MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
AI Nr. 9323
Bijvoegsel Stcrt. d.d. 04-02-2000, nr. 25
ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR CONTRACTSPELERS BETAALD VOETBAL NEDERLAND
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelezen het verzoek van de Federatie Xxxxxxx Xxxxxxx Organisaties als partij te ener zijde mede namens De Unie en de Vereniging van Contract- spelers als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereen- komst voor Contractspelers Betaald Voetbal Nederland, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;
Overwegende,
dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;
dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Staatscourant;
dat naar aanleiding van dit verzoek geen schriftelijke bedenkingen zijn ingebracht;
dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame perso- nen;
Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeids- overeenkomsten;
Besluit:
I. Verklaart algemeen verbindend voor een periode van twee jaar de navolgende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor
Sdu Uitgevers, ’s-Gravenhage 2000 CAO93232000
CAO1635 1
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland, zulks met inachtneming van hetgeen onder II, III, IV en V is bepaald:
CAO BEPALINGEN WAARVOOR AVV WORDT VERZOCHT
CAO VOOR CONTRACTSPELERS BETAALD VOETBAL NEDERLAND
Artikel 1
Definities
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1. Werkgever: de rechtspersoonlijkheid bezittende betaald voetbal- organisatie;
2. Werknemer: de contractspeler in volledige dienst en de contract- speler in gedeeltelijke dienst, alsmede de minderjarige contractspeler met een arbeidsovereenkomst met uitgestelde betaling;
3. Maand: een kalendermaand;
4. Arbeidsduur: het aantal uren per week gedurende welke de werk- nemer als regel beschikbaar is voor de werkgever;
5. Maandsalaris: het met inachtneming van de Wet minimumloon overeengekomen vaste salaris per maand, inclusief gegarandeerde premies voor competitie-, beker- en vriendschappelijke wedstrijden;
6. Maandinkomen: het maandsalaris, vermeerderd met de premies voor competitie-, beker- en vriendschappelijke wedstrijden voor zo- ver deze de gegarandeerde premies te boven gaan;
7. Jaarinkomen: de som van de twaalf maandinkomens, vermeerderd met eventuele bijzondere beloningen;
12. Echtgenote:
– de echtgenote van de werknemer;
– als echtgenote wordt mede aangemerkt de ongehuwde xxxxxxx- xxxxxx die met de andere ongehuwde meerderjarige, over een periode van tenminste zes maanden, een gezamenlijke huishou- ding voert, tenzij het betreft een bloedverwant in de eerste graad. Van een gezamenlijke huishouding is sprake indien twee perso- nen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben en zij blijk geven zorg te dragen voor elkaar door middel van het leveren van een bijdrage in de kosten van de huishouding dan wel anderszins. Een gezamenlijke huishouding wordt in ieder geval aanwezig geacht indien de betrokkenen hun hoofdverblijf hebben in de- zelfde woning en; zij zich wederzijds verplicht hebben tot een bijdrage aan de huishouding middels een samenlevingscontract; of zij op grond van registratie worden aangemerkt als een geza- menlijke huishouding.
2
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
13. CFK: Contractspelers Fonds KNVB
Prijsindex: De consumenten prijsindex alle huishoudens van het CBS over de periode juli tot en met juni.
14. Prijsindex: De consumenten prijsindex alle huishoudens van het CBS over de periode juli tot en met juni.
Artikel 2
Werkingssfeer
Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op alle arbeids- overeenkomsten tussen werkgevers en werknemers als bedoeld in arti- kel 1 lid 1 en lid 2.
Artikel 4
Algemene verplichtingen van de werkgever
1. De werkgever is verplicht de bepalingen van de CAO in redelijkheid en billijkheid na te leven.
4. De werkgever is verplicht een exemplaar van de individuele arbeids- overeenkomst aan de werknemer te verstrekken.
6. De werkgever draagt zorg voor aanmelding ter registratie bij de KNVB van het bij de arbeidsovereenkomst behorende standaardcon- tract voor meerderjarige contractspelers als bedoeld in artikel 51 RBV of het contract met uitgestelde betaling waarop van toepassing het KNVB-reglement van 18 juni 1985 zoals opgesteld naar aanlei- ding van de besluitvorming in de Algemene Vergadering Betaald Voetbal van de KNVB van 20 mei 1985.
6. De werkgever heeft de plicht de werknemers onmiddellijk in kennis te stellen van een financiële noodsituatie bij de werkgever. Van een financiële noodsituatie is sprake zodra de werkgever zijn financiële verplichtingen tegenover de werknemers niet meer kan nakomen.
7. De werkgever is verplicht in geval van het uitlenen van een speler aan een andere betaald voetbalorganisatie gebruik te maken van de door partijen bij de CAO ontwikkelde uitleenovereenkomst. De uitleenovereenkomst is verkrijgbaar bij het secretariaat van de FBO.
3
Artikel 5
Algemene verplichtingen van de werknemer
3. De werknemer is verplicht de belangen van de werkgever als goede werknemer te behartigen.
4. De werknemer is verplicht de door of namens de werkgever opge- dragen werkzaamheden naar behoren te verrichten en daarbij de ver- strekte aanwijzingen en voorschriften ook ten aanzien van plaats en tijd waarop de werkzaamheden moeten worden verricht in acht te nemen, voor zo ver dit redelijkerwijze van hem kan worden ver- langd.
5. De werknemer is verplicht zich, voor rekening van de werkgever, periodiek volgens de ter zake geldende voorschriften te laten keuren door een door de werkgever aan te wijzen arts.
6. De werknemer is verplicht, indien dit schriftelijk is overeengekomen, zich te onderwerpen aan enige verzekeringskeuring.
7. De werknemer is verplicht de door de medische staf verstrekte instructies met betrekking tot de medische verzorging en hygiëne op te volgen.
Artikel 6
Aanvang en einde der dienstbetrekking
1. De aanvangsdatum van de arbeidsovereenkomst wordt in iedere indi- viduele arbeidsovereenkomst vermeld. De arbeidsovereenkomst wordt steeds aangegaan voor bepaalde tijd en dient te eindigen op 30 juni van enig jaar.
2. In afwijking van het bepaalde in artikel 7: 668a BW blijven alle tus- sen dezelfde partijen aangegane arbeidsovereenkomsten voor be- paalde tijd steeds gelden als aangegaan voor bepaalde tijd. Het bepaalde in dit lid geldt bij overeenkomsten die elkaar opvolgen met tussenpozen van maximaal drie maanden, ongeacht de duur van de arbeidsverhouding die door de opeenvolging van overeenkomsten ontstaat en ongeacht het aantal opeenvolgende overeenkomsten waar- uit de arbeidsverhouding is samengesteld.
3. De eerste arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt van rechts- wege door het verstrijken van de overeengekomen periode;
4. De verlengde arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt na de mededeling door de werkgever of door de werknemer. De medede-
4
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
xxxx geschiedt tegen de laatste dag van de periode waarvoor de arbeidsovereenkomst is aangegaan.
5. In afwijking van het bepaalde in het voorgaande lid kan de werkge- ver die deelneemt aan de hoogste klasse van het Nederlands betaald voetbal (Eredivisie) een verlengde arbeidsovereenkomst met de werk- nemer met wie de arbeidsverhouding tenminste vijf volledige opeen- volgende jaren heeft geduurd, en wiens gegarandeerde inkomen in het laatste jaar van de overeenkomst voor bepaalde tijd niet hoger is dan NLG 250.000,–, slechts doen eindigen door:
a. opzegging met inachtneming van de opzegbepalingen als geldend voor contracten voor onbepaalde tijd, of
b. door de mededeling aan de werknemer onder toekenning van een schadeloosstelling in verband met de beëindiging van de arbeids- overeenkomst. De schadeloosstelling bedraagt het aan het einde van de overeenkomst geldende maandsalaris maal het aantal vol- ledige dienstjaren dat de arbeidsverhouding heeft geduurd, met een maximum schadeloosstelling van zes maandsalarissen. Het laatste dienstjaar geldt als volledig dienstjaar. In het kader van dit lid gelden overeenkomsten die elkaar opvolgen met tussenpozen van minder dan drie maanden als elkaar direct opvolgende over- eenkomsten.
Op het in dit lid genoemde bedrag van NLG 250.000,– is de jaar- lijkse prijsindex van toepassing (1999 = 100).
6. Het in lid 5 bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de werk- gever die deelneemt aan de op één na hoogste klasse van het betaalde voetbal (Eerste divisie), met dien verstande dat de bescherming als bedoeld onder a en onder b van dat lid geldt voor de werknemer van wie de arbeidsovereenkomst bij dezelfde werkgever tenminste drie volledige opeenvolgende jaren heeft geduurd, en wiens gegaran- deerde inkomen in het laatste jaar van de overeenkomst voor be- paalde tijd niet hoger is dan het voor dat jaar vastgestelde maximum- dagloon in het kader van de WW/WAO.
7. De mededeling als bedoeld in lid 4 en in lid 5 sub b en lid 6 jo lid 5 sub b dient tenminste drie maanden voor de einddatum van de over- eenkomst, derhalve uiterlijk 31 maart van enig jaar, middels een aan- getekend schrijven aan de werknemer te worden gedaan. De datum van de poststempel is bepalend voor de vraag of de mededeling tij- dig is gedaan.
8. Indien de mededeling als bedoeld in lid 4 en lid 5 sub b niet tijdig
5
geschiedt wordt de arbeidsovereenkomst voortgezet voor de duur van een jaar.
9. Op de arbeidsovereenkomst die onder de werking van dit artikel valt zijn de bepalingen van artikel 7: 677, 678, 679 en 685 BW onver- minderd van toepassing.
10. Indien de werkgever, die met gebruikmaking van het bepaalde in de leden 4 tot en met 7 van dit artikel de arbeidsovereenkomst met de werknemer heeft doen eindigen, besluit alsnog de arbeidsverhouding met diezelfde werknemer voort te zetten, kan dat slechts tegen arbeidsvoorwaarden die tenminste gelijk zijn aan de voorwaarden zoals die golden in het laatste jaar van de eerder beëindigde over- eenkomst.
Artikel 7
Arbeidsduur
1. De arbeidsduur van de werknemer in volledige dienst bedraagt, bere- kend over een tijdvak van 26 weken, gemiddeld 40 uren per week.
2. De arbeidsduur van de werknemer in gedeeltelijke dienst bedraagt, berekend over een tijdvak van 26 weken, ten hoogste gemiddeld 22 uren per week.
3. In de arbeidsduur is begrepen de tijd, die de werknemer beschikbaar is voor trainingen en wedstrijden, waartoe ook gerekend wordt de tijd benodigd voor het in teamverband voorbereiden op trainingen en wedstrijden, alsmede daarmee in verband staande medische verzor- ging. Het gestelde in dit lid is tevens van toepassing gedurende de periode, dat wedstrijden in het buitenland worden gespeeld, alsmede tijdens trainingskampen.
4. De reisuren in Nederland en in het buitenland in verband met het spelen van wedstrijden gelden in principe als arbeidsuren. Het ge- middeld aantal reisuren van alle spelers betrokken bij het betaald voetbal in aanmerking genomen, worden de reisuren vastgesteld op 2 uren per week, op jaarbasis berekend 104 uren. De reisuren in het buitenland zullen per geval in overleg met de spelersraad worden vastgesteld.
5. Voor een trainingskamp zal als regel overleg met de spelersraad wor- den gepleegd, met dien verstande, dat voor een trainingskamp van een aaneengesloten duur langer dan 10 dagen vooraf overeenstem- ming met de spelersraad dient te zijn verkregen.
6. In het kader van de vijfdaagse werkweek heeft de werknemer in 6
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
principe recht op 2 vrije dagen per week; in bijzondere omstandig- heden kan hiervan worden afgeweken in overleg met de werknemer en/of spelersraad, echter steeds met behoud van de rechten van de werknemer.
Artikel 8
Salarisbepalingen
1. Aan werknemers in volledige dienst wordt een maandsalaris toege- kend dat tenminste gelijk is aan het wettelijk minimumloon, zoals op basis van de Wet minimumloon jaarlijks wordt vastgesteld.
2. a. Aan tenminste 18 werknemers in gedeeltelijke dienst van de werkgever die deelneemt aan de competitie Eredivisie betaald voetbal, wordt een maandsalaris toegekend van tenminste 55,5% van het wettelijk minimumloon, zoals dat op basis van de Wet minimumloon jaarlijks wordt vastgesteld.
c. Aan de overige werknemers in gedeeltelijke dienst van de werk- gever die deelneemt aan de competitie Eredivisie betaald voetbal, wordt een maandsalaris toegekend van tenminste 50% van het wettelijk minimumloon, zoals dat op basis van de Wet minimum- loon jaarlijks wordt vastgesteld.
3. a. Aan tenminste 16 werknemers in gedeeltelijke dienst van de werkgever die deelneemt aan de competitie Eerste divisie betaald voetbal, wordt een maandsalaris toegekend van tenminste 55,5% van het wettelijk minimumloon, zoals dat op basis van de Wet minimumloon jaarlijks wordt vastgesteld.
b. Aan de overige werknemers in gedeeltelijke dienst van de werk- gever die deelneemt aan de competitie Eerste divisie betaald voetbal, wordt een maandsalaris toegekend van tenminste 50% van het wettelijk minimumloon, zoals dat op basis van de Wet minimumloon jaarlijks wordt vastgesteld.
4. Werknemers waarop de leden 2b of 3b van toepassing zijn, hebben bij blijvende indeling in de 1e elftalselectie recht op een honorering, zoals bij 2a respectievelijk 3a is bepaald. Onder 1e elftalselectie wordt verstaan de groep werknemers, die door of namens de werk- gever gedurende enige tijd als de trainingsgroep wordt samengesteld waaruit het eerste elftal wordt gekozen en waarvan de werknemer redelijkerwijze wordt geacht deel uit te maken.
7
5. Het maandinkomen zal uiterlijk 10 dagen na het einde van de kalendermaand aan de werknemer worden uitbetaald.
6. In afwijking van het bepaalde in de leden 2b en 3b van dit artikel is het de werkgever toegestaan met een of meerdere werknemers in de leeftijd van 16 tot en met 20 jaar een arbeidsovereenkomst aan te gaan op basis van tenminste 35% van het wettelijk minimum jeugd- loon.
Artikel 9
Vakantietoeslag
De werknemer heeft recht op een vakantietoeslag van 8% over zijn jaar- inkomen met een maximum van 8% over 3 maal het volledig wettelijk minimumloon, uit te betalen met het inkomen van de maand mei.
Artikel 10
Geoorloofd verzuim
Met uitsluiting van het anders en overig bepaalde in artikel 7: 629b BW is het volgende van toepassing:
1. De werknemer behoudt aanspraak op het voor het tijdvak overeen- gekomen inkomen in de volgende gevallen en voor de respectieve- lijk bij elk van deze gevallen bepaalde termijnen van verlof waarin hij de bedongen arbeid niet heeft kunnen verrichten, mits hij zo mogelijk tenminste een dag tevoren en onder overlegging van be- wijsstukken aan de werkgever of diens gemachtigde van het verzuim kennis geeft en de gebeurtenis c.q. plechtigheid in het desbetreffende geval daadwerkelijk bijwoont:
a. xxx xx xxx van overlijden tot en met de dag van de begrafenis bij overlijden en begrafenis van de echtgenote, de ouders of van een tot het gezin behorend kind of pleegkind van de werknemer.
b. gedurende een dag op de dag van de begrafenis van xxxxxxxxxxx, grootouders van de echtgenote, broers, zusters, xxxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxxxx, zwagers en schoonzusters.
c. gedurende een dag bij ondertrouw van de werknemer zelf en gedurende twee achtereenvolgende dagen bij zijn huwelijk.
d. gedurende een dag bij huwelijk een zijner kinderen, pleegkinde- xxx, broers en zusters, ouders en schoonouders, zwagers en schoonzusters.
e. gedurende een dag bij bevalling van de echtgenote.
f. gedurende een dag bij verhuizing van de werknemer.
g. gedurende een door de werkgever naar redelijkheid en billijkheid te bepalen tijdsduur tot een maximum van twee dagen, indien de werknemer ten gevolge van de vervulling van een buiten zijn schuld bij of krachtens de wet persoonlijk opgelegde verplichting
8
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
verhinderd is zijn werkzaamheden te verrichten, mits deze ver- vulling niet in zijn vrije tijd kan geschieden en onder aftrek van de vergoeding van inkomensderving, welke hij van derden zou kunnen ontvangen.
i. de werkgever zal een werknemer, die lid is van de CentraleSpe- lers Raad (CSR) en in die hoedanigheid aanwezig dient te zijn, eveneens verzuim met behoud van salaris toekennen bij:
1. vergaderingen van en met de Centrale Spelers Raad;
2. bijwonen van de Algemene Vergadering Betaald Voetbal;
3. andere KNVB-bijeenkomsten, waarbij de CSR wordt uitge- nodigd.
Artikel 11
Vakantie
1. Het vakantiejaar loopt van 1 juli tot en met 30 juni.
2. De werknemer verwerft per vakantiejaar recht op een vakantie met behoud van salaris van 20 dagen.
3. De werknemer die slechts een deel van het vakantiejaar in dienst van de werkgever is (geweest), heeft recht op een evenredig deel van de in dit lid genoemde vakantie, met inachtneming van het bepaalde in het volgende lid.
4. Voor de berekening van het aantal vakantiedagen wordt een werkne- mer die voor of op de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat, geacht op de eerste van die maand in dienst te zijn getreden, c.q. de dienst te hebben verlaten en wordt een werknemer die na de 15e van enige maand in dienst treedt c.q. de dienst verlaat, geacht op de eerste van de navolgende maand in dienst te zijn getre- den c.q. de dienst te hebben verlaten.
5. De werknemer dient bij de aanvang van de dienstbetrekking de werkgever mede te delen hoeveel recht op vakantie hij bij zijn vorige werkgever(s) verworven doch niet genoten heeft. De werknemer heeft aanspraak deze vakantiedagen zonder behoud van salaris te genieten.
6. De werknemer verwerft geen vakantiedagen over de tijd gedurende welke hij wegens het niet verrichten van zijn werkzaamheden geen aanspraak op in geld vastgesteld inkomen heeft.
9
7. Het onder 6 bepaalde is niet van toepassing indien de werknemer zijn werkzaamheden niet heeft verricht wegens:
a. ziekte of ongeval, tenzij veroorzaakt door opzet van werknemer;
b. het genieten van xxxxxx gebaseerd op in een vorige dienstbetrek- king xxxxxxxxx doch niet opgenomen verlof;
In genoemde gevallen worden nog vakantiedagen verworven over de eerste 12 maanden waarin geen arbeid wordt verricht, waarbij de duur der onderbreking uit de respectieve oorzaken tezamen geteld wordt.
Indien een onderbreking der werkzaamheden als bedoeld onder a of b van dit lid in meer dan één vakantiejaar valt, wordt het in een vorig jaar vallend deel der onderbreking bij de berekening van de periode van afwezigheid mee in aanmerking genomen.
8. Ten aanzien van het tijdstip van de aanvang en het einde van de hier- bedoelde onderbreking is het in lid 4 van dit artikel bepaalde van overeenkomstige toepassing.
9. De verworven vakantiedagen in de onder 7 sub a of b genoemde gevallen vervallen, indien de dienstbetrekking door de werknemer wordt beëindigd alvorens de arbeid is hervat.
10. Van de in lid 2 genoemde vakantiedagen zullen als regel tenminste drie weken als aaneengesloten vakantie worden verleend.
11. De werknemer, die op 1 mei van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en niet meer leerplichtig is, verwerft vakantiedagen over de tijd welke hij besteedt aan het volgen van onderricht waartoe de werkgever hem krachtens de Wet in de gele- genheid moet stellen.
12. Bij het tussentijds beëindigen van de dienstbetrekking zal de werk- nemer desgewenst in de gelegenheid worden gesteld de hem nog toe- komende vakantie op te nemen met dien verstande dat deze dagen niet eenzijdig in de opzeggingstermijn mogen worden begrepen. Indien de werknemer de hem toekomende vakantie niet heeft opge- nomen, zal hem voor elke niet genoten dag een evenredig salaris- bedrag worden uitbetaald. Teveel genoten vakantie wordt op over- eenkomstige wijze met het salaris verrekend.
13. De werkgever reikt de werknemer bij het einde van de dienstbetrek- king een verklaring uit waaruit blijkt de duur van de vakantie zon- der behoud van salaris welke de werknemer op dat tijdstip nog toe- komt.
10
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 13
Ziekte en arbeidsongeschiktheid
1. In geval van ziekte of arbeidsongeschiktheid dient de werknemer dit op de eerste ziektedag voor 10:30 uur te melden aan de werkgever.
2. De werknemer dient zich te houden aan de terzake geldende voor- schriften van de Bedrijfsvereniging en/of Arbodienst en zich beschik- baar te houden voor controles. In de beoordeling van de arbeids- ongeschiktheid zal de clubarts van de werkgever zoveel als nodig overleg voeren met de Bedrijfsvereniging en/of Arbodienst.
3. Indien de werknemer geblesseerd is, moet hij zich laten behandelen door de clubarts en diens aanwijzingen opvolgen. In overleg met de clubarts kan de werknemer tevens elders (erkende) medische hulp betrekken, doch de kosten hiervan zijn, tenzij uitdrukkelijk anders overeengekomen, voor rekening van de werknemer.
4. In geval van ziekte van de werknemer zal de werkgever gedurende een periode van maximaal 52 weken 100% van het in artikel 1 lid 5 genoemde maandsalaris aan de werknemer doorbetalen. Deze ver- plichting eindigt indien in de bedoelde periode van 52 weken de arbeidsovereenkomst eindigt.
5. De werkgever zal bij volledige of gedeeltelijke arbeidsongeschikt- heid die voortduurt na verloop van de in lid 4 bedoelde periode van 52 weken 85% van het in artikel 1 lid 5 genoemde maandsalaris aan de werknemer doorbetalen tot aan de einddatum van de arbeidsover- eenkomst.
6. De verplichtingen in de leden vier en vijf zullen voor werkgevers uit- komende in de hoogste klasse van het betaalde voetbal (Eredivisie) berekend worden over een maximum inkomen per werknemer van NLG. 500.000,– per jaar en voor werkgevers uitkomende in de op een na hoogste klasse van het betaalde voetbal (Eerste divisie) over een maximum inkomen per werknemer van NLG. 185.000,– per jaar. Op de doorbetalingsverplichting van de werkgever worden wettelijke uitkeringen waarop de werknemer recht heeft in mindering gebracht.
7. De in lid 4 en 5 bedoelde bovenwettelijke suppleties behoeven door de werkgever niet te worden uitbetaald:
a. indien de werknemer bij zijn indiensttreding opzettelijk onjuiste
11
of onvolledige inlichtingen omtrent zijn gezondheidstoestand heeft verstrekt;
b. indien de werknemer door eigen toedoen geen wettelijke uitke- ring ontvangt, met dien verstande dat het bedrag waarop de werk- nemer een wettelijke aanspraak zou hebben gehad op de door- betalingsverplichting van de werkgever in mindering wordt gebracht.
Artikel 15
Uitkering bij overlijden
1. Indien een werknemer overlijdt, zal aan zijn nagelaten betrekkingen een overlijdensuitkering worden verstrekt, gebaseerd op het gemid- deld bruto maandinkomen van de laatste vier maanden, berekend over het resterend deel van de kalendermaand van overlijden plus twee daaropvolgende maanden. Op dit bedrag kan door de werkge- ver in mindering worden gebracht hetgeen de nagelaten betrekkin- gen ter zake van het overlijden van de werknemer als voetballer/ contractspeler toekomt ingevolge sociale wetgeving.
2. Onder nagelaten betrekkingen wordt verstaan:
a. de echtgenote van de werknemer van wie hij niet duurzaam gescheiden leefde;
b. indien deze niet meer in leven is, of de echtgenoten duurzaam gescheiden leefden: de minderjarige wettige of erkende natuur- lijke kinderen.
3. Xxxx uitkering is verschuldigd, indien door het toedoen van de werk- nemer geen aanspraak bestond op een uitkering krachtens sociale wetgeving.
Artikel 16
Aanvullende verzekering WAO
De werkgever vergoedt 50% van de premie van een door de werknemer te sluiten WAO-hiaat verzekering. De bijdrage geldt voor de verzekering die aan de werknemer tot aan diens 36e verjaardag een aanvullende WAO-uitkering biedt tot een maximum van het geldende WAO-dagloon.
Artikel 17
ANW-hiaat
De werkgever vergoedt aan de gehuwde werknemer die vrijgesteld is van deelname aan het CFK een ten behoeve van diens echtgenote af te sluiten verzekering ter dekking van het ANW-hiaat.
12
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 18
Opleiding en maatschappelijke begeleiding
1. De werkgever en de organisaties van werkgevers en werknemers zul- len de opleiding tot betaald voetballer bevorderen van degenen die als zodanig werkzaam willen zijn.
2. De werkgever en de organisaties van werkgever en werknemers zul- len de activiteiten ter voorbereiding van de werknemers op een toe- komstige maatschappelijke carrière bevorderen.
Artikel 20
Reiskosten
1. De werknemer heeft recht op vergoeding van reis- en verblijfkosten, die voortvloeien uit het verrichten van zijn werkzaamheden.
2. De werknemer heeft recht op een vergoeding van de kosten voor het woon-werkverkeer overeenkomend met de voor hem geldende fis- cale forfaitaire regeling, volgens de Wet Inkomstenbelasting.
Artikel 21
Verhuiskosten
1. De werkgever vergoedt de door de werknemer gemaakte kosten van verhuizing welke in verband met het aanvaarden van de nieuwe dienstbetrekking nodig is en welke op uitdrukkelijk verzoek van de Werkgever plaatsvindt.
2. De verhuiskostenvergoeding zal niet meer bedragen dan het deel van de kosten dat op basis van de fiscale wetgeving onbelast aan de werknemer kan worden vergoed.
3. De werknemer heeft tevens aanspraak op vergoeding van de daad- werkelijk gemaakte transportkosten.
13
Artikel 22
Fusie, reorganisatie, opheffing
In het kader van de verplichtingen die voortvloeien uit de SER-fusie gedragsregels, zal de werkgever die overweegt:
– een fusie aan te gaan;
– een ingrijpende reorganisatie door te voeren;
– tot opheffing van de BVO te besluiten; zo spoedig als de noodzake- lijke geheimhouding dit mogelijk maakt, de FBO, De Unie/de VVCS, de spelersraad en de betrokken werknemers inlichten omtrent de overwogen maatregelen. Aansluitend hierop zal de werkgever de maatregelen en de eventueel daaruit voor de betrokken werknemers voortvloeiende sociale gevolgen bespreken met De Unie/de VVCS en de spelersraad.
Artikel 26
Uitlenen
1. Het uitlenen van een contractspeler aan een andere werkgever in het betaald voetbal is alleen mogelijk indien de betrokken werknemer daarmee instemt.
2. Gedurende de uitleenperiode blijft de tussen de werknemer en de uit- lenende werkgever gesloten arbeidsovereenkomst van kracht. De uit- lenende werkgever zal alle uit deze arbeidsovereenkomst voort- vloeiende verplichtingen volledig nakomen.
3. Indien een werknemer voor de periode van uitlenen, aanvullende vergoedingen met de inlenende werkgever overeenkomt, ontheft die overeenstemming de uitlenende werkgever niet van haar verplichtin- gen jegens de werknemer, tenzij anders overeengekomen.
4. De inlenende werkgever dient de uitlenende werkgever te vrijwaren van aansprakelijkheid ingevolge artikel 7: 658 BW.
5. De uitlenende werkgever sluit ten minste de gebruikelijke verzeke- ringen, die noodzakelijk zijn om alle risico’s die de werknemer bij de inlenende werkgever loopt, te verzekeren.
Artikel 27
Gunstiger bepalingen
1. Werkgevers en werknemers hebben het recht van deze CAO ten gun- ste van de werknemers afwijkende bepalingen overeen te komen.
14
Contractspelers Betaald Voetbal Nederland 2000/2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
2. Voor zover tussen werkgevers en werknemers arbeidsvoorwaarden zijn of worden overeengekomen, die in gunstige zin voor de werk- nemer afwijken van de bepalingen vermeld in deze CAO, zijn die arbeidsvoorwaarden onverminderd van kracht.
Artikel 29
Overgangsrecht
De werknemer op wiens tegen het einde van het seizoen 1998/1999 aflo- pende arbeidsovereenkomst middels artikel 6 BBA ontslagbescherming van toepassing is zal deze ontslagbescherming, ondanks de ingangs- datum van deze CAO van 1 juli 1999, behouden. Het bepaalde in arti- kel 6 van deze CAO is in bedoelde gevallen niet van toepassing. Opzeggingshandelingen die voor de datum van ondertekening rechtsgel- dig hebben plaatsgevonden blijven van kracht. Arbeidsovereenkomsten ten aanzien waarvan door een van de partijen een verzoek tot ontbinding is ingediend voor de datum van inwerkingtreding van deze CAO zullen, indien de ontbinding pas na 1 juli 1999 wordt uitgesproken, evenmin onder de werkingssfeer van deze CAO vallen.
15
II. Het is de werkgever toegestaan om in het kader van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 8, derde lid, van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, af te wijken van de onder I opgeno- men bepaling(en) houdende een mutatie van het loon voorzover de onverkorte toepassing van die bepaling(en) de verlening van een onthef- fing in de weg zou staan om reden dat de personeelskosten van de betrokken onderneming onvoldoende zijn gematigd.
III. Indien en voor zover de onder I opgenomen bepalingen strijdig zijn met bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen.
IV. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publicatie in de Staatscourant en heeft geen terugwerkende kracht.
V. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Staatscourant.
’s-Gravenhage, 28 januari 2000
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Namens de Minister:
De Directeur van het Centraal kantoor
van de Arbeidsinspectie,
C. J. Meerhof.
16