CAO
CAO
2020
2022
GESPECIALISEERDE DETAILHANDEL IN BLOEMEN EN PLANTEN
1 januari 2020 tot en met 31 december 2022
INLEIDING
Aan de werkgevers en de werknemers, werkzaam in de gespecialiseerde bloemendetailhandel
VBW, CVAH en AVV hebben overeenstemming bereikt over een nieuwe cao voor de gespecialiseerde bloemendetailhandel. De cao betreft een evenwichtig pakket aan afspraken waarmee zowel de continuïteit van de onderneming als het belang van de werknemer gediend is.
Een goede relatie tussen werkgever en medewerkers en optimale betrokkenheid van medewerkers bij hun onderneming zijn in de gespecialiseerde detailhandel voor de bloemen en planten essentieel. Het is het team van werkgever en mede- werkers sámen dat een succesvolle zaak realiseert. De arbeidsvoorwaarden die zijn afgesproken in de cao versterken de relatie en betrokkenheid tussen werkgever en medewerker en ondersteunen en prikkelen de inzet van de medewerker op de juiste
wijze. Medewerkers moeten prettig kunnen werken in de bloemen en meer regie over de balans tussen werk en privé kunnen voeren. Niet alleen voor dit moment, maar ook voor de langere termijn.
VBW, CVAH en AVV zullen gedurende de looptijd van deze cao periodiek overleg voeren over de ontwikkelingen in de branche en de kansen/bedreigingen daarvoor die zich voordoen voor bloemenspeciaalzaken en de werknemers. Doelstelling van die dialoog is het vergroten van het begrip voor elkaars positie om op basis van dat begrip slag- vaardig tot afspraken te kunnen komen als dat nodig is. Zulks vanzelfsprekend met behoud van ieders eigen verantwoordelijkheden.
Aldus besloten en getekend namens onderstaande partijen;
29 februari 2020
Vereniging Bloemist Winkeliers, (VBW) gevestigd te Ede,
J.P.M. Thijert, voorzitter M.C. Maasse, algemeen directeur
Centrale Vereniging voor de Ambulante Handel, (CVAH), gevestigd te Zeewolde
H. Xxxxxxxxxx, voorzitter
AVV, De Democratische Vakbond
V.F.L. Xxxxxxxxx, bestuurder X. Xxxxxxxx, secretaris
2 3
Artikel 23 | Vaststelling salarisgebouw per 1 juli 2021, | |
per 1 januari 2022 en per 1 juli 2022 | 18 | |
Artikel 24 | Algemene aanpassing van jouw salaris | 18 |
Artikel 25 | Eenmalige uitkeringen | 19 |
Artikel 26 | Periodieke salarisverhoging op basis van jouw beoordeling | 19 |
Artikel 27 | Toeslag voor werken op zondag | 20 |
Artikel 28 | Toeslag voor het werken in de nacht | 20 |
Artikel 29 | Toeslag voor het werken op feestdagen | 20 |
Artikel 30 | Vakantietoeslag | 21 |
HOOFDSTUK 6 | ARBEIDSTIJDEN | 22 |
Artikel 31 | Werkweek | 22 |
Artikel 32 | Maximale arbeidstijden | 22 |
Artikel 33 | Gebroken diensten | 22 |
Artikel 34 | Pauzetijd van 15 minuten of langer | 23 |
Artikel 35 | Bezoek arts/tandarts | 23 |
Artikel 36 | Jaarurensystematiek | 23 |
Artikel 37 | Plus- en min-uren, referteperiode | 24 |
Artikel 38 | Overwerk | 25 |
HOOFDSTUK 7 | PERSOONLIJKE ONTWIKKELING EN DUURZAME INZETBAARHEID, SCHOLING | 26 |
Artikel 39 | Persoonlijke ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid | 26 |
Artikel 40 | Persoonlijk studiebudget | 26 |
Artikel 41 | Xxxxxxx persoonlijk scholingsverlof | 27 |
Artikel 42 | Tegemoetkoming stagematerialen aan BOL- en BBL studenten | 28 |
Artikel 43 | Werknemers die naast hun werk een BBL-opleiding volgen | 28 |
HOOFDSTUK 8 | VERLOF EN VAKANTIE | 29 |
Artikel 44 | Verlofdag | 29 |
Artikel 45 | Wettelijk verlof | 29 |
Artikel 46 | Vaststelling verlof bij in- en uitdiensttreding | 29 |
Artikel 47 | Xxxxxx tijdens arbeidsongeschiktheid | 30 |
Artikel 48 | Recht op het inkopen van extra verlofuren (bovenwettelijk verlof) | 30 |
Artikel 49 | Opnemen van verlof | 31 |
Artikel 50 | Buitengewoon verlof | 32 |
Artikel 51 | Recht op buitengewoon verlof op grond van de wet | 33 |
IHHOUDSOPGAvE
INLEIDING | 2 | ||
HOOFDSTUK 1 | OVER DE CAO | 8 | |
Artikel 1 | Partijen bij deze cao | 8 | |
Artikel 2 | Werkingssfeer cao | 8 | |
Artikel 3 | Looptijd, ingrijpende veranderingen en opzegging cao | 9 | |
Artikel 4 | Afwijken van de cao | 9 | |
HOOFDSTUK 2 | ALGEMENE BEPALINGEN | 10 | |
Artikel 5 | Begripsbepalingen | 10 | |
Artikel 6 | Verplichtingen van je werkgever | 11 | |
Artikel 7 | Verplichtingen voor jou als werknemer | 11 | |
HOOFDSTUK 3 | XX XXXXXXXXXXXXXXXXXXX | 00 | |
Artikel 8 | De arbeidsovereenkomst | 12 | |
Artikel 9 | Duur van de arbeidsovereenkomst | 12 | |
Artikel 10 | Xxxxxxxxx | 00 | |
Artikel 11 | Einde van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd | 13 | |
Artikel 12 | Einde van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd | 13 | |
Artikel 13 | Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens ziekte | 13 | |
Artikel 14 | Beëindiging van de arbeidsovereenkomst & AOW | 14 | |
Artikel 15 | Beëindiging van de arbeidsovereenkomst door overlijden | 14 | |
HOOFDSTUK 4 | HET JAARGESPREK | 15 | |
Artikel 16 | Jaargesprek | 15 | |
HOOFDSTUK 5 | FUNCTIE, SALARIS EN TOESLAGEN | 16 | |
Artikel 17 | Functie-indeling | 16 | |
Artikel 18 | Indeling in de salarisgroep | 16 | |
Artikel 19 | Salarisgebouw per 1 januari 2020 | 17 | |
Artikel 20 | Berekening van de bedragen van het salarisgebouw per juli 2020 | 17 | |
Artikel 21 | Vaststelling salarisgebouw per 1 januari 2021 | 17 | |
Artikel 22 | Garantieregeling inpassing medewerkers in | ||
salarisgroep A (niveau minimumloon) | 18 |
4
5
HOOFDSTUK 9 ZIEKTE EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID 34
Artikel 52 Betaling tijdens arbeidsongeschiktheid 34
Artikel 53 Ziek- en betermeldingen, geneeskundig onderzoek 34
Artikel 54 Bedrijfsgeneeskundige begeleiding 35
HOOFDSTUK 10 OVERIGE BEPALINGEN 36
Artikel 55 Pensioen 36
Artikel 56 Tegemoetkoming reiskosten woning-werk 36
Artikel 57 Stichting Sociaal Fonds Bloemenspeciaalzaken 36
Artikel 58 Sociale commissie 37
Artikel 59 Vakbondsfaciliteiten 38
Artikel 60 Onderwerpen voor onderzoek tussen VBW en AVV 38
HOOFDSTUK 11 SEGMENTBEPALINGEN AMBULANTE HANDEL 39
Artikel 61 Segmentbepalingen ambulante handel 39
Bijlage 1 FUNCTIEBESCHRIJVINGEN 40
Functiegebouw 40
Aankomend winkelmedewerker 41
Winkelmedewerker 42
Verkoper/binder 44
Vaktechnisch verkoper/binder 46
Allround/coördinerend medewerker 48
Vakspecialist 50
Bedrijfsleider 52
Bijlage 2 SALARISGEBOUW PER 1 JANUARI 2020 54
Salarisgebouw per 1 juli 2020 55
Bijlage 3 OVERGANGSREGELINGEN 57
A. Overgangsregeling vervallen arbeidstijdverkorting 57
B. Overgangsregeling Behoud Diplomatoeslag 57
C. Overgangsregeling Behoud leeftijdsverlofdagen voor
werknemers die op 1 mei 2015 50 jaar of ouder waren 57
Bijlage 4 HANDLEIDING JAARGESPREK EN BEOORDELING 58
6 7
Hoofdstuk 1
OvEP DE CAO
c. Indien de uitwerking van het in juni 2019 op nationaal niveau gesloten Pensioen- akkoord en de daaruit voortvloeiende regelgeving leidt tot onevenredig grote financiële gevolgen voor werknemers of
Artikel 1
Partijen bij deze cao
De volgende partijen hebben deze cao afgesloten:
I. De verenigingen van werkgevers Vereniging Bloemist Winkeliers (VBW), gevestigd te Ede; Centrale Vereniging van Ambulante Handel (CVAH), gevestigd te Zeewolde; en
II. De vereniging van werknemers Alternatief Voor Vakbond (AVV), gevestigd te Amsterdam.
Artikel 2
Werkingssfeer cao
1. Deze cao heeft betrekking op de gespeciali- seerde detailhandel in bloemen en planten. Daaronder worden de ondernemingen verstaan waarvan meer dan 50% van de totale omzet bestaat uit de verkoop en/
of aflevering van bloemen, planten en/of arrangementen aan de eindgebruiker.
2. De onderneming kan zijn een gevestigde onderneming in een besloten ruimte die voor het publiek toegankelijk is, met name:
a. een zelfstandige winkel of verkoophal;
b. een zelfstandig bloemenverkooppunt in een supermarkt of grootwinkelbedrijf, station, ziekenhuis of dergelijke (shop in the shop);
c. een kiosk;
d. een verkooppunt dat deel uitmaakt van een keten van bloemenverkooppunten (filiaal of franchise).
3. De onderneming kan een digitale verkoop- faciliteit hebben, al dan niet in combinatie met een gevestigde (productie)ruimte.
4. De onderneming kan een ambulante onderneming zijn:
a. in een marktkraam;
b. in een vaste standplaats;
c. als wijkrijder;
d. als concessionair.
Artikel 3
Looptijd, ingrijpende veranderingen en opzegging cao
1. Deze cao treedt in werking op 1 januari 2020 en loopt tot en met 31 december 2022.
2. Bij ingrijpende veranderingen gedurende de looptijd van de cao treden VBW, CVAH en AVV met elkaar in overleg en kunnen wijzigingen in de cao worden afgesproken. Ingrijpende veranderingen zijn in ieder geval aan de orde:
a. Bij onvoorziene noodsituaties die ont- wrichtende gevolgen hebben voor zowel werkgevers, werknemers en/of de gehele branche.
b. Indien de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag of andere regel- geving betreffende het inkomen door de wetgever zodanig wordt gewijzigd dat
dat leidt tot onevenredig grote financiële gevolgen voor werkgevers of werknemers.
werkgevers.
3. De cao kan door een cao-partij uiterlijk een maand voor de datum waarop hij eindigt schriftelijk aan de andere partij worden opgezegd. Als de cao niet tijdig door één van de partijen is opgezegd, wordt hij geacht telkens voor één jaar stilzwijgend
te zijn verlengd.
Artikel 4
Afwijken van de cao
1. Je werkgever mag afwijken van deze cao om met jou gunstiger arbeidsvoorwaarden af te spreken.
8 9
ALGEMEHE BEPALIHGEH
Hoofdstuk 2
Salaris per uur: het 1/174e deel van het salaris bij de normale arbeidsduur van gemiddeld 40 uur per week.
Salarisgroep: een in het salarisgebouw (bijlage 2) onder aanduiding van een van
2. Redelijke opdrachten. Je volgt redelijke opdrachten van je werkgever op. Dit geldt ook wanneer je ander werk moet doen dan normaal of wanneer je vanuit een andere locatie moet werken. Meestal zijn dit soort
Artikel 5
Begripsbepalingen
In deze cao worden bepaalde begrippen gebruikt. Hieronder lees je wat daarmee wordt bedoeld.
Werkgever: de werkgever is degene die een onderneming met personeel in loondienst uitoefent in de gespecialiseerde detailhandel in bloemen en planten.
Werknemer: de werknemer is de natuurlijke persoon die op basis van een arbeidsover- eenkomst als bedoeld in artikel 7:610 BW in dienst is van de werkgever, met uitzondering van de statutair bestuurder van een NV of een BV. In deze cao wordt onder ‘je/jij/jou/jouw’ de werknemer verstaan.
Relatiepartner: de geregistreerde partner dan wel degene met wie de werknemer ongehuwd samenleeft. Van ongehuwd samenleven is sprake als twee ongehuwde personen een gezamenlijke huishouding voeren met uitzon- dering van bloedverwanten in de eerste graad.
(Navolgende definities gelden tot en met 31 december 2020:)
Normale arbeidsduur: de gemiddelde arbeidsduur per week bij een voltijd arbeids- overeenkomst bedraagt 38 uur per week.
Voltijd werknemer: de werknemer met een arbeidsovereenkomst van gemiddeld 38 uur per week.
Deeltijd werknemer: de werknemer die gemiddeld minder dan de normale arbeids- duur werkt.
Xxxxxxx: het voor jou geldende bruto- maandsalaris .
Maandinkomen: het maandsalaris met de toelagen.
Salaris per uur: het 1/165e deel van het salaris bij de normale arbeidsduur van gemiddeld 38 uur per week.
Salarisgroep: een in het salarisgebouw (bijlage 2) onder aanduiding van een van
de letters A tot en met F opgenomen reeks salarisbedragen, behorend bij een functie. Cao-bedragen: de in de cao vermelde bedra- gen zijn brutobedragen tenzij anders vermeld.
(Navolgende definities gelden vanaf 1 januari 2021:)
Normale arbeidsduur: de gemiddelde arbeidsduur per week bij een voltijd arbeids- overeenkomst bedraagt 40 uur per week. Voltijd werknemer: de werknemer met een arbeidsovereenkomst van gemiddeld 40 uur per week.
Deeltijd werknemer: de werknemer die gemiddeld minder dan de normale arbeids- duur werkt.
Xxxxxxx: het voor jou geldende bruto- maandsalaris.
Maandinkomen: het maandsalaris met de toelagen.
de letters A tot en met F opgenomen reeks salarisbedragen, behorend bij een functie. Xxx-xxxxxxxx: de in de cao vermelde bedragen zijn brutobedragen tenzij anders vermeld.
Artikel 6
Verplichtingen van je werkgever
1. Je werkgever stelt zich in houding en gedrag naar jou als werknemer respectvol op, zoals een goed werkgever dat hoort te doen.
2. De tekst van deze cao staat op xxx.xxx.xx, xxx.xxxx.xx en op xxx.xxx.xx. Kun jij niet op deze website, vraag dan de cao op bij je werkgever.
3. Je werkgever geeft je informatie over de regels die je in je werk moet naleven. Dit zijn bijvoorbeeld instructies over de werkwijze en voorschriften. De teksten van deze voorschriften krijg je uitgereikt bij je indiensttreding.
Je zorgt ervoor dat je deze regels en voor- schriften kent en dat je ze naleeft.
Artikel 7
Verplichtingen voor jou als werknemer
1. Je gedraagt je als goed werknemer: in je houding en gedrag stel je je respectvol op. Daarbij moet je je houden aan de huisregels en werkinstructies van je werkgever.
opdrachten tijdelijk. Je werkgever zal dit altijd eerst met je overleggen. Je volgt ook opdrachten van je werkgever op om meeruren of overuren te werken.
3. Bedrijfskleding. Je draagt bedrijfskleding als je werkgever dat nodig vindt voor je werk. Hier zijn voor jou geen kosten aan verbonden. Reinigingskosten komen voor eigen rekening.
4. Geheimhouding. Het kan zijn dat je werkgever je voor bepaalde informatie geheimhouding oplegt. Je mag daarvan dan niets aan ande- ren meedelen. Dit geldt ook voor informatie waarvan je kunt vermoeden dat het vertrou- welijk is, zoals informatie van en over klanten. Deze geheimhoudingsverplichting geldt ook als je uit dienst bent van de werkgever.
5. Veiligheid en gezondheid. Je voorkomt in je werk gevaren voor je zelf en anderen.
Je houdt je daarbij aan de richtlijnen die de werkgever kent op het gebied van veiligheid, gezondheid en welzijn.
6. Nevenwerkzaamheden. Je meldt eventuele nevenwerkzaamheden vóór je indiensttreding bij je werkgever of voordat je met deze werkzaamheden begint.
7. Je werkgever kan je nevenwerkzaamheden helemaal of voor een deel verbieden als hij vindt dat die activiteiten:
a. concurrerend zijn voor de werkgever, of
b. indien blijkt dat deze nevenwerkzaam- heden in combinatie met je eigen functie te zwaar zijn.
10
11
Hoofdstuk 3
APBEIDSOvEPEEHKOMST
Artikel 11
Einde van de arbeidsovereen- komst voor bepaalde tijd
Artikel 12
Einde van de arbeidsovereen- komst voor onbepaalde tijd
Artikel 8
De arbeidsovereenkomst
De arbeidsovereenkomst wordt schriftelijk aangegaan en gewijzigd. Je ontvangt een getekende versie van de arbeidsovereenkomst van je werkgever. In de arbeidsovereenkomst wordt vermeld:
a. de datum van je indiensttreding;
b. je functie;
c. de plaats waar je normaal gesproken werkt;
d. het met jou bij aanvang dienstverband overeengekomen maandsalaris;
e. de aard van het dienstverband (bepaalde of onbepaalde duur);
f. de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur;
g. de toepasselijkheid van de cao Gespeciali- seerde Detailhandel in Bloemen en Planten;
h. of er een proeftijd van toepassing is en zo ja, de duur daarvan;
i. deelname aan de pensioenregeling (vanaf de eerste dag van de maand dat de medewerker 20 jaar wordt).
Wijzigingen in je functie, loon en/of bijzondere voorwaarden worden tijdig schriftelijk aan je meegedeeld onder vermelding van de datum van ingang. Dergelijke wijzigingen worden door je werkgever altijd met je overlegd.
Artikel 9
Duur van de arbeids- overeenkomst
De arbeidsovereenkomst wordt aangegaan voor bepaalde of onbepaalde tijd.
Artikel 10
Proeftijd
1. De proeftijd bedraagt ten hoogste 2 maanden bij het aangaan van een arbeids- overeenkomst voor onbepaalde tijd.
2. Voor een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan geen proeftijd worden overeengekomen bij een bepaalde tijd van ten hoogste een half jaar of korter.
3. Wel kan een proeftijd worden overeen- gekomen van ten hoogste:
a. 1 maand, indien de overeenkomst is aangegaan voor langer dan 6 maanden maar korter dan 2 jaren;
b. 2 maanden, indien de overeenkomst is aangegaan voor 2 jaren of langer.
4. Als je werkgever een proeftijd met je overeenkomt, dan moet die proeftijd schriftelijk worden vastgelegd.
5. Bij voortzetten van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan niet nogmaals een proeftijd worden overeengekomen.
1. Heb je een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd? Deze eindigt automatisch na afloop van de afgesproken periode.
2. Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan tussentijds worden opgezegd als die mogelijkheid in de arbeidsovereenkomst is opgenomen. Jij en je werkgever moeten
dan de wettelijke opzegtermijn en de ontslagregels volgen.
3. Uiterlijk een maand voor het verstrijken van de bepaalde tijd zal je werkgever je schriftelijk aanzeggen:
a. of er wel of geen nieuwe arbeidsovereen- komst wordt aangeboden;
b. of bij het aanbod andere voorwaarden worden aangeboden.
4. Het aanzeggen is niet verplicht bij een arbeidsovereenkomst van minder dan 6 maanden.
5. Het niet tijdig aanzeggen geeft volgens de wetgeving een schadeplicht van je (oud) werkgever naar jou van ten hoogste eenmaal een maandsalaris.
6. Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan ook worden aangegaan ter vervan- ging van een zieke werknemer. Bij deze arbeidsovereenkomst is geen einddatum afgesproken. Deze arbeidsovereenkomst eindigt op de dag dat de zieke werknemer zijn werk hervat.
1. Heb je een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd? Dan geldt voor je werkgever navolgende wettelijke opzegtermijn:
Arbeidsduur Opzegtermijn
Korter dan 5 jaar 1 maand
Tussen de 5 en 10 jaar 2 maanden
Tussen de 10 en 15 jaar 3 maanden
15 jaar of langer 4 maanden
2. Xxxx je zelf ontslag? Dan geldt voor jou een opzegtermijn van één maand.
3. Bij het beëindigen van de arbeidsovereen- komst volgens lid 1 of 2 valt het einde van je dienstverband altijd samen met het einde van de kalendermaand.
Artikel 13
Beëindiging van de arbeids- overeenkomst wegens ziekte
1. Xxx je langdurig ziek en kan je daardoor niet meer werken bij de werkgever?
De werkgever kan je arbeidsovereenkomst twee jaar nadat je arbeidsongeschikt bent geworden, beëindigen.
12
13
Artikel 14
Beëindiging van de arbeids- overeenkomst & AOW
Hoofdstuk 4
HET JAAPGESPPEK
1. Je arbeidsovereenkomst eindigt automatisch per de dag waarop je de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt.
Artikel 15
Beëindiging van de arbeids- overeenkomst door overlijden
1. In geval je overlijdt, keert de werkgever, naast het tot en met de dag van je overlijden nog niet uitbetaalde maandinkomen,
een uitkering ineens uit van éénmaal het maandinkomen.
2. Deze uitkering wordt toegekend aan:
x. xx xxxxxxxxxxxxx echtgenoot/relatie- partner, of als die er niet is - je minderjarige kinderen, of als deze er eveneens niet zijn
b. degene voor wie je in de kosten van het bestaan voorzag en kosten hebt gemaakt.
Artikel 16
Jaargesprek
1. Tijdens het jaargesprek ga je met je werkgever in gesprek over ontwikkelingen rond de onderneming, jouw persoonlijke ontwikkeling en de inzetbaarheid van jou als werknemer.
2. Het jaargesprek wordt ieder jaar voor het einde van het jaar met jou gehouden.
3. Op basis van het individuele jaargesprek worden afspraken tussen werkgever en jou als werknemer gemaakt over:
a. De van toepassing zijnde functie
(-beschrijving) van de werknemer (zie artikel 17 lid 5 cao)
b. Een terugblik op het afgelopen jaar, waaronder jouw inzetbaarheid, het eventuele verzuim en de beoordeling van jouw functioneren.
c. De door jou te behalen resultaten gedurende het komende jaar;
d. De wijze waarop die resultaten beoordeeld zullen worden en de op basis daarvan te nemen beloningsbeslissing;
e. De eventueel door jou te volgen functieopleidingen;
f. Jouw inzetbaarheid gedurende het komende jaar en op de langere termijn;
g. De eventueel door jou te volgen oplei- dingen, het gebruik van het persoonlijk studiebudget en/of het betaald persoon-
lijk studieverlof overeenkomstig artikel 39 en 40 cao.
h. De wijze waarop je de vakantietoeslag wil ontvangen (zie artikel 30 cao) en of en zo ja, hoeveel bovenwettelijke vakantiedagen je het komende jaar wilt kopen (zie artikel 48 cao);
4. Het jaargesprek wordt gehouden aan de hand van een checklist. De te maken afspraken in het jaargesprek beslaan
normaliter de periode januari tot en met december van het volgende jaar (twaalf maanden). In overleg kan ook gekozen worden voor een andere referteperiode van twaalf maanden. De gemaakte afspraken worden schriftelijk vastgelegd en door jou en je werkgever ondertekend. Eventueel kunnen in de referteperiode van twaalf maanden één of meer voortgangsgesprek- ken plaatsvinden.
5. De Handleiding jaargesprek en beoorde- ling is door VBW en AVV uitgewerkt en als bijlage 4 bij de cao gevoegd.
14 15
Hoofdstuk 5
FUHCTIE, SALAPIS EH TOESLAGEH
(Navolgende tekst van artikellid 3 geldt vanaf 1 januari 2021:)
3. De bedragen van de salarisgroepen zijn ge- baseerd op de normale arbeidsduur bij een voltijd dienstverband van gemiddeld 40 uur per week.
4. Als je een deeltijd dienstverband hebt wordt jouw salaris vastgesteld naar rato van de
• aanpassing van de salarisgroepen A tot en met F met de stijging van het wettelijk minimumloon die per 1 juli 2020 door de overheid werd vastgesteld.
Artikel 21
Vaststelling salarisgebouw per 1 januari 2021
Artikel 17
Functie-indeling
1. Je functie omvat het samenstel van de aan jou door je werkgever opgedragen werkzaamheden waarbij je een duidelijk resultaat moet bereiken.
2. Je werkgever maakt bij de functie-indeling gebruik van onderstaande indeling in functiegroepen.
3. Je werkgever vergelijkt de aan jou opgedragen werkzaamheden met de daarbij meest passende functiegroep.
4. Je werkgever deelt de functie vervolgens in die functiegroep in.
5. Je werkzaamheden worden ingedeeld in één van de volgende functies:
a. Aankomend winkelwerknemer
b. Winkelmedewerker
c. Verkoper/binder
d. Vaktechnisch verkoper/binder
e. Vakspecialist of Allround werknemer/ coördinerend medewerker (beiden ingedeeld in schaal E)
f. Bedrijfsleider
6. De functieomschrijvingen zijn opgenomen in bijlage 1.
7. In de functieomschrijving staan de bij de functie behorende belangrijkste hoofdtaken
en resultaatgebieden. De functies verschil- len van elkaar en kennen een opklimmende mate van intensiteit/zwaarte en mate van gevarieerdheid van kerntaken en verant- woordelijkheden. Als je een hogere functie vervult, veronderstelt dat ook dat je de daaraan voorgaande functies kunt uitvoeren.
8. Het is afhankelijk van de specifieke situatie binnen een onderneming welke functies er binnen die onderneming voorkomen.
Artikel 18
Indeling in de salarisgroep
1. Je werkgever deelt jouw functie in de bij- behorende salarisgroep in. De letter van de salarisgroep (A – F) correspondeert met de letter van de functie.
2. Bij indiensttreding vindt de inpassing in de salarisgroep plaats op basis van jouw (al dan niet elders verkregen) ervaring.
(Navolgende tekst van artikellid 3 geldt tot en met 31 december 2020:)
3. De bedragen van de salarisgroepen zijn gebaseerd op de normale arbeidsduur bij een voltijd dienstverband van gemiddeld 38 uur per week.
overeengekomen gemiddelde wekelijkse arbeidsduur.
Artikel 19
Salarisgebouw per 1 januari 2020
Het salarisgebouw dat van toepassing is per 1 januari 2020 is opgenomen in bijlage 2 van deze cao.
Artikel 20
Salarisgebouw 1 juli 2020
Het salarisgebouw dat van toepassing is
per 1 juli 2020 is opgenomen in bijlage 2 van deze cao.
De bedragen in het salarisgebouw van 1 juli 2020 zijn tot stand gekomen als gevolg van de doorvoering per die datum van de:
• invoering van de compensatie voor de verandering van het werknemersdeel van de pensioenpremie;
• aanpassing van de salarisgroepen B tot en met F met de stijging van het wettelijk minimumloon die per 1 januari 2020 door de overheid werd vastgesteld;
1. Als gevolg van de aanpassing van de normale arbeidsduur per 1 januari 2021 van gemiddeld 38 uur per week naar gemiddeld 40 uur per week worden de bedragen van het in artikel 20 cao genoemde salarisgebouw (salarisgebouw per juli 2020) met ingang van 1 januari 2021 als volgt berekend:
a. De bedragen in salarisgroep A worden vastgesteld door de bedragen van het salarisgebouw van 1 juli 2020 te delen door 38 en vervolgens te vermenig- vuldigen met 39.
b. De bedragen van de salarisgroepen
B tot en met F worden vastgesteld door de bedragen van het salarisgebouw per
1 juli 2020 te delen door 38 en vervolgens te vermenigvuldigen met 40.
c. De als uitkomst verkregen bedragen van de berekeningen onder a. en b. van dit artikel worden vervolgens verhoogd met het door de overheid vast te stellen per- centage stijging wettelijk minimumloon per 1 januari 2021, met als resultaat het salarisgebouw per 1 januari 2021.
16
17
(Artikel 22 geldt vanaf 1 januari 2021).
Artikel 22
Garantieregeling inpassing medewerkers in salarisgroep A (niveau minimumloon)
We onderscheiden twee groepen medewer- kers in salarisgroep A:
• Medewerkers in salarisgroep A met de functie van Aankomend winkelmedewerker stromen in de regel en bij goed functione- ren vrij snel door naar salarisgroep B, in de functie van winkelmedewerker.
• Medewerkers in salarisgroep A in andere functies kunnen structureel overeenkom- stig salarisgroep A beloond worden indien zij structureel werkzaamheden op het niveau van salarisgroep A uitvoeren.
Voor beide groepen geldt dat indien betrok- kene in dienst was vóór 1 januari 2021, hij/zij
– zolang betrokkene een functie in salaris- groep A verricht – het uursalaris behoudt wat dat betrokkene had op 31 december 2020 (het garantie uurloon). Betrokkene gaat er dus niet op achteruit in uurloon. De algemene aanpassing van het salaris van betrokkene zal met ingang van 1 januari 2021 op basis van dit garantie uurloon van deze medewer- kers worden berekend. Ook de toekomstige algemene aanpassingen op het salaris zullen
op dit garantie uurloon van deze medewerkers worden doorgevoerd.
Artikel 23
Vaststelling salarisgebouw per 1 juli 2021, per 1 januari 2022 en
per 1 juli 2022
1. De bedragen van het salarisgebouw van 1 januari 2021 worden per 1 juli 2021
verhoogd met het door de overheid vast te stellen percentage stijging wettelijk mini- mumloon per 1 juli 2021, met als resultaat de salaristabel per 1 juli 2021.
2. De bedragen van het salarisgebouw van 1 juli 2021 worden per 1 januari 2022 verhoogd met het door de overheid vast te stellen percentage stijging wettelijk minimumloon per 1 januari 2022, met als resultaat het salarisgebouw per 1 januari 2022.
3. De bedragen van het salarisgebouw van 1 januari 2022 worden per 1 juli 2022
verhoogd met het door de overheid vast te stellen percentage stijging wettelijk mini- mumloon per 1 juli 2022, met als resultaat het salarisgebouw per 1 juli 2022.
Artikel 24
Algemene aanpassing van jouw salaris
1. Als je een salaris ontvangt binnen één van de salarisgroepen en jouw salaris 100% of minder van het maximumbedrag van de betreffende salarisgroep bedraagt:
a. wordt je salaris op 1 januari 2020 en op 1 juli 2020 verhoogd met hetzelfde per- centage als waarmee de bedragen van het salarisgebouw verhoogd worden.
b. wordt je salaris met ingang van 1 januari 2021 verhoogd en vastgesteld door het bedrag van de op 1 januari 2021 op jouw van toepassing zijnde salarisgroep/ prestatieperiodiek uit het salarisgebouw van 1 januari 2021 te delen door 40 en vervolgens te vermenigvuldigen met het aantal door jou gemiddeld per week te werken uren dat is afgesproken in de arbeidsovereenkomst. Ben je medewer- ker met een functie in salarisgroep A dan is de garantieregeling van artikel 22 cao op jou van toepassing.
c. Wordt je salaris met ingang van 1 juli 2021 verhoogd met het percentage als waarmee de bedragen van het salaris- gebouw worden verhoogd.
d. Wordt je salaris met ingang van 1 januari 2022 verhoogd met het percentage als waarmee de bedragen van het salaris- gebouw worden verhoogd.
e. Wordt je salaris met ingang van 1 juli 2022 verhoogd met het percentage als waarmee de bedragen van het salarisge- bouw worden verhoogd.
2. Als je gedurende de looptijd van de cao een salaris ontvangt dat ligt boven het niveau (van de maximum prestatieperiodiek) van jouw salarisgroep wordt je salaris op 1
juli 2020, 1 januari 2021, op 1 juli 2021, op
1 januari 2022 en op 1 juli 2022 verhoogd met hetzelfde percentage als waarmee de bedragen van het salarisgebouw verhoogd worden, met dien verstande, dat dat per- centage berekend wordt over het deel van jouw salaris dat overeenkomt met 100% van de op jouw functie van toepassing zijnde
salarisgroep (het bedrag van de hoog- ste prestatieperiodiek). Over het overige (hogere) deel van jouw salaris vindt geen verhoging plaats.
Artikel 25
Eenmalige uitkeringen
1. In november 2020 ontvang je een eenmalige bruto uitkering van 0,6% van het totaal van de door jou ontvangen bruto maandsalaris- sen in de periode van november 2019 t/m oktober 2020. Bij eerdere uitdiensttreding ontvang je het bedrag bij uitdiensttreding naar rato van het aantal maanden dat je in die periode in dienst bent geweest
2. In november 2021 ontvang je een eenmalige bruto uitkering van 0,6% van het totaal van de door jou ontvangen bruto maandsalaris- sen in de periode van november 2020 t/m oktober 2021. Bij eerdere uitdiensttreding ontvang je het bedrag bij uitdiensttreding naar rato van het aantal maanden dat je in die periode in dienst bent geweest.
Artikel 26
Periodieke salarisverhoging op basis van jouw beoordeling
1. Als je ten minste één jaar in dienst bent én uit de beoordeling blijkt dat je volgens de norm functioneert krijg je jaarlijks per
1 januari een salarisverhoging op basis van de prestatieperiodieken.
2. Het besluit over de toekenning van de pres- tatieperiodiek is derhalve afhankelijk van de beoordeling van je functioneren.
18
19
3. De beoordeling wordt met je besproken als onderdeel van het jaargesprek.
4. De beoordeling kan zijn:
a. functioneert volgens de norm;
b. functioneert boven de norm;
c. functioneert onder de norm.
5. Als de vastgestelde beoordeling volgens de norm is, wordt de volgende prestatie- periodiek volgens de op jouw functie
van toepassing zijnde salarisschaal per 1 januari aan je toegekend tot aan het
maximum van de voor jou van toepassing zijnde salarisgroep.
6. Als de vastgestelde beoordeling boven de norm is, wordt ten minste de volgende prestatieperiodiek volgens de op jouw functie van toepassing zijnde salarisgroep per 1 januari aan je toegekend tot aan het maximum van de voor jou van toepassing zijnde salarisgroep.
7. Als de vastgestelde beoordeling onder de norm is, stel je in overleg met je werkgever een actieplan op, waarbij het streven is
om jouw functioneren volgens de norm te krijgen. De toekenning van de volgende pres- tatieperiodiek blijft in dit geval achterwege.
8. Als de werkgever geen jaargesprek toepast, heb je als werknemer per 1 januari recht op de volgende prestatieperiodiek van de op jouw functie van toepassing zijnde salarisgroep
tot aan het maximum van de voor jou van toepassing zijnde salarisgroep. Van jou als werknemer wordt in dit geval verwacht dat je dit tijdig bij de werkgever signaleert. De werk- gever heeft dan nog de kans het jaargesprek te houden en op basis van de beoordeling de beloningsbeslissing te nemen.
Artikel 27
Toeslag voor het werken op zondag
1. Als je op verzoek van je werkgever op een zondag werkt ontvang je over die uren een toeslag van 30% van je uursalaris.
2. Je kunt door je werkgever niet worden verplicht om op zondagen te werken.
Artikel 28
Toeslag voor het werken in de nacht
1. Als je in opdracht van je werkgever werkt tussen 0.00 uur en 06.00 uur geldt over die uren een toeslag van 100% van je uur-salaris.
2. Werk je regelmatig ’s nachts (bijvoorbeeld als chauffeur), dan kun je met je werkgever afspreken dat een deel van je nachttoe- slag in je basisuurloon wordt opgenomen, waardoor je basisuurloon hoger wordt. De nachttoeslag blijft in dat geval minimaal 25% per uur.
Artikel 29
Toeslag voor het werken op feestdagen
1. Feestdagen in de zin van deze cao zijn: Nieuwjaarsdag, Eerste Paasdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Eerste Pink- sterdag, Tweede Pinksterdag, Eerste en Tweede Kerstdag en Koningsdag.
2. De toeslag voor het werken op Hemel- vaartsdag en Koningsdag bedraagt 30% van je uursalaris. Voor het werken op de overige feestdagen geldt een toeslag van 100%. Je kunt niet door je werkgever wor- den verplicht om op Hemelvaartsdag of op Koningsdag te werken.
Artikel 30
Vakantietoeslag
1. Je hebt recht op vakantietoeslag van 8% van je salaris.
2. De vakantietoeslag wordt maandelijks aan jou als werknemer uitbetaald.
3. In het jaargesprek kun je als werknemer aangeven of jij in afwijking daarvan het vakantiegeld jaarlijks wil ontvangen.
4. Als je er ervoor kiest om het vakantiegeld eenmaal per jaar te laten uitbetalen, wordt het vakantiegeld berekend over de aan jou uitgekeerde salarissen in de periode juni – mei en wordt de vakantietoeslag uitgekeerd in de maand juni.
5. Als je arbeidsovereenkomst wordt beëindigd wordt het opgebouwde bedrag aan vakantie- toeslag aan je uitbetaald. Het betreft dat deel waarop je op dat tijdstip aanspraak kan maken, voor zover de vakantietoeslag niet eerder is uitbetaald.
20 21
Hoofdstuk 6
APBEIDSTIJDEH
• per dienst (structureel): 10 uur;
• per week (structureel): 40 uur;
• per dienst (incidenteel): 12 uur;
• per week (incidenteel): 45 uur.
Artikel 31
Werkweek
1. Je hebt het recht om op jouw verzoek in het weekend ten minste één dag niet ingeroos- terd te worden. Je werkgever kan je niet verplichten op zondag te werken. Als je op
Artikel 34
Pauzetijd van 15 minuten of langer
1. Als je je dagelijkse werktijd in overleg met de werkgever gedurende 15 minuten of langer wegens een pauze onderbreekt, behoort de tijd van deze onderbreking niet tot de arbeidstijd. Voorwaarde is wel dat je die pauze ongestoord kunt genieten.
Artikel 35
(gemiddeld 40 uur per week x 52 weken = 2080 uur).
2. In overleg tussen jou en je werkgever kan een arbeidsduur worden overeengekomen van minder dan de normale arbeidsduur. (Zie artikel 5 cao). Het door jou te werken aantal uren (het jaarsaldo) wordt dan vast- gesteld naar rato van de in lid 1 genoemde normale arbeidsduur en het jaarsaldo bij een voltijd dienstverband.
3. Je kunt je werkgever maximaal eenmaal
per jaar verzoeken, bij voorkeur tijdens
verzoek van je werkgever op zondag werkt, wordt de zondag door een andere vrije dag vervangen.
2. Als je een arbeidsovereenkomst hebt met een omvang van gemiddeld 36 uur of meer per week, heb je in principe recht op ten minste twee vrije dagen per week. Op jouw verzoek zijn dit twee aaneengesloten dagen, mits de bedrijfsvoering dit toelaat.
3. Als je gedurende het gehele jaar wekelijks een vaste vrije dag of dagdeel hebt, krijg je geen compensatie als je vrije vaste dag/
dagdeel samenvalt met één van de feestda- gen, zoals verwoord in artikel 29 lid 1 cao.
4. Indien je een arbeidsovereenkomst hebt van gemiddeld 36 uur per week kun je met je werkgever overeenkomen dat de 36 arbeid- suren over vier dagen worden verdeeld, mits de bedrijfsvoering dit toelaat.
Artikel 32
Xxxxxxxx arbeidstijden
1. Als je 18 jaar of ouder bent geldt als maximale arbeidstijd:
2. Incidenteel mag 60 uur per week worden gewerkt:
• in de periode tussen 1 december en 31 december;
• in de week voorafgaande aan speciale bloemendagen zoals Moederdag, Valentijnsdag, Pasen en Secretaressedag.
3. Jongeren tot 18 jaar mogen een bijbaan
of vakantiebaan hebben of stage lopen. De Rijksoverheid stelt regels om te voorkomen dat dit werk te zwaar of gevaarlijk is. Die regels gelden op de arbeidsovereenkomst met medewerkers jonger dan 18 jaar. (xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx
/bijbaan-vakantiewerk-en-stage-door- jongeren)
Artikel 33
Gebroken diensten
1. Je werkgever kan je geen gebroken diensten (twee afzonderlijke werkperioden met meer dan een uur tussentijd per dag) opdragen.
Bezoek arts/tandarts
1. Bezoek aan een arts of tandarts plan je in principe buiten je werktijden. Als dit niet mogelijk is, of als er sprake is van een acute situatie, wordt het bezoek aan een arts of tandarts beschouwd als normale arbeidstijd. Voorwaarde is wel dat je daar- over vooraf met je werkgever hebt overlegd.
Artikel 36
Jaarurensystematiek
Navolgende tekst van artikel 36 lid 1 geldt tot en met 31 december 2020:
1. De arbeidsduur bedraagt bij een voltijd dienstverband 1976 uur per jaar (gemiddeld 38 uur per week x 52 weken = 1976 uur).
Navolgende tekst van artikel 36 lid 1 geldt vanaf 1 januari 2021:
1. De normale arbeidsduur bedraagt bij een voltijd dienstverband 40 uur per week
het jaargesprek (zie artikel 16 cao), om de arbeidsduur zoals die in je arbeidsover- eenkomst is afgesproken, aan te passen. Bij de beoordeling van het verzoek tot aanpassing van de arbeidsduur wordt de bedrijfseconomische situatie mede in acht genomen. Indien in gezamenlijk overleg wordt vastgesteld en overeengekomen dat de arbeidsduur wordt aangepast, wordt dat schriftelijk aan je bevestigd.
4. Een verzoek tot aanpassing van de arbeids- duur kan ook voor tijdelijke duur worden overeengekomen. Ook in dat geval wordt dat schriftelijk aan je bevestigd.
5. De Jaarurensystematiek wordt besproken tijdens het jaargesprek. Het doel van de Jaarurensystematiek is het realiseren van een goede afstemming van jouw werktijden met de pieken en dalen in de verkoop en een betere afstemming tussen jouw werk- tijd en privé. Het werken met plus- minuren kan deel uitmaken van de Jaarurensyste- matiek, waarbij geldt dat de wekelijkse in te roosteren arbeidsduur maximaal 30% mag afwijken van het aantal uren, zoals
22
23
overeengekomen in je individuele arbeids- overeenkomst.
6. Het door jou overeenkomstig jouw jaarsaldo te werken aantal uren wordt vastgelegd in een individueel rooster. Je salaris blijft gebaseerd op de overeen- gekomen gemiddelde arbeidsduur en is daarmee losgekoppeld van het feitelijk aantal gewerkte uren per maand.
7. De inroostering van je werktijden gebeurt aan de hand van de Jaarurensystema- tiek. De bedoeling hiervan is dat over een langere periode de overeengekomen
arbeidstijd per week wordt gerealiseerd. In je rooster zijn de dagen en het aantal uren dat je op een dag werkt weergegeven.
8. De planning van jouw rooster bespreek je met je werkgever en wordt in gezamenlijk overleg vastgesteld. Bij de vaststelling van het rooster houdt de werkgever zoveel als mogelijk rekening met jouw wensen betreffende je werktijden.
9. Je werktijden worden normaal gesproken ten minste 28 dagen voor de start van
het rooster vastgesteld. Als de aard van het werk dit onmogelijk maakt kan een kortere termijn worden aangehouden dan 28 dagen, maar vier dagen is minimaal.
10. Je wekelijkse vrije dagen - zoals bedoeld in artikel 31 lid 1 en 2 cao moeten wel altijd tenminste 28 dagen van tevoren bij jou bekend zijn. Incidenteel, in overmacht situaties kan daarvan worden afgeweken.
11. Als je gedurende vier maanden structureel meer uren per week werkt dan het aantal individueel overeengekomen arbeidsuren zal de omvang van je arbeidsovereenkomst op jouw verzoek worden bijgesteld.
Artikel 37
Plus- en min-uren, referteperiode
1. De periode voor de toepassing van de Jaarurensystematiek (de referteperiode) bedraagt twaalf maanden en loopt in begin- sel van 1 januari tot en met 31 december.
2. Als je per week meer uren werkt dan je overeengekomen gemiddelde arbeidsduur per week worden deze uren (‘plus-uren’), als gewerkte uren verwerkt in jouw jaar- saldo. Zie ook artikel 38.
3. Als je per week minder uren werkt dan je overeengekomen gemiddelde arbeidsduur per week worden deze uren als min-uren verwerkt in jouw jaarsaldo.
4. Indien je aan het einde van de refertepe- riode meer uren hebt gewerkt dan jouw jaarsaldo, worden deze plus-uren aan je uitbetaald of in overleg met je bijgeschreven als extra vrije tijd, het jaarsaldo komt daar- mee aan het einde van de referteperiode op nul.
5. Indien je aan het einde van de refertepe- riode minder uren hebt gewerkt dan jouw jaarsaldo vervallen deze min-uren en wordt het jaarsaldo op nul gesteld. Resterende min-uren mogen aan het einde van de referteperiode niet worden afgeschreven als verlof.
6. Bij het einde van de arbeidsovereenkomst worden uitstaande plus-of minuren zoveel mogelijk gecorrigeerd binnen de opzeg- termijn. Het resterende verschil wordt verrekend met de vakantie-uren dan wel met de eindafrekening.
Artikel 38
Overwerk
1. Als het totaal aantal gewerkte plus-uren aan het einde van de referteperiode meer dan 20% bedraagt van het gemiddelde aantal in je individuele arbeidsovereen- komst overeengekomen arbeidsuren, worden de uren die de 20% overstijgen als overwerkuren gewaardeerd tegen een tarief van 133,33% van het voor jou geldende uur- salaris.
2. Deze overwerkuren kunnen uitbetaald worden of als vrije uren worden toegekend.
Toelichting: Dit betekent dat er op jaarbasis 20% van de overeengekomen gemiddelde arbeidsduur per week meer kan worden gewerkt zonder overwerk- toeslag. Onder overwerk wordt niet de arbeid verstaan die korter duurt dan 15 minuten per dag, aansluit op de normale arbeidstijd en die moet worden verricht door drukke werkzaamheden of voor het afmaken van een bepaalde taak.
24 25
Hoofdstuk 7
PEPSOOHLIJKE OHTWIKKELIHG EH DUUP- ZAME IHZETBAAPHEID, SCHOLIHG
5. Het scholings-/ontwikkelingsbudget mag je maximaal drie jaar opsparen. Na het derde jaar vervalt het eventuele resterende deel van het scholings/ontwikkelingsbudget dat het eerste jaar werd opgebouwd enzovoorts.
6. Het gebruik van het studiebudget kan eventueel gecombineerd worden met het betaald persoonlijk scholingsverlof conform artikel 41 cao.
Artikel 41
Xxxxxxx persoonlijk
niet verbruikt zijn aan het einde van het jaar (geen spaarmogelijkheid).
Artikel 42
Tegemoetkoming stagematerialen aan BOL en BBL studenten
1. Als je leerling bent en een Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) of een Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) volgt en Beroepspraktijkvorming (BPV) doet bij een leerbedrijf dat valt onder de werkingssfeer
Artikel 39
Persoonlijke ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid
1. Het is van belang dat je als werknemer in de gespecialiseerde detailhandel in bloe- men en planten met plezier én in optimale gezondheid je werk kunt doen, nu en in de toekomst.
2. Een goede balans tussen capaciteiten, gezondheid, de vereiste kennis en de eisen van het werk draagt bij aan jouw welzijn en is daarom niet alleen van belang voor jouw als werknemer, maar ook voor de werkge- ver van belang.
3. Jouw persoonlijke ontwikkeling en de duurzame inzetbaarheid zijn daarom vaste onderwerpen voor het jaargesprek (zie arti- kel 16 cao). Indien nodig worden afspraken gemaakt over functieopleidingen of over toekomstgerichte opleidingen/activiteiten zodat je als werknemer – ook bij oplopende leeftijd - goed inzetbaar blijft.
4. Daarbij kan onder andere worden inge- schreven op opleidingen en initiatieven die
door Stichting Sociaal Fonds Bloemisten aangeboden worden (zie artikel 57 cao).
(Artikel 40 treedt in werking met ingang van 1 januari 2021)
Artikel 40
Persoonlijk studiebudget
1. Je maakt aanspraak op een financieel persoonlijk scholings-/ontwikkelingsbud- get van 0,5% van je bruto jaarinkomen (12 maandsalarissen + vakantiegeld) per jaar.
2. Je werkgever beheert het scholings/ ontwikkelingsbudget.
3. Het budget kun je in overleg met je werkgever benutten voor je opleiding en ontwikkeling waardoor jouw inzetbaarheid binnen de branche gespecialiseerde detail- handel in bloemen en planten wordt vergroot.
4. Indien wordt voldaan aan de daaraan gestelde fiscale voorwaarden mogen de kosten van een opleiding of studie (lesgel- den, examengelden, boeken, leermiddelen en reiskosten) onbelast worden vergoed.
scholingsverlof
1. Als voltijd-medewerker heb je in 2020 recht op twee dagen / 15,2 uur betaald persoon- lijk scholingsverlof per jaar en vanaf 2021 twee dagen /16 uur betaald persoonlijk scholingsverlof per jaar.
2. Als je deeltijdmedewerker bent heb je recht op betaald persoonlijk scholingsverlof naar rato van de omvang van je dienstverband met dien verstande dat je recht hebt op ten minste twee dagdelen betaald persoonlijk scholingsverlof per jaar.
3. Voorwaarde voor het betaald persoonlijk scholingsverlof is dat je tijdens het jaar- gesprek hebt aangegeven van het persoonlijk scholingsverlof te willen gebruikmaken en dat de opleiding een relatie heeft met het vakgebied en/of werken in de detailhandel.
Voor de inhoud van mogelijke trainingen wordt mede verwezen naar het programma van
het Sociaal Fonds bloemenspeciaal-zaken. (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx)
4. Het recht op betaald persoonlijk scholings- verlof van dat jaar vervalt indien de dagen
van deze cao (gespecialiseerde detailhandel in bloemen en planten), stelt het leerbedrijf materiaal aan jou beschikbaar ter waarde van ten minste € 30,-- per week (verkoop- waarde inclusief BTW) zodat je praktijk- opdrachten op het leerbedrijf en op school kunt uitvoeren.
Artikel 43
Werknemers die naast hun werk een BBL-opleiding volgen
1. Als je een erkende opleiding volgt binnen de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL), heb je een arbeidsovereenkomst voor bepaalde duur. De duur van de arbeidsovereenkomst is gekoppeld aan de duur van de leerover- eenkomst. Voor een niveau 2 opleiding wordt in principe een 2-jarige overeenkomst afgesloten. Ook gedurende de niveau 3 en de niveau 4 opleiding is een koppeling tus- sen de duur van de arbeidsovereenkomst en de duur van de opleiding van toepassing.
2. Voor de dagen waarop je als werknemer een onderwijsinstelling bezoekt binnen een
26
27
erkende BBL-opleiding, is jou geen loon verschuldigd.
3. De werkgever kan je niet verplichten te werken op dagen waarop je eigenlijk naar de onderwijsinstelling zou gaan, maar de
Hoofdstuk 8
vEPLOF EH vAKAHTIE
onderwijsinstelling wegens vakantie geslo- ten is.
4. Toetsen die afgelegd moeten worden in het kader van een opleiding binnen een erkende BBL-opleiding en plaatsvinden op het leerbedrijf op normale werkdagen, behoren tot de normale arbeidstijd. Voor toetsen
die op school plaatsvinden, in de regel op de normale schooldagen, geldt lid 2 van dit artikel. De zogenoemde “centrale toetsen” in het kader van de opleiding tot zelfstandig beroepsbeoefenaar gelden als buitenge- woon verlof als bedoeld in artikel 50 cao.
5. De werkgever stelt je in de gelegenheid de toetsen - zoals bedoeld in lid 2 - af te leggen, ook als deze niet op een reguliere
schooldag plaatsvinden. Je dient de toetsen dan wel tenminste twee weken tevoren aan je werkgever te melden. Ook op toetsen, die niet op een reguliere schooldag plaatsvin- den, is lid 4 van dit artikel van toepassing.
(Navolgend artikel 44 geldt tot en met 31 december 2020)
Artikel 44
Verlofdag
1. Een verlofdag duurt 7,6 uur.
2. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
(Navolgend artikel 44 geldt vanaf 1 januari 2021)
Artikel 44
Verlofdag
3. Een verlofdag duurt 8 uur.
4. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.
(Navolgende tekst van artikel 45 geldt tot en met 31 december 2020)
Artikel 45
Wettelijk verlof
1. Je hebt recht op wettelijk verlof.
2. Als je een voltijd dienstverband hebt bouw je per jaar 20 dagen (152 uur) wettelijk verlof op.
3. Als deeltijdwerker bouw je verlof naar rato van je dienstverband op.
(Navolgende tekst van artikel 45 geldt vanaf 1 januari 2021)
Artikel 45
Wettelijk verlof
4. Je hebt recht op wettelijk verlof.
5. Als je een voltijd dienstverband hebt bouw je per jaar 20 dagen (160 uur) wettelijk verlof op.
6. Als deeltijdwerker bouw je verlof naar rato van je dienstverband op.
Artikel 46
Vaststelling verlof bij in- en uitdiensttreding
1. Treed je in de loop van het kalenderjaar in dienst? Je werkgever stelt dan je
verlofopbouw vast naar evenredigheid van het aantal uren dat je opbouwt over een volledig kalenderjaar.
2. Treed je in de loop van het kalenderjaar uit dienst? Je werkgever kijkt dan naar de tijd die je in dat jaar in dienst bent geweest. Je verlofopbouw wordt dan naar evenredig- heid van het aantal volle kalendermaanden van het dienstverband vastgesteld. Bij een arbeidsovereenkomst die korter dan 2 maanden heeft geduurd, stelt je werkgever je verlofopbouw vast aan de hand van het aantal dagen dat je precies bij je werkgever in dienst bent geweest.
28 29
Artikel 47
Xxxxxx tijdens arbeidsonge- schiktheid
1. Als je tijdens je vakantie arbeidsongeschikt raakt maar wel recht hebt op doorbetaling van je maandinkomen, worden de dagen dat je tijdens die vakantie ziek bent niet in mindering gebracht op je verloftegoed. Je moet dan wel kunnen aantonen dat je in
je vakantie ziek was, bijvoorbeeld met een verklaring van een arts.
(Navolgende tekst van artikel 48 geldt tot en met 31 december 2020)
Artikel 48
Recht op het inkopen van extra verlofuren (bovenwettelijk verlof)
1. In het jaargesprek kun je aangeven of jij in het komende tijdvak van 1 januari tot en met 31 december bovenwettelijke
verlofuren als vrije tijd wilt genieten. In dat geval kun je bovenwettelijk verlof kopen, waardoor je maandsalaris zal verminderen.
2. Een bovenwettelijke verlofdag dag telt bij een voltijd dienstverband 7,6 uur en heeft een waarde van 0,38% van het bruto jaarsa- laris op voltijdbasis.
3. Bij de keuze voor het terug kopen van bovenwettelijk verlof wordt je bruto maand- salaris verminderd met 0,38% per dag.
4. Het maximum aantal bovenwettelijke ver- lofuren dat je per jaar kunt kopen bedraagt bij een voltijd dienstverband 8 dagen/(8
dagen x 7,6 uur =) 60,8 uur. Deeltijdmede- werkers naar rato.
5. Indien jouw bruto salaris als gevolg van het aankopen van bovenwettelijk verlof onder het niveau van het wettelijk minimumloon zou dalen, wordt het maximum aan te kopen bovenwettelijke verlofdagen beperkt tot het aantal dagen waarbij in ieder geval het wettelijk minimumloon als brutosalaris behouden blijft.
(Navolgende tekst van artikel 48 geldt vanaf 1 januari 2021)
Artikel 48
Recht op het inkopen van extra verlofuren (bovenwettelijk ver- lof)
1. In het jaargesprek kun je aangeven of jij in het komende tijdvak van 1 januari tot en met 31 december bovenwettelijke
verlofuren als vrije tijd wilt genieten. In dat geval kun je bovenwettelijk verlof kopen, waardoor je maandsalaris zal verminderen.
2. Een bovenwettelijke verlofdag dag telt bij een voltijd dienstverband 8 uur en heeft een waarde van 0,38% van het bruto jaarsalaris op voltijdbasis.
3. Bij de keuze voor het terug kopen van bovenwettelijk verlof wordt je bruto maand- salaris verminderd met 0,38% per dag.
4. Het maximum aantal bovenwettelijke ver- lofuren dat je per jaar kunt kopen bedraagt bij een voltijd dienstverband 8 dagen/(8 dagen x 8 uur =) 64 uur. Deeltijdmedewer- kers naar rato.
5. Indien jouw bruto salaris als gevolg van het aankopen van bovenwettelijk verlof onder het niveau van het wettelijk minimumloon zou dalen, wordt het maximum aan te kopen bovenwettelijke verlofdagen beperkt tot het aantal dagen waarbij in ieder geval het wettelijk minimumloon als brutosalaris behouden blijft.
Artikel 49
Opnemen van verlof
1. Je dient je aanvraag voor het opnemen van verlof in bij je werkgever. Je geeft daarbij het begin en het einde aan. Je werkgever moet je aanvraag goedkeuren. Hij kan alleen van je wensen afwijken, als er sprake is van zogeheten gewichtige redenen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een noodzakelijke minimale bezetting of bijzondere omstan- digheden die niet zijn te voorzien.
2. Je werkgever zorgt er daarbij voor dat:
a. Je gedurende minimaal 2 opeenvolgende weken vakantiedagen kunt opnemen, op voorwaarde dat het aantal vakantiedagen dat je nog hebt daarvoor toereikend is;
b. je een aaneengesloten vakantie van 3 weken kunt opnemen, als het
bedrijfsbelang dit toelaat en het aantal vakantiedagen dat je nog hebt daarvoor toereikend is;
c. deze aaneengesloten vakantie ligt in de periode van 30 april tot 1 oktober. Zolang je nog partieel leerplichtig bent, valt deze vakantie bovendien samen met je schoolvakantie. Op jouw verzoek kan de werkgever anders bepalen.
3. Als bij jouw werkgever een bedrijfsva- kantiesluiting geldt, kan je werkgever de aaneengesloten verlofperiode voor jou geheel of gedeeltelijk met die periode laten samenvallen.
4. Er worden in principe geen verlofdagen opgenomen in de periode tussen 1 decem- ber en 31 december. Er worden in principe ook geen verlofdagen opgenomen tijdens de week voorafgaande aan speciale bloe- mendagen zoals Moederdag, Valentijnsdag, Pasen en Secretaressedag.
5. Verlof wordt opgenomen in uren. Je verlof- tegoed wordt verminderd met het aantal uren dat je op je verlofdag had moeten werken.
6. Je werkgever kan verdere voorwaarden stellen aan de manier waarop je je verlof opneemt.
7. Tijdens je verlof betaalt je werkgever aan jou je maandinkomen.
30
31
Artikel 50
Buitengewoon verlof
1. In navolgende situaties heb je recht op buitengewoon verlof met behoud van maandinkomen.
Gelegenheid | Tijd | Opmerking |
Bij je eigen ondertrouw | ½ dag | Op de dag dat je in ondertrouw gaat |
Bij je eigen huwelijk | 2 dagen | De dag waarop het huwelijk voor de burgerlijke stand wordt gesloten en de daarop volgende dag |
Bij je eigen 25-, 40- en 50-jarig huwelijksfeest | 1 dag | |
Bij je 25-, 40- en 50-jarig dienstjubileum | 1 dag | |
Bij de bevalling van je echtgenote | 2 dagen | |
Bij het huwelijk van één van je (schoon-)ouders, kinderen, broers of zusters | De dag waarop het betreffende huwe- lijk wordt gesloten | Mits de plechtigheid wordt bijgewoond |
Bij het 25-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van één of beide (schoon-)ouders | De dag waarop de plechtigheid wordt gevierd | Mits deze wordt bijgewoond |
Bij het overlijden van je echtgenote/ echtgenoot, je eigen of aangehuwde kinderen | De sterfdag tot en met de dag van de uitvaart | Maximum van zes werkdagen |
Bij het overlijden van één van je ouders of schoonouders | 2 dagen | 1 dag bij het overlijden én 1 dag voor het bijwonen van de begrafenis |
Bij het overlijden van één van je grootouders, kleinkinderen, broers, zusters, zwagers of schoonzusters | 1 dag | De dag van de begrafenis |
Bij je eigen verhuizing naar een andere woning | 1 dag | Op voorwaarde dat dit niet vaker dan eenmaal per 2 jaren voorkomt |
Als lid van AVV, participerend in het medezeggenschapsplatform | De tijd die noodzakelijk is voor het bijwonen van cursussen en vergaderingen | Maximum van 6 dagen per jaar |
Voor sollicitatiegesprekken | De tijd die je daar- voor nodig hebt | Alleen als je werkgever de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd |
32
2. Onder ouders, kinderen, broers en zusters worden inbegrepen: stiefouders, stiefkinderen, stiefbroers en stiefzusters, pleegouders, pleegkinderen, pleegbroers en pleegzusters. Daarnaast worden onder ouders, schoonouders inbegrepen.
3. Duurzame samenlevingsvormen, die van tevoren aan de werkgever kenbaar zijn gemaakt, worden met huwelijk gelijkge- steld.
Artikel 51
Recht op buitengewoon verlof op grond van de wet
1. Je kunt aanspraak maken op buitengewoon verlof dat in de wet is geregeld. Bijvoor- beeld op het verlof dat in de Wet arbeid en zorg staat, zoals zwangerschap- en beval- lingsverlof of adoptieverlof. Je werkgever zal over de tijd dat je zwangerschap- of bevallingsverlof hebt je maandinkomen doorbetalen. Je maandinkomen wordt ver- minderd met de uitkering die je eventueel op grond van de Wet arbeid en zorg kunt ontvangen.
2. Calamiteitenverlof wordt volledig doorbe- taald en kan overgaan in kort zorgverlof. Gedurende het korte zorgverlof heb je recht op 100% loondoorbetaling tot maximaal 2 maal de wekelijkse arbeidstijd per jaar.
33
Hoofdstuk 9
ZIEKTE EH APBEIDS- OHGESCHIKTHEID
3. Je werkgever kan een door hem aan- gewezen geneeskundige vragen om te onderzoeken of je arbeidsongeschikt bent.
Je werkgever verzoekt je dit schriftelijk en gemotiveerd. Je werkt hieraan mee. Je kunt bij het UWV een deskundigenoordeel
vragen, wanneer je het niet met dit oordeel eens bent.
Artikel 52
Xxxxxxxx tijdens arbeids- ongeschiktheid
1. Kun je wegens ziekte niet werken, dan ben je arbeidsongeschikt. De werkgever betaalt tijdens je arbeidsongeschiktheid maximaal 104 weken 70% van je maandinkomen door. Periodes van arbeidsongeschiktheid worden samengeteld als zij elkaar met een onderbreking van minder dan één maand opvolgen. De betaling is gebaseerd op
het maandinkomen dat je verdiende in de functie die je vervulde op het moment dat je arbeidsongeschikt werd. De eerste 52 weken van je arbeidsongeschiktheid vult de werkgever je maandinkomen aan tot 100% van je maandinkomen.
2. Je werkgever mag per ziekmelding op deze loondoorbetaling ten hoogste één wachtdag in mindering brengen, met een maximum van twee wachtdagen per werknemer per jaar. De werknemer mag door aftrek van wachtdagen niet onder het dan geldende niveau van het minimumloon komen. Je werkgever mag geen wachtdag in minde- ring brengen als de arbeidsongeschiktheid het gevolg is van een incident dat op of tijdens je werk is voorgevallen.
3. Je werkgever is niet tot doorbetaling van je salaris/aanvulling van arbeidsongeschikt- heidsuitkering verplicht, als:
a. Je werkgever of het UWV een sanctie aan je oplegt, bijvoorbeeld wegens het niet meewerken aan werkhervatting;
b. Je weigert een WAO/WIA-uitkering aan te vragen, terwijl je daar in principe wel recht op hebt. Dit geldt ook als je het
UWV niet machtigt de WAO/WIA-uitkering aan je werkgever over te maken.
4. Als je werkgever door jouw arbeidsonge- schiktheid schade lijdt en die schade te verhalen is op een derde, kan je werkgever
– als jij dat wenst – jouw eventuele schade tegelijk met zijn vordering op die derde verhalen.
Artikel 53
Ziek- en betermeldingen, geneeskundig onderzoek
1. Als je ziek bent meld je dat zo spoedig mogelijk aan je werkgever, zo mogelijk vóór het begin van de werktijd.
2. Zodra je weer in staat bent om te werken meld je dat ook aan je werkgever en hervat je je werkzaamheden.
Artikel 54
Bedrijfsgeneeskundige begeleiding
1. Je hebt recht op bedrijfsgeneeskundige begeleiding.
2. Je werkgever zorgt voor goede arbeidsom- standigheden volgens de geldende wetten en regelgeving.
3. De werkgever is wettelijk verplicht als gevolg van de Arbeidsomstandigheden- wet in zijn onderneming een veiligheid-en gezondheid/risico-inventarisatie (RI&E) uit te voeren.
4. De werkgever is tevens verplicht op basis van deze veiligheid- en gezondheid/risico- inventarisatie een plan van aanpak op te stellen. Dit plan bevat concrete maatrege- len om risico´s op veiligheid en gezondheid in het bedrijf aan te pakken.
34 35
Hoofdstuk 10
OvEPIGE BEPALIHGEH
steuning en ontwikkeling vakmanschap, ook functie-opleidingen en toekomstgerichte opleidingen en andere initiatieven voor duurzame inzetbaarheid van werknemers ontwikkelen en aanbieden.
1. De Sociale Commissie heeft de volgende taken:
x. het op schriftelijk verzoek van een werk- gever of werknemer ontheffing verlenen van de regels in deze CAO;
Artikel 55
Pensioen
1. In beginsel ben je op basis van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstak- pensioenfonds verplicht verzekerd voor je pensioen bij het Bedrijfspensioenfonds Detailhandel.
2. De werkingssfeer alsmede de rechten en de verplichtingen van jou en je werkgever met betrekking tot het pensioen, worden geregeld in de statuten en het pensioenreglement.
3. Je betaalt elke maand premie voor je pensi- oen. Je werkgever doet dat ook. De hoogte van de premie en de verdeling van het werk- geversdeel en het werknemersdeel van
de premie wordt jaarlijks vastgesteld door het Pensioenfonds Detailhandel (Nadere informatie: www.pensioendetailhandel.)
(Navolgende tekst van artikel 56 geldt met ingang van 1 januari 2021)
Artikel 56
Tegemoetkoming reiskosten woning-werk
1. Indien je op meer dan 10 kilometer afstand woont van de locatie waar je normaal gesproken je werkzaamheden verricht
heb je recht op een tegemoetkoming in de reiskosten voor je woon-werkverkeer.
2. De tegemoetkoming bedraagt € 0,15 per kilometer vanaf de 11e kilometer enkele reis woning-werk en werk-woning.
3. Als je er zelf voor kiest om op verdere afstand te gaan wonen van de locatie waar je normaal gesproken je werkzaamheden verricht, ontstaat er geen recht op een hogere tegemoetkoming in de reiskosten. Indien je ervoor kiest om dichter bij de locatie te gaan wonen waar je normaal gesproken je werkzaamheden verricht wordt de tegemoetkoming in de reiskosten aangepast conform het aantal kilometers van de nieuwe reisafstand.
4. Indien je voor 1 januari 2020 een individuele afspraak met je werkgever hebt gemaakt die beter is dan de tegemoetkoming in
de reiskosten volgens de cao, blijft die individuele regeling gelden en mag die niet eenzijdig door de werkgever naar beneden worden bijgesteld.
Artikel 57
Stichting Sociaal Fonds Bloemenspeciaalzaken
1. VBW, CVAH en AVV hebben gezamenlijk Stichting Sociaal Fonds Bloemenspeciaal- zaken opgericht.
2. VBW, CVAH en AVV participeren in het bestuur van die stichting.
3. De stichting zal naast werkgeversonder-
4. Het aanbod van de stichting zal inspelen op de vragen en behoeften vanuit de branche. Opleidingen en andere initiatieven worden zoveel als mogelijk collectief ontwikkeld en georganiseerd. Door het efficiënt en effec- tief benutten van de beschikbare budgetten kan optimale output uit die budgetten gerealiseerd worden. Gedacht wordt aan navolgende opleidingen en activiteiten:
a. Functie-opleidingen, vakkennis, vak- techniek, presenteren, stylen, bloemen/ plantenkennis,
b. Verdieping: ontwikkeling richting ondernemerschap
c. Algemene (toekomstgerichte) opleidingen, detailhandel-gerelateerd. Bijvoorbeeld verkooptrainingen, klant- benadering, webdesign, communicatie, social media, fotografie, tekstschrijven
d. Kennis over ergonomie, tiltechnieken, hoe blijf je fit in de winkel, omgaan met zwaar werk enz.
5. De bijdrage van werkgevers aan de stichting bedraagt 0,75% van de loonsom, daarvan kan 0,05% worden verhaald op de werk- nemer.
Artikel 58
Sociale commissie
Er is in de bloemendetailhandel een Sociale Commissie ingesteld.
b. het geven van een bindend advies bij geschillen over de uitleg en/of toepassing van deze cao, wanneer werkgever en werknemer op voorhand verklaren dat advies te accepteren. Daarvoor moet wel een schriftelijk verzoek worden ingediend;
c. het geven van advies omtrent uitleg en toepassing van de regels van deze cao.
2. Een ontheffingsverzoek of een verzoek om advies dient bij één van de sociale partners te worden ingediend, die de Sociale Com- missie zal vragen om een uitspraak.
3. a. Ontheffing wordt uitsluitend verleend in geval van zwaarwegende argumen- ten. Hierbij worden de volgende criteria gehanteerd:
A. er is (tijdelijk) sprake van bijzondere omstandigheden, afwijkend van hetgeen in de bloemendetailhandel gebruikelijk is, op grond waarvan het in redelijkheid van de verzoeker niet gevergd kan worden dat de betreffende regel(s) onverkort worden toegepast en:
B. er is sprake van een andere, tenminste aan deze regel(s) gelijkwaardige, regeling die tot stand is gekomen in samenspraak met een werknemers- organisatie die onafhankelijk is van de werkgever.
b. Ontheffing wordt ten hoogste verleend voor de looptijd van deze cao. Als een nieuwe cao van toepassing wordt, moet
36
37
opnieuw om ontheffing verzocht worden.
c. Een dispensatieverzoek moet ten minste bevatten:
• naam, adres en handtekening van de verzoeker(s);
• een nauwkeurige beschrijving van de aard en het bereik van het verzoek;
• de motivering van het verzoek;
Artikel 59
Vakbondsfaciliteiten
1. Xxx je actief lid van AVV en help je de vakor- ganisatie bij het vakbondswerk? In overleg met je werkgever kun je daarvoor bepaalde faciliteiten krijgen, zoals het besteden van een gedeelte van je werktijd aan activiteiten die daarvoor nodig zijn. Voorwaarde is wel
Hoofdstuk 11
SEGMEHTBEPALIHGEH AMBULAHTE HAHDEL
• positief advies van het medezeggen- schapsorgaan of van de meerderheid van de werknemers als er geen mede- zeggenschapsorgaan is ingesteld;
• dagtekening.
d. De Sociale Commissie kan verzoeker(s) vragen om binnen een aangegeven termijn (aanvullende) gegevens en bescheiden te verschaffen. Als de aanvullende informatie niet, niet tijdig of niet volledig wordt verstrekt, wordt het ontheffingsverzoek niet in behandeling genomen. De Sociale Commissie infor- meert verzoeker hierover schriftelijk.
e. De Sociale Commissie neemt binnen drie maanden nadat de verstrekte informatie volledig is een besluit. Het gemotiveerde besluit wordt aan de verzoeker(s) toege- zonden.
4. De Sociale Commissie bestaat uit twee leden die benoemd zijn door VBW en twee leden die benoemd zijn door AVV.
5. De kosten ter instandhouding van de Soci- ale Commissie worden gedragen door de Stichting Sociaal Fonds Bloemenspeciaal- zaken.
dat het vakbondswerk met het werk te combineren is.
Artikel 60
Onderwerpen voor onderzoek tussen VBW en AVV
1. VBW en AVV streven naar meer aandacht voor het belang van gezond werken en vei- ligheid op de werkvloer. Met behulp van het Sociaal fonds Bloemenspeciaalzaken zal verder worden uitgewerkt op welke wijze de veiligheid, het nastreven van een adequate werkdruk en het verstandig omgaan met zwaar werk op de werkvloer kan worden bevorderd.
2. Het is in ieders belang dat de cao binnen de branche gespecialiseerde detailhandel in bloemen en planten wordt gehandhaafd. Gedurende de looptijd van de cao zullen VBW en AVV met elkaar in overleg treden teneinde de juiste toepassing van de cao binnen de branche te optimaliseren.
Artikel 61
Segmentbepalingen ambulante handel
Enkel voor werknemers die werkzaam zijn bij een ondernemer in de ambulante handel is het gestelde in dit artikel van toepassing.
Voor reisuren wordt het normaal geldende salaris per uur aan je uitbetaald.
Als reisuren worden beschouwd de uren die je als werknemer direct voorafgaand of direct aansluitend aan de dienst reist van de vesti- gingsplaats van de werkgever naar het object waar de werkzaamheden moeten worden verricht of visa versa indien en voor zover dit
geschiedt met door de werkgever beschikbaar gesteld rijdend materiaal of een door de werk- gever beschikbaar gesteld vervoermiddel dat
geschikt is voor het vervoer van personen en/of eventueel materiaal en in de regel als zodanig wordt benut. Xxxxxxxx worden niet beschouwd als arbeidstijd.
Het aantal reisuren voor de werknemer die het voertuig, zoals bedoeld in lid 3, bestuurt wordt vastgesteld op basis van onderstaande tabel.
Aantal kilometer Totaal aantal enkele reis reisuren per dag
0-30 0,5
31-60 1
61-100 1,5
101-150 2
151-200 2,5
> 200 3
38
39
Bijlage 1
FUHCTIEBESCHPIJvIHGEH
Aankomend winkelmedewerker
Functiegroep: schaal A
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Eenzijdige houding en belasting als gevolg van repeterende handelingen en schoonmaakwerk.
Hinder van kou en tocht.
Functiegebouw
Het functiegebouw kent de volgende functies:
• Aankomend winkelmedewerker
• Winkelmedewerker
• Verkoper/binder
• Vaktechnisch verkoper/binder
• Allround/coördinerend medewerker
• Vakspecialist
• Bedrijfsleider
Dit functiegebouw is door partijen bij deze cao geaccordeerd.
Alle functies zijn gesitueerd in een gevestigde of ambulante bloemenwinkel. De functies maken deel uit van een reeks functies die in
onderlinge relatie zijn vastgesteld in opklim- mende mate van aantal, intensiteit/zwaarte en mate van gevarieerdheid van kerntaken. Hieronder zijn de functieomschrijvingen opge-
nomen. In de functieomschrijving worden de bij de functie behorende belangrijkste hoofdtaken beschreven. In de praktijk kan het voorkomen dat bepaalde werkzaamheden behorende bij een functie, vanwege een klein team, ook door medewerkers worden uitgevoerd met een andere functie (bijv. een bedrijfsleider die ook schoonmaakt of de winkelmedewerker die ook een klant in voorkomende situaties adviseert). Het is van de specifieke bedrijfssituatie van een bloemenwinkel afhankelijk welke functies uit de reeks voorkomen.
Beheersing van een hogere functie veron- derstelt beheersing en/of uitvoering van de voorgaande functie.
• Geeft leiding aan: niet van toepassing
Functiedoel
Verrichten van eenvoudige algemene werk- zaamheden in de winkel volgens daartoe geldende instructies en onder toezicht.
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Verzorgde winkel/ bedrijfsruimte | • Schoonmaken en schoonhouden van de winkel/bedrijfsruimte vol- gens instructies en onder toezicht. • Aanvegen, dweilen, afstoffen • Zorgen voor afvoer van afval, legen van prullenbakken • Koffie en thee zetten, schoon- houden van koffiezetapparaat | • Juistheid van opvolginginstructies • Xxxxxxxx xxx xxxxxx/ bedrijfsruimte |
Verzorgde producten | • Stickeren van producten • Aansnijden en verzorgen van bloemen • Buitenpresentatie binnen en buiten zetten • Uitpakken en opbergen van producten • Bloemen en planten water geven en op de plek zetten • Uitgebloeide bloemen of planten verwijderen | • Juistheid van stickering • Correctheid van handelingen • Juistheid van opvolging instructies |
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Kans op handletsel a.g.v. snijden.
40
41
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Afgerekende producten | • Afhandelen, afrekenen en registreren van producten • Kennis nemen van prijzen en prijswijzigingen • Afrekenen van producten • Overleggen met directe leiding- gevende/collega’s in geval van afwijkende situaties/bijzonderheden | • Snelheid van aanslaan • Juistheid van afrekenen • Juistheid van registratie |
Overige bijdrage | • Bezorgen van bestellingen in voorkomende situaties in de directe omgeving | • Tijdigheid en juistheid van bezorging |
Winkelmedewerker
Functiegroep: schaal B
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
• Geeft leiding aan: niet van toepassing
Functiedoel
Verrichten van eenvoudige verkoopactiviteiten en algemene werkzaamheden in de winkel
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
volgens daartoe geldende instructies en onder toezicht, zodanig dat wordt bijgedragen aan het gewenste niveau van de dienstverlening.
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Eenzijdige houding en belasting a.g.v. repeterende handelingen en schoonmaakwerk. Hinder van kou en tocht. Kans op handletsel
x.x.x. xxxxxxx.
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Verzorgde en gepresenteerde producten en winkel-/ bedrijfsruimte | • Verzorgen van bloemen en plan- ten, o.m. water geven, aansnijden • Ombossen van grote partijen bloemen naar samengebonden verkoopbare bossen bloemen • Uit- en inpakken en opbergen of neerzetten van producten • Verwerken van emballage (fust, veilingkarren) • Schoonmaken en -houden van de winkel en bedrijfsruimte | • Tijdigheid van verzorging • Aanblik van verzorgde en neergezette producten • Reinheid/ordelijkheid van winkel-/bedrijfsruimte |
Beantwoorde klantvragen | • Ontvangen en te woord staan van klanten in de winkel uit oogpunt van serviceverlening en met in acht name van de veiligheidseisen • Beantwoorden van vragen van klanten en doorverwijzen naar leidinggevende of collega’s bij meer complexere vragen | • Correctheid van antwoorden • Mate van beleefdheid • Tevredenheid over verleende service aan klanten • Mate van naleving veiligheidseisen |
Kassabeheer | • Bedrijfsklaar maken van de kassa, aanvullen van kassarollen • I.o.m. directe leidinggevende sluiten en overdragen van de kassa | • Beschikbaarheid van kassa • Juistheid van kasafsluitingen en overdracht |
42
43
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Verzorgde en gepresenteerde producten en winkel- / bedrijfsruimte | • Verzorgen van bloemen en planten, water geven, snijden, alertheid op versheid en verwerken van materialen • Inpakken, neerzetten en prijzen van producten • Schoon en representatief houden van de winkel/bedrijfsruimte, bijvullen van schappen, herschikken en verschuiven van producten | • Tijdigheid van verzorging en verwerking • Aanblik van verzorgde en verwerkte producten • Juistheid van prijzen • Xxxxxxxx en representativiteit van winkel-/ bedrijfsruimte |
Afgehandelde klachten | • Afhandelen van standaardklachten volgens geldende werkwijze en gebruik. Overleggen met of doorverwijzen naar direct leidinggevende bij complexere of omvangrijkere klachten | • Juistheid van afhandeling |
Ontvangen producten | • Ontvangen, controleren en verwerken (uitpakken, neerzet- ten, prijzen) van binnenkomende producten • Signaleren van onvolkomenheden en melden aan directe leidinggevende | • Accuraatheid van controles • Correctheid van ontvangst en verdere verwerking |
Verrichte kassawerk- zaamheden | • Bedienen van de kassa, volgens instructies • Bedrijfsklaar maken van de kassa, aanvullen van kassarollen e.d. • Afrekenen van producten, verwerken van retouren en emballage • I.o.m. directe leidinggevende sluiten en overdragen van de kassa, tellen van kasgeld en bespreken van kassaverschillen | • Beschikbaarheid van kassa • Juistheid van afrekenen • Juistheid van kasafsluitingen en overdracht |
Verkoper/binder
Functiegroep: schaal C
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
• Geeft leiding aan: niet van toepassing
Functiedoel
Verlenen van service aan klanten, verkopen van producten en uitvoeren van diverse voorkomende winkelwerkzaamheden a.d.h.v. aanwijzingen en onder toezicht.
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Eenzijdige houding en belasting a.g.v. repeterende handelingen en schoonmaakwerk. Hinder van kou en tocht. Kans op handletsel
x.x.x. xxxxxxx.
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Verleende service en verkoopbare producten | • Ontvangen en te woord staan van klanten, uit oogpunt van serviceverlening en verkoopbaar product met in acht name van de veiligheidseisen • Opnemen van bestellingen • Informeren van klanten en adviseren over mogelijkheden rekening houdend met de wensen van de klant t.a.v. prijs, smaak/stijl en soort gelegenheid • Samenstellen van verkoopbare bloemstukken en boeketten rekening houdend met seizoen, houdbaarheid en prijsklassen • Berekenen van een verkoopprijs voor het gemaakte bloemstuk of boeket | • Juistheid van verleende service aan klanten • Correcte bestellingaanname • Juistheid van informatie en adviezen • Verkoopbaarheid van producten • Juistheid van prijsberekeningen • Mate van naleving veiligheidseisen |
44
45
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
• Berekenen van een verkoopprijs rekening houdend met marges, aantallen, grootte van de opdracht en specifieke klantvraag • In voorkomende situaties begeleiden en/of instrueren van (nieuwe) collega’s en stagiaires bij verkoop- werkzaamheden | ||
Verzorgde en gepresenteerd assortiment en winkel/-bedrijfsruimte | • Mede samenstellen van het assortiment o.b.v. formule- uitgangspunten en gesignaleerde trends • Verzorgen van winkelpresentaties voor een toegewezen thema • Beoordelen van versheid en/of kwaliteit van producten en besluiten tot al dan niet verwijderen • Handhaven van een verzorgde en representatieve aanblik van assor- timent en winkel/bedrijfsruimte • Mede toezien op de verzorging van bloemen en planten door collega’s en eventueel geven van instructies of corrigeren • E.e.a. op basis van aanwijzingen en/of i.o.m. de leidinggevende | • Mate van bijdrage aan een eigentijds assortiment • Mate van naleving formule- uitgangspunten • Conformiteit van winkel- presentaties aan thema • Aanblik van assortiment • Orde, netheid en representativiteit van winkel/ bedrijfsruimte |
Afgehandelde klachten | • Afhandelen van complexere en omvangrijkere klachten, evt. in overleg met leidinggevende. Terugkoppelen van de uitkomst en afhandeling richting klant | • Juistheid van oordeelsvorming over aard en oorzaak van de klacht • Tijdigheid van klachtafhandeling • Zorgvuldigheid van afwegingen bij klachtafhandeling |
Vaktechnisch verkoper/binder
Functiegroep: schaal D
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
• Geeft leiding aan: niet van toepassing
Functiedoel
Verlenen van service aan klanten, verkopen van producten en o.b.v. aanwijzingen
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
bijdragen aan een verkoopbaar assortiment en representatieve winkel conform de formule-uitgangspunten.
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Hinder van kou en tocht. Kans op handletsel
x.x.x. xxxxxxx.
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Verleende service en verkoopbare producten | • Ontvangen en te woord staan van klanten, uit oogpunt van service- verlening, verkoopbaar product met in acht name van de veiligheidseisen • Informeren en doorvragen naar de klantwensen; uitleg geven aan klanten bij inhoudelijke/specifieke klantvragen • Adviseren over mogelijkheden rekening houdend met de wensen van de klant t.a.v. prijs, smaak/stijl en soort gelegenheid • Samenstellen van verkoopbare bloemstukken, boeketten, bloem- werken en plantarrangementen voor zowel binnen als buiten rekening houdend met vakinhoudelijke aspecten (o.m. licht, ruimte, samenstellingen/ combinaties, verzorging), assorti- ment, seizoen en prijsklassen | • Mate waarin adviezen omgezet worden in een koopbeslissing • Aanwezigheid van vakinhoudelijke kennis • Verkoopbaarheid van producten • Juistheid van prijsberekeningen • Tevredenheid over begeleiding van medewerkers • Mate van naleving veiligheidseisen |
46
47
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
• Aanspreekpunt voor derden bij afwezigheid van leidinggevende • E.e.a. op aanwijzingen van de leidinggevende | ||
Verleende service en verkoopbare producten | • Verrichten van alle voorkomende werkzaamheden t.b.v. service- verlening en verkoopbaar product met in acht name van de veiligheidseisen • Opstellen van offertes a.d.h.v. de klantvraag en ter goedkeuring voorleggen aan leidinggevende • Berekenen van een verkoopprijs en maken van leveringsafspraken met de klant | • Acceptatie van offertes door leidinggevende en klanten • Juistheid van prijzen en leveringsafspraken • Tevredenheid over verleende service aan klanten • Verkoopbaarheid van producten • Mate van naleving veiligheidseisen |
Allround/coördinerend medewerker
Functiegroep: schaal E
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
• Geeft leiding aan: enkele medewerkers (vaktechnisch of functioneel)
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Functiedoel
Uitvoeren van bedrijfsmatige ondersteunende werkzaamheden en aansturen van de winkelwerkzaamheden
e.e.a. conform de formule-uitgangspunten.
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Hinder van kou en tocht. Kans op handletsel
x.x.x. xxxxxxx.
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Vaktechnische aansturing | • Geven van aanwijzingen en instructies; coachen en begeleiden van medewerkers • Verdelen van het werk, uitoefenen van toezicht en bewaken van de voortgang • Oplossen van problemen die niet door medewerkers kunnen of mogen worden opgelost, nemen van corrigerende maatregelen | • Juiste en tijdige werkuitvoering door medewerkers |
Bedrijfsmatige ondersteuning | • Verzorgen van de winkeladministratie • Toezicht houden op de toepassing werkwijzen en procedures (o.m. klachten- en administratieve procedures) • Zorgdragen voor de in ontvangst name en opslag van producten in het magazijn, rekening houdend met benutting magazijnruimte • Mede toezien op een verzorgde en representatieve winkel- en bedrijfsruimte | • Tevredenheid over de ondersteuning • Juistheid van gevoerde administratie • Mate van toezicht op naleving werkwijzen en procedures • Doelmatig magazijngebruik (ordelijkheid, overzichtelijkheid, traceerbaarheid producten) |
48
49
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
• Doen van gerichte aanpassingen aan bestaande productassortiment • Ontwerpen/creëren van nieuwe verkoopbare productcombinaties • Aanpassen van de winkelruimte/ bedrijfsruimte aan het idee (etaleren, stileren) | ||
Verzorgde en gepresenteerd assortiment en winkel-/bedrijfsruimte | • In stand houden of verbeteren van de uitstraling van de winkel • Doen van aanpassingen of vernieuwingen aan productenassortiment • Herinrichten van etalages en winkelruimte/bedrijfsruimte • Creatief benutten van materialen en producten | • Uitstraling winkel • Effectiviteit van aanpassingen • Vernieuwingsgehalte • Toegevoegde waarde materiaal en productgebruik |
Vaktechnische aansturing | • Geven van instructies en aanwijzingen aan toegewezen medewerkers • Controleren en corrigeren van werkzaamheden bij onvolkomenheden | • Juiste en tijdige werkuitvoering door medewerkers |
Vakspecialist
Functiegroep: schaal E
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer of bedrijfsleider
• Geeft leiding aan: enkele medewerkers (in projectverband, vaktechnisch of functioneel)
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Functiedoel
Verrichten van specialistische werkzaam- heden die bijdragen aan de totstandkoming, handhaving of verbetering van de gewenste winkelformule.
Werkgerelateerde bezwaren
Uitoefenen van kracht bij het tillen/verplaatsen van materialen van uiteenlopend gewicht.
Hinder van kou en tocht. Kans op handletsel
x.x.x. xxxxxxx.
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Ingebrachte vakkennis/ expertise | • Bespreken met en adviseren van de leidinggevende over trends, markt- ontwikkelingen en de relevantie hiervan voor de eigen winkel • Suggesties doen voor totstand- koming, handhaving of aanpassing van formule-uitgangspunten, klantconcepten • Bedenken van ideeën of thema’s ter bevordering van het winkelimago en doelgroepenaansluiting | • Relevantie van gesignaleerde ontwikkelingen/trends • Uitvoerbaarheid van ideeën of thema’s • Mate van aansluiting van ideeën of thema’s bij winkelimago of doelgroep(en) |
Uitgevoerde ideeën | • Ten uitvoer brengen van ideeën of thema’s hierbij ook gebruikmakend van suggesties van collega’s • Selecteren van materialen en/of producten na gedegen onderzoek (bezoeken beurzen, leveranciers, raadplegen vakliteratuur, internet) • Selecteren en bestellen van materialen en producten na overleg met de leidinggevende | • Juistheid van selectie materialen en/of producten • Effectiviteit van aanpassingen • Vernieuwingsgehalte en verkoopbaarheid van producten • Mate waarin het idee/thema tot uitdrukking komt in de winkel |
50
51
Bedrijfsleider
Functiegroep: F
Functiedoel
Beheren van de vestiging conform formule-
Vervolg Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
Resultaatgebieden Kernactiviteiten Resultaatcriteria
Positie in de organisatie
• Rapporteert aan: ondernemer/ winkeleigenaar
• Geeft leiding aan: enkele medewerkers (hiërarchisch)
Resultaatgebieden | Kernactiviteiten | Resultaatcriteria |
Bijdrage aan opgesteld vestigingsplan | • Leveren van input aan de ondernemer t.b.v. het opstellen van het vestigingsplan • Informatie aanleveren t.b.v. de budgettering | • Inhoudelijke onderbouwing van de bijdrage |
Gerealiseerd vestigingsplan | • Samenstellen van het assortiment • Bewaken van de productenpresentatie en winkelverzorging volgens formule- uitgangspunten en bijbehorende richtlijnen • Onderkennen van trends, ontwik- kelingen en kostenverloop en hierop anticiperen • Organiseren en (laten) uitvoeren van verkoopbevorderende activiteiten, presentaties en acties • (laten) Bestellen van producten afgestemd op de omloopsnelheid in de winkel; maken van prijsafspraken met leveranciers • Openen en sluiten van de vestiging, (mede) opvolgen van alarmmeldingen • Mede uitvoeren van de winkelwerk- zaamheden | • Verkoopbaarheid assortiment • Orde, netheid en represen- tativiteit van de winkel • Juistheid van presentatie • Beschikbaarheid van producten • Mate van verkoopstimule- rende activiteiten |
Resultaatverwachtingen/Functionele activiteiten
uitgangspunten en realiseren van de gestelde verkoopdoelstellingen.
Werkgerelateerde bezwaren
Hinder van kou en tocht.
Kans op handletsel a.g.v. snijden.
Verleende service
Beheerde administratie
Presterende medewerkers
• Te woord staan van klanten, verle- nen van service aan de klant conform formule-uitgangspunten
• Informeren en adviseren van klanten
m.b.t. het assortiment van de vestiging
• Afhandelen van klachten en problemen
• Bijhouden van de winkeladministratie, voorraadadministratie en personeels- administratie
• Bewaken van de uitgaven/kosten
• Voeren van teamoverleg
• Verzorgen van de personeelsbezetting
• Plannen en verdelen van werkzaamheden
• Toezicht houden op en controleren van de dagelijkse werkzaamheden
• Toezien op de correcte uitvoering van voorschriften op het gebied van kwaliteit, veiligheid, huisregels, Arbo- en milieu
Behartigen van personele aangelegenheden:
• Motiveren van medewerkers en bevorderen van een goede werksfeer
• Stimuleren en coachen van medewerkers o.a. ten aanzien van persoonlijke ontwikkeling
• Houden van functionering- en beoordelingsgesprekken
• Begeleiden van medewerkers bij ziekte
• Verlenen van toestemming voor het opnemen van verlof
• (laten) Opleiden van medewerkers
• Mede voeren van werving-, selectie- en ontslaggesprekken
• Tevredenheid over ver- leende service aan klanten
• Juistheid van informatie en advies
• Actualiteit en volledigheid van administratie
• Inzichtelijkheid en juistheid van voorraadgegevens
• Doelmatige werkverdeling
• Mate van toezicht
• Beschikbaarheid en kwaliteit van medewerkers
• Motivatie van medewerkers
• Werkrealisatie door medewerkers
52
53
Bijlage 2
SALAPISGEBOUW PEP 1 JAHUAPI 2020
Hieronder staat het salarisgebouw per 1 januari 2020. Het salarisgebouw wordt per 1 juli 2020, per 1 januari 2021, per 1 juli 2021, per 1 januari 2022 en per 1 juli 2022 aangepast. Zie de website van VBW of AVV voor de meest actuele versie van het salarisgebouw.
Hieronder staat het salarisgebouw per 1 juli 2020. Het salarisgebouw wordt per 1 januari 2021, per 1 juli 2021, per 1 januari 2022 en per 1 juli 2022 aangepast. Zie de website van VBW of AVV voor de meest actuele versie van het salarisgebouw.
Salarisgebouw per 1 januari 2020
Maandloon 38 uur, incl. 1,1% stijging groep A
Salarisgebouw per 1 juli 2020
Maandloon 38 uur, incl. correctie pensioen en stijging per 01-01-2020 incl. verhoging per 01-07-2020
Leeftijd | groep A | groep B | groep C | groep D | groep E | groep F |
15 | 503,63 | 519,57 | - | - | - | - |
16 | 579,19 | 597,50 | 604,08 | - | - | - |
17 | 663,12 | 684,10 | 691,62 | - | - | - |
18 | 839,36 | 865,95 | 875,47 | 885,00 | - | - |
19 | 1.007,24 | 1.039,14 | 1.050,57 | 1.062,00 | - | - |
20 | 1.342,98 | 1.385,52 | 1.400,76 | 1.416,00 | 1.431,24 | - |
21 | 1.678,81 | 1.731,89 | 1.750,94 | 1.770,00 | 1.789,05 | - |
Prestatie 0 | 1.678,80 | 1.731,89 | 1.750,94 | 1.770,00 | 1.789,05 | 1.821,46 |
Prestatie 1 | 1.678,80 | 1.740,56 | 1.768,63 | 1.799,82 | 1.896,52 | 2.143,99 |
Prestatie 2 | - | 1.748,88 | 1.785,27 | 1.827,90 | 1.931,87 | 2.184,54 |
Prestatie 3 | - | 1.757,19 | 1.801,90 | 1.855,97 | 1.967,23 | 2.225,09 |
Prestatie 4 | - | 1.765,51 | 1.818,54 | 1.884,05 | 2.002,58 | 2.265,64 |
Prestatie 5 | - | 1.773,83 | 1.835,18 | 1.912,12 | 2.037,93 | 2.306,19 |
Prestatie 6 | - | 1.782,15 | 1.851,81 | 1.940,19 | 2.073,28 | 2.346,74 |
Prestatie 7 | - | - | 1.868,45 | 1.968,27 | 2.108,63 | 2.396,65 |
Prestatie 8 | - | - | 1.885,09 | 1.996,34 | 2.143,99 | 2.429,92 |
Prestatie 9 | - | - | - | - | 2.179,34 | 2.464,23 |
Leeftijd | groep A | groep B | groep C | groep D | groep E | groep F |
15 | 511,69 | 533,69 | - | - | - | - |
16 | 588,46 | 613,74 | 620,49 | - | - | - |
17 | 673,73 | 702,69 | 710,42 | - | - | - |
18 | 852,79 | 889,48 | 899,26 | 909,05 | - | - |
19 | 1.023,35 | 1.067,38 | 1.079,12 | 1.090,86 | - | - |
20 | 1.368,23 | 1.427,60 | 1.443,48 | 1.459,35 | 1.475,23 | - |
21 | 1.714,29 | 1.788,46 | 1.808,31 | 1.828,15 | 1.848,00 | - |
Prestatie 0 | 1.714,29 | 1.788,46 | 1.808,31 | 1.828,15 | 1.848,00 | 1.881,77 |
Prestatie 1 | 1.714,29 | 1.797,49 | 1.826,73 | 1.859,23 | 1.959,97 | 2.217,78 |
Prestatie 2 | - | 1.806,15 | 1.844,07 | 1.888,48 | 1.996,80 | 2.260,03 |
Prestatie 3 | - | 1.814,82 | 1.861,40 | 1.917,73 | 2.033,63 | 2.302,27 |
Prestatie 4 | - | 1.823,48 | 1.878,73 | 1.946,97 | 2.070,46 | 2.344,52 |
Prestatie 5 | - | 1.832,15 | 1.896,06 | 1.976,22 | 2.107,29 | 2.386,77 |
Prestatie 6 | - | 1.840,82 | 1.913,39 | 2.005,47 | 2.144,12 | 2.429,01 |
Prestatie 7 | - | - | 1.930,72 | 2.034,72 | 2.180,95 | 2.481,01 |
Prestatie 8 | - | - | 1.948,06 | 2.063,96 | 2.217,78 | 2.515,67 |
Prestatie 9 | - | - | - | - | 2.254,61 | 2.551,42 |
54
55
Bijlage 3
OvEPGAHGSPEGELIHGEH
A. Overgangsregeling vervallen arbeidstijdverkorting
1. Met ingang van 1 april 2000 kun je als werknemer geen aanspraak meer maken op Arbeidstijdverkorting.
2. Als je als werknemer een individuele arbeidsovereenkomst hebt van na 1 april 2000, waaruit blijkt dat je nog aanspraak maakt op roostervrije dagen, dan gelden lid 3 tot en met 5 van dit artikel.
3. De werkgever stelt in overleg met de werknemer aan het begin van het jaar een rooster op waarin voor elk van zijn werknemers de dagen of halve dagen zijn aangegeven, waarop hij roostervrij heeft.
Als de werknemer ziek is of anderszins niet in staat is zijn roostervrije dag, of halve dag op te nemen, kan hij geen aanspraak maken op een vervangende roostervrije dag, of halve dag.
4. In overleg tussen werkgever en werknemer(s) kan van de in lid 3 vermelde systematiek van roosteren worden afgeweken.
5. Als het bedrijfsbelang het noodzakelijk maakt dat op roostervrije dagen wordt doorgewerkt, kan in overleg tussen werkne- mer en werkgever gekozen worden voor het verschuiven naar een andere datum.
B. Overgangsregeling Behoud Diplomatoeslag
1. Als je op 30 april 2015 bij je werkgever in dienst was én werknemer was in de zin van deze cao én recht had op een Diplomatoe- slag van 2% van je bruto salaris, voor een in het verleden gehaald vakdiploma, behoud je het recht op deze Diplomatoeslag.
C. Overgangsregeling Behoud leeftijdsverlofdagen voor werknemers die op 1 mei 2015 50 jaar of ouder waren
1. Als je op 1 mei 2015 bij je werkgever in dienst was én werknemer was in de zin van deze cao én de leeftijd had bereikt van:
• 50 jaar, behoud je recht op 2 extra leeftijdsverlofdagen
• 55 jaar, behoud je recht op 3 extra leeftijdsverlofdagen
• 60 jaar, behoud je recht op 4 extra leeftijdsverlofdagen
2. Het genoemde aantal leeftijdsverlofdagen geldt per jaar met behoud van loon.
3. De genoemde aantallen zijn gebaseerd op een fulltime dienstverband.
4. Deeltijdwerkers ontvangen de leeftijds- verlofdagen naar rato.
56 57
Bijlage 4
HAHDLEIDIHG JAAPGESPPEK EH BEOOPDELIHG
• Bereid het gesprek goed voor. Kijk hoe iemand werkt in de praktijk en als je vindt dat je dat zelf onvoldoende kan beoordelen, betrek dan iemand die dit wel kan bij de voorbereiding.
• Het jaargesprek met de beoordeling wordt gevoerd met de checklist. Deel A is een terugblik op het afgelopen jaar, deel B is een vooruitblik op het komende jaar.
duidelijk wordt aangegeven wat de reden hiervan is. Daarnaast moeten dan afspraken worden gemaakt over wat de werknemer het komende jaar concreet gaat doen (welke acties/gedragingen) om aan verbetering
te werken en hoe de leidinggevende en werknemer er samen voor gaan zorgen dat dit het volgende jaar niet opnieuw gebeurt. Zie verder de toelichting onder het kopje
‘Eindoordeel’.
Aanwijzingen voor leiding- gevende en werknemer
Vaststelling van de juiste functiebeschrijving
Vaststelling van de juiste functiebeschrijving In de cao zijn functiebeschrijvingen opge- nomen (zie bijlage 1). De jaarcyclus start met het bespreken en vaststellen van de functiebeschrijving met de werknemer. Als er gemotiveerd kan worden aangegeven
dat de werknemer gedurende een langere periode (>6 maanden) een groot deel van de werkzaamheden uit een hogere functie
heeft uitgevoerd en ook de daarbij behorende verantwoordelijkheden/bevoegdheden had, kan een andere functiebeschrijving worden vastgesteld.
Het jaargesprek en de beoordeling
Ondernemers en werknemers in de bloe- menwinkels maken samen de onderneming. Voor de ontwikkeling en verbetering van de onderneming is het daarom belangrijk om goed contact met elkaar te hebben, ook als het maximum van de salarisschaal voor de
betrokken werknemer inmiddels is bereikt. In het jaargesprek ga je als leidinggevende en werknemer met elkaar in gesprek over ontwikkelingen in de onderneming en bij de werknemer. Een belangrijk doel van het gesprek is niet alleen het beoordelen van het functioneren van de werknemers, maar positieve betrokkenheid bij elkaar.
Uitgangspunten voor de beoordeling en het jaargesprek
• Jaargesprekken worden gehouden met alle werknemers van de onderneming, dus zowel met voltijd als deeltijd werknemers. De leidinggevende plant de gesprekken in (in ieder geval éénmaal per jaar).
• Zorg ervoor dat de periode tussen het uit- nodigen van de werknemer en het moment van het gesprek zelf minimaal 1 week is. De werknemer heeft dan de tijd zich goed voor te bereiden op het gesprek. De leiding- gevende kan ervoor kiezen de werknemer ook zelf de checklist in te laten vullen, maar het jaargesprek start altijd eerst met de ingevulde checklist van de leidinggevende.
• De beoordeling vindt plaats op een aantal onderdelen van het functioneren, zie de tabel in deel A. Elke onderneming is anders, dus de norm kan per onderwerp verschillen per aard van de onderneming. Onderaan
in de tabel kunnen nog extra onderwerpen worden toegevoegd die de leidinggevende belangrijk vindt. Sommige onderwerpen zijn misschien belangrijker dan andere onderwerpen. Dit kan worden aangege- ven in de kolom ‘weging’ in de tabel. Dit betekent dat er bij de beoordeling extra wordt gekeken naar deze onderwerpen (of
juist minder). De onderwerpen en eventuele weging zijn afhankelijk van de functie, mogelijk ook van de persoon (hebben werknemers dezelfde functie, dan worden zij beoordeeld op dezelfde onderwerpen).
Bij de beoordeling kan rekening worden gehouden met dat iemand nog kort in dienst is, of andere punten. Enkele scores onder de norm, kunnen toch tot een eindoordeel ‘op de norm’ leiden, als de leidinggevende in het algemeen tevreden is over het func- tioneren. Een eindoordeel ‘onder de norm’ kan worden gegeven als in de toelichting
• De leidinggevende zorgt er dus voor dat de werknemer vooraf weet op welke onderdelen hij/zij wordt beoordeeld en
welke onderdelen zwaarder/lichter kunnen wegen. Eventueel verbeterpunten in het functioneren van een werknemer worden al zoveel als mogelijk tussentijds, gedurende het jaar met een werknemer besproken.
Wanneer het erop gaat lijken dat een werk- nemer ‘onder de norm’ gaat vallen, worden afspraken met de werknemer gemaakt over wat hij/zij moet doen om het functioneren te verbeteren, om zoveel als mogelijk te voorkomen dat aan het einde van het jaar sprake is van een beoordeling ‘onder de norm’. Omdat dit afspraken zijn tijdens een voortgangsgesprek worden deze afspraken schriftelijk vastgelegd. Dit kan op de check- list, of op een eigen papier. Belangrijk: de uitkomst van de beoordeling mag uiteinde-
xxxx geen verrassing zijn voor de werknemer.
58
59
• Naast het jaarlijkse gesprek is het aan te raden om als leidinggevende tussentijds ten minste één voortgangsgesprek met elke werknemer te voeren waarin kort wordt besproken hoe het gaat. Een werknemer kan ook altijd zelf hier om vragen.
• Wanneer het jaargesprek niet plaats vindt en dit niet ligt aan de werknemer, dan is de beoordeling automatisch ‘op de norm’.
• Is een werknemer het niet eens met de uitkomst van de beoordeling, dan proberen leidinggevende en werknemer dit eerst samen op te lossen. Lukt dit niet, dan is er de mogelijkheid om gespreksondersteuning aan te vragen. Neem hiervoor contact op met de CAO-helpdesk.
60 61
Formulier jaargesprek en beoordeling
Naam : Functie (volgens beschrijving bijlage 1 cao) : Leidinggevende :
Jaar :
Datum jaargesprek :
A. Terugblik: de beoordeling van het functioneren gedurende het afgelopen jaar
De beoordeling start altijd met de vraag hoe de werknemer vindt dat het het afgelopen jaar is gegaan. Daarna worden de scores bekeken van de beoordeling. De beoordeling op de verschillende onderwerpen en de mate waarin de afspraken van het afgelopen jaar zijn nagekomen, leiden tot één eindoordeel over het functioneren in het afgelopen jaar. Het oordeel over het functioneren wordt uitgedrukt in:
Boven de norm: het functioneren ligt op bijna alle elementen boven het vereiste niveau van de functie;
Op de norm: het functioneren is op het vereiste niveau;
Onder de norm: er zijn aandachtspunten waardoor het functioneren (nog) niet op het vereiste niveau is. De weging kan zijn: Licht (L), Normaal (N) of Zwaar (Z), vul in de kolom ‘weging’ in wat van toepassing is.
Resultaatgebieden (voor zover van toepassing, indien nodig extra onderwerpen toevoegen) | Beoordeling norm* | Weging | Toelichting |
Productkennis Verzorging producten, parate kennis productinformatie | boven/op/onder | L / N / Z | |
Vaktechniek Kwaliteit bloemwerk, creativiteit, innovatief e.d. | boven/op/onder | L / N / Z | |
Klantgericht handelen Klantbehandeling, service, vragen/ klachtenafhandeling, verkoop/kassa- afhandeling, klantvriendelijkheid e.d. | boven/op/onder | L / N / Z | |
Uitstraling winkel Oog voor representativiteit winkel (binnen/buiten), | boven/op/onder | L / N / Z |
1. Beoordeling functie-uitvoering
Resultaatgebieden (voor zover van toepassing, indien nodig extra onderwerpen toevoegen) | Beoordeling norm * | Weging | Toelichting |
Representativiteit Persoonlijke verzorging e.d. | boven/op/onder | L / N / Z | |
Werkhouding Werktempo, initiatief tonen, meedenken, verantwoordelijkheid, ondernemend, e.d. | boven/op/onder | L / N / Z | |
Samenwerking met team | boven/op/onder | L / N / Z | |
Samenwerking met leidinggevende | boven/op/onder | L / N / Z | |
Leidingeven | boven/op/onder | L / N / Z | |
boven/op/onder | L / N / Z | ||
boven/op/onder boven/op/onder | L / N / Z L / N / Z |
* Maak vooraf helder en leg vast wat de norm is voor functioneren boven/op/onder nivo.
De ‘mogelijke vragen’ hieronder kun je gebruiken bij het gesprek. Het is niet noodzakelijk om deze per vraag af te werken. Je kunt ze gebruiken als ondersteuning.
Mogelijke vragen:
• Xxxxx taken voer je graag en gemakkelijk uit? Met welke taken heb je meer moeite?
• Xxxxxx op dit moment jouw kennis, ervaring, en talenten op de beste wijze ingezet? Waarom wel/niet?
• Waar ben je het meest trots op van de dingen die je het afgelopen jaar hebt gedaan?
• Hoe zou je nog beter kunnen functioneren, wat is daarvoor nodig en belangrijk?
• Voel je je voldoende gewaardeerd/gesteund door je leidinggevende? Wat zou beter kunnen?
62
63
Beoordeling eerder afgesproken doelstellingen/afspraken
In het eerder gehouden jaargesprek zijn een aantal (ongeveer 2-4) concrete doelstellingen/afspraken gemaakt. In dit onderdeel van het gesprek wordt geëvalueerd hoe het is gegaan.
Evaluatie doelstellingen en gemaakte afspraken voor het afgelopen jaar:
Omschrijving doelstelling | Wegingsfactor | Beoordeling | Toelichting |
Boven/op/onder norm | |||
Boven/op/onder norm | |||
Boven/op/onder norm | |||
Boven/op/onder norm |
•
•
2. Eindoordeel:
De beoordeling op de verschillende onderdelen leidt tot een eindoordeel over het functioneren over het jaar. De wijze waarop van alle oordelen tot een eindoordeel wordt gekomen, is aan de leidinggevende.
Boven de norm | Op de norm | Onder de norm | Toelichting |
3. Ondertekening
Handtekening medewerker Handtekening leidinggevende Voor gezien: wel/niet
Datum: Datum:
B. Vooruitblik: Afspraken voor het komende jaar
In het tweede deel van het jaargesprek bespreek je samen de verwachte ontwikkeling van de functie/ werkzaamheden van de medewerker gedurende het komende jaar, maar ook van de winkel zelf.
1. Verwachte ontwikkelingen voor het komende jaar
Mogelijke vragen:
• Over welke punten binnen jouw eigen ontwikkeling ben je tevreden? Aan welke ontwikkelpunten zou je nog meer aandacht willen besteden?
• Vervul je de taken binnen dit bedrijf die je het liefst wil doen? En zo nee, welke taken wil je liever uitvoeren of naast jouw huidige functie uitvoeren?
1.a. Doelstellingen en afspraken voor het komende jaar
•
•
2. Duurzame inzetbaarheid: welke acties zijn het komende jaar nodig om de werknemer voor de langere termijn goed inzetbaar te houden?
Mogelijke vragen:
• Op welke wijze wens je jouw talenten te ontwikkelen (opleiding, projecten, leren op de werkplek)?
• Als je de komende jaren in je huidige functie wilt blijven: welke veranderingen verwacht je in de toekomst in je functie en in hoeverre ben je hier op voorbereid?
• Wat verwacht je van je leidinggevende bij jouw persoonlijke ontwikkeling? Welke rol kan je leidinggevende hierin vervullen?
• Verwacht je komend jaar een wijziging in je privé omstandigheden (gewijzigde gezinssituatie, zorgtaken e.d.) die invloed zal hebben op je werk?
•
•
64
65
3. Benodigde scholing en opleiding: welke acties zijn het komende jaar nodig voor persoonlijke ontwikkeling van de werknemer
in zijn functie?
Mogelijke vragen:
• Is extra scholing/training relevant voor jouw functioneren? Zo ja, op welke gebieden?
• Hoe zou je dit willen inpassen?
• Wil je gebruik maken van het persoonlijk scholingsbudget en/of van het persoonlijk betaald studieverlof?
•
•
Gemaakte afspraken over scholing:
•
•
4. Overige afspraken: aanvullende afspraken kunnen hier worden genoteerd. Onderwerpen die in ieder geval aan de orde komen zijn:
• Wijze van uitbetalen vakantietoeslag: maandelijks/jaarlijks
• Inkoop extra verlofdagen: niet / wel, nl. (aantal dagen)
•
•
5. Ruimte voor opmerkingen naar aanleiding van het gesprek, zowel van werknemer als leidinggevende:
•
•
•
•
6. Ondertekening
Handtekening medewerker Handtekening leidinggevende Voor gezien: wel/niet
Datum: Datum:
Het formulier wordt, na ondertekening door beide partijen, opgenomen in het personeelsdossier van de medewerker. De medewerker ontvangt een kopie van het ondertekende document.
66
67
CAO-helpdesk: 0318-52 75 68 (keuze 1)
VBW
Xxxxxxxxxxxxx 00
0000 XX Xxx
CVAH
Xxxxxxxxx 0
AVV
Xxxxxxxxxxxxxxx 00-00
0000 XX Xxxxxxxxxxxx xxx.xxx.xx