COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Arbeidsmarktmiddelen po en G.O.- en Vakbondsfaciliteiten Begripsbepalingen

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Arbeidsmarktmiddelen po en G.O.- en Vakbondsfaciliteiten Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze collectieve arbeidsovereenkomst (hierna: de cao) wordt verstaan onder:

Partijen:

de organisaties die de cao zijn aangegaan.

Werkgever bijzonder onderwijs:

de rechtspersoon die het bevoegd gezag vormt over één of meer scholen/instellingen, centrale dienst dan wel een samenwerkingsverband als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs dan wel de Wet op de Expertisecentra.

Werkgever openbaar onderwijs:

Het bevoegd gezag van één of meer scholen/instellingen dan wel een centrale dienst als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs dan wel de Wet op de Expertisecentra.

Werkingssfeer, inwerkingtreding en looptijd

Artikel 2

1. De cao is van toepassing op de werkgever.

2. De cao treedt in werking op 1 januari 2018 en loopt tot 1 januari 2023.

3. Partijen hebben de intentie om de cao na 1 januari 2023 telkens met een jaar te verlengen.

Status van de XXX XX

Artikel 3

1. De werkgever in het openbaar onderwijs die is aangesloten bij de PO-Raad legt de cao vast in een algemeen verbindend voorschrift.

2. Op de werkgever in het bijzonder onderwijs is de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing.

Doel

Artikel 4

1. Op 21 november 2013 hebben de Staatssecretaris van OCW, de PO-Raad en de werknemersorganisaties die partij zijn bij deze cao het Convenant decentralisatie arbeidsvoorwaardenvorming in de sector primair onderwijs (Staatscourant 21 november 2013, nr. 32364), hierna: het convenant, gesloten.

2. In artikel 8 (G.O.- en vakbondsfaciliteiten, hierna: GOVAK-gelden) van het convenant staat dat de minister van OCW de GOVAK-gelden voor de sector primair onderwijs toevoegt aan de lumpsum van de scholen. Voorts blijkt uit het convenant dat de werknemersorganisaties recht hebben op de GOVAK-gelden die aan de lumpsum worden toegevoegd. Deze gelden worden overgemaakt aan de Stichting Financiering Structureel Vakbondsverlof Onderwijs.

3. In artikel 9 (sectorale arbeidsmarktmiddelen po) van het convenant staat dat de minister van OCW de sectorale arbeidsmarktmiddelen voor de sector primair onderwijs toevoegt aan de

lumpsum van de scholen. Voorts blijkt uit het convenant dat partijen zijn overeengekomen in de CAO PO een regeling af te spreken voor het overmaken van deze gelden van schoolbesturen aan de Stichting Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs.

4. Ten einde uitvoering te geven aan het bepaalde in leden 2 en 3 hebben partijen in artikel 14.1 van de CAO PO 2018-2019 afgesproken dat vanaf 1 januari 2018 de werkgevers in het primair onderwijs een vast bedrag per leerling afdragen in verband met de GOVAK-gelden en de sectorale arbeidsmarktmiddelen po. De cao heeft tot doel de procedure voor inning en verantwoording vast te leggen.

5. Het gestelde in de leden 2 en 3 houdt in dat de PO-Raad de hoogte van de genoemde GOVAK- gelden en de hoogte van de sectorale arbeidsmarktmiddelen po, zoals bepaald in het convenant en uitgewerkt in artikel 6 van de cao, erkent.

Innen en verdelen van de middelen

Artikel 5

1. Elk jaar is vóór 1 november bekend welke externe partij de in artikel 14.1 van de CAO PO 2018- 2019 bedoelde GOVAK-gelden en de sectorale arbeidsmarktmiddelen po incasseert. Deze externe partij stelt deze middelen - conform het hierna in artikel 6 bepaalde - ter beschikking aan:

a. de stichting Stichting Financiering Structureel Vakbondsverlof Onderwijs (SFSVO), statutair gevestigd te Dordrecht, ingeschreven in het handelsregister onder nummer 41121555, voor wat betreft de GOVAK-gelden, en

b. de stichting Stichting Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs, statutair gevestigd te Den Haag, ingeschreven in het handelsregister onder nummer 54494699, voor wat betreft de sectorale arbeidsmarktmiddelen po.

2. De inning geschiedt per kwartaal.

De hoogte

Artikel 6

1. De werkgever is gehouden € 3,54 per leerling in het kader van de GOVAK-gelden en € 1,41 per leerling in het kader van de sectorale arbeidsmarktmiddelen po (bedragen per 1 januari 2019) af te dragen. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd op basis van de indexatie zoals deze bekend gemaakt wordt in de Regeling vaststelling bedragen programma’s van eisen basisonderwijs, (v)so en bekostiging materiële instandhouding samenwerkingsverbanden PO en VO.

Besteding en verantwoording

Artikel 7

1. Partijen maken afspraken over de besteding van de sectorale arbeidsmarktmiddelen po en de wijze van verantwoording daarvan.

2. De werknemersorganisaties besteden, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8 van het convenant, de door hen ontvangen GOVAK-gelden aan het vergoeden van de kosten van het vervangen van het personeel in de sector po, dat lang buitengewoon verlof geniet in verband met werkzaamheden voor het georganiseerd overleg, en voor vakbondswerkzaamheden ten behoeve van het personeel in de sector po. De werknemersorganisaties kunnen de GOVAK- gelden ook anderszins aanwenden voor werkzaamheden ten behoeve van het georganiseerd overleg en voor vakbondswerkzaamheden voor het personeel in de sector po.

3. Uiterlijk 6 maanden na elk kalenderjaar stelt de Stichting Financiering Structureel Vakbondsverlof Onderwijs een exemplaar van het jaarverslag en het financieel verslag over dat kalenderjaar ter beschikking aan de PO-Raad en de werknemersorganisaties.

4. Het financieel verslag gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een accountant als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek, waaruit blijkt in hoeverre het budget is besteed in overeenstemming met de bepalingen van de cao.

Naleving cao

Artikel 8

1. Partijen bevorderen zo veel mogelijk de naleving van de cao.

2. In de overeenkomst met de externe partij als bedoeld in artikel 5 lid 1, wordt opgenomen dat de naam van de werkgever die de GOVAK-gelden en/of de sectorale arbeidsmarktmiddelen po niet voldoet, wordt doorgegeven aan partijen.

2. Partijen hebben niet de bevoegdheid om een werkgever te ontheffen van de verplichting om de in artikel 6 lid 2 genoemde bedragen te voldoen.

Utrecht, 25 februari 2019

Namens de werkgeversorganisatie

- PO-Raad, gevestigd te Utrecht, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door mevrouw X.X. xxx Xxxxxx;

Namens de werknemersorganisaties

- Namens de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS),

gevestigd Utrecht, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door de xxxx

X. xxx Xxxx;

- Namens de Algemene Onderwijsbond (AOb),

gevestigd te Utrecht, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door xxxxxxx X. Xxxxx;

- Namens de FNV Overheid,

gevestigd te Utrecht, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxxxxxxx;

- Namens het CNV Onderwijs, onderdeel van CNV Connectief,

gevestigd te Utrecht, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door mevrouw X.X. Schueler;

- Namens de Federatie van Onderwijsvakorganisaties (FvOv),

gevestigd te Zeist, te dezen statutair of krachtens volmacht vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxxxxxx.