CAO
CAO
Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands B.V.
-
1 januari 2023 tot en met
31 december 2023
Inhoud
3. Toeslag voor onregelmatige arbeid 6
4. Toeslag bij dienstverandering 6
5. Wachtdiensten voor het Waterbusrooster 6
8. Werken op een andere standplaats 7
Artikel 5 - Vergoeding diploma's 7
Artikel 7 - Bijzondere vergoedingen 8
3. Beloning hogere rang of functie 8
8. Consignatiedienst Technische Dienst 9
10. Wijzigingen belastingwetgeving 9
Artikel 8 - Vakantie/ verlofdagen 9
Artikel 9 - Vakantietoeslag 10
Artikel 10 - Ziekte en ongeval 11
Artikel 11 - Ongeoorloofd verzuim 12
Artikel 12 - Geoorloofd verzuim met behoud van loon 12
Artikel 13 - Ouderschaps-/zwangerschapsverlof 12
Artikel 14 – Garantieverlof maatregel 12
Artikel 15 - Medische keuringen 13
Artikel 16 - Studiekostenvergoeding 13
Artikel 17 - Pensioenvoorziening 14
Artikel 20 - Aanneming en ontslag 14
Artikel 21 - Overige afspraken 15
Artikel 22 - Concessiewisseling 16
Artikel 24 - Opzegging van de CAO 16
Bijlage 1 Salarisschalen Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands b.v 17
Bijlage 2 Onderhandelingsresultaat 19
CAO Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands b.v.
Tussen Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands b.v. hierna te noemen partij ter ene zijde en FNV Streekvervoer en CNV Vakmensen te noemen partij ter andere zijde is de navolgende CAO Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands b.v. gesloten.
De bepalingen van deze CAO zijn van toepassing op het gehele personeel, met uitzondering van de managementfuncties.
De CAO wordt aangegaan voor het tijdvak van - 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023.
De arbeidstijd bedraagt voor personeelsleden met een volledige werkweek gemiddeld 36 uur, verdeeld over gemiddeld 5 werkdagen per week gerekend over de duur van de roosterperiode.
Indien noodzakelijk, kan de werkgever het verrichten van overuren opdragen met dien verstande dat voor de meerdere uren overwerkvergoeding is verschuldigd als aangegeven in artikel 5.
Bij vaststelling van het nieuwe rooster worden de raamtijden van het nieuwe rooster in de volgende CAO opgenomen.
Als bijlage 1 bij deze CAO zijn de geldende loonschalen per 1-1-2023 toegevoegd. Bij indiensttreding zal werknemer als regel worden geplaatst op trede 0 van de voor zijn functie geldende loonschaal. Vervolgens wordt bij voldoende geschiktheid, bekwaamheid en dienstijver het loon van de werknemer jaarlijks (1 trede) verhoogd totdat het maximum van die schaal is bereikt. De datum voor toekennen van een trede (periodiek) is 1 januari van elk jaar.
Voor oproepkrachten geldt dat een periodiek wordt toegekend op het moment dat er in het jaar voorafgaand minimaal 900 uur is gewerkt. Indien er minder uur wordt gewerkt, dan wordt elke 2 jaar een periodiek in ieder geval toegekend.
Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands BV hanteert voor alle uitzendkrachten de inlenersbeloning op basis van deze cao.
Het bruto uurloon wordt berekend door het bruto maandloon te delen door het aantal uren per maand. Het aantal uur per maand bedraagt 156 uur (36 uur per week * 52 weken = 1872 uur. 1872 uur / 12 maanden = 156 uur per maand. Het bruto uurloon en bruto maandloon is exclusief toeslagen en is gebaseerd op het loon in de loonschalen in de bijlage van deze cao.
1 jan 2023: algemene loonsverhoging van 7,5 %
Bovenstaande verhogingen gelden eveneens voor de bedragen genoemd in de leden 3,4
en 5 van dit artikel, alsmede artikel 5 en artikel 7, lid 3, 4, 7 en 8 van de CAO.
3. Toeslag voor onregelmatige arbeid
Toegekend wordt een bruto onregelmatigheidstoeslag van (prijspeil 1/1/2023):
• € 3,62 voor alle uren van maandag tot en met vrijdag van 18.00 uur tot en met
08.00 uur
• € 7,84 voor alle uren op zaterdag
• € 12,33 voor alle uren op zon- en feestdagen
4. Toeslag bij dienstverandering
Onder een dienstverandering wordt een wijziging van dienst verstaan op dezelfde datum van vroeg naar laat of omgekeerd. Een verandering van de ene vroege of respectievelijk late dienst naar een andere vroege of respectievelijk late dienst wordt niet als een dienstverandering aangemerkt. Een dienstverandering komt alleen tot stand als dit met de betreffende werknemers is overeengekomen.
Indien dit binnen 48 uur voor de dienst is overeengekomen dan staat hier een vergoeding
tegenover xxx xxxxx € 28,05 (prijspeil 1/1/2023).
5. Wachtdiensten voor het Waterbusrooster
Onder wachtdienst wordt verstaan dat men zich beschikbaar houdt op 2 weekenden per roosterperiode welke zijn vastgelegd volgens het geldende rooster (zater-, zon- en feestdagen). Hiervoor ontvangt men een vergoeding van bruto € 34,05 (prijspeil 1/1/2023) per maand o.b.v. 2 wachtweekenden bij een 24 weeks dienstrooster. Bij wijziging van het aantal wachtweekenden worden de vergoeding overeenkomstig aangepast.
Gedurende de looptijd van deze CAO zullen geen gebroken diensten worden ingevoerd. Indien de bedrijfsvoering in de toekomst daarvoor aanleiding geeft zullen partijen praten over het invoeren van gebroken diensten. De criteria hiervoor zijn:
• Per week gemiddeld één gebroken dienst;
• Reiskostenvergoeding;
• Een geïndexeerde onderbrekingstoeslag;
• Op basis van een sociale en/of medische indicatie bestaat de mogelijkheid, dat werknemers niet hoeven deel te nemen aan deze diensten dan wel er maatwerk geleverd kan worden;
• Deze sociale en/of medische gronden zullen door een nader tebenoemen onafhankelijke derde worden getoetst
7. Feestdagen
Onder feestdagen wordt verstaan: Nieuwjaarsdag, eerste en tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, eerste en tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag alsmede door de regering aangewezen nationale feestdagen. Compensatieverlof wordt verleend afhankelijk van de in het kalenderjaar vallende feestdagen. Bij dienst doen en/of roostervrij worden deze dagen behouden. Bij vrijgesteld worden van dienst worden deze dagen afgeschreven van de verlofkaart.
8. Werken op een andere standplaats
De standplaats van de werknemer is gelegen aan de Schokhaven, Lindtsedijk 14 te Zwijndrecht (NL).
Als een werknemer op een andere standplaats dienst moet doen, zonder dat er sprake is van overplaatsing, worden de eventuele extra reiskilometers en extra reistijd (met een maximum van 30 minuten per enkele reis) vergoed. In overleg tussen de direct leidinggevende en de werknemer kan de extra reistijd worden teruggegeven in de vorm van tijd voor tijd of worden uitbetaald á 100%. Het uitgangspunt is dat de lengte van de reservedienst als werktijd wordt beschouwd.
Artikel 5 - Vergoeding diploma's
1. De werknemer dat in het bezit is van het EHBO-diploma en door de werkgever is aangewezen tot het verrichten van EHBO-diensten, ontvangt hiervoor een vergoeding van bruto € 11,21 per maand (prijspeil 1/1/2023). De kosten van het jaarlijks verlengen van het diploma alsmede het lidmaatschap van de vereniging worden eveneens vergoed door de werkgever.
2. De werknemer dat in het bezit is van het diploma bedrijfshulpverlening en door de werkgever is aangewezen tot het verrichten van bedrijfshulpverlening ontvangt hiervoor een vergoeding van bruto € 11,21 per maand (prijspeil 1/1/2023). De kosten van het verlengen alsmede cursussen in het kader van bedrijfshulpverlening worden eveneens vergoed door de werkgever.
Artikel 6 - Overwerk
a. Overuren zijn de uren volgens xxxxxxx die een gemiddelde van 36 uur per kalenderweek te boven gaan berekend over de rouleringsperiode van het rooster;
b. Gewerkte uren tijdens dienstdoen op een vrije dag worden eveneens aangemerkt als overuren als de 36 uur per kalenderweek wordt overschreden;
c. Er wordt alleen overgewerkt indien het belang van de onderneming dit vereist, waarbij zoveel mogelijk rekening gehouden zal worden met de persoonlijke belangen van de werknemer;
d. De werknemer geeft aan hoe hij de vergoeding wil ontvangen, in vrije tijd of in de daarvoor geldende financiële vergoeding. De wijze van vergoeding is per betaalperiode/maand aanpasbaar.
e. Voor parttimers geldt dat vanaf 1 januari 2018 extra gewerkte uren tot 36 uur gemiddeld per week worden betaald tegen 100% en de mogelijk van toepassing zijn de vergoedingen voor onregelmatige arbeid van artikel 4 lid 3.
f. Voor de meeruren die parttimers maken in het kader van een ingeroosterde wachtdienst gelden de voorwaarden zoals vermeld in lid 2 van dit artikel (vergoeding overwerkuren).
De vergoeding in geld bedraagt per uur voor overwerk op andere dagen dan zater-, zon- en feestdagen:
• 125% van het uurloon voor het eerste en tweede uur aansluitend aan de dienst; 150% van het uurloon voor de volgende uren en voor het eerste en tweede uur voor zover deze liggen tussen 22.00 en 06.00 uur.
• Voor overwerk op zaterdagen bedraagt de vergoeding 175% en op
roostervrije dagen 150% van het uurloon.
Voor overwerk op zon- en feestdagen bedraagt de vergoeding 200% van het uurloon. Indien er onvoorzien overgewerkt wordt dan wordt in overleg een maaltijd vergoed.
Bij vergoeding in vrije tijd is het aantal toe te kennen uren gelijk aan het aantal gewerkte overuren vermenigvuldigd met het vermelde percentage. De verworven vrije uren worden aan de werknemer in beginsel in de volgende maand toegekend.
Bij het bepalen van de dagen en uren waarop de vrije tijd zal worden genoten, wordt met de wensen van de werknemer rekening gehouden voor zover de belangen van de dienst en de overige werknemers dit toelaten.
Artikel 7 - Bijzondere vergoedingen
Reiskostenvergoeding bedraagt € 0,21 (onbelast) per gereden kilometer met een maximum van 40 kilometer per enkele reis (per dag maximaal 80 kilometer voor heen- en terugreis).
De reiskostenvergoeding is op basis van de gewerkte diensten per maand en worden in de maand opvolgend uitbetaald via de reguliere verloning.
De tegemoetkoming in de kosten van woon/werkverkeer wordt vastgesteld op basis van de afstand tussen het woonadres en het adres van de standplaats. Voor zowel de heen als de terugreis wordt gemeten via de snelste route van de Routenet met als uitkomst een gemiddelde reisafstand (enkele reis) in kilometers.
Bij ziekte en verlof wordt er geen reiskostenvergoeding betaald.
Indien werknemers overwerken of extra werken en hierdoor extra kilometers moeten reizen, ontvangen zij een vergoeding van € 0,21 per daadwerkelijk extra gereden kilometer.
Reiskosten kunnen ook gedeclareerd worden indien er werkzaamheden voor werkgever worden uitgevoerd zoals onder andere overleg OR, vakbondsoverleg, kapiteinscommissie, bezoek bedrijfsarts, etc..
De werknemer ontvangt bij het bereiken van een diensttijd van 12½, 25 en 40 jaar een bruto gratificatie ter grootte van ¼ van het functieloon bij 12½, 1 maal het functieloon bij 25 jaar en 1½ maal het functieloon bij 40 jaar dienstverband.
3. Beloning hogere rang of functie
Indien men door omstandigheden zodanig wordt ingedeeld dat men een functie moet waarnemen in een hogere rang dan ontvangt men per gewerkte dag in deze hogere functie een vergoeding van bruto € 14,97 (prijspeil 1/1/2023).
Maandelijks ontvangt men een koffiegeldvergoeding van netto € 13,44 (prijspeil 1/1/2023.
Er wordt een maaltijdvergoeding verstrekt indien een dienst langer is dan 10 uur. Voor de werknemers die een vaste plek in het rooster hebben is de maaltijdvergoeding op basis van de gewerkte diensten per maand en wordt in de maand opvolgend uitbetaald via de reguliere verloning.
Bij overwerk kan de maaltijdvergoeding middels een declaratieformulier aangevraagd
worden (netto € 12,50 per dag), mits aan de eerdergenoemde voorwaarden is voldaan.
Als een werknemer onnodig opkomt als gevolg van een onjuiste planning, dan wordt ter compensatie van het ongemak een vergoeding van 3 uren verstrekt.
Jaarlijks zal in de maand december een eindejaarsuitkering worden verstrekt van € 743,90 bruto (prijspeil 1/1/2023). Deze vergoeding is op basis van een fulltime dienstverband. Voor parttimers geldt de uitkering naar rato van hun deeltijdfactor. De eindejaarsuitkering is met ingang van 2017 pensioengevend.
8. Consignatiedienst Technische Dienst
De werknemers van de Technische Dienst die wachtdienst hebben ontvangen hiervoor een
vergoeding. Deze vergoeding bedraagt € 382,98 per maand (prijspeil 1/1/2023).
Het aantal wachtdiensten zijn onderdeel van de roosters van de Technische dienst, wijzigingen dienen voor instemming aan de OR te worden voorgelegd.
Een schipper die een andere schipper inwerkt ontvangt hiervoor 2 uur tijd voor tijd per inwerkdienst. De steward die een andere steward inwerkt ontvangt hiervoor 1 uur tijd voor tijd per inwerkdienst. De werknemer heeft de keuze om de tijd voor tijd uit te laten betalen.
Inwerken van een collega is in principe op vrijwillige basis en niet verplicht. Indien er zwaarwegende bedrijfsbelangen zijn, kan werkgever werknemer verplichten om een collega alsnog in te werken.
10. Wijzigingen belastingwetgeving
Indien de belastingwetgeving in de toekomst wijzigt en gevolgen heeft voor de uitbetaling van deze vergoedingen, zullen cao partijen met elkaar in overleg treden.
Artikel 8 - Vakantie/ verlofdagen
1. Het vakantiejaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Een vakantiedag heeft de waarde van 7,2 uur gebaseerd op 36 uur / 5 werkdagen.
3. Als de werknemer een verlofdag opneemt, wordt het aantal uur van de te werken dienst
afgeschreven van het verlofsaldo.
4. Aan elk werknemer dat op 1 januari van enig jaar in dienst is, wordt voor 1 januari van het volgend jaar verlof verleend van tenminste 24 werkdagen.
Het aantal dagen bedraagt:
• 18 t/m 20 jaar | 24 dagen | 172,8 uur |
• 21t/m 39 jaar | 25 dagen | 180,0 uur |
• 40 t/m 49 jaar | 26 dagen | 187,2 uur |
• 50 t/m 54 jaar | 27 dagen | 194,4 uur |
• 55 t/m 59 jaar | 28 dagen | 201,6 uur |
• 60 t/m AOW gerechtigde leeftijd | 29 dagen | 208,8 uur |
Voor de werknemer die voor 1 januari 2023 in dienst was en in de leeftijdscategorie 18 t/m 20 jaar valt en er door deze aanpassing op achteruitgaat behoudt het aantal verlofdagen volgens de staffel die van toepassing was voor 1 januari 2023 (18 jaar 26 dagen, 19 jaar 25 dagen). Vanaf 20 jaar vallen zij binnen de nieuwe verlofdagenstaffel.
5. Ter vaststelling van de leeftijd van de werknemer wordt 1 januari als peildatum aangehouden;
6. Buiten het recht op "ten minste drie weken aaneengesloten verlof' in de zomerperiode dat volgens een vakantierooster wordt vastgesteld, dienen de verlofdagen onder lid 2 zoveel mogelijk naar evenredigheid gespreid over het jaar te worden opgenomen buiten de vakantieperiode;
7. Verlofdagen buiten het aaneengesloten verlof van drie weken worden alleen verleend indien de personeelsbezetting het toelaat;
8. Bij beëindiging van de dienstbetrekking wordt naar rato van de periode van het dienstverband waarover nog geen vakantie werd verleend, vakantie gegeven;
9. Niet gebruikte verlofdagen worden bij beëindiging van de dienstbetrekking verrekend;
10. In het kader van de nieuwe vakantiewetgeving per 1 januari 2012 komen vakantiedagen (wettelijk en bovenwettelijk) te vervallen indien zij niet binnen 4 jaar zijn opgenomen. Maandelijks zal de werkgever aan de werknemer een overzicht verstrekken van de verlofuren.
11. De verrekening van plus- en minuren komt te vervallen. Dat betekent dat het vooraf berekende aantal minuren (voor parttimers geldt een pro rata aantal minuren) volgens het vigerende rooster (inclusief 1 zomerweekend in december) door het bedrijf kunnen worden aangewend voor cursussen en werkoverleg e.d. Deze activiteiten zijn verplicht, mits deze tenminste vier weken van tevoren zijn aangekondigd bij de werknemers.
12. Werkgever houdt een administratie bij voor deze uren (cursus en werkoverleg). Indien deze uren het initiële aantal minuren overschrijdt, dan wordt het saldo als overwerk gezien (150%, overwerk op een roostervrije dag). Afwijkingen in de reserveweek worden niet bijgehouden, aangezien de lengte van de reservedienst gelijk is aan de gemiddelde dienstlengte. Dus als in de reserveweek de dienst langer is dan de uren van de reservedienst, dan wordt dit niet als overwerk geregistreerd.
13. Extra werk zoals het opstarten van een boot in het schokhaven wordt wel geregistreerd als overwerk aansluitend op de dienst (125%).
1. De vakantietoeslag wordt betaald over de periode juni tot en met mei van elk jaar. De
vakantietoeslag bedraagt 8% bruto en wordt uitbetaald in de maand mei;
2. Voor de berekening van de vakantietoeslag wordt onder maandloon verstaan het vastgestelde functieloon, onregelmatigheidstoeslag plus wachtdiensttoeslag;
3. De werknemer dat niet het volledige kalenderjaar in dienst is, heeft recht op een evenredig deel van de vakantietoeslag en wel naar rato van de tijd dat hij in het betreffende jaar in dienst is, dan wel is geweest.
Artikel 10 - Ziekte en ongeval
1. Bij arbeidsongeschiktheid van de werknemer zijn de bepalingen van het BW artikel 7:629 van toepassing. Deze wettelijke aanspraak wordt gedurende 52 weken aangevuld tot het netto salaris, inclusief ORT en wachtdiensttoeslag. Een werknemer dat vanaf 1 juli 2006 arbeidsongeschikt wordt, ontvangt tijdens het tweede ziektejaar een aanvulling tot 75% van het laatstverdiende bruto salaris, inclusief ORT en wachtdiensttoeslag. In geval van arbeidsongeschiktheid ten gevolge van een niet verwijtbaar bedrijfsongeval worden tot 100% in het tweede ziektejaar.
2. De werknemer is verplicht bij ziekte of ongeval dit terstond te melden aan de bedrijfsleiding zodat deze in de gelegenheid wordt gesteld gepaste maatregelen te nemen. Bij uitblijven van voorgenoemde tijdige melding kan de werkgever 1 dag beloning inhouden;
3. Vanaf de 3e en volgende ziekmeldingen gedurende een kalenderjaar wordt een wachtdag ingevoerd. De wachtdag wordt voor elke ziekmelding vanaf de 3e ziekmelding ingehouden. Meerdere ziekmeldingen binnen 28 dagen worden gezien als 1 ziekmelding en wordt er dus 1 wachtdag toegepast.
4. De werkgever en werknemer zullen, bij verzuim langer dan 6 weken, conform de wet Poortwachter handelen;
5. Bij ziekte langer dan 1 maand komen alle rechten op reisgeld en/of andere extra vergoedingen tevervallen. Met uitzondering van de reiskosten die gemaakt worden indien een bezoek aan de werkgever of bedrijfsarts wordt afgelegd;
6. De werkgever zal ten behoeve van de werknemers een ongevallenverzekering afsluiten:
• De verzekering dekt de risico's ten gevolge van een ongeval zowel binnen als buiten diensttijd. De dekking houdt in een uitkering:
• Ter grootte van eenmaal het bedrag van de pensioengrondslag in geval van overlijden, mits het overlijden plaatsvindt binnen 3 jaar na het ongeval;
• Ter grootte van tweemaal het bedrag van de pensioengrondslag in geval van blijvende algehele functionele invaliditeit als enige en rechtstreeks gevolg van een ongeval c.q. bij geheel of gedeeltelijk functieverlies van enig lichaamsdeel een percentage zoals bedoeld in de polisvoorwaarden.
• Onder pensioengrondslag wordt verstaan de over het jaar voorafgaande het ongeval vastgestelde grondslag overeenkomstig de pensioenregeling die op de werknemer van toepassing is. Bij een korter dienstverband dan een jaar zal het bedrag tot een jaarbedrag worden herleid.
o De fiscale consequenties bij onverhoopte uitbetaling komen voor rekening van de werknemer of zijn nagelaten betrekkingen;
o De polisvoorwaarden liggen voor ieder werknemer terinzage.
Artikel 11 - Ongeoorloofd verzuim
Bij het in gebreke blijven van het tijdig in dienst komen en/of te late melding bij ziekte zal de werkgever na twee schriftelijke waarschuwingen een beroepsprocedure starten om de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De werknemer kan hiertegen beroep aantekenen bij de werkgever. Deze zal een commissie bijeen roepen waarin werkgever, werknemer, OR en vakorganisatie zijn vertegenwoordigd. Deze geven een bindend advies.
Artikel 12 - Geoorloofd verzuim met behoud van loon
In de hierna te noemen gevallen zal aan de werknemer het volle loon worden doorbetaald tot de daarbij vermelde maximum duur:
a. Bij verhuizing van de werknemer één dag;
b. Bij ondertrouw van de werknemer één dag en bij het huwelijk twee dagen;
c. Bij 25 of 40 jaar echtvereniging van de werknemer één dag;
d. Bij het huwelijk van de ouders, eigen en pleegkinderen, broers en zusters en kleinkinderen ééndag;
e. Bij 25, 40, 50 of 60-jarige echtvereniging van ouders, stief- of schoonouders één dag;
f. Bij bevalling van de partner het wettelijke aantal verlofdagen;
g. Bij 25 of 40-jarig dienstjubileum één dag;
h. Bij overlijden van de echtgenoot/echtgenote of één der inwonende wettige kinderen of pleegkinderen van de dag van het overlijden tot en met de dag van de begrafenis vier dagen;
i. Bij overlijden van ouders, niet inwonende wettige kinderen of pleegkinderen of schoonouders één dag, alsmede één dag bij de begrafenis mits de plechtigheid wordt bijgewoond;
j. Bij de begrafenis van broers, zusters, zwagers, schoonzusters, schoonzoons, schoondochters, kleinkinderen en grootouders, één dag mits de plechtigheid wordt bijgewoond;
k. Zorgverlof wordt verleend volgens de wettelijke regeling.
Artikel 13 - Ouderschaps-/zwangerschapsverlof
1. Een werknemer wordt op zijn verzoek in de gelegenheid gesteld ouderschapsverlof op te nemen in verband met de verzorging van één of meer kinderen (eigen, adoptie, pleeg- of stief-) in de leeftijd van 0 tot 8 jaar volgens de wettelijke regelingen;
2. De voor hem gebruikelijke arbeidsduur per week wordt daartoe gedurende een van tevoren met de werkgever overeen te komen periode van maximaal vier jaar met respectievelijk maximaal de helft (voor fulltimers) of tot minimaal 500 uur op jaarbasis (voor parttimers) teruggebracht;
3. Na verloop van de periode waarvoor het ouderschapsverlof is toegekend, herleven de rechten en verplichtingen zoals die uit de individuele arbeidsovereenkomst voortvloeien;
4. De werknemer dient het verzoek voor ouderschapsverlof conform de wettelijke regeling uiterlijk twee maanden voor de beoogde ingangsdatum aan te vragen;
5. Zwangerschapsverlof wordt verleend vanaf 6 weken vóór de geplande geboorte tot en met 10 weken na de geboorte.
6. Werkgever volgt de wettelijke regelingen voor (betaald) ouderschapsverlof.
Artikel 14 – Garantieverlof maatregel
Elk personeelslid dat op 1 januari van enig jaar in dienst is, kan in een kalenderjaar maximaal 3
vrije dagen verlof laten noteren welke voor hem/haar persoonlijk belangrijke dagen zijn om verlof te krijgen. De zogenaamde bijzonder-bijzonder verlof dagen (BBV). Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
• Het recht op het aantal van 3 BBV dagen is gebaseerd op een fulltime dienstverband;
• BBV dagen worden niet toegekend op feestdagen conform cao Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands B.V.(artikel 4.7);
• BBV dagen worden niet aaneengesloten toegekend;
• BBV dagen worden niet aansluitend aan de zomervakantie toegekend;
• BBV dagen worden per dag en per functie aan maximaal 1 personeelslid toegekend, bij meerdere aanvragen wordt dit enkel gehonoreerd indien de bedrijfsvoering dit toelaat;
• BBV dagen kunnen niet worden aangevraagd voor eerder afgewezen verlofaanvragen;
• BBV dagen kunnen uiterlijk tot 3 werkdagen van tevoren worden aangevraagd;
• BBV dagen worden afgeschreven van de reeds eerder toegekende verlofrechten; -
• Bij het aanvragen van een BBV dag is een motivatie verplicht;
• Het recht op niet gebruikte BBV dagen vervalt aan het einde van het kalenderjaar; Het verzoek om gebruik van een BBV dag wordt schriftelijk ingediend
Artikel 15 - Medische keuringen
Medische keuringen vinden plaats conform de eisen die worden gesteld ten behoeve van het Rijnpatent en worden vergoed door de werkgever.
Artikel 16 - Studiekostenvergoeding
1. Aan een werknemer dat een vakgerichte opleiding op eigen initiatief volgt, kan een vergoeding in de studiekosten worden toegekend;
2. De beslissing of een bepaalde opleiding behoort tot de genoemde vakopleidingen wordt genomen door de werkgever. Het verzoek om vergoeding van studiekosten dient voor de aanvang van de studie te zijn ingediend en wel op een zodanig tijdstip dat nog voor de aanvang van de opleiding door de werkgever een beslissing kan worden genomen;
3. Indien de werknemer een opleiding of cursus volgt die noodzakelijk is voor de functie, komen de kosten van deze opleiding voor 100% voor rekening van de werkgever:
• De inschrijf c.q. cursusgelden;
• De kosten van de voorgeschreven boeken en leermiddelen;
• Studietijd vindt zoveel mogelijk plaats gedurende werktijd.
• Als de studietijd buiten werktijd valt dan wordt gemaakt dit aangemerkt als overwerk en ook als dusdanig worden vergoed;
• Reiskosten worden vergoed, examen uren worden vergoed.
4. De opleidingen worden onder werktijd gevolgd. Getracht zal worden bij het vaststellen van de werkzaamheden met de studiebelangen rekening te houden;
5. De vergoeding van de in lid 3 beschreven kosten geschiedt slechts zolang de werknemer in dienst van de werkgever is;
6. De werknemer dient zich te verbinden de ontvangen vergoedingen naar evenredigheid van de openstaande maanden na aanvang studie terug te betalen als hij de dienst binnen drie jaar verlaat. Dit artikel is niet van
toepassing indien de gevolgde scholing vanuit de werkgever verplicht is gesteld;
7. Na het met goed gevolg beëindigen van de vakopleiding dient de werknemer de werkgever het behaalde diploma te overleggen. De werkgever behoudt een kopie ten behoeve van de personeelsadministratie.
8. In tegenstelling tot het hierboven gestelde wordt de ADN - herhalingscursus volledig door de werkgever vergoed indien de werknemer vooraf toestemming heeft gekregen voor het volgen van de cursus en in dienst was voor 1 januari 2023. De regeling is voor werknemers die na deze datum in dienst zijn getreden vervallen
Artikel 17 - Pensioenvoorziening
Voor personeelsleden in vaste dienst geldt een pensioenvoorziening, welke wordt ondergebracht bij het Rail & OV. Ten aanzien van de uitvoering van de betreffende pensioenregelingen wordt de CAO Openbaar Vervoer gevolgd.
Het personeel aan wie werkkleding wordt verstrekt zoals is aangegeven in het bedrijfsreglement verplicht deze kleding bij het uitoefenen van zijn of haar functie ook daadwerkelijk te dragen. Tevens kan men de daadwerkelijk gemaakte kosten in verband met stomen/reinigen van de kleding maximaal 2 keer per jaar declareren. Indien hiertoe aanleiding bestaat, kan in individuele situaties een extra declaratie worden toegekend.
Het is werknemer niet toegestaan zonder voorafgaande toestemming van de werkgever betaalde of niet betaalde werkzaamheden voor derden te verrichten dan wel zelfstandig werkzaam te zijn.
Artikel 20 - Aanneming en ontslag
Interne sollicitanten genieten de voorkeur bij vacatures. Evenals externe kandidaten dienen zij te voldoen aan de functie-eisen. Beoordeling vindt plaats op basis van kwaliteit en geschiktheid.
Wanneer het gaat om de functie van kapitein, dan toetst de Kapiteinscommissie op de volgende criteria, waar men aan moet kunnen voldoen:
• Formele (wettelijke) bevoegdheid bezitten om als kapitein te mogen varen;
• Geschiktheid voor de functie (voldoen aan competenties, zoals overwicht bezitten e.d.);
• Bekwaamheid bezitten om een waterbus veilig en comfortabel te kunnen besturen.
Wanneer de Kapiteinscommissie unaniem van oordeel is dat een interne kandidaat potentieel geschikt is voor de functie en binnen een termijn van twee maanden inwerktijd volledig geschikt te maken is, krijgt deze kandidaat de mogelijkheid de geschiktheid in de praktijk door middel van een proefplaatsing aan te tonen. Gedurende deze plaatsing van twee maanden dient de kandidaat tenminste 36 dagen (mee) te varen op de boot. Na de proefplaatsing vindt een evaluatie plaats. Bij gebleken geschiktheid en bekwaamheid (Kapiteinscommissie moet unaniem
zijn) wordt de kandidaat definitief benoemd in de functie van kapitein.
De dienstbetrekking wordt aangegaan voor onbepaalde tijd, bepaalde tijd, dan wel voor de duur van een seizoen. De opzegging zal met inachtneming van de wettelijke bepalingen van het ontslagrecht geschieden met dien verstande dat de dienstbetrekking van rechtswege eindigt wanneer een werknemer de AOW gerechtigde leeftijd heeft bereikt.
Opzegging geschiedt door zowel de werkgever als de werknemer met inachtneming van de wettelijke opzegtermijn. Bij dienstverbanden voor bepaalde tijd zal één maand voor de afloop van het dienstverband met het betrokken werknemer een gesprek plaatsvinden waarin zoveel mogelijk duidelijkheid gegeven wordt over de verwachte mogelijkheden om het dienstverband voort te zetten dan wel de verwachting dat het dienstverband bij afloop van de contracttermijn niet verder verlengd zal worden.
Artikel 21 - Overige afspraken
1. De regelingen voor WIA/WGA zullen gelijk zijn aan de regeling die gelden binnen de CAO openbaar vervoer
2. De vakbondscontributie zal fiscaal vriendelijk worden verwerkt conform de daarvoor door de belastingdienst gestelde eisen
3. In de voorlaatste maand van elk Cao-contract betaalt de werkgever aan FNV € 20,- per werknemer percontractperiode in de verhouding 80% FNV en 20% CNV Vakmensen.
4. Ten behoeve van het personeel zal een bedrijfsfitnessregeling worden geïntroduceerd, die geen meerkosten voor de werkgever met zich meebrengt indien daar de behoefte aan bestaat bij werknemers.
5. De afspraken in deze Cao zijn gebaseerd op een voltijdovereenkomst (36 uur per week). Voor parttimers geldt dat bedragen en uren naar rato worden toegepast.
6. Mocht blijken dat een bepaalde afspraak in deze CAO strijdig is met wet- of regelgeving dan wel als gevolg daarvan onuitvoerbaar wordt, dan zullen partijen over die uitspraak met elkaar in overleg treden.
7. Werkgever beschikt over een bedrijfsreglement welke bij in dienst treden zal worden uitgereikt aan werknemer. Wijzigingen in het bedrijfsreglement worden met de OR besproken.
8. Kaderleden hebben recht op vakbondsverlof met behoud van loon in het geval van formeel CAO overleg waarbij de vakbondsbestuurders gesecondeerd worden door de kaderleden, periodiek overleggen waarbij de kaderleden aanwezig zijn of andersoortige overleggen of werkgroepen voortvloeiend uit het verzoek van de werkgever. .
9. Bij een reorganisatie of fusie zal de werkgever, zodra het voornemen bekend is, contact opnemen met de vakorganisatie om de overgang c.q. gevolgen van een reorganisatie te bespreken.
10. Er geldt een werkgelegenheidsgarantie voor direct roostergebonden en uitvoerend personeel in vaste dienst gedurende de looptijd van de CAO.
11. Werkgever spant zich maximaal in om werknemers binnen de gestelde bandbreedte verlof te geven wanneer zij dit verzoeken.
12. Werkgever en vakbonden onderzoeken gedurende de looptijd het functiehuis door middel van een functiewaarderingstraject.
13. Werkgever en vakbonden hebben afgesproken dat zij in oktober 2023 evalueren
of de bezetting het toe laat om verder in gesprek te gaan over werkdruk verlagende maatregelen en te onderzoeken wat hierin haalbaar is. In dit onderzoek wordt ook de mogelijkheid van een generatiepact onderzocht.
14. Afgesproken is dat werkgever het huidige personeelssysteem onderzoekt op wat verbeterd kan worden. Ook geeft de werkgever een uitleg over hoe een maandoverzicht gelezen en geïnterpreteerd moet worden.
Artikel 22 - Concessiewisseling
Partijen bij deze CAO zullen zich tot het uiterste inspannen dat bij eventuele concessiewisseling het personeel overgaat naar de nieuwe vervoerder.
Alle geschillen aangaande uitleg, toepassing en uitvoering van deze CAO, zullen worden voorgelegd aan een onafhankelijke commissie welke door beide partijen wordt benoemd.
Artikel 24 - Opzegging van de CAO
In het geval zich buitengewone veranderingen in de algemeen sociaaleconomische verhoudingen in Nederland en/of wijzigingen in de loon- en prijspolitiek van de regering voordoen, zijn zowel partij ter ene zijde als partij ter andere zijde gerechtigd tijdens de duur van deze CAO wijzigingen van de CAO, welke met deze veranderingen in direct verband staan, aan de orde te stellen. Partijen zijn in dat geval verplicht aan de orde gestelde voorstellen in behandeling te nemen. Indien binnen een maand nadat deze voorstellen door één der partijen schriftelijk bij de andere partij aanhangig zijn gemaakt geen overeenstemming is bereikt, dan is de partij die de voorstellen aanhangig maakte, gerechtigd deze CAO met inachtneming van een opzegtermijn van één maand op te zeggen.
handtekeningen
Aldus overeengekomen en getekend in tweevoud te Zwijndrecht op XXX
trede | 2022 | 2023 |
03WB/00 | € 2.014,13 | € 2.165,19 |
03WB/01 | € 2.089,59 | € 2.246,31 |
03WB/02 | € 2.167,87 | € 2.330,46 |
03WB/03 | € 2.254,68 | € 2.423,78 |
03WB/04 | € 2.362,84 | € 2.540,05 |
03WB/05 | € 2.432,63 | € 2.615,08 |
03WB/06 | € 2.590,63 | € 2.784,93 |
03WB/07 | € 2.661,77 | € 2.861,40 |
03WB/08 | € 2.738,63 | € 2.944,03 |
03WB/09 | € 2.811,27 | € 3.022,12 |
03WB/10 | € 2.885,25 | € 3.101,64 |
03WB/11 | € 2.956,41 | € 3.178,14 |
03WB/12 | € 3.027,62 | € 3.254,69 |
03WB/13 | € 3.097,84 | € 3.330,18 |
Bijlage 1 Salarisschalen Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands b.v. Loonschaal Steward
Xxxxxxxxxx kapitein
trede | 2022 | 2023 |
04WB/00 | € 2.210,58 | € 3.178,14 |
04WB/01 | € 2.301,62 | € 3.254,67 |
04WB/02 | € 2.432,60 | € 3.335,74 |
04WB/03 | € 2.590,63 | € 3.418,35 |
04WB/04 | € 2.738,63 | € 3.494,89 |
04WB/05 | € 2.811,27 | € 3.576,02 |
04WB/06 | € 2.885,27 | € 3.645,68 |
04WB/07 | € 2.956,41 | € 3.713,32 |
04WB/08 | € 3.027,60 | € 3.787,59 |
04WB/09 | € 3.103,01 | € 3.863,34 |
04WB/10 | € 3.179,86 | € 3.940,60 |
04WB/11 | € 3.251,06 | € 4.019,42 |
04WB/12 | € 3.326,53 | € 4.099,80 |
04WB/13 | € 3.391,33 | € 4.181,80 |
04WB/14 | € 3.454,25 | € 4.265,44 |
Voor de loonschaal van de kapiteins is per 1 januari 2023 een wijziging doorgevoerd. Trede 7 2022 is trede 0 geworden in 2023 (met toepassing van indexatie). De schippers zijn hierdoor allemaal opnieuw ingeschaald, waarbij zij per 1 januari 2023 3 extra tredes hebben ontvangen.
Loonschaal Technische Dienst
trede | 2022 | 2023 | |
05WB/00 | monteur B | € 2.089,59 | € 2.246,31 |
05WB/01 | monteur B | € 2.167,87 | € 2.330,46 |
05WB/02 | monteur B | € 2.254,68 | € 2.423,78 |
05WB/03 | monteur B | € 2.362,84 | € 2.540,05 |
05WB/04 | monteur B | € 2.432,63 | € 2.615,08 |
05WB/05 | monteur B | € 2.590,63 | € 2.784,93 |
05WB/06 | monteur B | € 2.661,77 | € 2.861,40 |
05WB/07 | monteur A | € 2.811,27 | € 3.022,12 |
05WB/08 | monteur A | € 2.956,41 | € 3.178,14 |
05WB/09 | monteur A | € 3.103,01 | € 3.335,74 |
05WB/10 | monteur A | € 3.179,86 | € 3.418,35 |
05WB/11 | monteur A | € 3.251,06 | € 3.494,89 |
05WB/12 | monteur A | € 3.326,53 | € 3.576,02 |
05WB/13 | monteur A | € 3.391,33 | € 3.645,68 |
Uitlooptrede
In de cao zijn afspraken gemaakt over het toevoegen van een uitlooptrede aan de bestaande loontabel van kapitein, stewards en Technische dienst. Deze extra trede kan op grond van de volgende voorwaarde en op individuele basis worden toegekend wanneer er sprake is van:
• Een werknemer die in de hoogste trede is ingeschaald;
• Een aaneensluitend dienstverband bij werkgever van minimaal 15 jaar heeft;
• De waarde van deze trede bedraagt € 47,47 euro bruto per maand (prijspeil 1/1/2023)
Toeslagen
2022 | 2023 | |
ORT ma-vrij | € 3,37 | € 3,62 |
ORT zaterdag | € 7,29 | € 7,84 |
ORT zondag | € 11,47 | € 12,33 |
Dienstverandering | € 26,09 | € 28,05 |
Wachtdienst | € 31,67 | € 34,05 |
EHBO/BHV | € 10,43 | € 11,21 |
Consignatiedienst TD | € 356,26 | € 382,98 |
Hogere rang / functie | € 13,93 | € 14,97 |
Koffiegeldvergoeding | € 12,50 | € 13,44 |
Maaltijdvergoeding | € 12,50 | € 12,50 |
Eindejaarsuitkering | € 692,00 | € 743,90 |
Inwerkvergoeding Schipper | 2 uur TVT | |
Inwerkvergoeding Steward | 1 uur TVT |
Bijlage 2 Onderhandelingsresultaat
- Looptijd
1 januari 2023 tot en met 31 december 2023
- Loonsverhoging
Lonen en vergoedingen (ORT, dienstverandering, wachtdiensten, EHBO/BHV, Hogere rang/Functie, Koffiegeld, Consignatie TD, eindejaarsuitkering) worden per 1 januari 2023 geïndexeerd met 7.5%
- Lonen Schippers
o Het loongebouw van de schippers wordt aangepast (zie bijlage).
o De huidige trede 14 wordt daarmee trede 7 in het nieuwe voorstel.
o Een schipper ontvangt per 1 januari 2023 3 extra trede,
x Xx xxxxxxxx die nu in trede 14 + zit, gaat naar trede 11.
- Periodieke verhoging
o Jaarlijks per 1 januari wordt de periodieke verhoging toegepast. Dit was per datum in dienst en wordt nu voor iedereen 1 januari.
o Voor oproepkrachten geldt dat de jaarlijkse periodieke verhoging wordt toegepast nadat 900 uur gewerkt is en anders eens per 2 jaar.
o De werkgever wil graag dat de periodieke verhoging wordt toegepast bij goed functioneren. Partijen hebben afgesproken dat Blue Amigo een aanvraag indient bij de OR voor een (nieuwe) beoordelingssystematiek en dat daarna afspraken met de vakbonden wordt gemaakt over het beloningscomponent bij deze beoordelingssystematiek.
- Onregelmatigheidstoeslag
Er wordt in deze CAO geen wijziging aangebracht in de ORT vergoeding. Voor de volgende CAO wordt onderzocht of een wijziging gewenst is tegen het moment van uitbetaling. Te weten maandelijks de ORT die die maand is gewerkt versus de huidige vaste vergoeding.
- Maaltijdvergoeding
De maaltijdvergoeding wordt toegepast op alle diensten die langer dan 10 uur zijn. De maaltijdvergoeding wordt per maand betaald op basis van het aantal gewerkte diensten. Hierdoor is de betaling van de vergoeding voor de maand januari in februari en zo verder.
- Reiskostenvergoeding
o Per 1-1-2023 wordt 21 cent per gereisde kilometer vergoed. Dit geldt voor een heen- en terugreis met een maximum van 40 kilometer enkele reis (per dag kan dus maximaal 80 km gedeclareerd worden).
o Reiskostenvergoeding gaat op declaratiebasis en is geen vast bedrag per maand. Hierdoor is de betaling van de vergoeding voor de maand januari in februari en zo verder.
o Reiskosten kunnen ook gedeclareerd worden bij werkzaamheden voor de werkgever zoals overleg OR, vakbondsoverleg, kapiteinscommisie of een reis naar de Bedrijfsarts.
o Bij ziekte of verlof wordt geen reiskostenvergoeding toegekend.
- Inwerkvergoeding
Een schipper die een andere schipper inwerkt ontvangt hiervoor 2 uur TVT per inwerkdienst. De steward die een andere steward inwerkt ontvangt hiervoor 1 uur TVT per inwerkdienst. De werknemer heeft de keuze om TVT uit te laten betalen. Inwerken is in principe op vrijwillige basis en niet verplicht. Echter indien zwaarwegende bedrijfsbelangen dit verlangen, kan een medewerker echter toch ingezet worden om een collega in te werken.
- Garantieverlofmaatregel
o Regeling die reeds overeengekomen is in het bedrijfsreglement wordt overgenomen in de cao.
- Extra verlofdag bij verhuizing
o In de cao wordt een extra verlofdag met behoud van loon toegevoegd, indien de werknemer verhuist.
o .
- Functiehuis updaten
o Afgesproken is dat partijen met elkaar in 2023 in overleg gaan over het updaten van het functiehuis, ook in het kader van bestaande functies bij Blue Amigo die op dit moment niet in de cao staan en waar geen loonschalen voor vastgesteld zijn en die wel onder de werkingssfeer van de cao vallen.
- Verplichte scholing
Afgesproken is dat als werknemers verplichte scholing volgen om hun huidige functie te kunnen uitvoeren, dat deze scholing onder werktijd plaatsvindt en dat dit op kosten van de werkgever is. Indien deze verplichte scholing buiten het rooster valt en de werknemer meer uren werkt dan contractueel is overeengekomen en deze uren een fulltime dienstverband overschrijdt, worden deze uren als overwerk beloond.
- Vergoeding ADN
In de CAO wordt opgenomen dat deze regeling enkel voor toepassing is voor medewerkers die in dienst waren voor 1 januari 2023.
- Personeelssysteem
Afgesproken is dat Blue Amigo het huidige personeelssysteem onderzoekt op wat verbeterd kan worden. Ook geeft Blue Amigo een uitleg over hoe een maandoverzicht gelezen en geïnterpreteerd moet worden.
- Werkdruk verlagende maatregelen
o Afgesproken is dat Blue Amigo werkdruk verlagende maatregelen neemt, zodra dit mogelijk is en de bezetting dit toelaat. In oktober wordt voor het eerst geëvalueerd of dit momentum bereikt is.
o In het onderzoek naar werkdruk verlagende middelen wordt ook de mogelijkheid van een generatiepact verder onderzocht.
- Functiewaardering
- Het updaten van het functiehuis kan op basis van ORBA systeem uitgevoerd worden door AWVN. De vakbondsspecialisten kunnen hierbij ondersteunen, indien gewenst.
- Ouderschapsverlof
Blue Amigo volgt de wetgeving en dit wordt ook zo opgenomen in de cao.
- Herverdeling verlofdagen
Afgesproken is om een herverdeling van de verlofdagen toe te passen om zo een meer evenwichtige verdeling te creëren over de verschillende leeftijdscohorten.
o 18 t/m 20 jaar 24 dagen
o 21 t/m 39 jaar 25 dagen
o 40 t/m 49 jaar 26 dagen
o 50 t/m 54 jaar 27 dagen
o 55 t/m 59 jaar 28 dagen
o 60 t/m AO gerechtigde leeftijd 29 dagen
Een verlofdag is 7,2 uur. In de CAO worden het aantal verlofdagen ook vertaald naar het aantal uren..
De medewerker die voor 1 januari 2023 in dienst was en in de leeftijdscategorie 18 t/m 20 jaar valt en er door deze aanpassing op achteruit gaat behoudt het oude aantal verlofdagen.
- Verlofopname
Partijen wijzigen de afspraken omtrent verlofopname niet. Bij opname van verlof wordt de duur van de dienst afgeschreven van het verlofsaldo
- Plus – en minuren reservediensten
Partijen wijzigen de afspraken omtrent plus – en minuren voor de reservediensten niet.
De plus – en minuren worden niet bijgehouden dan wel verrekend.
- Inlenersbeloning
In de cao wordt de inlenersbeloning opgenomen: Uitzendkrachten die werkzaamheden uitvoeren voor Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands worden volgens de cao Blue Amigo Waterborne Public Transport Netherlands BV beloond.
- Aanvullende punten tekstueel
o In de bijlage overzicht met toeslagen, alle toeslagen benoemen
o Wachtdagen bij ziekte tekstueel verduidelijken: vanaf de 3e ziekmelding per kalenderjaar en verder wachtdag aanhouden.
o In artikel 8 zowel verlofdagen benoemen als de vertaling hiervan naar verlofuren .
o Definitie bruto uurloon opnemen
o Consignatiedienst TD toeslag opnemen in de cao, te weten 356,26 bruto per maand (peildatum 1-1-2022), voor peildatum 1-1-2023 moet dit bedrag geïndexeerd worden met procentuele loonsverhoging per 1-1-2023.
o In de cao wordt opgenomen dat de vaste standplaats Schokhaven, Xxxxxxxxxxx 00, Xxxxxxxxxxx, Xxxxxxxxx is.
o Voor vakbondsverlof wordt de huidige tekst in cao vervangen door: Kaderleden hebben recht op vakbondsverlof met behoud van loon in het geval van formeel cao overleg waarbij de vakbondsbestuurders gesecondeerd worden door kaderleden, periodiek overleggen waarbij de kaderleden aanwezig zijn of andersoortige overleggen of werkgroepen voortvloeiend uit verzoek van de werkgever.