. De verzekering is van kracht over de gehele wereld, 24 uur per dag, 7 dagen per week gedurende het gehele jaar. De regeling ligt ter inzage op de afdeling P&O. Ten behoeve van de aanwijzing van begunstigden, in afwijking van hetgeen hiertoe wettelijk is vastgelegd, zijn formulieren verkrijgbaar bij de afdeling P&O.
Artikel 22 Uitkering bij overlijden
22.1
Bij overlijden van de officier vóór het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd wordt aan de nagelaten betrekkingen van de officier, als bedoeld in artikel 7:674 van het BW, de maandgage over de maand van overlijden uitbetaald. Tevens wordt aan hen een uitkering gedaan gelijk aan driemaal de maandgage.
22.2
Op bovengenoemde uitkeringen worden in mindering gebracht de eventuele uitkeringen ingevolge de Ziektewet en de Wet op de Arbeidsongeschiktheid.
22.3
Onverminderd het bovenstaande zal de eerstvolgende extra uitkering, die de officier normaal zou hebben ontvangen indien officier ten tijde van de uitbetaling nog in leven was geweest, aan de nagela- ten betrekkingen uitgekeerd worden.
Artikel 23 ANW-hiaatverzekering
Werkgever biedt een ANW-hiaatverzekering aan. De verzekeringspremie komt geheel ten laste van de officier, welke door werkgever op de gage wordt ingehouden. De regeling omtrent de ANW- hiaatverzekering is op te vragen bij de afdeling P&O.
Artikel 24 Fiscale consequenties
De uitbetaling van alle uitkeringen en vergoedingen als gevolg van deze CAO geschieden voor de officier in de fiscaal meest gunstige vorm, met inachtneming van de richtlijnen en voorschriften van de Belastingdienst.
Deel 7 Regelingen
Artikel 25 Pensioenregeling
Officieren die voldoen aan de criteria gesteld door de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij nemen deel aan de flexible pensioenregeling van het Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij. De pensioenregeling kan opgevraagd worden bij de afdeling P&O.
Artikel 26 Studiekostenregeling
Een studietoelage kan slechts worden verleend voor studies, die verband houden met de huidige of toekomstige werkzaamheden van de betrokkene en/of met het belang van het bedrijf overeenkomen. Voor de verdere voorwaarden van de studiekostenregeling wordt verwezen naar de regeling zoals die ter inzage bij P&O beschikbaar is.
Artikel 27 Molestregeling
Werkgever zal zich bij de "Vereniging Zee-Risico 1967" verzekeren tegen het risico van ongevallen als bedoeld in het "Reglement voor de Molestregeling 1967". De premie voor deze verzekering komt geheel ten laste van werkgever. De regeling ligt ter inzage bij de afdeling P&O.
Artikel 28 Oorlogstoeslagregeling
Officieren die onder de werkingssfeer van de CAO vallen, en die op vrijwillige basis dienstdoen op schepen in een gebied waar oorlogshandelingen plaats hebben of daarmede vergelijkbare omstandigheden heersen, hebben per dag recht op een toeslag van 100% van de daggage volgens de dienstreglementen.
De geografische begrenzing van het hierboven bedoelde gebied en het tijdstip waarop het recht op de toeslag ingaat en eindigt wordt vastgesteld door partijen bij de CAO binnen een zo kort mogelijke termijn nadat één der partijen de wens daartoe aan de andere partij heeft bekend gemaakt.
Aanspraak op de toeslag bestaat voor de dag van aankomst, voor elke volgende dag dat het schip zich in het gebied bevindt en voor de dag van vertrek, met een minimum van vijf dagen, met dien verstande, dat één en dezelfde dag nooit meer dan eenmaal mede telt.
Deze overeenkomst laat onverlet het bepaalde in artikel 437 van het Wetboek van Koophandel.
Artikel 29 Regeling Vaarbevoegdheidsbewijzen
De kosten verbonden aan het verkrijgen van de vaarbevoegdheidsbewijzen komen voor rekening van werkgever.
Artikel 30 Regeling Lichamelijke keuring en keuring van ogen en oren
De kosten verbonden aan de lichamelijk keuring en de keuring van ogen en oren van de officier komen voor de rekening van werkgever.
Artikel 31 Repatriëringsregeling bij ziekte, etc. van naaste verwanten
In geval van ernstige ziekte met mogelijk levensgevaar, respectievelijk overlijden van partner, kinderen, (schoon-)ouders, broers/zwagers en/of (schoon)-zusters, zullen de kosten van eventuele repatriëring van de officier en de eventuele uitzending van een plaatsvervanger voor 100% door werkgever worden gedragen. Onder kinderen worden in de zin van deze regeling ook verstaan de wettige c.q. gewettigde pleeg- of stiefkinderen. Onder de kosten van repatriëring worden alle hiermee verbandhoudende kosten gerekend.
De vraag of er sprake is van mogelijk levensgevaar is afhankelijk van het overleg tussen de behandelend arts en de bedrijfsarts van de ARBO-dienst.
Artikel 32 Regeling bij verlies van en schade aan persoonlijke eigendommen van zeevarenden
In het kader van verlies en schade is een regeling van toepassing, die bij P&O ter inzage ligt. Niet vergoed worden verliezen, schaden en kosten, die veroorzaakt zijn door molest, enig gebrek, eigen bederf of aard en natuur van het betreffende goed en door grove schuld of nalatigheid van de officier. Zonder overlegging van aanschafnota’s kunnen geen claims worden ingediend.
Artikel 33 Verbinding met de wal
Wanneer een schip langer dan 24 uren in de haven of op de rede ten anker ligt, zal de kapitein voor kosteloze verbinding met de wal zorgdragen, tenzij bijzondere omstandigheden zulks beletten.
De kapitein bepaalt op welke tijdstippen afvaarten van boord en van de wal zullen plaatsvinden.
Artikel 34 Regeling communicatie met “huisgenoten”
34.1
Officieren kunnen tijdens de reis brieven naar "huisgenoten" tot een maximum van 20 gram per zending ongefrankeerd aan boord voor verzending aanleveren. Voor huisgenoten geldt omgekeerd dezelfde regeling.
Werkgever is verantwoordelijk voor de snelste verzending naar geadresseerde en draagt alle porto- kosten.
Het begrip "huisgenoten" moet ruim worden geïnterpreteerd. Hiertoe dienen bijvoorbeeld ook de ouders van een gehuwde officier te worden gerekend.
34.2
Werkgever heeft de intentie een emailverbinding op de schepen aan te kunnen bieden, waar de officieren op eigen kosten gebruik van kunnen maken. Toegezien zal worden op waarborging van de privacy van de officier.
Deel 8 Beëindiging van de individuele arbeidsovereenkomst
Artikel 35 Algemene bepalingen
De opzegging van de arbeidsovereenkomst dient schriftelijk te geschieden. In afwijking van het bepaalde in de artikelen 7: 671 en 7: 672 BW kan elk der partijen de arbeidsovereenkomst beëindigen, onafhankelijk van de tijd, welke zij heeft geduurd, met inachtneming van de opzegtermijnen vermeld in de volgende leden. De arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigt na het verstrijken van de opzegtermijn, zodra het schip zich bevindt in een haven waar het laadt of lost.
Artikel 36 Ziekte, militaire dienst of andere overheidsdienst
Werkgever mag niet opzeggen gedurende de tijd, dat de officier ongeschikt is tot het verrichten van zijn arbeid, noch gedurende de tijd dat de officier verhinderd is zijn arbeid te verrichten, omdat hij, anders dan met het oogmerk om de krijgsdienst of andere overheidsdienst bij wijze van beroep te verrichten, een verplichting naleeft, hem opgelegd door de wet, of voortvloeiende uit een verbintenis door hem, jegens de overheid aangegaan ten aanzien van 's lands verdediging of bescherming van de openbare orde, tenzij de ongeschiktheid of verhindering tenminste twee jaren heeft geduurd.
Artikel 37 Beëindiging in het buitenland
Indien de arbeidsovereenkomst door opzegging, met inachtneming van de voorgeschreven termijn in het buitenland eindigt, heeft de officier recht op vrij vervoer naar Nederland. Dit recht vervalt, indien de officier niet binnen een door werkgever in redelijkheid te bepalen termijn de thuisreis aanvaardt. De officier heeft recht op gage tot en met de dag, waarop hij langs de aangegeven weg in Nederland terugkeert of teruggekeerd had kunnen zijn. Werkgever wijst de kortst mogelijk weg aan.
Artikel 38 Opzegtermijn
38.1
Indien de individuele arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd wordt opgezegd, bedraagt de opzegtermijn bedoeld in artikel 35:
Voor de officier: 1 maand
Voor werkgever: 2 maanden 38.2
De in bovenstaande alinea genoemde opzegtermijn welke door werkgever in acht moet worden genomen, wordt verlengd met één week voor elk vol jaar dat de officier na het bereiken van de 45- jarige leeftijd bij de rederij in dienst is geweest. De duur van deze verlenging bedraagt ten hoogste 13 weken.
38.3
De officier maakt, indien werkgever dit verlangt, ook na de opzegging, gedurende de opzegtermijn een of meerdere reizen of gedeelten daarvan mee, mits mag worden verwacht, dat hij bij het verstrijken van de opzegtermijn in Nederland kan zijn teruggekeerd.
Artikel 39 Afrekening bij beëindiging individuele arbeidsovereenkomst
39.1
Bij het einde van het dienstverband is de officier gerechtigd tot een vergoeding van nog niet genoten verlofdagen.
39.2
De vergoeding bedraagt voor iedere verlofdag: 1/365 x 12 x de maandgage plus vakantietoeslag.
Artikel 40 Getuigschrift
Officieren hebben bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst recht op een getuigschrift, zoals bedoeld in artikel 7: 656 BW.
Artikel 41 Afvloeiingsregeling
Werkgever zal ingeval van liquidatie of inkrimping of ingeval van fusie of reorganisatie, voor de af te vloeien officieren een afvloeiingsregeling met de werknemersorganisaties overeenkomen.
Artikel 42 Beëindiging der collectieve arbeidsovereenkomst
Ingeval van beëindiging der collectieve arbeidsovereenkomst, zonder dat die overeenkomst door een nieuwe wordt vervangen, blijven op de dan lopende individuele arbeidsovereenkomst de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing, totdat het dienstverband is beëindigd, dan wel er een nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen.
Gageschaal Xxxxxxxx Tankers Services BV per 01.01.08
Officieren | |||||||||||||
Euro | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | |||||||
Anc | 3e wtk | 2e stuurman | 2e wtk | marof 2 | 1e stuurman | 1e wtk | Anc | ||||||
0 | 1979 | 2386 | 2720 | 2608 | 3182 | 3992 | 0 | ||||||
1 | 2059 | 2596 | 2832 | 2714 | 3313 | 4158 | 1 | ||||||
2 | 2142 | 2700 | 2943 | 2821 | 3443 | 4324 | 2 | ||||||
3 | 2222 | 2802 | 3055 | 2929 | 3573 | 4490 | 3 | ||||||
4 | 2302 | 2904 | 3167 | 3035 | 3705 | 4656 | 4 | ||||||
5 | 2384 | 3006 | 3278 | 3143 | 3835 | 4822 | 5 | ||||||
6 | 2464 | 3109 | 3391 | 3249 | 3967 | 4988 | 6 | ||||||
7 | 2546 | 3210 | 3501 | 3356 | 4096 | 5154 | 7 | ||||||
8 | 2627 | 3314 | 3614 | 3464 | 4228 | 5320 | 8 | ||||||
9 | 2708 | 3416 | 3723 | 3569 | 4357 | 5486 | 9 | ||||||
10 | 2788 | 3517 | 3837 | 3676 | 4489 | 5652 | 10 | ||||||
11 | 2868 | 3620 | 3948 | 3783 | 4620 | 5818 | 11 | ||||||
12 | 2950 | 3721 | 4060 | 3890 | 4750 | 5984 | 12 | ||||||
Schaal aanpassing t.o.v. | 01.10.07 | 3,50% | |||||||||||
Trede-verhoging | 4,15% | ||||||||||||
incl. tankerverhoging en voedinggeld | |||||||||||||
maandgage, excl. vakantietoeslag |
1e WTK in schaal 15/12 (in 2007) heeft per 1-1-2008 schaal 15/8 en vervolgens per 1-1-2009 en verder de gebruikelijke ancienniteitsverhogingen tot en met schaal 15/12.
Gageschaal Xxxxxxxx Tankers Services BV per 01.01.09
Officieren | |||||||||||||
Euro | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | |||||||
Anc | 3e wtk | 2e stuurman | 2e wtk | marof 2 | 1e stuurman | 1e wtk | Anc | ||||||
0 | 2039 | 2458 | 2802 | 2687 | 3278 | 4112 | 0 | ||||||
1 | 2121 | 2674 | 2917 | 2796 | 3413 | 4283 | 1 | ||||||
2 | 2207 | 2782 | 3032 | 2906 | 3547 | 4454 | 2 | ||||||
3 | 2289 | 2887 | 3147 | 3017 | 3681 | 4625 | 3 | ||||||
4 | 2372 | 2992 | 3263 | 3127 | 3817 | 4796 | 4 | ||||||
5 | 2456 | 3097 | 3377 | 3238 | 3951 | 4967 | 5 | ||||||
6 | 2538 | 3203 | 3493 | 3347 | 4087 | 5138 | 6 | ||||||
7 | 2623 | 3307 | 3607 | 3457 | 4219 | 5309 | 7 | ||||||
8 | 2706 | 3414 | 3723 | 3568 | 4355 | 5480 | 8 | ||||||
9 | 2790 | 3519 | 3835 | 3677 | 4488 | 5651 | 9 | ||||||
10 | 2872 | 3623 | 3953 | 3787 | 4624 | 5822 | 10 | ||||||
11 | 2955 | 3729 | 4067 | 3897 | 4759 | 5993 | 11 | ||||||
12 | 3039 | 3833 | 4182 | 4007 | 4893 | 6164 | 12 | ||||||
Schaal aanpassing t.o.v. | 01.01.08 | 3,00% | |||||||||||
Trede-verhoging | 4,15% | ||||||||||||
incl. tankerverhoging en voedinggeld | |||||||||||||
maandgage, excl. vakantietoeslag |
Gageschaal Xxxxxxxx Tankers Services BV per 01.01.10 |
Officieren |
Euro | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | |||||||
Anc | 3e wtk | 2e stuurman | 2e wtk | marof 2 | 1e stuurman | 1e wtk | Anc | ||||||
0 | 2101 | 2532 | 2887 | 2768 | 3377 | 4236 | 0 | ||||||
1 | 2185 | 2755 | 3005 | 2880 | 3516 | 4412 | 1 | ||||||
2 | 2274 | 2866 | 3123 | 2994 | 3654 | 4588 | 2 | ||||||
3 | 2358 | 2974 | 3242 | 3108 | 3792 | 4764 | 3 | ||||||
4 | 2444 | 3082 | 3361 | 3221 | 3932 | 4940 | 4 | ||||||
5 | 2530 | 3190 | 3479 | 3336 | 4070 | 5117 | 5 | ||||||
6 | 2615 | 3300 | 3598 | 3448 | 4210 | 5293 | 6 | ||||||
7 | 2702 | 3407 | 3716 | 3561 | 4346 | 5469 | 7 | ||||||
8 | 2788 | 3517 | 3835 | 3676 | 4486 | 5645 | 8 | ||||||
9 | 2874 | 3625 | 3951 | 3788 | 4623 | 5821 | 9 | ||||||
10 | 2959 | 3732 | 4072 | 3901 | 4763 | 5997 | 10 | ||||||
11 | 3044 | 3841 | 4190 | 4014 | 4902 | 6173 | 11 | ||||||
12 | 3131 | 3948 | 4308 | 4128 | 5040 | 6349 | 12 | ||||||
Schaal aanpassing t.o.v. | 01.01.09 | 3,00% | |||||||||||
Trede-verhoging | 4,15% | ||||||||||||
incl. tankerverhoging en voedinggeld | |||||||||||||
maandgage, excl. vakantietoeslag |
Xxxxxxx 0 Xxxxxxxxxx
0000 - 0000
Xxxxxxxxxx per km € 0,19
Bijlage 3 Pensioenpremie
In de totaal aan de Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Koopvaardij af te dragen pensioenpremie voor 60% door de werkgever en voor 40% door de officier bijgedragen.