Contract

Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en -inrichtingen

Collectieve arbeidsovereenkomst van 11/07/2022 betreffende de invoering van een nieuw loonmodel voor de gezondheidsdiensten en -inrichtingen die worden erkend en/of gesubsidieerd

door de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie

Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied

Artikel 1.

§1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de gezondheidsdiensten en -inrichtingen (PC 330 – overgehevelde sectoren) hieronder vermeld die erkend en/of gesubsidieerd worden door de Franse Gemeenschapscommissie en de

Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie:

- de rusthuizen voor bejaarden, de rust- en verzorgingstehuizen, de assistentiewoningen, de dagverzorgingscentra, de centra voor dagopvang, de centra voor kortverblijf voor bejaarden;

- de psychiatrische verzorgingstehuizen;

- de initiatieven van beschut wonen;

- de revalidatiecentra, met inbegrip van de multidisciplinaire begeleidingsequipes voor palliatieve verzorging.

§2. In het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst verstaat men:

- Onder “werkgever”: de natuurlijke of rechtspersoon die krachtens de wet een instelling (gezondheidsdienst of -inrichting) kan vertegenwoordigen en verbinden en die werknemers in dienst heeft die binnen het toepassingsgebied van deze overeenkomst vallen

- Onder “werknemer”: het loontrekkend mannelijk en vrouwelijk personeel.

- Onder “sub-sector”: de inrichtingen en diensten die onder elk lid van dit artikel in paragraaf 1 staan.

§3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op artsen noch op leidinggevend personeel zoals bedoeld in art. 4, 4° van de wet van 4 december 2007 betreffende de sociale verkiezingen.

§4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werknemers waarvoor een

beslissing tot een beëindiging van hun arbeidsovereenkomst bekend is voor datum E en die 4 weken na datum E niet meer in dienst zijn.

Hoofdstuk 2: Doel

Artikel 2.

§1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel nieuwe loonschalen vast te stellen die in de instellingen bedoeld in artikel 1, §1 van toepassing zijn op de werknemers die vallen onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

§2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt de loonschalen voor de functiecategorieën zoals deze zijn vastgelegd in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 “tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie” (registratienummer 135642/CO/330).

§3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt alle noodzakelijke maatregelen om een invoering van de nieuwe loonschalen tot stand te brengen.

§4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst geeft uitvoering aan de maatregelen betreffende de implementatie van IFIC waarin het Protocolakkoord 2021-2024 van 23/12/2021 voorziet voor de non-profit sectoren van de Franse Gemeenschapscommissie, de Gemeenschappelijke

Gemeenschapscommissie en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Hoofdstuk 3: Definities

Artikel 3.

§1. IFIC-barema: Het "IFIC-barema" is de sectorale loonschaal die voor elke sectorale functiecategorie wordt vastgesteld. Het is de sectorale minimumschaal waarop werknemers recht hebben. Het IFIC-barema en de kenmerken ervan worden beschreven in hoofdstuk 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

§ 2. Startbarema: Het “startbarema” is de loonschaal, eventueel verhoogd met enkele elementen, die van toepassing is op het ogenblik dat de werknemer zijn recht op het IFIC-barema aanvangt. Het startbarema wordt verder beschreven in hoofdstuk 6, afdeling 1 van deze collectieve

arbeidsovereenkomst.

§3. Datum E: De "datum E" is de datum waarop de werkgever aan elke werknemer individueel zijn sectorale referentiefunctietoewijzing en de bij deze functietoewijzing behorende individuele salarissimulatie meedeelt. Overeenkomstig de bepalingen van artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14/03/2022 betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie, ligt datum E tussen 17/10/2022 en 16/01/2023.

§4. Haard- of standplaatstoelage: het aan de werknemer toegekende voordeel conform:

de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2022 ((KB 23/10/2002 – BS 5/11/2002) betreffende de toekenning van een haard- of standplaatstoelage, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en -inrichtingen (64175/CO/305).

De collectieve arbeidsovereenkomst van 7 december 2000 betreffende de toekenning van een haard- en of standplaatstoelage (56976/CO/305).

§5. Functiecomplement: het aan sommige werknemers diensthoofden toegekende voordeel vanaf 18 jaar geldelijke anciënniteit conform de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2006 (KB 1/10/2008 – BS 27/11/2008) betreffende de toekenning van een functiecomplement voor sommige werknemers, diensthoofden in functie, afgesloten in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten en -inrichtingen (89936/CO/305).

In de sector van de ROB’s- RVT’s is dit het functiecomplement dat via onderdeel E2 van het forfait wordt toegekend.

§6. Functietoeslag: het aan de werknemer toegekende voordeel conform:

- de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 1992 betreffende de functietoeslag voor de hoofden, afgesloten tussen de werknemersorganisaties en de werkgeversorganisaties (uitgezonderd Becoprivé), vertegenwoordigd in het Paritair Subcomité voor de privé-ziekenhuizen.

- de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 augustus 1992 betreffende de toekenning van een functietoeslag voor de diensthoofden, afgesloten in het Paritair Subcomité voor de gezondheidsinrichtingen – en diensten (31.034/CO/305.02).

§7. Premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid (BBK) en/of bijzondere beroepstitel (BBT): het aan de werknemer toegekende voordeel conform hoofdstuk 1 van het Koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende de uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties.

§8. Functiecomplement (E1): het aan sommige werknemers hoofdverpleegkundigen enkel in de rust- en verzorgingstehuizen (RVT), toegekende voordeel in de vorm van een complement op het loon, conform artikel 28 van het ministerieel besluit van 6 november 2003 tot vaststelling van het bedrag en de voorwaarden voor de toekenning van de tegemoetkoming, bedoeld in artikel 37, § 12, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen,

gecoördineerd op 14 juli 1994, in de rust- en verzorgingstehuizen en in de rustoorden voor bejaarden.

Hoofdstuk 4 : Algemene principes

Artikel 4.

§1. De invoering van de nieuwe loonschalen mag in geen geval leiden tot een vermindering van het loon van de werknemers die in dienst zijn uiterlijk op de dag vóór de datum E die in de instelling

werd vastgelegd.

§2. De werknemer in dienst heeft bij de invoering van de nieuwe loonschalen de keuze tussen het behoud van zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, of een overstap naar het IFIC-barema. De keuze voor het IFIC-barema is onomkeerbaar.

De bestaande loonvoorwaarden blijven van toepassing indien de werknemer niet kiest om het recht op het IFIC-barema te openen.

§ 3. Dit recht om te kiezen tussen enerzijds het behouden van het startbarema en anderzijds het IFIC-barema, en de gevolgen ervan worden verder verduidelijkt in hoofdstuk 6, afdeling 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

§ 4. De werknemers die in dienst treden vanaf datum E genieten geen keuzerecht en vallen onmiddellijk onder het IFIC-barema dat overeenkomt met de categorie van de functie die hen is toegewezen (met uitzondering van de werknemers met een BBT/BBK premie, cf. artikel 11§2).

Artikel 5.

§1. De ondertekenende partijen erkennen dat de aanpassing van de lonen op basis van deze nieuwe sectorale functieclassificatie slechts mogelijk is indien de nodige financiering die in het Protocolakkoord 2021-2024 van 23/12/2021 voor de non-profit sectoren van de Franse Gemeenschapscommissie, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tussen de sociale partners enerzijds en de Brusselse Regering, het College en het Verenigd College anderzijds is overeengekomen, door de bevoegde overheden wordt gewaarborgd en ter beschikking gesteld en voldoende is. De ondertekenende partijen verbinden zich ertoe binnen dit budgettair kader te werken.

§2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten onder de opschortende voorwaarde dat de bevoegde overheid op juridisch bindende wijze aan de ondertekenende partijen een aanpassing garandeert van de in lid 1 bedoelde financiering aan de index, aan de evolutie van de anciënniteit en aan de evolutie van het aantal VTE, meer bepaald met het oog op de invoering van het systeem van functieclassificatie en het daaraan gekoppelde loonmodel.

§3. Om te kunnen nagaan hoe het door de overheid beschikbare budget zich verhoudt tot de globale reële kost kan een rapportering van loongegevens worden gedaan. De sociale partners bepalen in voorkomend geval, door middel van een collectieve arbeidsovereenkomst, de termijnen, de modaliteiten en welke gegevens door IFIC vzw zullen worden verzameld en hoe deze gegevens zullen worden verzameld.

Hoofdstuk 5: Het IFIC-barema

Artikel 6.

§1. Voor elke functiecategorie zoals vastgelegd in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie, legt deze collectieve arbeidsovereenkomst een IFIC-barema vast.

De IFIC-barema’s voor elke functiecategorie worden weergegeven in bijlage 1 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst. De IFIC-barema’s worden uitgedrukt als bruto maandloon.

Elke sectorale referentiefunctie uitgeoefend door een werknemer situeert zich in een categorie waar

een doelbarema(s) aan gekoppeld is (zijn).

§ 2. In de functiecategorie 14 wordt, voor zowel de sectorale referentiefuncties als ontbrekende functies van verpleegkundige, opvoeder en begeleider binnen het functiedepartement verpleging en verzorging, een gedifferentieerd doelbarema bepaald:

- 14 voor de verpleegkundigen, opvoeders en begeleiders met een opleiding op bachelor niveau;

- 14B voor de verpleegkundigen, opvoeders en begeleiders met een opleidingsniveau dat lager is dan bachelor niveau.

De werkgever is ertoe gehouden het intern paritair overlegorgaan te informeren over de creatie van iedere nieuwe ontbrekende functie in categorie 14 binnen het departement verpleging en verzorging. Onder intern paritair overlegorgaan wordt verstaan de Ondernemingsraad (OR), bij ontstentenis het

Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) of bij ontstentenis de Syndicale Delegatie.

§ 3. In geval van hybridering (toewijzing, overeenkomstig de bepalingen van bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 2022 betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie, van meer dan één sectorale referentiefunctie of ontbrekende functie aan een werknemer binnen eenzelfde arbeidsovereenkomst), wordt het IFIC- barema berekend op basis van pro rata verdeling van de arbeidstijd die de werknemer besteedt aan elke sectorale referentiefunctie of ontbrekende functie.

§ 4. Wanneer de hoogst geklasseerde sectorale referentiefunctie of ontbrekende functie voor 70% of meer deel uitmaakt van de contractuele arbeidstijd van de werknemer, dan wordt de werknemer voor 100% van zijn contractuele arbeidstijd vergoed aan het IFIC-barema voor deze functie.

Hoofdstuk 6: Het IFIC-barema voor de werknemers in dienst ten laatste de dag voor datum E

Afdeling 1. Het bepalen van het startbarema van de werknemer

Artikel 7.

§ 1. Het startbarema is gelijk aan de loonschaal, eventueel verhoogd met bepaalde elementen, van toepassing zijnde op de werknemer in de instelling, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, op 30 juni 2022 (of op de datum van indiensttreding in de functie als deze tussen 1 juli 2022 en de dag voor datum E ligt).

Het startbarema is, in voorkomend geval, minimaal gelijk aan de van toepassing zijnde sectorale loonschaal, conform de collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten tot en met 30 juni 2022 in het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten – en inrichtingen van toepassing op de ondernemingen en werknemers die gevat worden door het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomsten.

De sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten die als referentie dienen om de loonschaal bedoeld

in de vorige alinea, vast te leggen, worden opgenomen in bijlage 2 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

§ 2. Om het startbarema te bepalen wordt de op de werknemer van toepassing zijnde loonschaal, in voorkomend geval voor elk anciënniteitsjaar van de loonschaal, verhoogd met de looncomponenten waarop de werknemer recht heeft, conform de collectieve arbeidsovereenkomsten en koninklijke besluiten vermeld in §4 tot 7 van artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Het betreft meer bepaald:

- De haard- of standplaatstoelage

- Het functiecomplement (E2 voor de ROB’s – RVT’s)

- De functietoeslag

- De premie voor een bijzondere beroepsbekwaamheid en/of een bijzondere beroepstitel.

§ 3. Het startbarema moet, in voorkomend geval, vermeerderd worden met het functiecomplement (E1), zoals vermeld in § 8 van artikel 3 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst, toegekend in de vorm van een looncomplement voor bepaalde hoofdverpleegkundigen in de rust- en verzorgingstehuizen.

§ 4. Het startbarema van de werknemer kan slechts verhoogd worden met andere looncomponenten dan deze vermeld in §2 en 3 van dit artikel, indien zij tegelijkertijd voldoen aan de volgende 3 voorwaarden

- zij zijn onderworpen aan de sociale zekerheid (RSZ);

- zij zijn gerelateerd aan de functie;

- zij worden collectief toegekend aan alle werknemers aan wie in de instelling dezelfde functie is toegewezen.

Deze andere salariscomponenten moeten erop gericht zijn de waarde te verhogen van de elementen die in aanmerking zijn genomen bij de wegingscriteria ter bepaling van de schaalcategorie van de nieuwe IFIC-functies.

§ 5. De onderdelen van het startbarema vermeld in § 2 en 4 van dit artikel die toegekend worden over een andere betaalperiode dan maandelijks, moeten worden omgezet in bruto maandbedragen.

Het bruto maandbedrag is gelijk aan het door twaalf gedeelde jaarbedrag, met twee decimalen na de komma.

De afrondingen gebeuren door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als gelijk is aan of hoger is dan vijf.

§ 6. Indien een werknemer meerdere functies uitoefent, vastgelegd in meer dan één arbeidsovereenkomst, dan wordt het startbarema bepaald voor elke arbeidsovereenkomst apart.

Afdeling 2: Het bepalen van het IFIC-barema

Artikel 8.

§ 1. Het IFIC-barema is gelijk aan het barema omschreven in bijlage 1 voor de functiecategorie die op de werknemer van toepassing is.

§ 2. Indien een werknemer meerdere functies uitoefent, vastgelegd in meer dan één arbeidsovereenkomst, dan wordt het IFIC-barema bepaald voor elke arbeidsovereenkomst apart.

Afdeling 3: De keuze van de werknemer

Artikel 9.

§1. De werknemer heeft bij de invoering van de nieuwe loonschalen eenmalig de keuze tussen het behoud van zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, of voor het IFIC-barema zoals beschreven in artikel 8 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

§2. De keuze voor het IFIC-barema is onomkeerbaar.

De werknemer die kiest voor het IFIC-barema heeft bijgevolg geen recht meer op de loonschalen

noch op de andere looncomponenten van zijn startbarema zoals opgenomen in het startbarema conform artikel 7 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst.

§3. De werknemer die kiest voor het IFIC-barema, maar zich op het ogenblik van de activering van zijn recht op het IFIC-barema in een anciënniteitsjaar bevindt waar het startbarema hoger is dan het IFIC-barema, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, tot de maand waarop het IFIC-barema nominaal hoger ligt dan het startbarema, aan eenzelfde tewerkstellingsbreuk. Vanaf die maand volgt hij definitief het IFIC- barema.

Bijgevolg heeft een verpleegkundige die recht heeft op het voordeel beschreven in § 7 van artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst (BBT/BBK-premie) en die opteert voor het IFIC-barema, nog steeds recht op de jaarlijkse betaling van deze BBT/BBK-premie, en dit naar rato van het aantal maanden tijdens dewelke hij/zij niet betaald werd volgens het IFIC-barema tijdens de

referentieperiode.

§ 4. De werknemer bedoeld in §1 van dit artikel is verplicht zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever in de 4 weken na datum E en uiterlijk op 13/02/2022. De werknemer die voor die datum geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, en opent niet het recht op het IFIC- barema.

De werknemer die kiest voor het IFIC-barema, heeft voor het eerst recht op betaling van zijn IFIC- barema vanaf de uitbetaling van het salaris van de maand volgend op de kennisgeving van zijn keuze.

Het recht op het IFIC-barema vangt aan vanaf zijn indiensttredingsdatum doch niet eerder dan 1 juli 2022. Bijgevolg dient de werkgever voor de werknemer een looncorrectie te berekenen voor de periode tussen 01/07/2022 (of de datum van indiensttreding indien die ligt tussen 01/07/2022 en de dag voor datum E) en de maand volgend op zijn keuze. De betaling van deze looncorrectie zal gebeuren gelijktijdig met het loon van de maand volgend op de kennisgeving van zijn keuze, op voorwaarde dat de instelling daadwerkelijk de voorziene budgettaire middelen voor de financiering van de implementatie van IFIC in 2022 heeft ontvangen. Zo niet dan kan de looncorrectie worden uitgesteld tot de maand waarin de instelling de budgettaire middelen ontvangt.

De verpleegkundige die recht heeft op het voordeel beschreven in § 7 van artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst (BBT/BBK-premie) en kiest voor het IFIC-barema, heeft in september 2022 nog steeds recht op de betaling van de BBT/BBK-premie voor de volledige referentieperiode 2021-2022. Het bedrag van de premie dat overeenkomt met de maanden waarvoor de looncorrectie met terugwerkende kracht geldt (juli en augustus 2022, voor een werknemer die op 1 juli 2022 in dienst was), moet dus in mindering worden gebracht op het totaalbedrag van de salariscorrectie, om dubbele betaling van de premie voor de betrokken maanden te voorkomen.

§ 5. In afwijking op §4 van dit artikel, kan de werknemer die gebruik maakt van de mogelijkheid tot sectoraal of extern beroep, zoals beschreven in de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 2022 betreffende de procedures voor de invoering van een nieuwe sectorale functieclassificatie, zijn keuze, zoals bedoeld in §1 van dit artikel, pas maken nadat het besluit van de sectorale of de externe beroepscommissie schriftelijk aan hem is meegedeeld.

Vanaf de kennisname van het besluit van de interne/sectorale beroepscommissie heeft de werknemer 15 kalenderdagen om zijn keuze schriftelijk bekend te maken aan de werkgever.

Indien de werknemer in extern beroep gaat, heeft hij vanaf de kennisname van het besluit van het externe beroepscommissie 15 dagen en ten laatste tot 31 december 2023 om zijn keuze schriftelijk

bekend te maken aan de werkgever.

Deze bekendmaking van de keuze gaat gepaard met een expliciete afstand van recht om het dispuut verder te betwisten.

De werknemer die in dit geval opteert om over te stappen naar het IFIC-barema, geniet de uitbetaling van zijn loon volgens het IFIC-barema voor het eerst de maand volgend op de bekendmaking van zijn keuze. In voorkomend geval dient de werkgever voor de werknemer eenmalig een looncorrectie te berekenen voor de periode tussen 1 juli 2022 (of de datum van indiensttreding van de werknemer indien deze ligt tussen 1 juli 2022 en de dag voor datum E) en de maand van de bekendmaking van zijn keuze.

De werknemer die binnen bovenvermelde termijn geen keuze heeft bekend gemaakt, behoudt zijn bestaande loonvoorwaarden, inbegrepen de hierbij bedongen toekomstige verhogingen, en opent niet het recht op het IFIC-barema.

Artikel 10.

§ 1. De werkgever informeert de werknemer op datum E over de keuzemogelijkheid. Hiertoe bezorgt hij de werknemer een overzicht van zijn startbarema (met uitzondering van het functiecomplement (E1), bedoeld in §2 van het huidig artikel) en het IFIC-barema, en informeert hij de werknemer over de bepalingen van artikel 9.

De werkgever geeft de werknemer een berekening van het cumulatief loon dat hij nog zou verdienen in elk van beide barema’s gedurende de resterende loopbaan. Hierbij wordt vertrokken van de baremieke anciënniteit op 1 juli 2022 (of op de datum van indiensttreding in de functie indien die ligt tussen 01/07/2022 en de dag voor datum E), de leeftijd van de werknemer, zijn wettelijke pensioenleeftijd, zijn arbeidstijd, waarbij voor wat betreft deze berekening wordt verondersteld dat de werknemer in dezelfde functie zou blijven en effectieve prestaties levert tot het einde van zijn loopbaan.

§ 2. Bovendien informeert de werkgever specifiek de hoofdverpleegkundige in een rust- en verzorgingstehuis, die in aanmerking komt voor het functiecomplement (E1), beoogd in § 8 van artikel 3 van de huidige overeenkomst, ervan:

- dat dit functiecomplement E1 geïntegreerd is in zijn startbarema maar dat dit niet geïntegreerd is in de individuele loonsimulatie die hem wordt overhandigd aangezien het bedrag van het complement variabel is in de tijd naargelang factoren gelinkt aan de instelling (deze simulatie dekt alle jaren van de overblijvende carrière);

- dat hij geen recht meer heeft op de uitbetaling van dit functiecomplement (E1), indien hij kiest voor het IFIC barema, en dat hij dus rekening moet houden met dit element bij zijn individuele keuze.

Op het moment van de melding van de keuze conform § 4 en 5 van artikel 9 van de huidige overeenkomst, moet de hoofdverpleegkundige in een rust- en verzorgingstehuis, die voor het IFIC- barema kiest, expliciet vermelden dat hij akkoord gaat om afstand te doen van de betaling van dit functiecomplement (E1). Het ontbreken van deze expliciete kwijtschelding laat niet toe om het recht

op het IFIC-barema te openen.

§ 3. Voor werknemers die tussen 1 juli 2022 en de dag vóór datum E binnen de instelling van functie zijn veranderd, verstrekt de werkgever de werknemer een salarissimulatie, als omschreven in lid 1 van dit artikel, op basis van de situatie op 30 juni 2022 en een andere salarissimulatie op basis van de verdeling op de dag vóór datum E. De werknemer maakt op basis van deze simulaties één enkele keuze. Deze keuze geldt dan voor elk van de functies, maar mag voor de situatie voorafgaand aan datum E niet leiden tot een negatieve looncorrectie voor een van de maanden afzonderlijk (met uitzondering van de recuperatie voor de maanden juli en augustus 2022 van een twaalfde van de

BBT/BBK-premie voor werknemers die het voordeel genieten beschreven in §7 van artikel 3 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst en die kiezen voor het IFIC-barema).

§ 4. De berekening van het cumulatief loon zoals bedoeld in voorgaande paragrafen dient te gebeuren met de tool die door de VZW IFIC ter beschikking wordt gesteld.

Hoofdstuk 7: Het IFIC-barema voor de werknemers die in dienst treden vanaf datum E

Artikel 11.

§1. De werknemer die vanaf datum E in dienst treedt bij een nieuwe werkgever of in een nieuwe functie bij dezelfde werkgever, heeft onmiddellijk recht op het IFIC-barema dat hoort bij de functiecategorie die op hem van toepassing is. De IFIC-barema’s voor elke functiecategorie worden weergegeven in bijlage 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Deze barema’s zijn uitgedrukt als bruto maandloon.

§2. In afwijking van §1 van dit artikel heeft de verpleegkundige die, alvorens in dienst te treden bij zijn nieuwe werkgever die onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst valt, door middel van een attest kan aantonen dat hij bij zijn vorige werkgever (waaronder zowel de privé- als de overheidswerkgevers vallen) recht had op het voordeel bedoeld in § 7 van artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst (BBT/BBK-premie), en die op het ogenblik van de uitdiensttreding een verpleegkundige functie uitoefende, voor zover hij bij zijn nieuwe werkgever een verpleegkundige functie uitoefent, een eenmalige keuze tussen een verloning op basis van de functiecategorie en het overeenkomstige IFIC-barema of een verloning overeenkomstig de voordelen voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomsten en de regelgeving bedoeld in artikel 3,

§ 2,4,5,6,en 7 die op deze werknemer van toepassing zijn.

Opdat de verpleegkundige dit voordeel zou kunnen behouden wanneer hij opnieuw van werkgever verandert, ontvangt deze verpleegkundige bij de uitdiensttreding van zijn werkgever een attest waaruit blijkt dat hij op het ogenblik van de uitdiensttreding een verpleegkundige functie uitoefende

en nog van dit voordeel genoot (BBT/BBK-premie).

Hoofdstuk 8: Algemene bepalingen

Artikel 12. Integratie loonschalen en looncomponenten

De werknemer waarop het IFIC-barema van toepassing is, heeft vanaf de start van de uitbetaling van het IFIC-barema en voor de duurtijd van de verdere loopbaan, bovenop het toegekende IFIC- barema geen recht meer op de voordelen zoals bedoeld in de collectieve arbeidsovereenkomsten en de koninklijke besluiten opgenomen in artikel 3 §4 tot §7. Hij heeft geen recht meer op de andere looncomponenten die krachtens artikel 7 §3 en 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst in het startbarema zijn opgenomen. Deze voordelen zijn in het IFIC-barema geïntegreerd.

De werknemer die kiest voor het IFIC-barema heeft geen recht meer op de loonschalen opgenomen in het startbarema conform artikel 7 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief hun toekomstige indexeringen, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van artikel 9 §3 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

Artikel 13. Index

§ 1. De in bijlage 1 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst voorziene doelbarema’s worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 103.04 (basis 2013), 1 juni 2017.

De aanpassing gebeurt overeenkomstig de modaliteiten welke zijn vastgesteld bij de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmede rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid van de arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.

§ 2. Het geïndexeerde IFIC-barema is een barema met twee decimalen.

De afronding gebeurt door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als gelijk is aan of hoger is dan vijf.

Artikel 14. Uurloon

Het geïndexeerde uurloon (in het stelsel van de 38-urenweek) is gelijk aan:

maandloon x 12 1976

Het resultaat van deze berekening is een uurloon met vier decimalen.

De afronding gebeurt door het cijfer na de af te ronden decimaal te verwaarlozen als het lager is dan vijf en door het af te ronden decimaal naar de hogere eenheid te brengen als het gelijk is aan of hoger is dan vijf.

Artikel 15. Informatie aan de werknemer die recht heeft op het IFIC-barema

Ten einde de correcte toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst te kunnen verifiëren maakt de werkgever verplicht schriftelijk aan de werknemer over:

- De code(s) en de titel(s) van de aan de werknemer toegekende sectorale referentiefunctie(s) zoals opgenomen in bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 september 2016 “tot het bepalen van sectorale referentiefuncties en een sectorale functieclassificatie” (330/CO/ 135642),of de melding van een ontbrekende functie. In het geval van een hybride functie, de verdeling van de arbeidstijd tussen de functies;

- De IFIC-baremacategorie(ën) van toepassing op de werknemer.

Voor de werknemers in dienst op datum E vermeldt de werkgever ook:

- Welke loonschaal en welke looncomponenten in het startbarema werden geïntegreerd conform artikel 7 §2 tot 4;

- In voorkomend geval het intern barema dat van toepassing is op de betrokken werknemer;

- De baremieke anciënniteit van de werknemer (op 1 juli 2022 of op de datum van indiensttreding in de functie als deze tussen 1 juli 2022 en de dag voor datum E ligt) uitgedrukt in jaren en maanden.

Voor de toepassing van dit artikel wordt de incorporatie in een schriftelijke overeenkomst (of een avenant aan de arbeidsovereenkomst) tussen de werkgever en de betrokken werknemer beschouwd als een schriftelijke kennisgeving.

Artikel 16. Verworven anciënniteit

De werknemer die het recht opent op het IFIC-barema behoudt zijn verworven baremieke anciënniteit als vertrekpunt voor de verdere evolutie van de anciënniteit.

Artikel 17. Verworven anciënniteit bij functiewijziging

Bij wijziging van functie binnen dezelfde onderneming, heeft de werknemer onmiddellijk recht op de verworven baremieke anciënniteit in de vorige functie.

Hoofdstuk 9: Slotbepalingen

Artikel 18.

§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op datum van ondertekening en is gesloten voor onbepaalde duur.

§ 2. Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden herzien of opgezegd met inachtneming van een opzeggingstermijn van twaalf maanden.

§ 3. De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet in een gewone brief aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten de redenen ervan aangeven en amendementsvoorstellen indienen. De andere organisaties verbinden zich

ertoe deze binnen een maand na ontvangst ervan in het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten te bespreken.

§ 4. Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités worden, voor wat betreft de ondertekening van deze collectieve arbeidsovereenkomst, de handtekeningen van de personen die deze aangaan namens de werknemersorganisaties enerzijds en namens de werkgeversorganisaties anderzijds, vervangen door de notulen van de vergadering die zijn ondertekend door de voorzitter en de

secretaris en goedgekeurd door de leden.

BIJLAGEN: 2

Bijlage 1 : IFIC-barema’s

IFIC barema's - Barèmes IFIC spilindexcijfer – indice pivot 103.04 (basis, base 2013), 1/06/2017
ANC	CAT 4	CAT 5	CAT 6	CAT 7	CAT 8	CAT 9	CAT 10	CAT 11	CAT 12	CAT 13	CAT 14B	CAT 14	CAT 15	CAT 16	CAT 17	CAT 18	CAT 19	CAT 20
0	1903,79	1913,99	1942,67	1982,09	2027,14	2083,44	2151,02	2235,48	2336,84	2415,67	2.415,67	2612,75	2798,57	3051,96	3299,73	3626,32	3952,91	4279,51
1	1938,72	1956,21	1987,46	2029,62	2077,00	2134,49	2203,48	2282,42	2395,26	2488,14	2.497,80	2706,81	2899,32	3164,89	3415,22	3753,24	4091,27	4429,29
2	1971,62	1989,12	2022,81	2067,59	2117,20	2175,81	2246,14	2326,76	2450,65	2557,19	2.576,36	2796,95	2995,87	3273,21	3525,78	3874,75	4223,72	4572,69
3	2002,57	2020,07	2056,09	2103,38	2155,11	2214,77	2286,37	2368,57	2503,07	2622,82	2.651,31	2883,10	3088,15	3376,83	3631,37	3990,79	4350,21	4709,63
4	2031,65	2049,14	2087,39	2137,05	2190,81	2251,46	2324,25	2407,94	2552,59	2685,10	2.722,65	2965,25	3176,14	3475,72	3731,96	4101,34	4470,71	4840,09
5	2058,94	2076,43	2116,78	2168,71	2224,38	2285,97	2359,87	2444,95	2599,31	2744,07	2.790,42	3043,40	3259,85	3569,86	3827,59	4206,43	4585,27	4964,11
6	2084,52	2109,30	2151,64	2205,71	2263,20	2325,66	2400,62	2479,72	2643,32	2799,82	2.854,67	3117,59	3339,32	3659,31	3918,31	4306,13	4693,94	5081,76
7	2108,47	2133,26	2177,48	2233,57	2292,78	2356,06	2432,00	2512,34	2684,71	2852,43	2.915,47	3187,89	3414,62	3744,12	4004,21	4400,53	4796,85	5193,17
8	2130,88	2155,67	2201,66	2259,67	2320,50	2384,56	2461,42	2542,91	2723,60	2902,02	2.972,90	3254,39	3485,85	3824,39	4085,42	4489,77	4894,13	5298,49
9	2151,83	2176,62	2224,29	2284,10	2346,46	2411,23	2488,96	2571,53	2760,10	2948,68	3.027,08	3317,18	3553,10	3900,23	4162,05	4574,00	4985,94	5397,88
10	2171,40	2196,19	2245,43	2306,94	2370,73	2436,18	2514,72	2598,31	2794,31	2992,53	3.078,10	3376,39	3616,52	3971,77	4234,27	4653,36	5072,45	5491,55
11	2189,67	2221,74	2272,47	2335,57	2400,72	2466,79	2546,09	2623,33	2826,34	3033,70	3.126,09	3432,13	3676,22	4039,16	4302,23	4728,05	5153,87	5579,69
12	2206,70	2238,78	2290,89	2355,50	2421,91	2488,57	2568,57	2646,70	2856,31	3072,31	3.171,18	3484,54	3732,36	4102,56	4366,11	4798,25	5230,39	5662,53
13	2222,58	2254,66	2308,08	2374,08	2441,68	2508,90	2589,56	2668,51	2884,33	3108,47	3.213,49	3533,76	3785,08	4162,12	4426,07	4864,14	5302,22	5740,29
14	2237,38	2269,46	2324,09	2391,41	2460,13	2527,85	2609,13	2688,84	2910,50	3142,32	3.253,14	3579,93	3834,54	4218,01	4482,29	4925,93	5369,57	5813,21
15	2251,16	2283,24	2339,01	2407,56	2477,32	2545,52	2627,37	2707,80	2934,93	3173,97	3.290,28	3623,20	3880,88	4270,41	4534,96	4983,81	5432,67	5881,52
16	2260,27	2299,64	2356,37	2425,97	2500,62	2566,14	2648,42	2722,10	2967,74	3211,42	3.325,02	3668,21	3929,09	4326,11	4582,84	5036,43	5490,03	5943,62
17	2268,73	2308,10	2365,73	2436,30	2515,53	2578,53	2661,21	2735,39	2998,43	3246,48	3.357,49	3710,35	3974,24	4378,30	4627,60	5085,62	5543,65	6001,67
18	2276,58	2315,95	2374,43	2445,89	2529,40	2590,04	2673,10	2747,75	3027,11	3279,26	3.387,82	3749,79	4016,48	4427,16	4669,41	5131,57	5593,73	6055,89
19	2283,87	2323,24	2382,50	2454,80	2542,31	2600,74	2684,15	2759,23	3053,90	3309,89	3.416,13	3786,65	4055,96	4472,86	4708,43	5174,45	5640,47	6106,49
20	2290,64	2330,01	2389,99	2463,07	2554,31	2610,68	2694,41	2769,89	3078,89	3338,48	3.442,54	3821,09	4092,85	4515,57	4744,82	5214,45	5684,07	6153,70
21	2296,91	2343,58	2404,23	2478,04	2572,75	2627,20	2711,23	2779,79	3102,20	3365,16	3.467,15	3853,23	4127,28	4555,45	4778,75	5251,73	5724,71	6197,70
22	2302,73	2349,40	2410,68	2485,17	2583,11	2635,77	2720,07	2788,99	3123,93	3390,04	3.490,09	3883,22	4159,39	4592,67	4810,36	5286,47	5762,58	6238,69
23	2308,13	2354,80	2416,66	2491,78	2592,74	2643,72	2728,28	2797,52	3144,16	3413,21	3.511,44	3911,16	4189,33	4627,38	4839,79	5318,81	5797,83	6276,85
24	2313,14	2359,80	2422,20	2497,91	2601,67	2651,10	2735,90	2805,43	3163,00	3434,80	3.531,31	3937,20	4217,22	4659,73	4867,17	5348,91	5830,64	6312,38
25	2317,78	2364,44	2427,35	2503,59	2609,96	2657,94	2742,96	2812,78	3180,53	3454,90	3.549,79	3961,45	4243,19	4689,86	4892,65	5376,91	5861,16	6345,42
26	2322,08	2376,04	2439,41	2516,15	2624,95	2671,58	2756,81	2819,59	3196,84	3473,59	3.566,98	3984,02	4267,36	4717,91	4916,34	5402,94	5889,54	6376,14
27	2326,06	2380,02	2443,82	2521,04	2632,09	2677,47	2762,88	2825,90	3212,00	3490,98	3.582,96	4005,01	4289,85	4744,01	4938,36	5427,14	5915,92	6404,70
28	2329,76	2383,71	2447,92	2525,57	2638,72	2682,92	2768,52	2831,75	3226,09	3507,15	3.597,80	4024,53	4310,76	4768,29	4958,82	5449,62	5940,43	6431,23
29	2333,18	2387,13	2451,71	2529,76	2644,86	2687,98	2773,74	2837,18	3239,18	3522,17	3.611,59	4042,67	4330,19	4790,86	4977,82	5470,51	5963,19	6455,88
30	2336,35	2390,30	2455,23	2533,65	2650,55	2692,67	2778,58	2842,21	3251,34	3536,12	3.624,39	4059,53	4348,25	4811,84	4995,47	5489,90	5984,33	6478,76
31	2339,28	2400,48	2465,73	2544,49	2663,08	2704,25	2790,30	2846,87	3262,63	3549,08	3.636,27	4075,19	4365,02	4831,33	5011,85	5507,90	6003,95	6500,01
32	2342,00	2403,20	2468,74	2547,83	2667,97	2708,27	2794,46	2851,18	3273,10	3561,11	3.647,30	4089,73	4380,60	4849,43	5027,05	5524,61	6022,16	6519,72
33	2344,52	2405,72	2471,53	2550,92	2672,50	2712,00	2798,31	2855,18	3282,83	3572,28	3.657,54	4103,23	4395,06	4866,24	5041,15	5540,11	6039,06	6538,01
34	2346,85	2408,05	2474,12	2553,78	2676,71	2715,46	2801,87	2858,89	3291,85	3582,64	3.667,03	4115,76	4408,48	4881,84	5054,23	5554,48	6054,73	6554,98
35	2349,01	2410,21	2476,52	2556,43	2680,60	2718,65	2805,17	2862,32	3300,21	3592,25	3.675,83	4127,38	4420,93	4896,32	5066,37	5567,82	6069,27	6570,72

Ter informatie vindt u in de tabel hieronder de IFIC-barema’s die van kracht waren ten tijde van het afsluiten van de cao.

BIJLAGE 2 : Lijst van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de vaststelling van loonschalen voor de werknemers van de sub-sectoren van het toepassingsgebied (Hoofdstuk 1 – Artikel 1 - § 1)

Lijst van sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten	Liste des conventions collectives de travail sectorielles
PVT en beschut wonen en MBE palliatieve zorgen en netwerken palliatieve zorgen	MSP et initiatives d’habitation protégée et équipes d’accompagnement multidisciplinaire de soins palliatifs
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (KB 07/05/2010-BS 27/07/2010) betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen- en diensten (91588/co/330)	Convention collective de travail du 26 janvier 2009 (AR 07/05/2010-MB 27/07/2010) concernant les conditions de travail et de rémunération, conclue dans la commission paritaire des établissements et des services de santé (91588/co/330)
Ouderenzorg	Soins aux personnes âgées
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (KB 28/06/2009-BS 01/01/2009) betreffende de harmonisatie van de baremieke weddeschalen van de rustoorden voor bejaarden en van de rust en verzorgingstehuizen met de baremieke weddeschalen voor het personeel van de privé- ziekenhuizen.( 91044/co/330)	Convention collective de travail du 26 janvier 2009 (AR 28/06/2009-MB 01/01/2009) concernant l’harmonisation des échelles salariales barémiques des maisons de repos pour personnes âgées et des maisons de repos et de soins avec les échelles de rémunération barémiques du personnel des hôpitaux privés (91044/co/330)
Revalidatiecentra	Centres de revalidation
Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 januari 2009 (KB 03/08/2012-BS 09/11/2012) betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden in de revalidatiecentra, afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen- en diensten. (91047/co/330)	Convention collective de travail du 26 janvier 2009 (AR 03/08/2012-MB 09/11/2012) relative aux conditions de travail et de rémunération dans les centres de revalidation, conclue dans la commission paritaire des établissements et des services de santé. (91047/co/330)

Collectieve arbeidsovereenkomsten afgesloten voor alle federale gezondheidsdiensten.	Conventions collectives de travail conclues pour tous les secteurs fédéraux de la santé
Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 november 2013 (KB 12/05/2014-BS 29/10/2014) betreffende de harmonisatie van de barema’s van de zorgkundigen, afgesloten in het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen- en diensten. (118385/co/330)	Convention collective de travail du 7 novembre 2013 (AR 12/05/2014-MB 29/10/2014) concernant l’harmonisation des barèmes des aides-soignants, conclue dans la commission paritaire des établissements et des services de santé. (118385/co/330)
Collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden van 10 januari 2022 173406/CO/330)	Convention Collective de Travail concernant les conditions de rémunération et de travail du 10 janvier 2022 (173406/CO/330)