OAO
Sociale verplichtingen voor de onderneming
OAO
De Overeenkomst van Alternerende Opleiding (OAO) omvat zowel het les- als het werkplekgedeelte van de opleiding. De beide delen vormen samen een voltijdse overeenkomst. Bij het afsluiten van een OAO hebt u als werkgever bepaalde sociale verplichtingen waaraan kosten verbonden kunnen zijn. Deze verplichtingen zijn dezelfde als voor een werknemer met een arbeidsovereenkomst. In deze infofiche vindt u een overzicht van deze verplichtingen.
DIMONA-AANGIFTE
U moet voor de leerling een DIMONA-aangifte doen, ten laatste op de startdatum van de overeenkomst (ongeacht of dat een les- of werkdag is) en voor de aanvang van de activiteiten. U kan de aangifte zelf doen. Bij type werknemer gebruikt u de code ALT (of RTA voor leerlingen in de bouw). U kan de aangifte ook laten doen door het sociaal secretariaat of de boekhouder. In dit laatste geval kunnen er kosten aangerekend worden.
Meer informatie vindt u op de website van de sociale zekerheid xxx.xxxxxxxxxxxxxx.xx (bij informatie voor ondernemingen).
RSZ-AANGIFTE
U moet aangesloten zijn bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) of Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten (RSZPPO). Elk kwartaal moet u een RSZ-aangifte (ook gekend als DmFa of DmFAPLL voor provinciale en plaatselijke overheidsdiensten) doen. U kan de aangifte zelf doen of laten doen door het sociaal secretariaat of de boekhouder. U vindt meer uitleg over het invullen van de DmfA op de website van de RSZ.
Tot 31 december van het jaar waarin uw leerling 18 wordt valt de OAO onder de beperkte RSZ- onderwerping. Dat wil zeggen dat u alleen bijdragen moet betalen voor:
− jaarlijkse vakantie,
− arbeidsongevallen,
− beroepsziekten,
− enkele kleinere bijdragen.
De bijdrage voor de jaarlijkse vakantie is afhankelijk van het statuut van uw leerling:
− Voor een leerling-bediende betaalt u als onderneming geen sociale zekerheidsbijdrage voor jaarlijkse vakantie.
− Voor een leerling-arbeider betaalt u als onderneming:
o per kwartaal een bijdrage van 5,57% op de leervergoeding van dat kwartaal aan 108%
o en jaarlijks 10,27% op de leervergoeding van dat jaar aan 108%.
De bijdragen voor arbeidsongevallen (+/- 1%) en voor beroepsziekten (+/- 0,30%) kan u terugkrijgen via de maatregel doelgroepvermindering leerlingen (code 6310).
Meer informatie vindt u op de website van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, arbeid en Sociaal Overleg (FOD WASO):
xxx.xxxx.xx/xxxxxx-xxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxx/xxxxxxxx-xxx-xxxxxxxxxxxx- opleiding/leerlingen.
Vanaf 1 januari van het jaar waarin uw leerling 19 wordt valt de OAO onder de volledige RSZ- onderwerping. U zal dus meer moeten bijdragen.
Deze meerkosten kan u in Vlaanderen voor een groot deel terugkrijgen via volgende maatregelen:
− De structurele vermindering (code 3000). Meer informatie vindt u op de website van de rsz.
− De doelgroepvermindering voor leerlingen in een alternerende opleiding (code 6310) bestaat vanaf 1/7/2023 niet meer. Meer informatie over de nieuwe maatregel (premie kwalificerend werkplekleren) vindt u op deze webpagina van DWSE.
Als uw onderneming gevestigd is in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kan uw onderneming geen gebruik maken van de doelgroepvermindering leerlingen. Uw onderneming kan de meerkosten bijna volledig terugkrijgen via de structurele vermindering, m.u.v. de provinciale of plaatselijke overheidsdiensten. Als provinciale of plaatselijke overheidsdienst bent u aangesloten bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten (RSZPPO) en kan u geen gebruik maken van structurele vermindering.
Ter info:
− Uw leerling zal zijn of haar RSZ-bijdragen (vanaf de volledige RSZ-onderwerping) kunnen recupereren via de werkbonus .
− Uw onderneming moet een arbeidsongevallenverzekering afsluiten en jaarlijks een
verzekeringspremie betalen. De kosten hiervoor kunnen per beroep verschillen.
ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING
De arbeidsongevallenverzekering dekt zowel arbeidsongevallen als arbeidswegongevallen. Arbeidsongevallen zijn ongevallen die gebeuren op de werkplek of bij de opleidingsverstrekker. Arbeidswegongevallen zijn ongevallen die gebeuren op de normale weg van de verblijfplaats van uw leerling naar de werkplek/opleidingsverstrekker of omgekeerd. Ook arbeidswegongevallen tussen werkplek en opleidingsverstrekker vallen hieronder. (arbeidsongevallenwet artikel 8, §1, derde lid, 3°)
U sluit deze verzekering af bij de start van de OAO en neemt hiervoor contact op met uw verzekeringsagent.
Opgelet! Hebt u de arbeidsongevallenverzekering te laat of niet afgesloten, dan riskeert u zware boetes. Meer informatie i.v.m. arbeidsongevallen vindt u op de website: xxx.xxxxxx.xx.
VERZEKERING BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID UITBATING
Uw onderneming sluit een verzekering die de burgerlijke aansprakelijkheid van uw onderneming en die van uw werknemers, dus ook uw leerling, dekt.
U sluit deze verzekering af bij de start van de OAO en neemt hiervoor contact op met uw verzekeringsagent.
WELZIJNSREGLEMENTERING
Welzijn op het werk is een federale bevoegdheid. De regels die van toepassing zijn op de alternerende leerlingen verbonden met een OAO vindt u terug in boek X, titel 3 van de codex over het welzijn op het werk. Leerlingen die verbonden zijn met een OAO worden in de welzijnsreglementering beschouwd als jongeren op het werk.
Dit heeft tot gevolg dat minderjarige leerlingen altijd vóór de start van de overeenkomst een medisch onderzoek moeten ondergaan. Voor meerderjarige leerlingen is de voorafgaandelijke gezondheidsbeoordeling maar een verplichting wanneer dit ook het geval is voor de meerderjarige werknemers (in het geval van nachtarbeid of wanneer er sprake is van bepaalde risico’s. Info is te krijgen bij de externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW)).
Als u zelf geen interne dienst voor preventie en bescherming op het werk (IDPBW) hebt die alle opdrachten die voortvloeien uit de welzijnsreglementering kan uitvoeren, moet u verplicht aansluiten bij een EDPBW voor de start van de OAO.
De minimumtarieven voor aansluiting zijn wettelijk vastgelegd. Ze houden rekening met:
− het aantal werknemers: meer of minder dan 5 werknemers;
− de hoofdactiviteit van de onderneming.
De kosten voor u als werkgever variëren tussen €35,50 en €112 per werknemer/jaar.
Contacteer uw EDPBW voor meer informatie over uw specifieke situatie.
Meer informatie i.v.m. preventie & bescherming op het werk vindt u terug op de website van FOD XXXX.
In de welzijnsreglementering is uw leerling speciaal beschermd. Zo bent u verplicht een risicoanalyse uit te voeren en daarin rekening te houden met de onervarenheid van de leerling. Die risicoanalyse moet vaststellen aan welke risico's de leerling is blootgesteld en welke preventiemaatregelen u moet nemen om deze risico's op te vangen.
Een mogelijke maatregel bij het uitvoeren van sommige werkzaamheden is het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. De jongere moet veilig aan de slag kunnen in uw onderneming. De persoonlijke beschermingsmiddelen en de kosten daarvan hangen af van het soort activiteiten van uw onderneming. U moet, indien nodig, zorgen voor veiligheidsschoenen, een veiligheidshelm, een veiligheidsbril, gehoorbescherming, … Uw leerling is verplicht deze te dragen volgens de gebruiksvoorschriften binnen uw onderneming.
Uw IDPBW/EDPBW kan u hierover informeren.
Meer informatie over de welzijnswet vindt u terug op de website van de FOD WASO.
WERKKLEDIJ
Uw onderneming moet de nodige werkkledij aan uw leerling geven en zorgen voor het onderhoud ervan. Uw leerling is verplicht deze te dragen volgens de gebruiksvoorschriften binnen uw onderneming.
SOCIALE DOCUMENTEN
Bij de indiensttreding geeft u aan uw leerling een arbeidsreglement.
Daarnaast bezorgt u uw leerling iedere maand een loonbrief en betaalt u de netto leervergoeding aan uw
leerling. Voor meer informatie zie fiche ‘Leervergoeding’.
Ten slotte bezorgt u vóór 1 maart van het volgend kalenderjaar uw leerling een individuele rekening en een belastingfiche 281.10. Voor dit alles kan u ook beroep doen op een sociaal secretariaat.
Wanneer de OAO van een leerling-bediende eindigt, bezorgt u de leerling een vakatieattest.
CAO
Uw onderneming valt voor de werkzaamheden onder een bepaald paritair comité. In een paritair comité worden cao's afgesloten. De arbeidsvoorwaarden (bv. arbeidsduur) zijn van toepassing op uw leerling, tenzij leerlingen uitdrukkelijk uitgesloten worden in de cao.
REISKOSTEN WOON-WERKVERKEER
Uw onderneming komt op dezelfde manier als voor de gewone werknemers tussen in de kosten van het woon-werkverkeer met het openbaar of privé-vervoer. Uw onderneming moet bijdragen in de verplaatsingskosten van uw leerling tussen de woonplaats en de onderneming voor het woon- werkverkeer met het openbaar vervoer. Als uw leerling naar de leerwerkplek gaat met het openbaar vervoer dan schommelt de bijdrage rond 75% van de werkelijke vervoerprijs. Voor het woon-werkverkeer met privévervoer moet gekeken worden naar de cao van uw sector of van uw onderneming. Deze bijdrage heeft geen invloed op de gezinsbijslagen.
INBREUKEN OP DE SOCIALE WETGEVING
Opgelet: inbreuken op de sociale wetgeving zijn misdrijven. De meeste van deze inbreuken worden in de praktijk niet strafrechtelijk vervolgd, maar gesanctioneerd met een administratieve geldboete. Deze liggen hoog!
Meer informatie over de verschillende aspecten bij een sociaalrechtelijke inbreuk vindt u op de website
Contact
////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////
12/08/2024
Infofiche voor de onderneming
Departement Werk en Sociale Economie
xxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxx
pagina 4 van 4