COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 172
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 172
Zitting van dinsdag 30 mei 2023
Collectieve arbeidsovereenkomst tot vaststelling van een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij ge- brek aan werk wegens economische oorzaken voor bedienden
***
3.443
Xxxxxx Xxxxxxxxxxx, 00-00 - 0000 Xxxxxxx
Tel: 00 000 00 00 - Fax: 00 000 00 00 - E-mail: xxxxxxxxx-xxxxxxxxxx@xxx-xxx.xx - Website: xxx.xxx-xxx.xx
COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 172 VAN 30 MEI 2023 TOT VASTSTEL- LING VAN EEN REGELING VAN VOLLEDIGE SCHORSING VAN DE UITVOERING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST EN/OF EEN REGELING VAN GEDEELTELIJKE ARBEID BIJ GEBREK AAN WERK WEGENS ECONOMISCHE OORZAKEN VOOR BEDIENDEN
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en in het bijzonder Titel III, hoofdstuk II/1 "Regeling van schorsing van de uitvoering van de overeenkomst en regeling van gedeeltelijke arbeid", bepaald in de artikelen 77/1 tot 77/8 van die wet;
Overwegende dat de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 159 van 15 juli 2021 tot vaststelling van een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken voor bedienden als gevolg van de sociaaleconomische toestand ten gevolge van de coronacrisis, geregistreerd onder het nummer 166859/CO/300, buiten werking treedt op 30 juni 2023;
Overwegende evenwel de wens om, op basis van het binnen de Groep van Tien gesloten afsprakenkader van 6 april 2023, de vereenvoudigde toegang tot tijdelijke werkloosheid om economische redenen voor bedienden te behouden tot en met 30 juni 2025 en het minimum- bedrag voor de inkomenstoeslag aan te passen aan de op 1 juli 2023 geldende spilindex en het bedrag van die toeslag ook aan te passen aan de evolutie van het indexcijfer der consump- tieprijzen op 1 januari 2024 en op 1 januari 2025;
Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en werknemers:
- Het Verbond van Belgische Ondernemingen
- De organisaties voorgedragen door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen
- De Boerenbond
- "La Fédération wallonne de l’Agriculture"
- De Unie van socialprofitondernemingen
- Het Algemeen Christelijk Vakverbond van België
- Het Algemeen Belgisch Vakverbond
- De Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België
op 30 mei 2023 in de Nationale Arbeidsraad de volgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.
HOOFDSTUK I – TOEPASSINGSGEBIED
Artikel 1
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers met een arbeids- overeenkomst voor bedienden en op hun werkgevers.
Ze is ook van toepassing op de werknemers in een programma alternerend leren of doorstro- mingsprogramma.
Ze is van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden zoals bedoeld in artikel 77/1, § 4 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten die behoren tot de activi- teitstakken die voor hun bedienden geen collectieve arbeidsovereenkomst hebben gesloten tot vaststelling van een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsover- eenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economi- sche oorzaken voor bedienden.
Ze is van toepassing op de ondernemingen in moeilijkheden zoals bedoeld in artikel 77/1, § 4 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten die geen collectieve ar- beidsovereenkomst of geen door de commissie "ondernemingsplannen" van de FOD Werkge- legenheid, Arbeid en Sociaal Overleg goedgekeurd ondernemingsplan hebben tot vaststelling van een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken voor bedienden.
Commentaar
Deze overeenkomst is een suppletieve collectieve arbeidsovereenkomst.
Deze overeenkomst doet geen afbreuk aan de reeds bestaande overeenkomsten van de pa- ritaire comités tot vaststelling van een dergelijke regeling van volledige schorsing van de uit- voering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken voor bedienden krachtens hoofdstuk II/1 van Titel III van de wet van 3 juli 1978. Die overeenkomsten kunnen onverminderd blijven bestaan.
Deze overeenkomst doet geen afbreuk aan de reeds bestaande overeenkomsten van onder- nemingen of de door de commissie "ondernemingsplannen" van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg goedgekeurde ondernemingsplannen tot vaststelling van een der- gelijke regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken voor bedienden krachtens hoofdstuk II/1 van Titel III van de wet van 3 juli 1978. Die overeenkom- sten en die plannen kunnen onverminderd blijven bestaan.
Bovendien blijft voor de sectoren en ondernemingen waar geen andersluidende bepalingen zijn overeengekomen, de mogelijkheid bestaan om eigen overeenkomsten of ondernemings- plannen uit te werken krachtens hoofdstuk II/1 van Titel III van de wet van 3 juli 1978.
HOOFDSTUK II – VOORWERP
Artikel 2
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in het kader van hoofdstuk II/1 "Rege- ling van schorsing van de uitvoering van de overeenkomst en regeling van gedeeltelijke arbeid" van Titel III van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Commentaar
Om een beroep te kunnen doen op de algemene regeling van tijdelijke werkloosheid om eco- nomische redenen voor bedienden die voortvloeit uit de wet van 3 juli 1978, moet de onderne- ming voldoen aan de preliminaire voorwaarden bepaald in artikel 77/1 van de voornoemde wet van 3 juli 1978.
HOOFDSTUK III – DRAAGWIJDTE
Artikel 3
Het doel van deze collectieve arbeidsovereenkomst is om ontslagen zo veel mogelijk te voor- komen en een maximale werkgelegenheid te behouden met inachtneming van de wettelijke en conventionele procedures voor de inlichting en raadpleging van de werknemers.
Commentaar
Voor de naleving van de inlichtings- en/of raadplegingsprocedures wordt verwezen naar de artikelen 77/3, derde lid en 77/4 van hoofdstuk II/1 van Titel III "Regeling van schorsing van de uitvoering van de overeenkomst en regeling van gedeeltelijke arbeid" van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, alsook onder meer naar de collectieve arbeids- overeenkomsten nr. 9 van 9 maart 1972 en nr. 24 van 2 oktober 1975 betreffende de procedure van inlichting en raadpleging van de werknemersvertegenwoordigers met betrekking tot het collectief ontslag.
Dat betekent dat voor de invoering van dergelijke arbeidsregelingen, de onderneming:
- Ten minste veertien dagen voordat ze dergelijke regelingen kan toepassen, een formulier ter kennis moet geven aan het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst voor Arbeidsvoor- ziening (RVA) van de plaats waar de onderneming gevestigd is, waarbij zij bewijst dat zij voldoet aan de voorwaarden om gebruik te maken van die regelingen, zoals voorzien in artikel 77/1 van de wet van 3 juli 1978;
- De dag zelf van die voorziene kennisgeving aan de RVA, die kennisgeving moet meedelen aan de ondernemingsraad of bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging van de onder- neming;
- De werknemers minstens zeven dagen op voorhand, de dag van de kennisgeving niet in- begrepen, op de hoogte moet brengen van de invoering van een dergelijke regeling en de uitvoeringsmodaliteiten ervan, hetzij via aanplakking in de lokalen van de onderneming, hetzij via een schriftelijke kennisgeving aan elke werknemer van wie de uitvoering van de overeenkomst wordt geschorst;
- De mededeling van de aanplakking of van de individuele kennisgeving aan de werknemers de dag zelf van de aanplakking of van de individuele kennisgeving op elektronische wijze moet overmaken aan de RVA;
- Op de dag van de aanplakking of schriftelijke kennisgeving aan iedere bediende aan de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging, de economische re- denen moet meedelen die de invoering van een dergelijke regeling rechtvaardigen.
HOOFDSTUK IV – VOORWAARDEN VOOR DE TOEPASSING VAN DE REGELING VAN VOLLEDIGE SCHORSING VAN DE UITVOERING VAN DE ARBEIDS- OVEREENKOMST EN DE REGELING VAN GEDEELTELIJKE ARBEID
Artikel 4 – Duur van de regeling van volledige schorsing of van de regeling van gedeel- telijke arbeid die voortvloeit uit de toepassing van hoofdstuk II/1 van Titel III van de wet van 3 juli 1978
Wanneer een onderneming deze collectieve arbeidsovereenkomst toepast krachtens hoofd- stuk II/1 van Titel III van de voornoemde wet van 3 juli 1978, mag de duur van de volledige en gedeeltelijke schorsing van de arbeidsovereenkomst per kalenderjaar niet de maximale duur van zestien weken in geval van de volledige schorsing van de arbeidsovereenkomst en de duur van zesentwintig weken in geval van de regeling van gedeeltelijk arbeid overschrijden.
Indien over eenzelfde jaar de regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de over- eenkomst en de regeling van gedeeltelijke arbeid met mekaar gecombineerd worden, vormen twee weken van de regelingen van gedeeltelijke arbeid het equivalent van één week volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst.
Artikel 5 – Inkomensgarantie
De bediende die onderworpen is aan een regeling van volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en/of een regeling van gedeeltelijke arbeid bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken, zal een toeslag ontvangen ten laste van de werkgever voor een bedrag van 6,22 euro per dag werkloosheid.
Bovendien is dit supplement minstens gelijkwaardig aan het supplement toegekend aan de werklieden van dezelfde werkgever en/of het paritair comité waaronder de werkgever ressor- teert die werkloosheidsuitkeringen wegens tijdelijke werkloosheid om economische redenen genieten en tewerkgesteld zijn in dezelfde onderneming of, bij ontstentenis van dergelijke werklieden, aan het supplement voorzien door het paritair comité waaronder de onderneming zou ressorteren indien ze werklieden zou tewerkstellen.
De minimumtoeslag van 6,22 euro per dag werkloosheid is gekoppeld aan de evolutie van de prijzen. Het bedrag wordt aangepast op 1 januari van elk jaar op basis van een coëfficiënt die als volgt wordt berekend:
- Op 1 januari 2024 is de coëfficiënt gelijk aan de afgevlakte gezondheidsindex van december 2023, gedeeld door 123,14 (laatste overschrijding van de spilindex in november 2022).
- Op 1 januari 2025 is de coëfficiënt gelijk aan de afgevlakte gezondheidsindex van december 2024, gedeeld door de afgevlakte gezondheidsindex van december 2023.)
De hierboven bepaalde coëfficiënt wordt afgerond tot op de 4de decimaal.
Commentaar
Er dient te worden verwezen naar artikel 77/4, § 7 van hoofdstuk II/1 van Titel III van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Als de arbeiders van een paritair comité waaronder de onderneming ressorteert en waarop de regeling van tijdelijke werkloosheid om economische redenen van toepassing is, beschikken over een minimumbedrag hoger dan 6,22 euro, dan is dat bedrag van toepassing.
Als een onderneming eveneens werklieden tewerkstelt op wie een regeling van tijdelijke werk- loosheid om economische redenen van toepassing is en deze een toeslag genieten waarvan het minimumbedrag hoger is dan 6,22 euro, dan is dat bedrag van toepassing.
De minimumtoeslag van 6,22 euro per dag werkloosheid is gekoppeld aan de evolutie van de prijzen. Het bedrag wordt aangepast op 1 januari van elk jaar op basis van een coëfficiënt die als volgt wordt berekend:
- Op 1 januari 2024 is de coëfficiënt gelijk aan de afgevlakte gezondheidsindex van december 2023, gedeeld door 123,14 (laatste overschrijding van de spilindex in november 2022).
- Op 1 januari 2025 is de coëfficiënt gelijk aan de afgevlakte gezondheidsindex van december 2024, gedeeld door de afgevlakte gezondheidsindex van december 2023.)
De hierboven bepaalde coëfficiënt wordt afgerond tot op de 4de decimaal.
HOOFDSTUK V – INWERKINGTREDING, DUUR EN EVALUATIE
Artikel 6 – Duur en inwerkingtreding
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een bepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 juli 2023 en treedt buiten werking op 30 juni 2025.
Ze is van toepassing op de regelingen van volledige of gedeeltelijke schorsing waarvan de begin- en einddatum gedurende de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereen- komst vallen.
Gedaan te Brussel, op dertig mei tweeduizend drieëntwintig.
Voor het Verbond van Belgische Ondernemingen
M.-X. XXXXXXXXXXX
Voor de Unie van Zelfstandige Ondernemers en “l’Union des Classes moyennes”, organisaties voorgedragen door de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Onder- nemingen
X. XXX XXXXXXXXX
Voor de Boerenbond, "la Fédération wallonne de l'Agriculture"
X. XXXXXXXXX
Voor de Unie van socialprofitondernemingen
X. XX XXXX
Voor het Algemeen Christelijk Vakverbond van België
X. XXXXXXXXXXXXX
Voor het Algemeen Belgisch Vakverbond
X. XXXXX
Voor de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België
X. XXXXXXXX
***
Gelet op artikel 28 van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsover- eenkomsten en de paritaire comités, vraagt de Nationale Arbeidsraad dat deze overeenkomst bij koninklijk besluit algemeen verbindend wordt verklaard.
***