Studentenjobs:
Studentenjobs:
zo is dat wettelijk
geregeld
2023
Inhoudstafel
Overeenkomst voor tewerkstelling van studenten 3
1.1 Wie kan tewerkgesteld worden in het kader van
1.2 De vorm van de overeenkomst 3
1.5 Het studentencontingent raadplegen 5
1.6 Welke uren tellen mee in het studentencontingent? 6
1.7 Einde van de overeenkomst 6
2.1 De onderwerping aan de RSZ 7
2.4 Werkloosheidsreglementering 7
3.1.1 Weerslag op de belastingstoestand van de ouders 8
3.1.2 Weerslag op de belastingstoestand van de student 9
4.3 Arbeid op zondag en op betaalde feestdagen 10
5.3 Individuele beschermingsmiddelen 11
6.1 Onderdaan van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte 12
6.2 Onderdaan van een land dat geen deel uitmaakt
van de Europese Economische Ruimte 12
Overeenkomst voor tewerkstelling van studenten
1.1 Wie kan tewerkgesteld worden in het kader van een studentenovereenkomst ?
Jongeren die de leeftijd van 15 jaar en meer hebben bereikt en die niet meer onderworpen zijn aan de voltijdse leerplicht en die de eerste twee leerjaren van het secundair onderwijs met een volledig leerplan hebben gevolgd.
Het betreft in het bijzonder :
• de jongeren die voltijds onderwijs volgen én de leeftijd van 15 jaar en meer hebben bereikt.
• alle jongeren die alternerend leren. Dit zijn de voorwaarden:
> de studentenarbeid is enkel mogelijk wanneer zij geen onderwijs of opleiding moeten volgen of niet aanwezig moeten zijn op de werkplek.
> de jongeren krijgen geen werkloosheidsuitkering, noch een inschakelingsuitkering.
> de studentenarbeid geldt uitsluitend voor prestaties bij een andere werkgever dan diegene bij wie de student zijn praktische opleiding volgt op de werkplek. Tijdens de zomermaanden juli en augustus kan de student wel een vakantiejob doen bij zijn stagegever.
Kunnen niet met een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten tewerkgesteld worden :
• de studenten die sedert dan 12 maanden werken bij dezelfde werkgever ;
• de studenten die in een avondschool zijn ingeschreven, of die onderwijs met een beperkt leerplan, behalve in bijzondere gevallen;
• de studenten die als stage onbezoldigde arbeid verrichten die deel uitmaakt van hun studieprogramma.
Voor de reglementering betreffende de buitenlandse studenten verwijzen wij naar punt 6.
1.2 De vorm van de overeenkomst
Om studenten tewerk te stellen tegen een solidariteitsbijdrage moet een schriftelijke overeenkomst voor studentenarbeid worden opgemaakt en ondertekend uiterlijk op het ogenblik van de indiensttreding. Het betreft steeds een overeenkomst voor bepaalde duur. Zelfs als de student jonger dan 18 jaar is, kan hij eigenmachtig zijn overeenkomst afsluiten en opzeggen en kan hij zelf zijn loon in ontvangst nemen, behalve wanneer er vanwege de ouders of de voogd verzet is.
Deze overeenkomst moet vermelden :
1. identiteit, geboortedatum, woonplaats en eventueel verblijfplaats van de partijen ;
2. datum van het begin en het einde van de uitvoering van de overeenkomst ;
3. plaats van uitvoering van de overeenkomst ;
4. een beknopte beschrijving van de uit te oefenen functie of functies ;
5. arbeidsduur per dag en per week ;
6. toepasselijkheid van de wet van 12 april 1965 betreffende de bescherming van het loon der werknemers ;
7. overeengekomen loon en, in geval dit niet vooraf kan worden vastgesteld, wijze en basis van berekening van het loon ;
8. tijdstip waarop het loon wordt uitbetaald ;
9. eventueel beding van proeftijd ;
10. plaats van huisvesting wanneer de werkgever zich ertoe verbonden heeft de student te huisvesten ;
11. bevoegd paritair comité ;
12. de aanvang en het einde van de gewone arbeidsdag, het tijdstip en de duur van de rusttijden, de dagen van regelmatige onderbreking van de arbeid ;
13. de plaats waar en de manier waarop de persoon te bereiken is, die overeenkomstig het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming is aangewezen om de eerste hulp te verlenen ;
14. de plaats waar, de bij hetzelfde Reglement, vereiste verbandkist zich bevindt ;
15. in voorkomend geval, de namen en contactgegevens van de werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad ;
16. in voorkomend geval, de namen en de contactgegevens van de werknemersvertegenwoordigers in het comité voor preventie en bescherming op het werk ;
17. in voorkomend geval, de namen en de contactgegevens van de leden van de vakbondsafvaardiging ;
18. het adres en het telefoonnummer van de bedrijfs- of interbedrijfsgeneeskundige dienst ;
19. het adres en het telefoonnummer van de Inspectie van de Sociale Wetten van het district waarin de student wordt tewerkgesteld ;
De vermeldingen vanaf 12 tot en met 19 moeten niet opgenomen worden in de overeenkomst voor tewerkstelling van studenten, indien deze vermeldingen voorkomen in het arbeidsreglement.
De werkgever is wel verplicht in de overeenkomst voor tewerkstelling van studenten uitdrukkelijk te verwijzen naar deze vermeldingen, opgenomen in het arbeidsreglement.
Tevens is de werkgever verplicht een arbeidsreglement te overhandigen aan de student.
4
Bij een weekcontract bedraagt de proefperiode 3 dagen en is eenmalig. Dat wil zeggen dat een uitzendkracht voor eenzelfde functie bij eenzelfde werkgever maar één keer een proefperiode kan krijgen. Indien de uitvoering van de arbeidsovereenkomst tijdens een proeftijd wordt geschorst (ziekte, ongeval), wordt de proeftijd verlengd met een periode gelijk aan die van de schorsing, zonder dat de proeftijd evenwel met meer dan 3 dagen verlengd kan worden. Het contract kan op elk moment tijdens de proefperiode worden stopgezet.
1.4 Het loon
Er bestaan geen specifieke loonbarema’s voor studenten. Om het loon van de student te bepalen, dient men de loonschalen van toepassing in uw onderneming toe te passen. Indien er binnen de sector geen specifieke loonregeling voorzien is, heeft de student minimaal recht op het gewaarborgd minimumloon.
1.5 Het studentencontingent raadplegen
Solidariteitsbijdragen gelden voor de eerste 600 uur die een student per jaar werkt. Die 600 uur noemen we het contingent van de student. De werkgever kan het aantal beschikbare uren studentencontingent op voorhand consulteren in een door de RSZ ter beschikking gestelde databank. Deze databank wordt gevoed met gegevens vanuit een vernieuwde Dimona voor studenten. Deze nieuwe aangifte brengt een aantal bijkomende administratieve verplichtingen mee voor werkgevers. Naast de gegevens die een gewone Dimona voor werknemers moet bevatten, moet de werkgever voor studenten volgende bijkomende gegevens meedelen:
• de aanduiding van de hoedanigheid als student
• het adres en de plaats van uitvoering van de overeenkomst
• de datum van het begin en het einde van de uitvoering van de overeenkomst
• ingedeeld per kalenderkwartaal, het aantal uren dat de student tegen solidariteitsbijdrage zal worden tewerkgesteld
Voor de student werd een aparte dienstverlenende website ontwikkeld: xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx. Hier kan alle informatie over studentenarbeid worden teruggevonden, alsook een link om het beschikbare contingent te consulteren.
Er bestaat ook een app die de studenten op hun smartphone kunnen downloaden om hun contingent te raadplegen.
Een werkgever die een student wenst aan te werven kan op 2 manieren nagaan hoeveel dagen van het studentencontingent er nog beschikbaar zijn:
• de student overhandigt een attest dat hij gedownload heeft vanop de website.
• uitzendbedrijven kunnen het studentencontingent rechtstreeks raadplegen
(zonder gebruik te maken van de unieke code). Maar er zijn voorwaarden: er is een werkelijke jobaanbieding en de voorafgaandelijke expliciete toestemming van de student is opgenomen in het inschrijvingsformulier.
1.6 Welke uren tellen mee in het studentencontingent?
Enkel de effectief gepresteerde uren tellen mee in het studentencontingent, niet de betaalde feestdagen waarop de student niet gewerkt heeft, en ook niet het gewaarborgd loon bij ziekte. Volgens de algemene reglementering is een werkgever natuurlijk nog steeds verplicht om de contractuele uren te laten presteren door de werknemer.
1.7 Einde van de overeenkomst
Omdat het steeds contracten van bepaalde duur betreft, zijn begin- en einddatum verplichte vermeldingen. Een dergelijk contract zal dus automatisch een einde nemen bij het verstrijken van de overeengekomen termijn.
De bijzondere regelgeving voorziet echter ook in de mogelijkheid om de studentenovereenkomst voortijdig op te zeggen door een verkorte opzeggingstermijn te betekenen. De volgende opzegtermijnen zijn van toepassing:
Duur van verbintenis student | Opzeg door werkgever* | Opzeg door student* |
<= 1 maand | 3 dagen | 1 dag |
> 1 maand | 7 dagen | 3 dagen |
* Als de proefperiode beëindigd is
(want tijdens de proefperiode van maximaal
Omdat wij bij Tempo-Team studenten inzetten als uitzendkrachten zijn er flexibelere regels van toepassing wat inzetbaarheid betreft.
Meer weten? Xxxx contact op met uw consultant.
3 dagen kan het contract zonder opzegtermijn door beide partijen worden beëindigd)
Sociale zekerheid
2.1 De onderwerping aan de RSZ
Normaal is de student onderworpen aan de RSZ. De student is niet onderworpen aan de RSZ indien (cumulatief) aan al de volgende voorwaarden wordt voldaan :
• de tewerkstelling van de student is gedekt door een schriftelijke overeenkomst voor tewerkstelling van studenten vooraf aan de tewerkstelling opgemaakt (zie punt 1.2)
• de student werkt wanneer hij niet verplicht aanwezig moet zijn in de onderwijsinstellingen
• de student werkt niet langer dan 600 uren per kalenderjaar
• er is een tijdige STU Dimona gebeurd
Wordt het contingent overschreden, dan zijn de student en de werkgever die hem op het moment van de overschrijding tewerkstelt, onderworpen aan de normale sociale zekerheids- bijdragen vanaf het 601ste gewerkte uur.
2.2 Solidariteitsbijdrage
Voor de tewerkstelling als student is een solidariteitsbijdrage van 5,42% ten laste van de werkgever en van 2,71% ten laste van de student verschuldigd, op het brutoloon.
2.3 Kinderbijslag
Sinds 2019 kunnen de voorwaarden en voorschriften voor kinderbijslag per regio verschillen.
Voor alle informatie per regio:
• Groeipakket voor Vlaanderen: xxx.xxxxxxxxxxx.xx
• Famiris voor Brussel: xxx.xxxxxxxx.xx
• l’AVIQ voor Wallonië: xxx.xxxx.xx
• Ostbelgien voor de Duitstalige gemeenschap: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxx.xx
2.4 Werkloosheidsreglementering
Voor meer informatie: xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxxxxx/xxxxxxxx/x00
Fiscaliteit
3.1 De inkomstenbelasting
3.1.1 Weerslag op de belastingstoestand van de ouders
Maakt de student op 1 januari 2024 deel uit van het ouderlijke gezin, dan blijft hij fiscaal te hunnen laste voor zover zijn netto-inkomsten (1) van het voorgaand jaar (2023) niet méér bedragen dan
€ 3.820. Dit stemt overeen met een brutobedrag van € 4.775 (2).
Indien de student fiscaal ten laste is van een alleenstaande ouder, verliest hij het statuut van persoon ten laste niet indien zijn nettobestaansmiddelen (1) in 2023 niet méér bedragen dan € 5.520.
Dit stemt overeen met een brutobedrag van € 6.900. (Hiervan worden de forfaitaire beroepskosten (3) afgetrokken om het nettobedrag te bekomen.)
LET WEL: Voor het inkomstenjaar 2023 zullen de eerste € 3.190 (geïndexeerd bedrag) niet meegeteld worden in de berekening of een student al dan niet ten laste blijft.
Concreet betekent dit voor 2023 :
Algemeen Kind van alleenstaande
Bruto belastbaar inkomen
€ 3.190 + € 4.775 = € 7.965
€ 3.190 + € 6.900 = € 10.090
(1) Onder “netto-inkomsten” wordt verstaan: de inkomsten uit arbeid waaraan, in voorkomend geval, de onderhoudsuitkeringen en inkomsten uit onroerende en roerende goederen moeten worden toegevoegd. Doch de onderhoudsuitkeringen die toegekend zijn aan kinderen ten belope van € 3.820 worden uitgesloten uit het nettobedrag van de bestaansmiddelen.
(2) “Brutobedrag”: brutoloon, waarvan de
RSZ-bijdrage of de solidariteitsbijdrage wordt afgehouden.
(3) “Forfaitaire beroepskosten”: indien forfaitair vastgesteld, bedragen de kosten 20% van het brutobedrag; met een minimum van € 530 wat de in 2023 verkregen bezoldigingen betreft.
8
3.1.2. Weerslag op de belastingstoestand van de student
De student moet geen belastingen betalen indien zijn belastbaar netto inkomen in 2023 lager ligt dan € 10.160 (4). Dit stemt overeen met een bruto belastbaar inkomen van € 14.514,28 (5). (Hiervan worden de forfaitaire beroepskosten (6) afgetrokken om het netto belastbaar inkomen te bekomen.)
Ongeacht de grootte van zijn inkomen is de student in ieder geval er toe gehouden een aangifte
in de personenbelasting in te dienen. Indien hij op 1 juni van het aanslagjaar geen aangifteformulier heeft ontvangen, moet hij er zelf één aanvragen bij de taxatiedienst waaronder hij ressorteert.
3.2 De bedrijfsvoorheffing
De bezoldigingen van de student zijn normaal aan de bedrijfsvoorheffing onderworpen. Er is geen bedrijfsvoorheffing verschuldigd op de bezoldigingen betaald onder de volgende voorwaarden :
• een overeenkomst voor studenten werd schriftelijk opgesteld vooraf aan de tewerkstelling (zie punt 1.2.) ;
• studenten werken niet meer dan 600 uren tijdens de periodes van niet verplichte aanwezigheid in de onderwijsinstelling, met uitzondering van de maanden juli, augustus en september;
• voor deze bezoldigingen geen socialezekerheidsbijdragen verschuldigd zijn; met uitzondering van de solidariteitsbijdrage.
In ieder geval moet de student een belastingsaangifte indienen om de door zijn werkgever afgehouden bedrijfsvoorheffing terug te krijgen, aangezien hij geen belastingen zal moeten betalen indien zijn inkomsten lager zijn dan € 10.160 netto belastbaar.
(4) “Belastbaar netto-inkomen”: ontvangen onder- houdsuitkeringen moeten hier wel volledig in aanmer- king worden genomen, met dien verstande dat het belastbare nettobedrag op 80% van het toegekende bedrag wordt vastgesteld.
(5) “Bruto belastbaar inkomen”: het brutoloon, waarvan de RSZ-bijdrage of de solidariteitsbijdrage afgehouden wordt.
(6) “Forfaitaire beroepskosten”: 30% van het bruto belastbaar inkomen van € 18.399,98 met een maximum van € 5.520.
Beschermingsmaatregelen
Naast de bescherming die de arbeidsovereenkomst biedt, voorzien verschillende reglementeringen nog andere voorschriften die de student beschermen.
Hieronder enkele aandachtspunten.
4.1 Nachtarbeid
Voor jongeren jonger dan 18 jaar is nachtarbeid (dit is in beginsel tussen 20 uur en 6 uur)
verboden. Is de jeugdige werknemer xxxxx dan 16 jaar? Dan worden de tijdsgrenzen vastgesteld op 22 uur en 6 uur of op 23 uur en 7 uur wanneer de studenten :
• werken verrichten die wegens hun aard niet onderbroken of uitgesteld mogen worden (continu-arbeid) ;
• ploegenarbeid verrichten.
Voor sommige bedrijfstakken, bedrijven of beroepen, of voor het uitvoeren van bepaalde werken, bestaat er evenwel een afwijking. Dit is het geval voor hotels, restaurants en cafés waar jongeren jonger dan 16 jaar tot 20 uur, en zodra ze 16 jaar zijn tot 23 uur mogen werken.
4.2 Rusttijd
De tijd tussen de beëindiging en de hervatting van de arbeid moet, wat jongeren beneden de 18 jaar betreft, ten minste 12 achtereenvolgende uren bedragen.
4.3 Arbeid op zondag en op betaalde feestdagen
Jongeren beneden de 18 jaar mogen geen arbeid op zondag en op betaalde feestdagen verrichten. Hierop bestaan tal van uitzonderingen. Buiten de zondagsrust moet aan jongeren een bijkomen- de rustdag worden toegekend onmiddellijk volgend op of voorafgaand aan de zondag. Let wel dat
indien jongeren tewerkgesteld worden op zondagen of op bijkomende rustdagen, de inhaalrust niet minder mag bedragen dan 36 opeenvolgende uren.
Veiligheid en gezondheid
5.1 Medisch onderzoek
Bij 18-jarigen is dit een medisch onderzoek afhankelijk van de gezondheidsrisico’s waaraan ze zijn blootgesteld. Bij +18-jarigen is dit afhankelijk van de functie.
5.2 Werkkledij
De student moet aangepaste werkkledij dragen, ter beschikking gesteld door de werkgever bij het begin van de tewerkstelling. In het geval van uitzendarbeid ligt deze verantwoordelijkheid bij de gebruikende onderneming.
5.3 Individuele beschermingsmiddelen
De werkgever moet voor het uitvoeren van sommige werkzaamheden gratis individuele beschermingsmiddelen ter beschikking van de student stellen om hem tegen risico’s zoals besmetting, ziekten, stralingen, ongevallen, enz. te beschermen. In het geval van uitzendarbeid ligt deze verantwoordelijkheid bij de gebruikende onderneming.
5.4 Informatie
De werkgever moet de student inlichten over de in de onderneming bestaande veiligheids- en gezondheidsorganen zoals :
• de externe dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk ;
• de interne dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk ;
• het comité voor Preventie en Bescherming op het Werk.
Tevens dient de werkgever de aandacht van de student te vestigen op:
• de aard van het uit te voeren werk ;
• het gebruik van machines, e.d. ;
• de na te leven voorschriften;
• de risico’s waaraan de uitzendkrachten zijn blootgesteld tijdens de uitvoering van hun werkzaamheden.
5.5 Werkpostfiche
Voor elke functie uitgeoefend door de student-uitzendkracht moet door de gebruiker een werkpostfiche worden opgesteld. Het uitzendbureau overhandigt deze werkpostfiche, ingevuld door de gebruiker, aan de student-uitzendkracht.
Buitenlandse studenten
6.1 Buitenlandse studenten die afkomstig zijn van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte
Buitenlandse studenten afkomstig uit een lidstaat van de Europese Unie, alsook studenten afkomstig uit Noorwegen, Ijsland en Liechtenstein kunnen in België werken net zoals iedere Belgische student.
6.2 Buitenlandse studenten die afkomstig zijn van een land dat geen deel uitmaakt van de Europese Economische Ruimte
Studendenten van buiten de EER kunnen onder dezelfde voorwaarden als een Belgische werknemer tewerkgesteld worden als zij een verblijfsvergunning hebben met de vermelding “arbeidsmarkt: onbeperkt”.
Studenten van buiten de EER met een verblijfsvergunning met de vermelding “arbeidsmarkt: beperkt” kunnen tewerkgesteld worden als ze deze verblijfsvergunning kregen omdat zij specifiek naar België zijn gekomen om te studeren. Deze studenten kunnen tijdens het schooljaar tot maximaal 20 uur per week werken en onbeperkt tijdens de schoolvakanties.
12
Ontdek ons HR-inspiratieplatform, HR Nieuws
op xxx.xxxxx-xxxx.xx of surf naar xxx.xxxxx-xxxx.xx
Tempo-Team Belgium
V.U. : Xxxxxx Xxxxxx - Access Building – Keizer Karellaan 586 bus 8 – 0000 Xxxxxxx - Niet op de openbare weg gooien - VG599/BUOSAP - W.INT.019 - 00000-000-00000000 - W. 86.13 - 02/2023