CAO

Deze overeenkomst is van toepassing op de arbeidsverhouding tussen werkgever en werknemer, tenzij werkgever en werknemer daarvan schriftelijk uitdrukkelijk afwijken. Deze overeenkomst dient te worden gelezen als een minimumovereenkomst.

ARTIKEL 1 - Definities

Werkgever: Horticoop b.v. te Bleiswijk, vertegenwoordigd door haar bestuur en directie.

Werknemer: De werknemer, die voor onbepaalde tijd is aangenomen. de werknemer, die voor bepaalde tijd is aangenomen.

Vakbonden: De werknemersorganisaties zoals hiervoor genoemd.

Basisloon: Het kale bruto maandloon exclusief vakantiegeld, toeslag Horticoop, overwerk(toeslag), winstuitkering, feestdagentoeslag, onkostenvergoedingen, et cetera.

Uurloon: Uurloon is het maandloon plus eventuele toeslag Horticoop gedeeld door het aantal uren gebaseerd op een 38-urige werkweek.

Directie: De personen aan wie de dagelijkse leiding van de coöperatie is opgedragen.

ARTIKEL 2 – Arbeidsovereenkomst

1. Aan werknemer zal een schriftelijke arbeidsovereenkomst - voor bepaalde of voor onbepaalde tijd - worden uitgereikt, waarin onder verwijzing naar deze overeenkomst de met hem afzonderlijk overeengekomen voorwaarden zullen zijn neergelegd.

2. Werkgever en werknemer verplichten zich deze overeenkomst te goeder trouw na te komen. Werkgever zal ervoor zorgdragen, dat werknemer bij indiensttreding de overeenkomst uitgereikt krijgt.

3. Werknemer zal steeds de belangen van het bedrijf van werkgever zo goed mogelijk behartigen, ook indien daartoe geen nadrukkelijke opdracht is gegeven door of namens werkgever.

4. Werkgever en werknemer zijn beide verantwoordelijk voor de goede orde en de veiligheid in het bedrijf. Werknemer is verplicht de eigen veiligheid en die van anderen in acht te nemen, de door of namens werkgever gegeven voorschriften strikt op te volgen, veiligheidsmiddelen te gebruiken en voorgeschreven beveiligingen toe te passen.

5. Werknemer kan binnen redelijke grenzen gevraagd worden andere werkzaamheden te verrichten dan die verbonden aan de functie waarin hij/zij is aangesteld, ook ten behoeve van aan werkgever gelieerde vennootschappen, indien dit in het belang van werkgever door werkgever noodzakelijk wordt geacht en indien en voor zover zulks van werknemer wordt verlangd. Het waarnemen van een hogere functie geeft geen recht op salarisverhoging.

ARTIKEL 3 - Arbeidstijden

1. De normale arbeidsduur bedraagt 38 uur per week.

Op kantoor is bij een fulltime functie de minimale pauzeduur 3 kwartier per dag, waarvan een pauze van minimaal een half uur aaneengesloten. Overige fulltime werknemers hebben minimaal één uur pauze per dag, waarvan er een van minimaal een half uur aaneengesloten. Xxxxxx zijn voor rekening werknemer. Per (hoofd)locatie kan de indeling van de pauzes verschillen.

De werktijden, worden in overleg met werknemer vastgesteld. De openingstijden van de kantoren zijn vastgesteld op maandag t/m vrijdag tussen 08.00-17.15 uur. De dagspiegel ligt tussen 06.00 uur en 18.00 uur.

2. Werknemer, die in dienst is met een arbeidstijd van 40 uur, heeft recht op 104 roostervrije uren per jaar. Uitzonderingen gelden voor chauffeurs en magazijn- en vestigingsmedewerkers. Voor werknemers met een werktijd van minder dan 38 uur geldt, dat er geen roostervrije uren zijn. Tijdens arbeidsongeschiktheid vindt opbouw van roostervrije uren alleen plaats als het totaal aan uren (gewone uren plus re- integratie uren) 40 uren per week bedraagt.

Uitbetaling van de roostervrije uren is alleen mogelijk na akkoord van de directie. In geld uitbetaalde roostervrije uren is alsdan niet pensioengevend en vakantiegeldgevend. De opname van de roostervrije uren is onderdeel van de taakstellinggesprekken.

Van deze roostervrije uren kunnen door werkgever er 16 per afdeling worden ingevuld. De resterende roostervrije uren dienen jaarlijks vooraf per maand te worden ingeroosterd. Aan het eind van het jaar zullen resterende roostervrije uren komen te vervallen, mits het niet-opnemen van de roostervrije uren door toedoen van werkgever is veroorzaakt.

3. Op Sinterklaasavond, Kerstavond en Oudejaarsdag eindigt de arbeidstijd om 16.00 uur.

ARTIKEL 4 - Overwerk

1. Indien de in artikel 4 genoemde arbeidstijd door werknemer wordt overschreden, is er sprake van overwerk, mits dit overwerk werknemer door of vanwege werkgever is opgedragen en het een functie betreft, die voor vergoeding van overuren in aanmerking komt (zie artikel 4.6).

2. Werknemer heeft voor verricht overwerk recht op een vergoeding in de vorm van vrije tijd in een andere periode. Vergoeding van overwerk vindt plaats conform lid 3. Is het saldo van de overuren hoger dan 40 uur, dan geniet werknemer een vergoeding voor het overwerk op basis van zijn/haar uurloon, eveneens conform lid 3. Uitbetaling van het saldo boven de 40 uur vindt alsdan op eerste verzoek van werknemer bij zijn/haar leidinggevende plaats. Saldi boven de 200 uur worden of automatisch uitbetaald of kunnen op aangeven van werknemer worden aangewend ten behoeve van een storting in de levensloopregeling.

3. Overwerk wordt vergoed met de volgende toeslagen op de betreffende tijd, dan wel het uurloon:

a) Voor overuren binnen de dagspiegel, maandag t/m vrijdag tussen 06.00 en 18.00 uur.

• Overuren binnen de dagspiegel worden beloond met een toeslag van 15%.

• Het is aan de werknemer om te kiezen of hij/zij de uren, inclusief toeslag, uitbetaald wil zien respectievelijk wil laten omzetten in tijd voor tijd. Bij uitbetaling is lid 2 van toepassing.

b) Buiten de dagspiegel, tussen maandag 06.00 uur en zaterdag 13.00 uur geldt, voor zover onder a) niet anders is geregeld en met uitzondering van werknemers van de pompstations, vestigingen en Alflora voor de zaterdag tot 13.00 uur, een toeslag van 50%.

c) In het weekend tussen zaterdag 13.00 uur en maandag 06.00 uur geldt een toeslag van 100% m.u.v. het met de werknemers van de vestigingen en Alflora geregelde (bijlage 1).

d) Op algemeen erkende (christelijke) feestdagen en op Nieuwjaarsdag, voor zover deze niet op zondag vallen, geldt een toeslag van 150%.

4. Deeltijdwerkers krijgen voor extra uren (meeruren) tot maximaal 38 uur/week een toeslag van 20% uitbetaald, mits deze binnen de dagspiegel vallen. Vallen ze buiten de dagspiegel, dan zijn overurentoeslagen van toepassing zoals in artikel 4 lid 3 geregeld of in bijlage 1. Boven salarisschaal 9 kunnen geen meeruren worden gemaakt. Overuren (meer dan 38 uur/week) vallen onder de overurenregeling.

5. Werkgever zal een nader te regelen vergoeding verstrekken voor het gebruiken van maaltijden, indien zulks noodzakelijk wordt geoordeeld in verband met opgedragen overwerk. De vergoeding zal nimmer hoger zijn dan het bedrag, dat zonder inhouding van loonbelasting of premies mag worden betaald.

6. Directie- en MT-leden, vertegenwoordigers alsmede functionarissen, die in salarisgroep 9a of hoger zijn ingedeeld, komen niet in aanmerking voor enige vergoeding van overwerk.

ARTIKEL 5 - Kortverzuim/buitengewoon verlof met behoud van loon

Kort verzuim/buitengewoon verlof met behoud van loon

Onder kort verzuim en buitengewoon verlof wordt verstaan een korte, naar billijkheid te berekenen tijd wanneer werknemer, hetzij ten gevolge van de vervulling van een door wet of overheid, zonder geldelijke vergoeding, opgelegde verplichting, welke verplichting niet in zijn of haar vrije tijd kon geschieden, hetzij ten gevolge van zeer persoonlijke omstandigheden, verhinderd is zijn of haar arbeid te verrichten.

Met inachtneming van hetgeen wordt bepaald in artikel 7:629 BW zal werkgever in de navolgende gevallen van noodzakelijk werkverzuim aan werknemer zijn/haar loon doorbetalen, mits werknemer van het verzuim tijdig werkgever op de hoogte heeft gesteld:

1. a) bij overlijden van de echtgeno(o)t(e) of een tot het gezin behorend kind van werknemer: van de dag van overlijden tot en met de dag van de begrafenis/ crematie;

b) bij overlijden van een niet tot het gezin behorend inwonend kind, één der ouders of schoonouders, aangehuwde kinderen of pleegkinderen van werknemer: gedurende twee dagen;

c) bij ondertrouw van werknemer: gedurende één werkdag;

d) bij huwelijk van werknemer: gedurende twee werkdagen;

e) bij de bevalling van de echtgenote van werknemer twee dagen kraamverlof (adoptie hiermee gelijk te stellen) ;

f) navolgend, mits het op een werkdag valt:

- bijwonen van de huwelijksplechtigheid van een kind of pleegkind, ouders, schoonouders, broer, zuster, zwager of schoonzuster van werknemer;

- bij de viering van het 25-, 40- of 50-jarig dienstverband van werknemer;

- bij (-wonen van) de 25-, 40-, 50- of 60-jarige bruiloft van werknemer, diens ouders, grootouders of schoonouders;

- bijwonen van de professie van een kind, broer (zwager) of zuster (schoonzuster) of dan wel het bijwonen van de priesterwijding van een zoon of broer (zwager) ;

- bijwonen van de begrafenis/crematieplechtigheid van xxxxxxxxxx of grootouder van echtgeno(o)t(e), broer, zuster, schoonzuster of zwager van werknemer: gedurende één dag;

- indien aangewezen om de begrafenis/crematie van xxxxx of grootouder

xxx xxxxxxxx(o)t(e), broer, zuster, schoonzuster of zwager van werknemer te regelen: gedurende twee dagen;

g) vakexamens gedurende de werktijd: gedurende de tijd die daarvoor nodig is.

2. Duurzame samenlevingsvormen, welke in een notarieel samenlevingscontract zijn vastgelegd of dat de partners gedurende tenminste 6 maanden op hetzelfde adres staan ingeschreven, worden voor de toepassing van lid 1 met huwelijk gelijkgesteld.

3. Kortdurend zorgverlof, genaamd 10-daags zorgverlof, betreft het recht op verlof gedurende maximaal de arbeidsduur per week voor de noodzakelijke verzorging in verband met ziekte van echtgeno(o)t(e), partner, inwonend kind, pleegkind of (groot) ouders. Gedurende deze periode heeft werknemer recht op 70% van het loon, doch tenminste op het minimumloon.

Bij deze regeling moet aangetoond (kunnen) worden dat:

a. de noodzaak tot zorg er is;

b. er geen andere mogelijkheid is dan dat u deze zorg moet geven.

De wettelijke regeling – onder de volgende voorwaarden – wordt toegepast:

a) er moet een doktersverklaring kunnen worden overlegd;

b) de beoordeling van de aanvraag ligt bij Manager P&O, indien nodig samen met de leidinggevende.

4. Zonder uitdrukkelijke toestemming van werkgever is verzuim als bedoeld in dit artikel niet geoorloofd. Voor die gevallen, die niet of onduidelijk zijn geregeld, geldt als toetsingscriterium, dat men gegrond verhinderd is de arbeid te verrichten.

ARTIKEL 6 - Vakantie, vakantietoeslag en ouderschapsverlof

1. Het vakantiejaar loopt van 1 januari tot en met 31 december.

2. Met ingang van 2013 geldt met betrekking tot het vervallen van de wettelijke verlofuren een vervaltermijn van 6 maanden conform de wettelijke regeling. Voor verlofuren opgebouwd voor 1 januari 2013 geldt een vervaltermijn van 5 jaar.

3. Werknemer, die gedurende het gehele jaar in dienst is geweest, heeft recht op vakantie met behoud van loon gedurende 182,4 uur, indien hij/zij 18 jaar en ouder is, en 212,8 uur, indien hij/zij de leeftijd van 18 jaar op 1 juli van het lopende jaar nog niet heeft bereikt. Extra verlofuren i.v.m. dienstjaren en leeftijd:

- bij 10-jarig dienstverband of bereiken van de 45-jarige leeftijd: 7,6 extra verlofuren;

- bij 15-jarig dienstverband of bereiken van de 50-jarige leeftijd: 15,2 extra verlofuren;

- bij 20-jarig dienstverband of bereiken van de 55-jarige leeftijd: 22,8 extra verlofuren;

- bij 25-jarig dienstverband: 30,4 extra verlofuren;

- bij 30-jarig dienstverband of bereiken van de 60-jarige leeftijd: 38,0 extra verlofuren;

- bij het bereiken van de 62-jarige leeftijd: 45,6 extra verlofuren;

- bij het bereiken van de 63-jarige leeftijd: 53,2 extra verlofuren;

- bij het bereiken van de 64-jarige leeftijd: 60,8 extra verlofuren. Extra toegekende verlofuren kunnen voor de eerste maal naar rato worden opgenomen in de maand volgend op de maand, waarin het feit voorvalt, waaraan toekenning van extra verlofuren is gekoppeld.

4. Werknemers, die een parttime dienstbetrekking hebben, alsmede werknemers waarvan de dienstbetrekking in de loop van het jaar is aangevangen of geëindigd, hebben recht op een evenredig deel van de in lid 2 genoemde verlofuren.

5. Een dag, waarop werknemer arbeidsongeschikt is, geldt niet als verlof. Dit is ook van toepassing voor arbeidsongeschiktheid, die tijdens de aaneengesloten vakantie intreedt, mits de vereiste meldings- en controlevoorschriften in acht worden genomen, zoals in artikel 7 lid A-m van deze overeenkomst nader aangegeven.

Bij volledige of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid is werknemer verplicht om zo veel mogelijk van het jaarlijks toegekende verlof op te nemen.

6. De vakantietoeslag bedraagt op jaarbasis 8%, met voor werknemers van 22 jaar en ouder en op voltijdbasis een minimum vakantiegeld op basis van het jaarloon, genoten in de laatste 12 maanden voorafgaande aan 1 juni, exclusief overwerk en overwerktoeslag.

Per 1 oktober 2018 is dit bedrag vastgesteld op	€ 2.088,00
Per 1 januari 2020 is dit bedrag vastgesteld op	€ 2.150,64
Per 1 januari 2021 is dit bedrag vastgesteld op	€ 2.215,16

7. Vakantietoeslag wordt uiterlijk uitbetaald in de eerste week van juni.

8. De vakantie - en snipperuren worden na overleg tussen werknemer en werkgever opgenomen. De in een kalenderjaar opgebouwde vakantierechten dienen zoveel mogelijk in hetzelfde kalenderjaar opgenomen te worden. Leidinggevende zal, in overleg met werknemer, de mogelijkheden hiervoor realiseren. Van de opgebouwde vakantie(jaar)rechten dient tenminste 1 maal twee weken aaneengesloten opgenomen te worden. Mocht het door welke omstandigheden dan ook niet mogelijk zijn deze uren in hetzelfde kalenderjaar op te nemen, dan dienen deze zoveel als mogelijk in overleg met werknemer, in de eerste 4 maanden van het volgend kalenderjaar opgenomen te worden. Bij het afschrijven van verlofuren zullen eerst de oude rechten worden afgeschreven.

9. Werknemer heeft recht op ouderschapsverlof conform de wettelijke regeling.

ARTIKEL 7 - Arbeidsongeschiktheid

8.1 Indien werknemer ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten, gelden voor hem de bepalingen van artikel 7:629 BW, de Ziektewet, de Wet Arbeid en Zorg en de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA), voor zover hierna niet anders is bepaald.

A. Procedure ziekmelding en verzuimcontrole

a. Wanneer werknemer door ziekte of ongeval niet de aan hem opgedragen werkzaamheden kan verrichten, dient hij/zij dit zijn/haar leidinggevende te melden. Als deze onbereikbaar is, xxxxx werknemer zich bij de afdeling P&O. Dit dient te geschieden vóór 10.00 uur van de eerste ziektedag. Xxxxx werknemer tijdens werktijd ziek, dan geschiedt ziekmelding zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval vóór vertrek naar huis. Werknemer vermeldt bij de ziekmelding (voor zover mogelijk): de vermoedelijke duur van de ziekte, het verpleegadres en telefoonnummer.

b. Werknemer dient zich, afhankelijk van de klachten, zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 24 uur na ziekmelding in contact te treden met zijn/haar huisarts te stellen en de voorschriften van deze arts op te volgen.

c. De controle op en begeleiding van het ziekteverzuim is opgedragen aan een Arbodienst. Arbeidsongeschikte werknemer en leidinggevende worden door een casemanager begeleid gedurende het verzuimproces. De casemanager zorgt ervoor dat alle afspraken die de partijen dienen te maken in kader van de Wet Verbetering Poortwachter worden nageleefd. Zodra werknemer daartoe in staat is, dient hij/zij het werk te hervatten. Hij/zij meldt de werkhervatting bij zijn/haar werkgever. Werknemer mag dus niet wachten op een opdracht tot werkhervatting. Werknemer maakt afspraken met de leidinggevende over de werkhervatting,

werkaanpassing of werktijden. De bedrijfsarts adviseert. Zijn advies is niet bindend, wel zwaarwegend.

d. Na ziekmelding is het alleen toegestaan om het (verpleeg)adres te verlaten voor een bezoek aan de huisarts, medisch specialist of de bedrijfsarts of om het werk te hervatten, dit alles tenzij werknemer uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van arbodienst of bedrijfsarts heeft het (verpleeg)adres te verlaten. Werknemer dient in ieder geval gedurende een periode van drie weken na de ziekmelding op het (verpleeg)adres aanwezig te zijn 's ochtends tot 10.00 uur en 's middags van 12.00 uur tot 15.00 uur. Als de werknemer telefonisch bereikbaar is dan wordt de werknemer van de verplichting ontheven.

e. De arbodienst kan werknemer een Eigen Verklaring sturen. Werknemer is bij ontvangst verplicht deze in te vullen en per omgaande te retourneren.

f. In geval werknemer (tijdelijk) niet op het bij werkgever bekende adres verblijft, dient hij/zij aan zijn/haar werkgever en aan de arbodienst het (tijdelijke) nieuwe (verpleeg)adres door te geven, en wel onmiddellijk, dat wil zeggen uiterlijk binnen 24 uur, ook bij (tijdelijke) wijziging van het adres.

g. Gedurende de ziekte is het - tenzij hiervoor uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van bedrijfsarts is verkregen - niet toegestaan naar het buitenland te vertrekken. De werknemer is verplicht het vertrek naar het buitenland, om welke reden dan ook, te melden bij werkgever.

h. Als het ziektebeeld het toestaat, draagt werknemer, in overleg met de leidinggevende zorg voor opname van het jaarlijks toegekende tegoed aan verlof. Waar nodig vindt overleg met de bedrijfsarts plaats.

i. Aan een oproep om op het spreekuur te verschijnen dient werknemer gehoor te geven. Is werknemer daartoe niet in staat, dan dient hij/zij tevoren contact met de arbodienst op te nemen en zijn voorschriften op te volgen.

j. Werknemer dient te allen tijde de voorschriften van de bedrijfsarts op te volgen en controles mogelijk te maken. Dit laatste impliceert onder meer, dat werknemer de arbodienst in de gelegenheid stelt werknemer te bezoeken.

Werknemer dient ervoor zorg te dragen dat, indien hij/zij niet op het verpleegadres aanwezig is, de arbodienst kan vernemen waar werknemer wel is.

k. Werknemer dient zich tijdens zijn/haar ziekte zodanig te gedragen, dat zijn/haar genezing niet wordt belemmerd of vertraagd. Integendeel, werknemer is verplicht zijn/haar medewerking te verlenen aan al hetgeen zijn/haar genezing kan bespoedigen.

Werknemer is daarom onder meer gehouden mee te werken aan een medisch onderzoek door de bedrijfsarts.

Tevens is werknemer verplicht zijn/haar medewerking te verlenen aan nader medisch onderzoek door een specialist, indien de bedrijfsarts, (indien noodzakelijk) in overleg met de huisarts van werknemer, dit noodzakelijk acht.

l. Werknemer dient tijdens zijn/haar ziekte geen arbeid te verrichten, behalve voor zover het werkzaamheden betreft in het kader van arbeidstherapie, gedeeltelijke werkhervatting, werkaanpassing etc. of werkzaamheden waarvoor werknemer toestemming heeft gekregen van de bedrijfsarts in/na overleg met de werkgever.

m. Bij ziekmelding vanuit een vakantieadres in binnen- of buitenland geldt het hiervoor vermelde onverkort. Het verpleegadres met telefoonnummer dient gelijktijdig met de ziekmelding te worden verstrekt.

Daarenboven dient werknemer zich te wenden tot een arts en bij terugkeer thuis aan de bedrijfsarts een verklaring van deze arts over te leggen, waarin tenminste staat vermeld:

- datum consult;

- aard van de ziekte en eventuele (aanbevolen) behandeling;

- verwachte duur van de ziekte;

- of wel: wanneer werknemer in staat is (naar huis) te reizen. Werknemer dient na afloop van de vakantieperiode, zodra hij/zij hiertoe instaat is, naar zijn/haar huisadres terug te keren.

B. Deskundigenoordeel (second opinion)

Heeft de bedrijfsarts verklaard, dat werknemer in staat is zijn/haar werk geheel of gedeeltelijk te hervatten, dan dient werknemer daaraan gevolg te geven. Is werknemer het niet eens met deze verklaring, dan moet hij/zij zijn/haar bezwaren terstond (mondeling) aan de bedrijfsarts meedelen. De bedrijfsarts wijst de werknemer xxxxxxxxx en schriftelijk op de noodzaak om een deskundigenoordeel bij het UWV te vragen.

C. Informatieverstrekking

a. Met inachtneming van hetgeen onder het medisch beroepsgeheim valt, geeft de arbodienst relevante informatie door aan werkgever en de verzekeraar.

Hieronder zijn begrepen de gegevens, die ertoe hebben geleid, dat beoordeling en begeleiding niet mogelijk zijn geweest door toedoen van de betrokken werknemer.

b. Werknemer verstrekt die gegevens, die noodzakelijk zijn voor het verhaal van loondoorbetaling op derden, wanneer het ziekteverzuim is veroorzaakt door gedragingen van derden (bijvoorbeeld door een verkeersongeval waaraan een derde geheel of gedeeltelijk schuldig is).

D. Financiële gevolgen ter zake van arbeidsongeschiktheid.

1. a. Bij overtreding van een of meer van de in dit reglement vermelde voorschriften kan werkgever overgaan tot opschorting, conform artikel 7:629 BW van het loon van werknemer.

b. Elke overtreding van één van de voorgaande artikelen kan leiden tot een boete voor werknemer. Per overtreding bedraagt de boete een vrije dag (of een dag salaris). Het bedrag zal ten goede komen van de personeelsvereniging ten behoeve van het organiseren van een personeelsevenement. De verschuldigdheid van de boete staat los van het onder D.1a. vermelde.

2. a. Loondoorbetaling en/of aanvulling tijdens arbeidsongeschiktheid is als volgt:

* Eerste 52 weken loondoorbetaling tot 100%.

* Tweede 52 weken loondoorbetaling tot 70% met een voorwaardelijke aanvulling tot 100% mits werknemer voldoet aan de eisen in de Wet Poortwachter gesteld.

Na twee jaar arbeidsongeschiktheid kunnen zich de volgende situaties voordoen:

- Duurzaam volledig arbeidsongeschikt. Werknemer ontvangt een IVA-uitkering van 75%.

- Gedeeltelijk arbeidsongeschikt (tussen 35% en 80).

Werknemer, die plaatsbaar is voor het arbeidsgeschikte deel, krijgt alsdan naar rato van datzelfde percentage loon. Van rechtswege (WGA) wordt 70% over het arbeidsongeschikte deel uitgekeerd.

- Arbeidsongeschikt (meer dan 15% en minder dan 35%).

Werknemer blijft van rechtswege in dienst bij werkgever. Voor het arbeidsongeschikte gedeelte wordt een verzekering afgesloten, waardoor de terugval van dit deel van het inkomen tot 30% beperkt blijft.

b. Ingeval van gedeeltelijke ziekte en/of arbeidsongeschikt heeft werknemer recht op een evenredige loondoorbetaling c.q. aanvulling.

c. De loondoorbetaling c.q. de aanvulling wordt verminderd met uitkeringen en inkomsten als bedoeld in artikel 7:629 lid 5 B.W.

d. De loondoorbetaling c.q. de aanvulling eindigt in ieder geval op het moment, dat de arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer eindigt.

e. Voor het bepalen van de tijdvakken als vorenbedoeld, worden arbeidsongeschiktheidsperioden samengeteld, indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen.

f. Werkgever zal de WGA-premie voor de duur van het contract voor haar rekening nemen.

3. Eventuele wettelijke uitkeringen, die duidelijk betrekking hebben op verricht overwerk, komen naast de loondoorbetaling c.q. de wettelijke uitkering met aanvulling op grond van het basisloon, als vermeld in lid 2c, ten gunste van de betreffende arbeidsongeschikte werknemer.

4. Bij arbeidsongeschiktheid wegens zwangerschap of ten gevolge van de bevalling is derhalve ook het tweede lid van toepassing, mits wettelijk niet anders geregeld.

De duur van het zwangerschaps- en bevallingsverlof is gelijk aan de in de Ziektewet / WAZO geldende termijn(en).

5. Werkgever is gerechtigd in geval van misbruik, bedrog of nalatigheid toekenning en/of uitbetaling van de aanvullingen als vermeld in het tweede lid te schorsen of te staken en terug te vorderen van werknemer.

6. Eventuele onkostenvergoedingen en andere emolumenten, die naast het basisloon te vermeerderen met vakantietoeslag worden uitgekeerd, vervallen in geval werknemer langer dan een volle kalendermaand aaneengesloten ziek is. Bij gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid wordt naar rato vergoed.

ARTIKEL 8 - Eigen bijdrage oudedagvoorzieningen

Voor werknemer geldt een bijdrage van 2% of 3% (Metaal-CAO) van het pensioengevende salaris. Dit bedrag wordt aangewend voor de pensioenopbouw.

Bij de afspraken die, zijn gemaakt over de nieuwe pensioenregeling hebben partijen de intentie uitgesproken om middels de pensioenregeling een marktconform pensioen op te bouwen. Ingeval de financiering daarvan ontoereikend, is zullen partijen in overleg met elkaar treden. Vakbonden worden jaarlijks op de hoogte gesteld van de toegepaste indexatie en de mate waarin deze indexatie al dan niet welvaartsvast is geweest. Indexatie gelijk aan de loonontwikkeling bij Horticoop wordt beschouwd als zijnde welvaartsvaste indexatie.

ARTIKEL 9 - Functiegroepen en loontabellen

De functie van werknemer wordt ingedeeld in functiegroepen. Bij elke functiegroep behoort een salarisschaal.

Voor jeugdige werknemer (tot en met 21 jaar) bestaat een aparte loon- en functietabel. De toekenning van periodieke verhoging is als volgt geregeld.

De invoering geschiedt onder de hierna te noemen voorwaarden:

- op basis van het uitgewerkte beloningssysteem gedurende de looptijd van deze CAO zal worden beloond (voor het eerst op basis van de beoordeling over 2006);

- vanuit de directie zal gestuurd worden op de verplichte toepassing van het systeem;

- leidinggevende is verplicht alvorens zijn/haar beoordeling met werknemer te bespreken dit eerst met zijn/haar hoger leidinggevende te bespreken;

- Afhankelijk van de beoordeling en/of de winstontwikkeling zal er sprake zijn van een periodieke stijging volgens de onderstaande tabellen;

Schalen 1 t/m 9

Beoordeling:	Aantal periodieken:
Uitmuntend (score >4,50)	Stijging met 4 periodieken
Zeer goed (score 4,50> en >3,50)	Stijging met 3 periodieken
Goed (score 3,50> en >2,50)	Stijging met 2 periodieken
Aandacht (score 2,50> en >1,50)	Stijging met 1 periodiek
Verbeter (score > 1,50)	Geen periodiek

Schalen 9a t/m 15

Beoordeling:	Aantal periodieken bij winstpercentage:
	<0,5%	0,5-1% 1-1,5% 1,5-2%	>2%
Uitmuntend	2	3 4 5	6	period. stijging
Zeer goed	1	2 3 4	5	period. stijging
Goed	0	1 2 3	4	period. stijging
Aandacht	0	0 1 2	3	period. stijging
Verbeter	Geen periodiek

- Beoordelingsgebonden beloning ingeval van salarismaximum;

Werknemer, die 2 jaar of meer op zijn/haar schaalmaximum zit, ontvangt jaarlijks een extra eenmalige beloning wanneer hij/zij een beoordeling ‘Zeer goed’ dan wel ‘Uitmuntend’ heeft gekregen. De eenmalige beloning ziet er als volgt uit:

- beoordeling Zeer goed = 0,5% van 12,96 maal het basis maandsalaris van december;

- beoordeling Uitmuntend = 1% van 12,96 maal het basis maandsalaris van december.

ARTIKEL 10 - Winstdelingsregeling

Werkgever zal jaarlijks een resultaatafhankelijke winstuitkering doen. De winst wordt bepaald op basis van de geconsolideerde winst van Coöperatief Koninklijk Tuinbouwcentrum Horticoop u.a. / Horticoop b.v. / Alflora b.v. / Lentse Potgrond b.v. / Slingerland Potgrond

b.v. en Mardenkro Holding b.v., uit gewone bedrijfsactiviteiten, excl. bijzondere baten/lasten, excl. resultaten overige deelnemingen, vóór VPB.

Uitkering vanaf een winst van € 1.000.000 per € 500.000 een winstuitkering van 0,5% van het basisloon.

Winst	€ 0 -	€ 1.000.000	uitkering	0,0%
Winst	€1.000.000 -	€ 1.500.000	uitkering	0,5%
Winst	€1.500.000 -	€ 2.000.000	uitkering	1,0%
Winst	€2.000.000 -	€ 2.500.000	uitkering	1,5%
Winst	€2.500.000 -	€ 3.000.000	uitkering	2,0%
Winst	€3.000.000 -	onbeperkt	uitkering	2,5%

Voorwaarden om in aanmerking te komen voor een winstuitkering naar rato van omvang en duur van het dienstverband:

- werknemer moet het volledige boekjaar in dienst zijn geweest;

- of in dienst zijn getreden voor 1 juli van het betreffende boekjaar;

- uitdienst zijn getreden in het betreffende boekjaar om redenen van arbeidsongeschiktheid (WIA-uitkering), het gebruikmaken van de VUT- of prepensioenregeling of ouderdomspensioen.

- ingeval van een deeltijdfunctie, in het jaar waarover de winstuitkering wordt berekend, ontvangt werknemer de betreffende uitkering naar rato.

ARTIKEL 11 – Levensloopregeling

De aflopende levensloopregeling zal binnen de wettelijke kaders uitgevoerd worden. Van de regeling is een reglement beschikbaar.

ARTIKEL 12 - Bijzondere uitkeringen

Indien werknemer overlijdt, zal aan de nagelaten betrekkingen een overlijdensuitkering worden verstrekt, gelijk aan het basisloon gedurende vier maanden, waarbij de maand, waarin het overlijden plaatsvond, als één en als eerste maand geldt. Soortgelijke wettelijke uitkeringen worden op de overlijdensuitkering in mindering gebracht.

Onder nagelaten betrekkingen worden verstaan:

a) de langstlevende echtgeno(o)t(e), mits niet duurzaam gescheiden;

b) bij niet meer in leven zijn van echtgeno(o)t(e), of in geval werknemer is gescheiden, de minderjarige wettige of minderjarige erkende kinderen en/of pleegkinderen, mits werknemer daarvoor mede de verzorging had.

Onder echtgeno(o)t(e) wordt tevens verstaan degene met wie werknemer een notarieel vastgelegd samenlevingscontract heeft gesloten.

ARTIKEL 13 - Opzegging en ontslag

Behoudens in geval van onmiddellijke beëindiging op grond van dringende redenen kan een arbeidsovereenkomst van werknemer slechts worden beëindigd met inachtneming van de wettelijke voor opzegging geldende termijnen met dien verstande, dat de termijn in volle betalingstermijnen zal luiden en slechts kan worden opgezegd tegen het einde van een betalingstermijn.

ARTIKEL 14 - Beëindiging van de arbeidsovereenkomst

De arbeidsovereenkomst zal in ieder geval eindigen op de dag van de maand waarop de werknemer de AOW gerechtigde leeftijd bereikt.

Indien gebruik wordt gemaakt van een overgangsregeling of naar voren slepen van pensioen of daaraan voorafgaand gebruikmaking van de levensloopregeling, eindigt de arbeidsovereenkomst door opzegging zijdens werknemer tegen de door deze gekozen datum.

ARTIKEL 15 - Pensioenrechten

Pensioenaanspraken en aanspraken op overgangsrechten zijn geregeld in aparte reglementen. Met de inwerkingtreding van de nieuwe overgangsregelingen en pensioenregeling zijn alle oude reglementen en toezeggingen van vóór 1-1-2006 vervallen. De afspraken over de nieuwe pensioenregeling zijn gemaakt in de veronderstelling, dat individuele werknemer geen individuele afspraken heeft gemaakt met werkgever of diens rechtsvoorgangers, waarvan rechtens niet in negatieve zin mocht worden afgeweken.

Mochten deze afspraken wel bestaan, dan zullen deze door werkgever alsnog nagekomen worden voor zover is komen vast te staan, dat de nieuwe pensioenregeling een negatieve afwijking t.o.v. de individueel gemaakte afspraken oplevert. Werknemer moet minimaal zes maanden voor de uittredingsdatum aangeven tegen welk moment hij/zij gebruik wil maken van zijn/haar overgangs- resp. pensioenrecht.

ARTIKEL 16 - Studieregeling

1. Horticoop zal het opleidingsinstrument van functie en niet functiegerichte opleidingen inzetten om daarmee de employability van de werknemers te verbeteren.

2. Opleidingen zoals VCA, ADR, heftruckdiploma (voor zover vereist), spuitlicenties e.d., voor zover deze kosten van € 500,- niet overschrijden, zijn voor rekening werkgever. Opleidingskosten t.b.v. bovengenoemde opleidingen vallen in z’n geheel onder de navolgende regeling als de kosten hiervan hoger zijn dan € 500,-.

Studiekosten worden vergoed onder de volgende voorwaarden:

- 100% van de kosten als de studie is aangevangen op verzoek van werkgever dan wel op initiatief van werknemer en er sprake is van direct bedrijfsbelang.

- 50% van de kosten als de studie is aangevangen op initiatief van werknemer en er van beperkt bedrijfsbelang sprake is.

Of en in welke mate de studie in het bedrijfsbelang is, beoordeelt de directie. Onder studiekosten worden verstaan: kosten voor leermiddelen, college- en examengelden, een en ander ter goedkeuring van de directie. Xxxxxxx i.v.m. opleidingsuren wordt ook naar rato vergoed, dus 100% of 50%.

Eindigt op verzoek van werknemer de arbeidsovereenkomst gedurende de studie of binnen 3 jaar na beëindiging daarvan, dan is werknemer verplicht de door werkgever betaalde kosten inclusief verzuimkosten te vergoeden, met afbouw van 100% naar 75% naar 50% als het binnen het eerste, tweede en respectievelijk derde jaar valt.

Indien werknemer de studie, waarvoor hij/zij de studiekosten ontvangt, beëindigt zonder dat die studie tot het beoogde diploma of (deelname-)certificaat heeft geleid en zonder dat daartoe naar de mening van de directie een aanvaardbare reden bestaat en/of indien werknemer de studie zonder dat daartoe naar de mening van de directie een aanvaardbare reden bestaat, langer dan een jaar staakt of opschort, dan is werknemer ook verplicht de door werkgever betaalde kosten inclusief verzuimkosten te vergoeden.

3. Paspoort

Aan degenen, die voor hun functie in het bedrijf regelmatig een paspoort nodig hebben, wordt een tegemoetkoming van 50% van de kosten gegeven.

ARTIKEL 17 - Gratificaties

Werknemer ontvangt bij:

- 12,5-jarig dienstverband: één week salaris extra;

- 25-jarig dienstverband: één maand salaris extra;

- 40-jarig dienstverband: één maand salaris extra;

Met een salaris wordt hier bedoeld het laatst genoten basisloon plus toeslag Horticoop, dat netto zal worden uitbetaald, indien en voor zover dit zonder inhouding van loonbelasting of premieheffing mag worden betaald.

ARTIKEL 18 – Lease-regeling

De directie bepaalt welke werknemer, met het oog op zijn/haar werkzaamheden en/of functie in aanmerking komt voor het toekennen van een leaseauto. In het algemeen wordt toestemming voor een leaseauto slechts verleend, indien kan worden aangenomen, dat door de betreffende werknemer meer dan 15.000 km (excl. woon-werkverkeer) per jaar in het kader van zijn/haar functie bij werkgever zal worden afgelegd. Met instemming van de OR is een aparte berijdersregeling vastgelegd.

Tot 40.000 km per jaar is werknemer verplicht een benzine-uitvoering te kiezen daarboven kiest de medewerker verplicht voor een dieselauto. Er gelden bovendien restricties op het gebied van uitstraling, kleurstelling, modellen en maximale CO-2 uitstoot. Hybride auto's zijn toegestaan. Het is de werkgever te allen tijde gerechtigd een werknemer een tijdelijke of reeds beschikbare auto toe te wijzen.

De lease-normbedragen worden met de OR vastgesteld, geïndexeerd en zijn inclusief opties en accessoires. Het is werknemer toegestaan het leasenormbedrag met maximaal 15% te over- of onderschrijden. Is de werknemer een fiscale bijtelling verschuldigd dan is de werknemer ook een eigen bijdrage voor privégebruik aan werkgever verschuldigd. Deze eigen bijdrage wordt in overleg met de OR vastgesteld.

ARTIKEL 19 – Zakelijke kilometervergoeding en reiskostenvergoeding woon-werk

Vergoeding zakelijke kilometers

Indien mogelijk wordt door de medewerker gebruik gemaakt van een ter beschikking staande leaseauto.

Werkgever vergoedt medewerkers voor zakelijk gereden kilometers met eigen vervoer

€ 0,29 per kilometer. Hiervan wordt € 0,19 per kilometer onbelast vergoed. De gereden afstand wordt vastgesteld met behulp van de snelste route van de ANWB-routeplanner.

Indien de werknemer de afspraak vanaf de werkplek bezoekt worden uitsluitend de werk- werk-kilometers gedeclareerd. Indien werknemer vanuit huis de afspraak bezoekt en medewerkers ontvangt een reiskostenvergoeding dan dient de reisafstand gecorrigeerd te worden. Werknemer declareert dan de gereden zakelijke kilometers minus de woon-werk- kilometers (retourafstand).

Reiskostenvergoeding woon-werk:

De afstand woon-werk wordt vastgesteld met behulp van de snelste route van de ANWB- routeplanner.

Vaststelling vergoeding:

00 – 10 km (enkele reisafstand) : geen vergoeding 10 – 15 km (enkele reisafstand) : € 68,00 per maand 15 – 20 km (enkele reisafstand) : € 95,00 per maand

Vanaf 20 km (enkele reisafstand) : € 137,00 per maand

Deze staffel is gebaseerd op een reisfrequentie van 5 dagen per week. Een lagere reisfrequentie leidt tot een evenredige verlaging van de vastgestelde bedragen.

Indien een medewerker een maand of langer arbeidsongeschikt is en geen kosten maakt, vervalt het recht op de woonwerkvergoeding.

ARTIKEL 20 - Regeling bedrijfskleding en beschikbaarstelling veiligheidsmiddelen

De regeling is in drie delen op te splitsen, nl.:

a) waar het toepassen van bedrijfskleding/veiligheidsmiddelen doorlopend verplicht is;

b) voor werknemer voor wie het dragen van bedrijfskleding verplicht is, wordt € 5,00 per

maand vergoed voor het zelfwassen van de bedrijfskleding;

c) de per situatie verschillende veiligheidsmiddelen.

Sub a) Doorlopend verplicht te dragen schoeisel/werkkleding is in een aparte met de OR overeengekomen regeling vastgelegd.

Sub c) Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) excl. schoenen

Daar waar het andere specifieke veiligheidsmiddelen dan veiligheidsschoenen betreft, zoals handschoenen, veiligheidsbrillen, helmen, gasmaskers, oorkappen etc., dan worden deze verstrekt door werkgever in opdracht van of na goedkeuring van het afdelingshoofd.

Deze goederen blijven eigendom van werkgever. Werknemer is verplicht tot het gebruik van de beschikbaar gestelde veiligheidsmiddelen, als dit naar eigen oordeel nodig is of dat dit door bevoegde personen verplicht is gesteld.

Werknemer dient de beschikbaar gestelde veiligheidsmiddelen als een goed huisvader te beheren.

De jaarlijkse controle is voor rekening en verantwoording van werkgever.

Werknemer, die weigert om (op juiste wijze) PBM’s toe te passen, kan sancties worden opgelegd, waartegenover staat dat in geval van in gebreke zijn (als er onvoldoende of onvoldoende functionerende PBM’s beschikbaar zijn) van werkgever, werknemer het werk mag/moet weigeren. Beiden zijn gebonden aan de kaders door de wet opgelegd.

ARTIKEL 21 - Telefoonkosten

Werkgever zal de medewerker afhankelijk van de functie voor zakelijk gebruik een mobiele telefoon ter beschikking stellen. Privégebruik is niet toegestaan.

ARTIKEL 22 - Persoonlijke gegevens en AVG

In het kader van de op te stellen arbeidsovereenkomst registreert en verwerkt werkgever persoonlijke gegevens ten behoeve van de salaris- en personeelsadministratie. Werkgever zal de aan haar verstrekte persoonsgegevens zorgvuldig, behoorlijk en transparant verwerken en uitsluitend gebruiken voor de daarvoor bestemde doeleinden.

Werknemer is gehouden wijziging in zijn/haar persoonlijke gegevens, die voor de uitvoering van het bepaalde in deze arbeidsovereenkomst en de daarbij behorende regelingen noodzakelijk zijn, aan werkgever op te geven. Nalatigheid in het doen van deze opgave komt voor rekening van werknemer.

ARTIKEL 23 - Consignatievergoeding

Werknemer, die voor serviceverlening weekdienst heeft en op elk moment bereikbaar moet zijn voor het verrichten van overwerk, heeft onverminderd het gestelde in artikel 4 recht op een consignatievergoeding.

De consignatie vergoeding bedraagt (vanaf 1-1-2018):

- voor een volle week (7 dagen) € 108,38 bruto

- voor de gehele periode maandagavond t/m vrijdagavond (€ 12,09 /dag) € 60,45 bruto

- voor de gehele periode zaterdag t/m zondag (€ 24,18 /dag) € 48,36 bruto

- per oproep (ter plaatse verlenen van service) wordt € 21,09 bruto vergoed.

Vergoeding vindt alleen plaats, als men daadwerkelijk beschikbaar is geweest voor de storingsdienst. In dit artikel genoemde bedragen worden jaarlijks aangepast met algemene loonsverhoging, zoals die in de loonschaal van Horticoop wordt toegepast.

De overnachtingvergoeding voor chauffeurs en monteurs bedraagt € 28,87 bruto. Dit zelfde tarief is per oproep van toepassing voor hen, die alarmdienst hebben.

De consignatie vergoeding bedraagt (per 1-10-2018):

- voor een volle week (7 dagen) € 111,63 bruto

- voor de gehele periode maandagavond t/m vrijdagavond (€ 12,45 /dag) € 62,26 bruto

- voor de gehele periode zaterdag t/m zondag (€ 24,91 /dag) € 49,81 bruto

- per oproep (ter plaatse verlenen van service) wordt € 21,72 bruto vergoed.

Daarnaast mag de monteur overuren schrijven vanaf het moment dat het telefoongesprek met de klant langer dan 15 minuten geduurd heeft.

De overnachtingvergoeding voor chauffeurs en monteurs bedraagt € 29,74 bruto. Dit zelfde tarief is per oproep van toepassing voor hen, die alarmdienst hebben.

ARTIKEL 24 - Betaling reisuren monteurs

Indien een monteur voor het verrichten van werkzaamheden moet reizen, zal werkgever de reistijd als volgt vergoeden:

a. bij gebruikmaking van een eigen of door werkgever ter beschikking gesteld vervoermiddel; de reistijd die meer bedraagt dan de normale reistijd van de woning naar de standplaats;

b. bij gebruikmaking van het openbaar vervoer de noodzakelijke reistijd berekend volgens de dienstregeling van het openbaar vervoer.

De vergoeding is van toepassing voor de heen- en terugreis per dag. De vergoeding is niet van toepassing voor reizen i.v.m. lunchpauze. De vergoeding van reisuren vindt alleen plaats als deze uren boven het normaal afgesproken dagrooster uitgaan (werkuren + normale reistijd + pauze per dag).

De vergoeding bedraagt 100% van het uurloon per gereisd uur. Voor zover er sprake is van reisuren meer of minder dan één uur, volgt de vergoeding naar rato.

ARTIKEL 25 – Arbeidsongeschiktheidsverzekering

Dekking van het excedentrisico op de WIA-uitkeringen wordt per 1-1-2006 ondergebracht bij een verzekeraar. Premie is voor rekening werkgever.

De verzekering van het loondervingrisico in het arbeidsongeschiktheidstraject 15-35% is per 1-1-2004 bij één verzekeraar ondergebracht. Deelname aan deze verzekering is voor

iedereen verplicht. De dekking (70% van het gederfde loon tot WIA-maximum) voor dit WIA- hiaat geldt voor de ziektegevallen vanaf 31-12-2003. De premie wordt gezamenlijk betaald door de deelnemende werknemers.

ARTIKEL 26 - Aanvullende arbeidsvoorwaarden

Werkgever kan voor werknemers, die internationale transporten uitvoeren, aanvullende arbeidsvoorwaarden vaststellen.

ARTIKEL 27 - ANW-hiaatverzekering

Voor de dekking van het ANW-hiaat wordt een verzekering afgesloten, die onderdeel uitmaakt van de pensioenregeling. De dekking is 75% van de wettelijke uitkering. De premie bedraagt 0,75% van het pensioengevende salaris en is voor rekening werknemer.

ARTIKEL 28 - Privé-aankopen

Voor privé-aankopen bij het bedrijf geldt de volgende algemene kortingsregeling, waarvan niet kan worden afgeweken.

De kortingen bedragen:

1. op alle goederen/artikelen, uitgezonderd speciale regelingen/actieprijzen, voor zover niet onder sub 3 t/m 5 genoemd en de resterende marge voor Horticoop minimaal 6% blijft, 20% op de verkoopprijs;

2. op Alflora goederen/artikelen, uitgezonderd speciale regelingen/actieprijzen, 20% op de verkoopprijs;

3. op kleine huishoudelijke apparaten, 15% op de verkoopprijs;

4. op grote huishoudelijke apparaten, audio/video, 12% korting op de verkoopprijs;

5. op meststoffen, voerartikelen, koffie en waspoeder (alles voor particulier gebruik), 10% op de verkoopprijs;

6. op speciaal bestelde goederen/artikelen kan het bedrijf 6% toeslag op de inkoopprijs berekenen om de extra kosten te dekken.

De vermelde kortingen/toeslagen gelden:

- over de prijzen exclusief B.T.W.;

- alleen voor werknemer en zijn/haar gezinsleden, alsmede voor duurzaam samenwonenden in de zin van art. 6 lid 2;

- uitsluitend voor aankopen op rekening van de betrokken werknemer;

- indien en voor zover het totaal van deze kortingen zonder inhouding van loonbelasting en premies mogen worden gegeven (maximale korting 2009 € 500,-). Overschrijding is voor rekening en risico werknemer.

ARTIKEL 29 - Loonindexering

Jaarlijks zal de aanpassing van de lonen (ex. toeslag Horticoop) en de nominale vergoedingen zoals vermeld in artikel 6 lid 6 en 23 in overleg worden vastgesteld. Voor de duur van deze overeenkomst is per 01-01-2020 een verhoging van 3% vastgesteld en per 01-01-2021 een verhoging van 3%.

ARTIKEL 30 - Reorganisatie

In geval van een reorganisatie is werkgever verplicht om met de vakbonden overleg te voeren over de gevolgen van de reorganisatie, alsmede wat aan deze gevolgen te doen. Artikel 25 van Wet op de Ondernemingsraden (WOR) geldt hierbij als leidraad voor de definiëring van een reorganisatie.

ARTIKEL 31 - Fiscalisering vakbondscontributie

Werknemer kan bij werkgever eenmaal per jaar, in de maand december, een verzoek indienen tot fiscale brutering van het door hem/haar in het betreffende kalenderjaar verschuldigde bedrag voor het lidmaatschap van een werknemersorganisatie. Werkgever zal dit verzoek inwilligen. Bij invoering van de werkkostenregeling per 1 januari 2015 kan werknemer in de maand december een verzoek indienen voor een tegemoetkoming in de vakbondscontributie. De tegemoetkoming bedraagt € 50,00 netto zolang dit mogelijk is uit de vrijeruimte. Als dit niet meer mogelijk is zal overleg met de vakbonden hierover worden gestart.

ARTIKEL 32 - Werkgeversbijdrage aan vakbonden

Jaarlijks betaalt werkgever een werkgeversbijdrage aan vakbonden. De werkgeversbijdrage is afhankelijk gesteld van het aantal werknemers per 1 januari van het betreffende boekjaar, in actieve dienst, dat onder de CAO Horticoop b.v. valt. Het bedrag is vastgesteld op € 12,50 per werknemer per jaar.

ARTIKEL 33 - Levensfase bewust Personeelsbeleid

Opzetten werkgroep Duurzaam Personeelsbeleid. De werkgroep wordt opgezet met een werkgeversdelegatie en een werknemersdelegatie. Vanuit de vakbonden wordt er een deskundige aangetrokken om de werkgroep inhoudelijk en procesmatig te ondersteunen. De kosten worden door de werkgever gedragen. De werkgroep heeft als doel het duurzaam inzetbaarheidsbeleid concreet in te vullen. De werkgroep is medeverantwoordelijk voor de definitieve opdrachtomschrijving. De volgende zaken behoren in elk geval tot de opdracht:

• opleidingsbeleid en -budget in het kader van duurzaamheid;

• gedeelde verantwoordelijkheid van werkgever en werknemer;

• uitwisselen leeftijds- en dienstjarenuren naar opleidingsbudget;

• onderzoek naar generatiepact;

• vaststellen of er spraken moet zijn van een overgangsregeling;

• indien er sprake is van een overgangsregeling definiëren hoe deze er uit ziet;

Binnen de looptijd van deze CAO zal onder de bredere noemer van Duurzame Inzetbaarheid met een werkgroep studie gedaan worden naar onder meer levensfase bewust personeelsbeleid.

Binnen het aandachtsgebied van Duurzame inzetbaarheid vallen:

• Employability;

• Vitaliteit;

• Regelingen gericht op specifieke doelgroepen;

• Maatswerk-oplossingen;

• Opleidingen.

Werkgever en werknemer delen de verantwoordelijkheid voor loopbaan, vitaliteit, ontwikkeling en inzetbaarheid.

Op korte termijn start de werkgever met het uitreiken van een aantal opleidingsvouchers voor een vrij te kiezen opleiding. De resultaten van deze pilot zullen geëvalueerd worden en meegenomen worden in de werkgroep.

ARTIKEL 34 – Werkkostenregeling

De studie naar de invoering en mogelijkheden van de werkkostenregeling is door de werkgroep in 2016 gezamenlijk met de OR afgerond.

ARTIKEL 35 – Pensioenregeling

De studie naar de invoering van de nieuwe pensioenregeling is door de werkgever in 2016 gezamenlijk met de OR afgerond.

ARTIKEL 36 – BBL, BOL, Wajong

Horticoop spant zich samen met de sociale partners in om zoveel mogelijk personen te plaatsen uit de groepen; BBL en BOL en minimaal 1 werkplek in te vullen door een medewerker met een achterstand tot de arbeidsmarkt. Voor de definitie van deze doelgroep wordt de beschrijven uit de participatiewet gehanteerd.

ARTIKEL 37 – Werknemer WGA-hiaat verzekering

Horticoop heeft een collectieve WGA-hiaat verzekering voor werknemers die blijvend tussen de 15 – 35% arbeidsongeschiktheid raken. Het dekkingspercentage bedraagt 70% van de loonderving. Horticoop zal per 1-1-2019 uitgebreide en collectieve WGA-hiaatverzekering afsluiten. De werkgever zal 0,25% van de premie voor haar rekening nemen.

ARTIKEL 38 – Uitzendkrachten

Voor uitzendkrachten zijn de arbeidsvoorwaarden van Horticoop bv van toepassing vanaf de eerste dag van indiensttreding. Het aantal uitzendkrachten dat door de werkgever wordt ingezet zal niet meer bedragen dan 5% van het totaalaantal medewerkers dat onder de Horticoop-cao valt.

ARTIKEL 39 – Reparatie van de duur en de opbouw van de WW

Horticoop heeft zich sinds 01-12-2019 aangesloten bij de Stichting Private Aanvulling WW en WGA (PAWW) De PAWW is de private uitkering die ingaat na afloop van uw wettelijke WW- of loongerelateerde WGA-uitkering. De hoogte van de PAWW-uitkering komt overeen met de wettelijke WW- en loongerelateerde WGA-uitkering. De duur van deze uitkering is maximaal 14 maanden. De uitkering is aan voorwaarden verbonden.. In het PAWW-reglement zijn de rechten en plichten van werknemers en werkgevers vastgelegd. In geval van werkloosheid vraagt de werknemer de PAWW-uitkering aan een maand voorafgaand aan de beëindiging van de wettelijke uitkering. Stichting PAWW verzorgt de uitkering aan rechthebbende.

Tussentijdse wijzigingen worden door de cao-partijen bekrachtigd. De maximale PAWW- bijdrage voor de werkgever bedraagt in ieder geval 0,15%.

ARTIKEL 40 – Geldigheidsduur CAO

Deze overeenkomst geldt vanaf 1-7-2019 en eindigt van rechtswege op 31-12-2021 zonder dat daarvoor enige opzegging is vereist. Voorgaande overeenkomsten worden vervangen door deze overeenkomst.

Bijlage 1 - Regeling werktijden en maaltijdvergoedingen vestigingen en Alflora.

De dagspiegel voor vestigings- en Alflora-medewerkers is vastgesteld op: van maandag t/m vrijdag van 6.00 uur tot 21.00 uur en op zaterdag van 6.00 uur tot 18.00 uur. Deze weekenduren maken onderdeel uit van de normale werkweek van 40 uur of 38 uur. De lengte van de werkweek wordt in overleg per vestiging/Alflora-winkel vastgesteld.

Elke vestigingsmedewerker zal gemiddeld eenmaal per twee weken in de weekenddienst meedraaien.

Aan degenen, die ‘overblijven’ op koopavonden en diezelfde dag vóór 13.00 uur zijn begonnen met werken, wordt een warme maaltijdvergoeding beschikbaar gesteld van maximaal € 12,00 per keer. Hogere bedragen zijn voor eigen rekening. Vergoeding vindt plaats na overlegging van de originele aankoopbonnen onder vermelding van de B.T.W. Deze bonnen zullen maandelijks achteraf worden verrekend.

Voor de zaterdag en doordeweekse avonden gelden de normale pauzeregelingen, dat wil zeggen dat er een half uur lunch-/maaltijdpauze geldt voor zaterdagmiddag en doordeweekse avonden. Voorts wordt er op de doordeweekse avonden, de zaterdagmorgen en de zaterdagmiddag een kwartier koffiepauze gerekend.

Bijlage 2 - Regeling werktijden logistiek

Uitgangspunt is een werkweek van 38 uur (in plaats van 40 uur). De 104 roostervrije uren vervallen in verband hiermee.

- Voor de chauffeurs geldt dat per 4 weken 1 vrije week in tijd-voor-tijd-uren wordt opgebouwd. Het aantal overuren in deze 4 weken bedraagt dan 9½ uur per week. Elke vijfde week is men vrij. Voor de ex-Agrifirm medewerkers kan ook volgens het navolgende schema van de magazijnmedewerkers worden gewerkt.

- Voor magazijnmedewerkers geldt 4 dagen werken van 9½ uur en 1 dag vrij bij een werkweek van 38 uur.

De werkdag duurt normaal (maandag t/m vrijdag) 7,6* uur; inclusief 1,9* overuren loopt een werkdag dan van 07.00 uur tot 17.30 uur, uitgaande van 2 koffiepauzes van een kwartier en een half uur middagpauze.

Vrije ochtenden tijdens dienst zijn 3,75* uur, middagen 3,85* uur.

* is in decimalen uitgedrukt (dus niet in uren en minuten).

Bijlage 3 - Salaristabel Horticoop m.i.v. 1-10-2018

Schalen 1 t/m 9			winst	schalen 9a t/m 15 winstafhankelijk
	verhoging		%	aandacht	goed	zeer goed	uitmuntend
aandacht	1%	of 1periodiek	> 2%	3%	4%	5%	6%
goed	2%	of 2 periodieken	1,5-2%	2%	3%	4%	5%
zeer goed	3%	of 3 periodieken	1-1,5%	1%	2%	3%	4%
uitmuntend	4%	of 4 periodieken	0,5-1%	0%	1%	2%	3%
			< 0,5%	0%	0%	1%	2%

Bijlage 4 - Salaristabel Horticoop m.i.v. 01-01-2020

1 januari 2020 + 3,0% tot en met schaal 9 kunnen overuren gemaakt worden

periodiek	functiegroep
	0	1	2	3	4	5	6	7	8	9	9a	10	11	12	13	14	15
	USB-punten		28-	50-	72-	94-	116-	138-	160-	182-	182-	207-	232-	257-	282-	307-	332-
			49	71	93	115	137	159	181	206	206	231	256	281	306	331	356

0	0000	0000	0000	1853	1949	2047	2176	2377	2619	2753	2747	3075	3448	3812	4172	4562	4983
1	1677	1719	1849	1876	1974	2073	2204	2408	2653	2789	2785	3118	3496	3865	4230	4625	5052
2	1699	1741	1872	0000	0000	0000	2232	2438	2686	2824	2823	3161	3544	3918	4288	4689	5122
3	1722	1763	1895	1924	2024	2125	2260	2469	2720	2859	2861	3203	3592	3971	4346	4752	5191
4	1744	1784	1919	1948	2049	2152	0000	0000	0000	2895	2899	3246	3640	4024	4404	4815	5260
5	1767	1806	1942	1971	2074	2178	2316	2530	2787	2930	2938	3289	3688	4077	4462	4879	5329
6	1789	1828	1966	1995	2099	2204	2344	2560	2821	2965	2976	3331	3735	4130	4520	4942	5398
7	1812	1850	1989	2019	2124	2230	2372	2591	2854	3001	3014	3374	0000	0000	0000	5005	5468
8	1834	1871	2012	2043	2149	2257	2399	2621	2888	3036	3052	3417	3831	4236	4636	5069	5537
9	1857	1893	2036	2066	2174	2283	2427	2652	2921	3071	3090	3460	3879	4289	4694	5132	5606
10	1880	1915	2059	2090	2199	2309	2455	2682	2955	3106	3128	3502	3927	4342	4752	5196	5675
11	1902	1937	2083	2114	2224	2335	2483	2713	2989	3142	3166	3545	3975	4395	4810	5259	5744
12	1925	1958	2106	2138	2249	2362	2511	2743	3022	3177	3205	3588	4023	4448	4868	5322	5814
13	1947	1980	2129	2161	2274	2388	2539	2774	3056	3212	3243	3630	4071	4501	4926	5386	5883
14	1970	2002	2153	2185	2299	2414	0000	0000	0000	0000	0000	0000	0000	0000	0000	5449	5952
15	0000	0000	0000	2209	2324	2440	2595	2835	3123	3283	3319	3716	4166	4607	5042	5512	6021
16	2015	2045	2200	2233	2349	2467	2623	2865	3157	3318	3357	3758	4214	4660	5100	5576	6090
17	2038	2067	2223	2256	2374	2493	2651	2896	3190	3354	3395	3801	4262	4713	5158	5639	6160
18	0000	0000	0000	2280	2399	2519	2678	2926	3224	3389	3434	3844	4310	4766	5216	5702	6229
19	2083	2111	2270	2304	2424	2545	2706	2957	3257	0000	0000	0000	0000	0000	0000	5766	6298
20	2105	2132	2293	2328	2449	2572	2734	2987	3291	3459	3510	3929	4406	4871	5331	5829	6367
21	2128	2154	2317	2351	2474	2598	2762	3018	3324	3495	3548	3972	4454	4924	5389	5892	6437
22	2150	2176	2340	0000	0000	0000	0000	0000	0000	3530	3586	4015	4502	4977	5447	5956	6506
23											0000	0000	0000	5030	5505	6019	6575
24											3662	4100	4597	5083	5563	6083	6644
25											3701	4143	4645	5136	5621	6146	6713
26											3739	4186	4693	5189	5679	6209	6783
27											3777	4228	4741	5242	5737	6273	6852
28											3815	4271	4789	5295	5795	6336	6921

Bijlage 5 - Salaristabel Horticoop m.i.v. 01-01-2021

1 januari 2021 + 3,0% tot en met schaal 9 kunnen overuren gemaakt worden

periodiek	functiegroep
	0	1	2	3	4	5	6	7	8	9	9a	10	11	12	13	14	15
	USB-punten		28-	50-	72-	94-	116-	138-	160-	182-	182-	207-	232-	257-	282-	307-	332-
			49	71	93	115	137	159	181	206	206	231	256	281	306	331	356

0	1654	1748	1880	1908	2008	2108	2242	2448	2698	2836	2829	3167	3552	3927	4298	4699	5133
1	1677	1770	1904	0000	0000	0000	2270	2480	2733	2872	2868	3211	3601	3981	4357	4764	5204
2	1699	1793	1928	1957	2059	2162	2299	2511	2767	0000	0000	0000	3650	4036	4417	4829	5275
3	1722	1815	1952	1981	2085	2189	2328	2543	2802	2945	2947	3299	3700	4091	4477	4895	5347
4	1744	1838	1976	2006	2111	2216	2357	2574	2836	2982	2986	3343	0000	0000	0000	4960	5418
5	1767	1860	2000	2030	2136	2243	2385	2605	2871	3018	3025	3387	3798	4200	4596	5025	5489
6	1789	1882	2024	2055	2162	2271	2414	2637	2906	3054	3065	3431	3848	4254	4656	5090	5561
7	1812	1905	2049	2079	2188	2298	2443	2668	2940	3091	3104	3475	3897	4309	4716	5156	5632
8	1834	1927	2073	2104	2214	2325	2472	2700	2975	3127	3143	3519	3946	4363	4775	5221	5703
9	1857	1950	2097	2128	2239	2352	2500	2731	3009	3163	3182	3563	3996	4418	4835	5286	5774
10	1880	1972	2121	2152	2265	2379	2529	2762	3044	3200	3222	3607	4045	4472	4895	5351	5846
11	1902	1994	2145	2177	2291	2406	2558	2794	3079	3236	3261	3651	4094	4527	4954	5417	5917
12	0000	0000	0000	2201	2317	2433	2587	2825	3113	3272	3300	3695	4144	4581	5014	5482	5988
13	1947	2039	2193	2226	2342	2460	0000	0000	0000	3309	3340	3739	4193	4636	5074	5547	6060
14	1970	2062	2217	2250	2368	2487	2644	2888	3182	3345	3379	3783	4242	4690	5133	5612	6131
15	1992	2084	2241	2275	2394	2514	2673	2919	3217	3381	3418	3827	4292	4745	5193	5678	6202
16	2015	2107	2265	2299	2420	2541	2702	2951	3251	3418	3458	3871	4341	4800	5253	5743	6274
17	2038	2129	2290	2324	2445	2568	0000	0000	0000	3454	3497	3915	4390	4854	5312	5808	6345
18	0000	0000	0000	2348	2471	2595	2759	3013	3321	3491	3536	3959	4440	4909	5372	5873	6416
19	2083	2174	2338	2373	2497	2622	2788	3045	3355	3527	3575	4003	4489	4963	5432	5939	6487
20	2105	2196	2362	0000	0000	0000	0000	0000	0000	3563	3615	4047	4538	5018	5491	6004	6559
21	0000	0000	0000	0000	0000	0000	2845	3108	3424	3600	3654	4091	4588	5072	5551	6069	6630
22	2150	2241	2410	2446	2574	2703	2874	3139	3459	3636	3693	4135	4637	5127	5611	6134	6701
23											3733	4179	4686	5181	5671	6200	6773
24											3772	4223	4736	5236	5730	6265	6844
25											3811	4267	4785	0000	0000	0000	6915
26											3850	4311	4834	0000	0000	0000	6986
27											3890	4355	4884	5399	5909	6461	7058
28											3929	4399	4933	5454	5969	6526	7129

Bijlage 6 - Jeugdlonen per 1 januari 2020 (toepassing tot 21 jaar)

Functiegroep	1	2	3	4	5	6

Periodieken	1,00	1,02	1,05	1,09	1,14	1,20
15 jaar	497,00	507,00	522,00	542,00	567,00	596,00
en 6 mnd	534,00	545,00	561,00	582,00	609,00	641,00
16 jaar	571,00	582,00	600,00	622,00	651,00	685,00
en 6 mnd	613,00	625,00	643,00	668,00	698,00	735,00
17 jaar	654,00	667,00	687,00	713,00	746,00	785,00
en 6 mnd	741,00	755,00	778,00	807,00	844,00	889,00
18 jaar	827,00	844,00	868,00	901,00	943,00	992,00
en 6 mnd	910,00	928,00	956,00	992,00	1.037,00	1.092,00
19 jaar	993,00	1.013,00	1.043,00	1.082,00	1.132,00	1.192,00
en 6 mnd	1.158,00	1.181,00	1.216,00	1.262,00	1.320,00	1.390,00
20 jaar	1.323,00	1.349,00	1.389,00	1.442,00	1.508,00	1.588,00
en 6 mnd	1.489,00	1.518,00	1.563,00	1.622,00	1.697,00	1.786,00
21 jaar	1.654,00	1.687,00	1.737,00	1.803,00	1.886,00	1.985,00

Aldus overeengekomen tijdens het onderhandelingsresultaat op 17 december 2019,

1. Cao loopt van 1-7-2019 tot en met 31-12-2021;

2. Salarisverhoging van 3% op 1-1-2020

3. Salarisverhoging van 3% op 1-1-2021

4. In december 2019 een eenmalige uitkering van 1,125% van het jaarsalaris

5. Consignatiedienst; de monteur mag overurenschrijven als het telefoongesprek 15 minuten geduurd heeft;

6. De werkgever betaald maximaal 0,15% van de SPAWW premie; (SPAWW is Stichting Private Aanvulling WW en WGA)

Directie Horticoop b.v.

X.X. xxx Xxxxxxxxx d.d: …………………… 2020 ……………………………………………

FNV Handel

X. Xxxxxxxx d.d: ……………………...2020 ……………………………………………

CNV Vakmensen

S. Faez d.d: …….…….…………..2020 ……………………………………………

Document Metadata

Table of Contents

CAO

Document Metadata