MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
AI Nr. 9765
Bijvoegsel Stcrt. d.d. 08-05-2002, nr. 87
ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE ELEKTROTECHNISCHE DETAILHANDEL
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelezen het verzoek van Uneto-VNI als partij te ener zijde mede namens de FNV Bondgenoten en de Dienstenbond CNV als partijen te anderer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst voor de elektrotechnische detailhandel, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalin- gen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;
Overwegende,
dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;
dat van het verzoek tot algemeen verbindendverklaring mededeling is gedaan in de Staatscourant;
dat naar aanleiding van dit verzoek geen schriftelijke bedenkingen zijn ingebracht;
dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de bedrijfstak werkzame perso- nen;
Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeids- overeenkomsten;
Besluit:
I. Verklaart algemeen verbindend tot en met 30 juni 2002 de navolgende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de elektrotech-
Sdu Uitgevers, ’s-Gravenhage 2002 CAO97652002
CAO2161 1
nische detailhandel, zulks met inachtneming van hetgeen onder II, III, IV en V is bepaald:
Artikel 1
De werkingssfeer
1. Van toepassing
In deze cao staan de afspraken die gelden voor de werkgever en de werknemer, die werkt in een onderneming, of een filiaal of bijkan- toor van deze onderneming, die zich in belangrijke mate bezighoudt met de elektrotechnische detailhandel.
Hier wordt onder verstaan de verkoop en/of verhuur van elektrotech- nische artikelen aan consumenten en de verkoop van lokale (gas) verwarmingsapparaten voor huishoudelijk gebruik. Elektrotechnische artikelen zijn:
• audiovisuele apparatuur
• elektrische huishoudelijke apparaten
• verlichtingsartikelen
• onbespeelde beeld- en geluiddragers
• computers en communicatie-apparatuur
• accessoires behorend bij de hierboven genoemde apparaten. Wanneer een onderneming zich daarnaast als nevenactiviteit bezig houdt met de verkoop of verhuur van bespeelde beeld- en geluid- dragers, de reparatie van bovengenoemde artikelen, de verkoop en verhuur van elektrische kantoormachines, van installaties en lampen voor cosmetisch gebruik en de verkoop van onderdelen en accessoi- res, is deze cao ook van toepassing.
2. Niet van toepassing
Deze cao is niet van toepassing op
• directeuren
• adjunct-directeuren
• werknemers die niet in één van de functiegroepen zijn ingedeeld, aangezien deze werknemers werkzaamheden verrichten die uit- gaan boven functieniveau F
• degene die, hoewel voorkomend op de salarislijst van de werk- gever, in hoofdzaak werkzaamheden verricht die niet in een rechtstreekse relatie staan tot de activiteiten van werkgever
• vakantiewerkers
• uitzendkrachten. Op de uitzendkracht die is aan te merken als een vakkracht en werkzaam is ten behoeve van de werkgever die res- sorteert onder deze CAO, zijn de bepalingen ter zake de salaris- tabellen, vakantie- en seniorendagen, de vakantiebijslag van deze CAO van toepassing. Evenzo zijn ten aanzien van de werktijden de 38-urige werkweek en de daarbij passende toeslagen c.q. ver- goedingen, genoemd in artikel 7 van toepassing. De (inlenende) werkgever moet zich ervan verzekeren dat de uitzendwerkgever
2
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
op de uitzendkrachten de conform dit lid van toepassing zijnde arbeidsvoorwaarden toepast. Vakkracht is de werknemer die een functie uitoefent welke functie volgens de functieniveaubladen die bij deze CAO horen kan worden ingedeeld. Het voorgaande geldt niet gedurende de eerste zes weken dat de uitzendkracht ten behoeve van de werkgever werkzaam is.
3. Gedeeltelijk van toepassing
Op bepaalde groepen werknemers zijn niet alle artikelen in de cao van toepassing.
Voor wie door zijn functie onregelmatige werktijden heeft, gelden de volgende artikelen niet.
• Arbeidsduur (artikel 5.1.)
• Arbeidsduurverkorting (artikel 5.4.)
• Verrekening arbeidsduurverkorting bij einde dienstverband (arti- kel 4.8.)
• Overuren (artikel.7.1.)
• Toeslagen voor koopavond, zaterdag en zon- en feestdagen (arti- kel 7.5.)
Daarnaast is het begrip ,,verschoven uren’’ niet van toepassing op deze groep werknemers.
Voor wie niet in een functie is in te delen zoals vermeld in de functieniveaubladen, zijn de volgende artikelen niet van toepassing:
• Schriftelijke bevestiging (artikel 4.1., tweede, derde en vierde punt)
• Indeling in een functie (artikel 6.1.)
• Indeling in de salarisgroep (artikel 6.2.)
• Het salaris (artikel 6.3.)
• De betaling (artikel 6.4.)
• Jaaropgave (artikel 6.5.)
• Jaar ouder, meer loon (artikel 6.6.)
• Jaar in dienst, meer loon (artikel 6.7.)
• Onvoldoende functioneren (artikel 6.8.)
• Andere functie, ander salaris (artikel 6.9.)
• Waarneming (artikel 6.10)
Voor wie de 65-jarige leeftijd heeft bereikt, gelden de volgende arti- kelen niet:
• Indeling in een functie (artikel 6.1.)
• Indeling in de salarisgroep (artikel 6.2.)
• Het salaris (artikel 6.3.)
• Jaar ouder, meer loon (artikel 6.6.)
3
• Jaar in dienst, meer loon (artikel 6.7.)
• Andere functie, ander salaris (artikel 6.9.)
• Nieuwe cao, ander salaris (artikel 6.11.)
• Ziek- en hersteldmelding (artikel 11.1.)
• Te laat of onjuist (artikel 11.3.)
4. Naar evenredigheid
Voor deeltijders die, berekend over een periode van zes maanden, gemiddeld minder werken dan 38 uur, zijn de bepalingen in deze cao evenredig van toepassing.
5. Algemeen verbindend verklaring
Nadat deze cao algemeen verbindend is verklaard, gelden de afspra- ken in deze cao voor alle ondernemingen en werknemers in de elek- trotechnische detailhandel.
1. Werkgever
Artikel 2
Definities
Een werkgever is een natuurlijke of rechtspersoon die een of meer werknemers in dienst heeft en die zich in belangrijke mate bezig- houdt met elektrotechnische detailhandel.
De CAO is niet van toepassing op de onderstaande werkgever: Deze CAO is niet van toepassing op de werkgever die voldoet aan de volgende cumulatieve vereisten:
a. de bedrijfsactiviteiten van de werkgever bestaan uitsluitend uit het ter beschikking stellen van arbeidskrachten als bedoeld in artikel 7:690 BW en
b. het aantal overeengekomen arbeidsuren van de bij deze werkge- ver in dienst zijnde werknemers die betrokken zijn bij de werk- zaamheden zoals uitgeoefend in de elektrotechnische detailhan- del (zoals omschreven in artikel 1.1) bedraagt minder dan 75% van het totaal aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers, dat wil zeggen dat tenminste 25% van het aantal arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers betrek- king heeft op werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van bedrijf dan in de elektrotechnische detailhandel (zoals om- schreven in artikel 1.1.) en
c. de werkgever zendt voor tenminste 15% van het totale pre- mieplichtige loon op jaarbasis uit op basis van uitzend- overeenkomsten met uitzendbeding als bedoeld in artikel 7:691 lid 2 BW, zoals nader gedefinieerd in artikel 1, lid 1 en 2, en arti- kel 2 van het Besluit Indeling Uitzendbedrijven van het LISV
d.d. 6 oktober 1999, gepubliceerd in de Staatscourant nummer 49 van 9 maart 2000. De werkgever heeft aan dit criterium voldaan
4
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
indien en voor zover dit door de uitvoeringsinstelling als zoda- nig is vastgesteld, en
d. de werkgever is geen onderdeel van een concern dat rechtstreeks of door algemeen verbindend verklaring gebonden is aan de CAO elektrotechnische detailhandel en
e. de werkgever is geen paritair afgesproken arbeidspool en
f. de werkgever viel op 1 december 1999 niet onder de (algemeen verbindend verklaarde bepalingen van de) CAO voor de elektro- technische detailhandel inzake Vervroegd Uittreden.
Voor de toepassing van de onderdelen a) en b) blijven buiten be- schouwing de werknemers, c.q. het aantal arbeidsuren van werkne- mers, wier functie geheel ten dienste staat aan de bedrijfsactiviteit
,,ter beschikking stellen’’ zoals administratie en bemiddeling.
Deze CAO is tot en met 31 december 2002 niet van toepassing op de werkgever die op 1 december 1999 lid was van de ABU en/of de NBBU.
2. Werknemer
Een werknemer is een persoon die op basis van een arbeidsovereen- komst arbeid verricht voor een werkgever. In deze cao wordt de werknemer steeds aangeduid met ,,hij’’. Hier kan ook ,,zij’’ gelezen worden.
3. Dagelijkse werktijd
De dagelijkse werktijd is de tijd waarin de werknemer volgens het dienstrooster zijn werk doet.
4. Wekelijkse arbeidsduur
Het gemiddeld aantal uren, berekend over een periode van maximaal zes maanden, dat per week wordt gewerkt.
5. ADV-tijd
ADV-tijd zijn de uren die zijn aangemerkt als arbeidsduurverkorting en waarop de werknemer niet werkt.
6. Dienstrooster
Het dienstrooster is het schema waarin voor elke werknemer te lezen staat wat zijn dagelijkse werktijd en ADV-tijd is.
7. Overuren
Overuren zijn de extra uren die een werknemer buiten zijn dienst- rooster werkt boven de in artikel 5.1 genoemde gemiddelde weke- lijkse arbeidsduur.
5
8. Verschoven uren
Verschoven uren zijn uren die buiten het dienstrooster worden ge- werkt maar die het afgesproken aantal te werken uren niet te boven gaan. Zie tevens de artikelen 5.6 en 7.6.
Verschoven uren worden niet als overuren beschouwd.
9. Salaris
In de cao voor 1 januari 1998 was sprake van een dubbele salaris- structuur. Zodoende ontvangen werknemers die voor 1998 in de branche werkten en volgens de toenmalige tabel 1 werden beloond, een salaris inclusief een gegarandeerde koopavond-/zaterdag- middagtoeslag. Werknemers die na deze datum in dienst zijn getre- den, ontvangen een toeslag voor het werken op koopavonden, zaterdagmiddag en zon- en feestdagen.
Voor de eerste groep werknemers wordt onder salaris zodoende ver- staan het vast overeengekomen bedrag dat de werknemer per betalingsperiode krijgt voor zijn werk, inclusief de gegarandeerde koopavond- en zaterdagmiddagtoeslag en exclusief de ploegen- toeslag, overwerkvergoeding, vakantiebijslag, winstuitkering en ver- goedingen voor kosten die de werknemer voor het werk moet maken. Voor de tweede groep werknemers is het salaris het vast overeenge- komen bedrag dat de werknemer per betalingsperiode krijgt voor zijn werk, exclusief de toeslagen, overwerkvergoeding, vakantiebijslag, winstuitkering en vergoedingen voor kosten die de werknemer voor het werk moet maken.
Wanneer in deze cao wordt gesproken over salarisaanpassing in ver- band met veranderingen in de Wet op het minimumloon, dan wordt onder salaris verstaan het bedrag dat een werknemer per betalings- periode krijgt voor zijn werk, inclusief de provisie en exclusief de ploegentoeslag, overwerkvergoeding, vakantiebijslag, winstuitkering en vergoedingen voor kosten die de werknemers voor het werk moet maken.
10. Arbeidsongeschiktheid
Wanneer sprake is van arbeidsongeschiktheid in deze cao, wordt hierbij uitgegaan van de definitie zoals gehanteerd in de Ziektewet of de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering.
11. Partner
De partner is degene met wie de werkne(e)m(st)er duurzaam een gezamenlijke huishouding voert en wiens naam bij de werkgever bekend is gemaakt, met uitzondering van een ouder, broer of zus.
6
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
1. Veiligheid
Artikel 3
Algemeen
De werkgever is verplicht zorg te dragen voor veilige arbeidsomstan- digheden in de onderneming. Zo krijgt een werknemer beschermings- middelen van de werkgever als deze, gezien het risico dat het werk met zich meebrengt, nodig zijn. Ook hoeft een werknemer werk niet te doen dat ,,naar redelijk oordeel’’ niet veilig is zodanig dat er onmiddellijk gevaar dreigt. (Dit staat nader omschreven in artikel 38 van de Arbowet, dat als bijlage 4 achter in deze cao te vinden is.) Ook op de werknemer rust de verplichting om op zijn en andermans veiligheid letten. Hij moet veiligheidsvoorschriften opvolgen, veiligheidsmiddelen gebruiken en voorgeschreven beveiligingen toe- passen.
2. Vervangend werk
Als er in een vestiging van de onderneming tijdelijk te weinig werk is, dan moet de werknemer die voor dit werk is aangenomen, ander, vervangend werk doen. Dit werk behoort tot de bedrijfsactiviteit van de onderneming.
3. Overplaatsing
Als er in een andere vestiging van de onderneming tijdelijk te wei- nig werknemers zijn, dan moet een werknemer in dit andere filiaal zijn werk doen. De afstand tussen het eigen en het andere filiaal mag niet meer dan 40 kilometer zijn. Artikel 8.1 is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de meerkosten voor het reizen naar het andere filiaal in vergelijking met het reizen naar het eigen filiaal.
4. Kleding
De werknemer moet in zijn kleding en gedrag rekening houden met de commerciële uitstraling van de onderneming.
5. Vakkennis
De werknemer is verplicht zijn vakkennis op peil te houden.
7. Geheimhouding
De werknemer mag aan derden geen bijzonderheden over het bedrijf van de werkgever vertellen waarvan hij kan vermoeden dat hierover geheimhouding wordt verwacht.
7
8. Financiële handelingen
Bij financiële handelingen gaat de werknemer uiterst zorgvuldig te werk. Hij volgt de instructies van de werkgever op over het al dan niet accepteren van bepaalde betalingsmiddelen. Zonder de toestem- ming van de werkgever mag hij geen korting geven en artikelen niet ruilen of innemen.
9. Schade
Als een werknemer zijn werkgever een schadevergoeding moet beta- len, dan doet hij dit in termijnen van maximaal een vijfde deel van het salaris. Bij beëindiging van het dienstverband moet (het restant van) de schadevergoeding in één keer worden betaald.
10. Werken voor anderen
Een werknemer mag niet voor een concurrent van zijn werkgever in de elektrotechnische detailhandel werken, tenzij de eigen werkgever hiervoor schriftelijk toestemming geeft. Ook mag een werknemer geen werk doen dat in strijd is met het belang van het bedrijf van de werkgever. De werkgever moet de werknemer dit laatste schriftelijk en met redenen omkleed laten weten.
11. Terug uit militaire dienst
Een werknemer moet zich een maand voor het eind van zijn mili- taire dienst, bij zijn werkgever melden zodat deze weet wanneer de werknemer weer bij hem aan het werk gaat.
Artikel 4
Het dienstverband
1. Schriftelijke bevestiging
Als een werkgever iemand aanstelt als werknemer, dan ontvangt deze laatste een schriftelijke bevestiging van deze aanstelling. Hierin staat tenminste
• de datum waarop de werknemer in dienst treedt
• de functie waarin hij wordt ingedeeld
• de salarisgroep waarin hij wordt ingedeeld, als hij volgens de functieniveaubladen in te delen is in een van de salarisgroepen
• indien van toepassing, het aantal functiejaren waarop hij begint bij aanstelling
• het vaste salaris
• eventuele toeslagen of provisie
• zijn gemiddelde arbeidsduur
• de voor hem geldende pensioenregeling
• de cao die voor hem van toepassing is.
2. Proeftijd
Zowel voor contracten voor bepaalde tijd als voor contracten voor
8
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
onbepaalde tijd geldt een proeftijd van maximaal twee maanden. De proeftijd moet altijd schriftelijk worden overeengekomen. Mocht hetzij de werkgever, hetzij de werknemer besluiten het dienstverband in deze proeftijd te beëindigen, dan gebeurt dit aan het einde van de werkdag.
3. Voor bepaalde of onbepaalde tijd
Een dienstverband wordt aangegaan voor onbepaalde tijd, tenzij de werkgever en de werknemer overeen komen dat het om een dienst- verband voor bepaalde tijd gaat. In dit laatste geval moet dit uitdruk- kelijk worden vermeld in de schriftelijke overeenkomst.
5. Beëindiging contract voor onbepaalde tijd
Een contract voor onbepaalde tijd kan worden beëindigd
• tijdens de proeftijd
• na opzegging
• door ontbinding van de arbeidsovereenkomst door de kanton- rechter
• met wederzijdse instemming
• bij zogenoemd ontslag op staande voet
• op de eerste dag van de maand waarin de werknemer 65 jaar wordt
• door het overlijden van de werknemer
• wanneer de werknemer xxxxxx dan twee jaar arbeidsongeschikt is.
6. Beëindiging contract voor bepaalde tijd
Een contract voor bepaalde tijd wordt beëindigd
• na het verstrijken van de overeengekomen periodes zonder dat hiervoor de toestemming van de directeur RBA nodig is
• ongeacht andere mogelijkheden van tussentijdse beëindiging kan tevens tussentijds worden opgezegd nadat de directeur RBA hier- voor een ontslagvergunning heeft gegeven.
7. Beëindiging van een voortgezet dienstverband voor bepaalde tijd Als een dienstverband voor bepaalde tijd wordt voortgezet, en als de dienstverbanden bij elkaar niet langer duren dan 24 maanden, dan eindigt het voortgezette dienstverband na verloop van de afgespro- ken tijd, zonder dat de werkgever de werknemer hoeft op te zeggen en zonder dat de directeur RBA zijn toestemming hoeft te geven.
8. Verrekening arbeidsduurverkorting
Bij beëindiging van het dienstverband wordt een afrekening gemaakt van de nog opgebouwde rechten als loon, vakantiedagen en toesla-
9
gen. Als de werknemer in dit geval nog recht heeft op ADV-tijd, dan wordt dit hetzij in geld, hetzij in tijd verrekend. Deze laatste bepa- ling geldt niet voor een werknemer die door zijn functie onregelma- tige werktijden heeft.
9. Opzegtermijn
Bij beëindiging van het dienstverband moet de werknemer zich hou- den aan de wettelijke regels over de opzegtermijnen, tenzij in de individuele arbeidsovereenkomst iets anders is overeengekomen. Als hierin is overeengekomen dat de wettelijke opzegtermijn van één maand wordt verlengd, dan geldt deze verlenging ook voor de werk- gever.
1. Arbeidsduur
Artikel 5
Arbeidstijden
De gemiddelde arbeidsduur per week van een fulltime werknemer is 38 uur. Dit gemiddelde wordt berekend over een periode van zes maanden. Deeltijders komen een lager aantal te werken uren overeen en voor hen geldt dit lagere aantal uren als gemiddelde.
Om het gemiddeld aantal uren te berekenen, worden ook meegere- kend
• feestdagen als nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, beide kerstdagen, de nationale feestdag 30 april
• werkdagen waarop de werknemer ziek is
• werkdagen waarop de werknemer kort verlof opneemt
• vakantiedagen.
2. Vijfdaagse werkweek
In principe heeft een fulltime werknemer een vijfdaagse werkweek. Afgezien van de zondagen en de hierboven genoemde feestdagen, werkt de werknemer daarom 52 dagen per jaar niet. De werkgever stelt deze dagen vast. Hij houdt hierbij rekening met de wensen van de werknemer en zorgt ervoor dat deze vrije dagen zoveel mogelijk hele dagen, verspreid over het jaar, zijn.
Als de vaste vrije dag van een werknemer samenvalt met een feest- dag, dan kan de werknemer geen aanspraak maken op een vervan- gende, vrije dag.
3. Koopavond
Een werknemer hoeft hooguit drie koopavonden per week te werken. Uitzondering hierop zijn de koopavonden in verband met sinterklaas en kerst. Op jaarbasis, vakantieweken uitgezonderd, werkt een werk- nemer gemiddeld maximaal twee koopavonden per week. Hiertoe worden ook gerekend de product- en/of verkooptrainingen, die een
10
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
werkgever zijn werknemer verplicht te volgen. Werknemer kan niet worden verplicht om meer dan 12 productavonden per jaar bij te wonen. De werknemers die productavonden bijwonen ontvangen een vergoeding voor de gemaakte reiskosten.
Deeltijders moeten op een koopavond minstens twee uur worden ingeroosterd en op andere tijden minstens drie uur.
4. Arbeidsduurverkorting
Een fulltime werknemer heeft recht op 104 roostervrije uren, waar- door de wekelijkse arbeidsduur niet op 40 maar op een gemiddelde van 38 uur uitkomt. Dit aantal uren wordt naar evenredigheid bere- kend voor deeltijders en voor werknemers die gedurende het jaar in of uit dienst treden.
De werkgever maakt aan het begin van een jaar of een kwartaal een rooster waarin de roostervrije uren voor elke werknemer te lezen zijn. Deze roostervrije uren worden ingedeeld in blokken van twee of meer uren. Als een werknemer tijdens deze uren niet werkt, bij- voorbeeld wegens ziekte, dan krijgt hij geen vervangende rooster- vrije uren.
In een onderneming kan een afwijkende regeling worden afgespro- ken nadat overleg is gevoerd tussen de werkgever en de onderne- mingsraad of de personeelsvertegenwoordiging.
Dit artikel (5.4.) is ook niet van toepassing op een werknemer wiens werktijd verkort is van 40 naar 38 uur.
Als een werknemer ondanks het dienstrooster op roostervrije uren werkt, dan stellen de werkgever en de werknemer in overleg vervan- gende, roostervrije uren vast, hetzij in dit kwartaal, hetzij in het eerst volgende kwartaal.
5. Deeltijd
Als een werknemer een verzoek indient bij de werkgever om in deel- tijd te werken, zal de werkgever serieus proberen aan dit verzoek te voldoen. Als dit niet lukt, zal de werkgever hierover met de werkne- mer overleggen en vervolgens zijn besluit, met argumenten en schrif- telijk, aan de werknemer meedelen.
6. Berekening verschoven uren
Er is sprake van verschoven uren als een werknemer buiten het roos- ter, maar niet meer dan het afgesproken aantal uren heeft gewerkt. Als ijkpunt wordt hiervoor een periode van vier achtereenvolgende weken gehanteerd. Uitzondering zijn de maanden november tot en met februari. In deze periode gaat het niet om vier weken maar om deze vier maanden.
11
Er is ook sprake van verschoven uren als zich een calamiteit voor- doet zoals wateroverlast of brand, waardoor het niet mogelijk is bin- nen het dienstrooster te werken. De hierdoor niet gewerkte uren wor- den als verschoven uren op een ander tijdstip ingehaald (zie verder Definities 2.8.).
7. Dagelijkse werktijd
De werknemer moet zich aan de werktijden houden en op tijd met zijn werk beginnen.
8. Werkstaten
Als de werkgever dit verlangt, is de werknemer verplicht werkstaten bij te houden en deze op een afgesproken tijdstip in te leveren. Zie tevens artikel 6.4.
9. Gewetensbezwaren
In de regel wordt er niet gewerkt op zondagen en andere erkende, christelijke feestdagen. Als dit toch gebeurt en een werknemer gewe- tensbezwaren heeft tegen het werken op dergelijke dagen, dan is hij niet verplicht op deze dagen te werken.
10. Overwerk verplicht
Een werknemer van 18 jaar of ouder is verplicht over te werken als de werkgever dit van hem verlangt met inachtneming van de regels van de Arbeidstijdenwet.
11. Uitgesloten
Op de werknemer wiens functie onregelmatige werktijden met zich meebrengt, zijn niet van toepassing de artikelen 5.1, 5.2, 5.3, 5.4,
5.6.
Artikel 6
Functie en loon
1. Indeling in een functie
Een werknemer wordt ingedeeld in een functie. De indeling gebeurt aan de hand van de functieniveaubladen, die achter in deze cao als bijlage te vinden zijn. Hierin staan zowel de aard als het niveau van de werkzaamheden beschreven. Als een werknemer werk doet dat bij meer dan één functie past, dan wordt eerst bepaald welke taken hij het meest verricht en bij welke functie deze taken horen. Vervolgens wordt hij in deze functie ingedeeld. Het niveau waarop een werkne- mer is ingedeeld, wordt aangeduid met een letter.
2. Indeling in de salarisgroep
Op basis van de indeling in functie en functieniveau (aangeduid met een letter) wordt de salarisgroep (dezelfde letter) vastgesteld waarin
12
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
een werknemer is ingedeeld. De indeling in de salarisgroep is ver- volgens afhankelijk van de leeftijd.
Voor jonge werknemers tot 21 jaar zijn er geen salarisgroepen; zij vallen in de zogenoemde jeugdgroepen, de jeugdgroepen met vbo/ mavo of jeugdgroepen met mbo/ETD.
Vanaf 21 jaar is er sprake van vakvolwassenheid: de werknemer is dusdanig gegroeid in het werk dat er geen indeling naar leeftijd meer is. Vanaf 21 jaar bouwt de werknemer een functiejaar op voor elk jaar dat hij bij de werkgever in dienst is. Ook is het mogelijk dat de werkgever een werknemer functiejaren toekent zonder dat deze daad- werkelijk zijn opgebouwd.
3. Het salaris
Op basis van de indeling (naar functie, functieniveau, functiejaren en leeftijd) is in de tabellen op de volgende pagina’s te lezen hoeveel het bruto salaris bedraagt dat de werknemer ten minste krijgt betaald. De bedragen gelden voor werknemers die gemiddeld 38 uur per week werken berekend over een periode van maximaal 1 jaar; voor deeltijders wordt het salaris naar evenredigheid berekend. (Zie voor de definitie van salaris artikel 2.)
4. De betaling
De betaling van het salaris, al dan niet inclusief de gegarandeerde koopavond- en zaterdagmiddagtoeslag, gebeurt per maand, per vier weken of per week, uiterlijk op de laatste werkdag van deze periode. De werkgever geeft de werknemer een specificatie van deze betaling. Eventuele overige betalingen zoals provisie en vergoedingen voor bijvoorbeeld reis- en verblijfkosten worden aan het eind van de vol- gende betalingsperiode afgerekend. De werkgever geeft de werkne- mer hiervan alleen een schriftelijke berekening als de werknemer hierom vraagt.
Kosten en uren die niet tijdig en niet duidelijk worden verantwoord, worden niet vergoed.
5. Jaaropgave
In de eerste twee maanden van een kalenderjaar geeft de werkgever de werknemer die het voorafgaande jaar bij hem in dienst was, een jaaropgave over dit voorafgaande jaar. Hij doet dit ook binnen twee maanden na beëindiging van het dienstverband.
6. Jaar ouder, meer loon
Een werknemer tot 21 jaar, die betaald wordt volgens een van de jeugdgroepen, krijgt elk jaar dat hij ouder wordt een loonsverhoging.
13
De werknemer krijgt deze verhoging met ingang van de betalings- periode waarin hij jarig is.
7. Jaar in dienst, meer loon
Werknemers van 21 jaar en ouder bouwen elk jaar dat zij in dienst zijn bij de werkgever een functiejaar op en krijgen op basis hiervan een salarisverhoging. De werknemer krijgt deze verhoging met in- gang van de betalingsperiode waarin hij een jaar in dienst is. Dit gaat zo door tot de werknemer het hoogst mogelijke salaris in de salaris- groep heeft bereikt.
Wie ingedeeld is in groep A, vakvolwassen is en twee jaar bij de werkgever heeft gewerkt, krijgt een bruto toeslag op zijn salaris van f 50,- per maand, of f 46,- per vier weken bij een full-time dienst- verband.
8. Onvoldoende functioneren
De werkgever kan besluiten de werknemer de salarisverhoging in verband met leeftijd en met functiejaren niet te geven wanneer er sprake is van onvoldoende functioneren. De werkgever is verplicht dit besluit schriftelijk toe te lichten aan de betrokken werknemer. Zo kan het gebeuren dat een vakvolwassen werknemer er langer over doet om het maximum in de salarisgroep te bereiken.
Als de werkgever met de personeelsvertegenwoordiging een mini- maal gelijkwaardige, afwijkende regeling op dit punt is overeenge- komen, dan geldt die regeling en niet dit cao-artikel.
9. Andere functie, ander salaris
Als een werknemer een nieuwe functie krijgt in een hogere salaris- groep, dan wordt hij zodanig ingeschaald dat zijn salaris ten minste gelijk blijft.
Als een werknemer een nieuwe functie krijgt in een lagere salaris- groep, dan krijgt hij de eerste drie maanden na deze wijziging het salaris dat hij in zijn vorige functie kreeg. Na deze drie maanden kan het oude salaris al dan niet stapsgewijs worden afgebouwd totdat het nieuwe, lagere salarisniveau is bereikt.
10. Waarneming
Als een werknemer het werk van een collega langer dan twee maan- den waarneemt, dan heeft deze werknemer recht op een toeslag. Deze toeslag bedraagt het verschil tussen het loon in de nieuwe func- tie en het loon in de eigen functie, beide bij nul functiejaren. Als een werknemer het werk van een collega langer dan 24 maanden lang heeft waargenomen, dan wordt deze werknemer in de andere func- tie, en bijbehorende salarisgroep, ingedeeld. Er is geen sprake van waarneming als het gaat om een collega die op vakantie is.
11. Nieuwe cao, ander salaris
Per 1 oktober 2001 worden alle lonen (het geldende vaste salaris en
14
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
de gegarandeerde koopavond-/zaterdagmiddagtoeslag) in de salaris- groepen B tot en met F verhoogd met 4 procent.
Per 1 januari 2002 wordt 1 trede (extra uitloop) toegevoegd aan de schalen D, E en F.
Betaling per maand vanaf 1 januari 2002 in EURO bedragen
Jeugdgroepen | 5% vbo/mavo | 10% mbo/ET | |
15 jaar | 362,00 | 380,10 | |
16 jaar | 416,30 | 437,10 | |
17 jaar | 476,60 | 500,43 | |
18 jaar | 549,00 | 576,50 | 603,90 |
19 jaar | 633,50 | 665,20 | 696,90 |
20 jaar | 742,10 | 779,20 | 816,30 |
A | B | C | D | E | F | |
21 jaar | 874,80 | 935,10 | 973,00 | 1011,50 | 1051,60 | 1094,00 |
22 jaar | 1025,60 | 1096,80 | 1140,30 | 1185,80 | 1233,30 | 1282,00 |
23 jaar | 1206,60 | 1289,50 | 1341,60 | 1395,00 | 1450,60 | 1508,50 |
0 | 1206,60 | 1289,50 | 1341,60 | 1395,00 | 1450,60 | 1508,50 |
1 | 1206,60 | 1327,90 | 1381,80 | 1436,80 | 1494,20 | 1554,50 |
2 | 1368,00 | 1423,10 | 1479,90 | 1538,90 | 1600,80 | |
3 | 1465,30 | 1524,60 | 1585,20 | 1648,90 | ||
4 | 1569,90 | 1632,90 | 1698,30 | |||
5 | 1617,00 | 1682,80 | 1749,30 | |||
6 | 1733,30 | 1802,10 | ||||
7 | 1856,20 |
De bedragen in de jeugdgroepen en salarisgroep A zijn conform de bedragen van de Wet op het Minimumloon per 1 januari 2002. Zodra het minimumloon wordt aangepast gelden de nieuwe wettelijke be- dragen.
Werknemers die in het bezit zijn van een Mavo c.q. VBO diploma krijgen 5% bovenop het geldende minimumloon. Het VBO diploma dient een BBL opleiding te zijn op niveau 2 met electro variant 208, respectievelijk een diploma in één van de in ontwikkeling zijnde andere electro 208 varianten.
15
Werknemers die een BBL opleiding op niveau 3 of 4 hebben afge- rond met electro variant 208, respectievelijk een diploma in één van de in ontwikkeling zijnde andere electro 208 varianten, krijgen 10% bovenop het geldende minimumloon. Tevens krijgen de werknemers met een afgeronde MTS diploma 10% bovenop het geldende mini- mumloon.
Betaling per 4 weken vanaf 1 januari 2002 in EURO bedragen
Jeugdgroepen | 5% vbo/mavo | 10% mbo/ET | |
15 jaar | 334,00 | 350,70 | |
16 jaar | 384,40 | 403,60 | |
17 jaar | 440,00 | 462,00 | |
18 jaar | 506,80 | 532,10 | 557,50 |
19 jaar | 584,80 | 614,00 | 643,30 |
20 jaar | 685,20 | 719,50 | 753,70 |
A | B | C | D | E | F | |
21 | 807,60 | 860,00 | 894,90 | 930,20 | 967,10 | 1006,10 |
22 | 946,80 | 1008,80 | 1048,80 | 1090,60 | 1134,30 | 1179,10 |
23 | 1113,60 | 1186,00 | 1233,90 | 1283,00 | 1334,10 | 1387,40 |
0 | 1113,60 | 1186,00 | 1233,90 | 1283,00 | 1334,10 | 1387,40 |
1 | 1113,60 | 1221,30 | 1270,80 | 1321,50 | 1374,20 | 1429,60 |
2 | 1258,20 | 1308,80 | 1361,00 | 1415,30 | 1472,20 | |
3 | 1347,60 | 1402,20 | 1458,00 | 1516,50 | ||
4 | 1443,80 | 1501,80 | 1561,90 | |||
5 | 1487,10 | 1547,70 | 1608,80 | |||
6 | 1594,10 | 1657,40 | ||||
7 | 1707,10 |
Tabel 2: betaling per 4 weken = betaling per maand x 0.9197.
De bedragen in de jeugdgroepen en salarisgroep A zijn de bedragen conform de Wet op het Minimumloon per 1 januari 2002. Zodra het minimumloon wordt aangepast gelden de nieuwe wettelijke bedra- gen. Let op dat de tabel vbo/mavo en mbo/ET ook aangepast dient te worden zodra het minimumloon gewijzigd wordt.
Werknemers die in het bezit zijn van een Mavo c.q. VBO diploma krijgen 5% bovenop het geldende minimumloon. Het VBO diploma dient een BBL opleiding te zijn op niveau 2 met electro variant 208, respectievelijk een diploma in één van de in ontwikkeling zijnde andere electro 208 varianten.
16
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Werknemers die een BBL opleiding op niveau 3 of 4 hebben afge- rond met electro variant 208, respectievelijk een diploma in één van de in ontwikkeling zijnde andere electro 208 varianten krijgen 10% bovenop het geldende minimumloon. Tevens krijgen de werknemers met een afgeronde MTS diploma 10% bovenop het geldende mini- mumloon
Artikel 7
Toeslagen
1. Overuren (zie artikel 2.7 voor de definitie van overuren) Als er sprake is van overuren, dan krijgt de werknemer
• een toeslag van 25 procent over de eerste twee overuren direct voor of na de dagelijkse werktijd, ook wanneer deze overuren door een pauze van de dagelijkse werktijd zijn gescheiden, en
• een toeslag van 50 procent voor alle overige overuren;
Dit geldt niet als de werkgever en de werknemer zijn overeengeko- men dat de overuren zijn opgenomen in het salaris, dat hierdoor hoger is dan het tabelsalaris. De werknemer ontvangt van een derge- lijke afspraak een schriftelijke verklaring van de werkgever.
Opm: indien een werknemer overwerkt op een zon- of feestdag ont- vangt hij een toeslag van 150% per uur in totaal, namelijk het incon- veniënt voor werk op zondag c.q. feestdag ad 100% en de toeslag ad 50% voor overwerk.
2. Geen toeslag voor overwerk
Een werknemer krijgt geen toeslag voor overwerk als dit direct aan- sluit op de dagelijkse werktijd en gebruikt wordt om het werk af te ronden, niet langer duurt dan een kwartier en niet vaak voorkomt.
3. Vervalt
4. De gegarandeerde koopavond- en zaterdagmiddagtoeslag Werknemers die voor 1998 in dienst waren in de branche en volgens de toenmalige tabel 1 werden beloond, krijgen bij elke betalings- periode een gegarandeerde koopavond-/zaterdagmiddagtoeslag, on- geacht of zij daadwerkelijk op koopavonden of op de zaterdag- middag werken. Werknemers die na 1998 in dienst zijn getreden, krijgen een toeslag als zij werken op koopavonden of op de zaterdag- middag, zoals beschreven in het volgende artikel. Voor de eerste groep werknemers geldt dat als zij werken op een koopavond of een
17
zaterdagmiddag, de toeslag wordt verrekend met de gegarandeerde koopavond-/zaterdagmiddagtoeslag. Als deze toeslagen (7.5.) hoger zijn dan de gegarandeerde toeslag, dan krijgt de werknemer het meerdere uitbetaald. Dit wordt op jaarbasis berekend.
5. Toeslagen voor koopavond, zaterdag en zon- en feestdagen
Een werknemer die op een koopavond, een zaterdag of een zon- of een feestdag werkt, krijgt de volgende toeslagen per uur:
• 33,3 procent voor werk tussen 18.00 en 21.00 uur van maandag tot en met vrijdag
• 50 procent voor werk tussen 21.00 en 7.00 uur van maandag tot en met vrijdag
• 33,3 procent voor werk tussen 14.00 en 18.00 uur op zaterdag
• 100 procent voor werk tussen 18.00 en 24.00 uur op zaterdag.
• 100 procent voor werk op een zon- of een feestdag.
6. Geen toeslag verschoven uren
Voor verschoven uren (zie artikel 2 Definities) krijgt een werknemer geen toeslag.
7. Uitgesloten
Voor de werknemer die door zijn functie onregelmatige werktijden heeft, gelden de artikelen 7.1 en 7.5 niet.
Artikel 8
Vergoedingen
1. Reiskosten
Voor het normale woon-werkverkeer heeft de werknemer geen recht op een vergoeding. Ook als de werkgever vervoer ter beschikking stelt, heeft de werknemer geen recht op een reiskostenvergoeding. Als een werknemer voor zijn werk verder moet reizen dan de gebrui- kelijke afstand tussen wonen en werken, dan krijgt hij, alleen voor dit extra deel, van zijn werkgever:
• een vergoeding voor de kosten van het reizen met openbaar ver- voer tweede klasse, of
• een redelijke vergoeding voor de kosten van het reizen met eigen vervoer.
Voor dit laatste soort vervoer moet de werkgever opdracht of toe- stemming geven. Dit nadat de werkgever heeft vastgesteld dat het vervoermiddel voldoende onderhouden en verzekerd is.
2. Maaltijden
Als een werknemer na 19.00 uur moet werken en deze dag langer dan acht uur werkt, dan krijgt hij van de werkgever een maaltijd of een vergoeding hiervoor van f 12,50 netto.
18
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
3. Ziektekosten
Als een werknemer niet meer verplicht verzekerd is bij een zieken- fonds en een particuliere ziektekostenverzekering afsluit, dan krijgt hij een vergoeding van de werkgever als tegemoetkoming in de kos- ten van de premie. De werkgever betaalt zodoende de helft van de premie. Dit bedrag is echter nooit meer dan de werkgever voorheen betaalde als werkgeversdeel voor de premie ziekenfonds. In 2001 bedraagt deze vergoeding maximaal f 3.686,63. Dit artikel geldt niet als hiervoor een andere regeling is getroffen.
4. Cursuskosten
Een werkgever en een werknemer kunnen overeenkomen dat de werknemer van de werkgever een vergoeding ontvangt voor de kos- ten van het volgen van een cursus. Ook kan dan worden overeenko- men dat de werknemer de dienstbetrekking niet beëindigt in de eer- ste drie jaar nadat hij de cursus heeft afgerond. Doet de werknemer dit toch, dan moet hij de werkgever de kosten die deze gemaakt heeft voor bijvoorbeeld boeken en reizen, terugbetalen.
5. Schade
Het kan gebeuren dat een werknemer zijn werkgever schade moet vergoeden. Zie hiervoor artikel 3.9.
Artikel 9
Vakantie en vakantietoeslag
1. 25 vakantiedagen per jaar
Fulltime werknemers (vijf dagen en 38 uur per week) hebben recht op 182,4 vakantie-uren per jaar, wat overeen komt met 24 vakantie- dagen. Met ingang van 1 januari 2001 wordt dit vakantierecht ver- hoogd naar 190 uur per jaar.
Voor deeltijders en werknemers die gedurende het jaar in dienst zijn getreden, gelden de vakantierechten naar evenredigheid. Tijdens de vakantiedagen wordt het loon normaal doorbetaald.
2. Extra vakantiedagen
Fulltimers krijgen een extra vakantiedag (7,6 uur), als zij zich gedu- rende het hele kalenderjaar niet een maal ziek melden bij de werk- gever.
Oudere werknemers hebben ook extra vakantierechten, te weten 7,6 uur (één dag) bij 50 jaar en ouder, 15,2 uur (twee dagen) bij 55 jaar en ouder en 22,8 uur (drie dagen) bij 60 jaar en ouder.
19
3. Ziek tijdens vakantie
Wie ziek is tijdens vakantie en dit correct meldt, boekt over deze ziektedagen geen vakantierechten af.
4. Vaststellen vakantiedagen
De werkgever stelt vast wanneer de werknemer zijn aaneengesloten vakantie opneemt. Hij doet dit na overleg met de werknemer, die dit tijdig bij de werkgever moet aanvragen en voldoende dagen voor zijn verzoek moet hebben opgebouwd. De aaneengesloten vakantie wordt in de regel opgenomen tussen 30 april en 1 oktober en duurt door- gaans drie weken. Als de werkgever vindt dat 21 dagen in strijd is met het bedrijfsbelang, dan is de aaneengesloten vakantie ten minste twee weken.
5. Collectieve vakantiedagen
De werkgever mag, na overleg met de personeelsvertegenwoordiging, drie dagen aanmerken als collectieve vakantiedagen. Dit zijn dagen die iedereen, die in het bedrijf werkt, op moet nemen als vakantie- dagen. De werkgever doet dit zo tijdig mogelijk.
6. Individuele vakantie-uren
Ook de resterende, individuele vakantie-uren worden door de werk- gever, na overleg met de werknemer vastgesteld. De werkgever houdt hierbij zo veel mogelijk rekening met de wensen van de werk- nemer, die tijdig aangeeft wanneer hij zijn vakantie-uren wil opne- men.
7. Teveel of te weinig opgenomen vakantierechten
Als een werknemer teveel vakantie-uren heeft opgenomen, dan haalt de werknemer deze tijd in of dan wordt dit in mindering gebracht op toekomstige vakantierechten.
Als een werknemer nog niet alle vakantie-uren heeft opgenomen, dan stelt de werkgever in overleg met de werknemer vast wanneer deze uren voor april van het volgend jaar worden opgenomen. Neemt de werknemer deze uren nog niet op, dan vervallen ze. Uitbetaling van deze uren is niet mogelijk.
8. Vakantierechten bij einde dienstverband
Als een dienstverband wordt beëindigd, dan geeft de werkgever de werknemer een schriftelijke verklaring waarin staat xxxxxxx vakantie- uren nog niet zijn opgenomen en zullen worden uitbetaald. Heeft de werknemer meer vakantie-uren opgenomen dan waar hij recht op heeft, dan worden deze uren verrekend.
20
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 10
Buitengewoon verlof
1. Met behoud van loon
Als een werknemer bijzondere gebeurtenissen moet bijwonen en hierdoor zijn werk moet verzuimen, dan krijgt hij zijn loon gedu- rende de uren waarop hij onder normale omstandigheden zou wer- ken, doorbetaald. Hiervoor gelden de volgende afspraken:
bij overlijden van de partner, een inwonend kind of een pleegkind
vier dagen
bij huwelijk van de werknemer twee dagen
bij bevalling van de partner één dag
bij huwelijk van een ouder, een ouder van de partner, kind, kleinkind, broer of zuster, broer of zuster van de partner
bij overlijden van een ouder, partner van de ouder, ouder van de partner,
niet-inwonend kind of pleegkind, broer of zuster
voor het bijwonen van de begrafenis of crematie van de ouder, partner van de ouder, ouder van de partner, niet- inwonend kind of pleegkind, broer of zuster
bij het overlijden of voor het bijwonen van de begrafenis of crematie van een grootouder van de werknemer of van de levenspartner van de werknemer, een kleinkind, schoonzoon, schoondochter, broer of zuster van de partner
bij het 25-jarig of 40-jarig huwelijk van de werknemer
één dag
één dag
één dag
één dag
één dag
21
bij het 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijk van de ouders van de werknemers of van de ouders van zijn partner
voor het doen van een examen en maximaal één herexamen voor een diploma of getuigschrift in het kader van de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL)
voor het doen van een vakexamen voor een ander erkend diploma, mits dit in het belang van het bedrijf is
het doen van een vakexamen voor een erkend diploma dat in het belang van het bedrijf is
om zonder geldelijke vergoeding te voldoen aan een verplichting die de overheid oplegt en waaraan persoonlijk moet worden voldaan
één dag
de tijd die hiervoor nodig is
de tijd die hiervoor nodig is met een maximum van twee dagen
xxxxxx dan twee dagen als de werkgever dit bepaalt
een redelijke tijd met als maximum één dag
Voorwaarde in beide gevallen is dat de werknemers meer dan 13 uur gemiddeld per week werken, lid zijn van FNV Bondgenoten of de Dienstenbond CNV en in de
cao-commissie zitten. Verlof dient te worden aangevraagd dmv een schriftelijk verzoek van de werknemersorgani- satie.
2. Voor eigen rekening
Een werknemer heeft recht op verlof voor eigen rekening als hij kan aantonen dat er bij de vorige werkgever nog vakantierechten reste- ren. De werknemer moet dit wel melden bij de nieuwe werkgever voordat hij het dienstverband met de nieuwe werkgever aangaat. Doet hij dit niet, dan is de werkgever niet verplicht deze verlofda- gen te verlenen.
22
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
3. Naar de dokter
De werknemer moet zorgen dat hij een dokter of een tandarts zo veel mogelijk buiten werktijd bezoekt. Het verdient aanbeveling dat elke werkgever voor zijn bedrijf een regeling treft over de vergoeding van verlof in verband met een noodzakelijk bezoek aan de dokter of spe- cialist.
4. Bijzondere gevallen
In zeer bijzondere gevallen kan het nodig zijn dat een werknemer verzuimt. De wetgever heeft dit vastgelegd in artikel 7:628 van het Burgerlijk Wetboek. In deze gevallen heeft de werknemer recht op doorbetaling van het loon, met een maximum van vijf dagen. Dit geldt niet als de werknemer moet verzuimen door toedoen van de werkgever.
5. Werktijdverkorting
Als een werkgever de werktijd wil verkorten en hiervoor toestem- ming vraagt en krijgt van de instantie die hiertoe bevoegd is, dan hoeft de werkgever geen loon door te betalen over de uren die de werknemer, in verband met deze werktijdverkorting niet werkt.
Artikel 11
Arbeidsongeschiktheid
1. Ziek- en hersteldmeldingmelding
Als een werknemer niet in staat is om te werken, meldt hij zich zo snel mogelijk ziek bij de werkgever. Hij doet dit hetzij op het werk voordat hij naar huis gaat, hetzij thuis voor half tien ’s ochtends. De werkgever geeft de ziekmelding van de werknemer op zijn beurt zo snel mogelijk door aan de uitvoeringsinstelling waarbij hij is aange- sloten.
Als de werknemer hersteld is, moet hij dit meteen melden bij de werkgever en zo snel mogelijk weer gaan werken.
2. Wachtdag
Over de eerste dag van ziekte mag de werkgever een wachtdag inhouden of deze dag verrekenen met de vakantiedagen.
3. Te laat of onjuist
Als de werkgever kan aantonen dat de werknemer zich ten onrechte ziek heeft gemeld, dan mag hij de tweede dag van de ziekte aanmer- ken als een verlofdag of over deze tweede ziektedag geen loon uit-
23
betalen. Hij mag dit ook doen als de werknemer zich te laat ziek heeft gemeld.
4. Doorbetaling van loon
In het eerste ziektejaar betaalt de werkgever het loon door. Dit is het loon zonder vergoedingen voor overwerk, provisie, kosten of tijde- lijke werktijdverkorting. De loonbetaling wordt verminderd met eventuele uitkeringen die de werknemer op grond van de Ziektewet (ZW) of de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) ontvangt.
5. Geen loondoorbetaling bij ziekte
Er is geen sprake van loondoorbetaling als de werknemer door de ziekte het recht heeft een vordering van schade in te stellen om het verlies van loon op een ander te verhalen. In dit geval geeft de werk- gever de werknemer een voorschot ter hoogte van de normale loon- doorbetaling bij ziekte. Van zijn kant moet de werknemer zijn aan- spraak op schadevergoeding overdragen aan de werkgever, als deze hier om vraagt.
In bepaalde gevallen, zoals vastgelegd in artikel 7: 629 van het Bur- gerlijk Wetboek, heeft de werknemer ook geen recht op loondoor- betaling, namelijk:
• als de arbeidsongeschiktheid door zijn opzet is veroorzaakt
• als de arbeidsongeschiktheid een gevolg is van een gebrek waar- over de werknemer bij indiensttreding onjuiste informatie heeft verstrekt
• als hij door zijn toedoen de genezing belemmert
• als hij weigert zonder deugdelijke reden passende arbeid waartoe hij in staat is, te verrichten.
6. Loondoorbetaling van 70 procent
De werkgever hoeft de werknemer niet meer dan 70 procent van het loon te betalen bij ziekte, als de ziekte een gevolg is van werk dat de werknemer voor derden heeft verricht. De werkgever betaalt in dit geval deze werknemer ten minste het wettelijk minimumloon uit. Deze sanctie is ook van toepassing als de werknemer
• zich meer dan één dag te laat ziek meldt, tot het moment van xxxxxxxxxxx
• in de eerste drie weken niet voor tien uur ’s ochtends en tussen twaalf uur en half drie ’s middags thuis is voor controle, tenzij de afwezigheid een doktersbezoek betreft (Deze sanctie wordt drie dagen opgelegd. Is de zieke werknemer bij herhaalcontrole weer niet thuis op de bovengenoemde tijdstippen, dan wordt het loon beperkt tot 70 procent totdat controle mogelijk is.)
• zich niet aan de voorschriften van de behandelend arts houdt
• niet bereikbaar is voor controle door of namens de werkgever (Ook deze sanctie kan drie dagen worden opgelegd. Is de zieke
24
CAO elektrotechnische detailhandel 2002 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
werknemer bij een volgende controle weer niet thuis, dan kan de werkgever het loon beperken tot 70 procent.)
• nalaat nieuwe adresgegevens aan de werkgever door te geven (De eerste maal krijgt de werknemer een waarschuwing, de tweede keer wordt het loon drie dagen beperkt tot 70 procent en de derde maal wordt het loon minimaal vijf dagen 70 procent tot- dat controle mogelijk is.)
• niet op het spreekuur van de bedrijfsarts of specialist verschijnt, tenzij hij van deze plicht ontslagen wordt (De eerste keer wordt het loon drie dagen beperkt tot 70 procent. De tweede keer in een jaar wordt het loon op 70 procent gesteld totdat de werknemer op het spreekuur verschijnt.)
• zijn genezing ernstig belemmert
• werk doet waarvoor de bedrijfsarts geen toestemming heeft gege- ven. (De verdiensten uit dit werk worden bovendien bij de 70 procent in mindering gebracht.)
• indien de arbeidsongeschiktheid rechtstreeks voortvloeit uit werk- zaamheden verricht in strijd met het gestelde in artikel 3.10 van de CAO.
De werknemer dient zich te houden aan de gedragsregels als ge- noemd in bijlage VII van de CAO en de werkgever kan de in deze bijlage genoemde sancties toepassen.
Artikel 12
Scholing
1. Partieel leerplichtigen
Partieel leerplichtige werknemers hebben een gemiddelde wekelijkse arbeidsduur van 38 uur onder aftrek van het aantal uren dat zij onder- wijs moeten volgen, tenzij de werkgever en de leerling iets anders afspreken. Deze leerlingen van 16 en 17 jaar ontvangen een salaris en vakantiedagen naar evenredigheid.
2. Beroepsvormingsovereenkomst
Een werknemer die een opleiding volgt in het kader van het Beroeps Begeleidende Leerweg (zoals bedoeld in de Wet Educatie en Be- roepsonderwijs) kan met de werkgever een beroepsvormings- overeenkomst sluiten met een gemiddelde arbeidsduur van 38 uur of minder per week.
Ook kan er dan een dienstverband voor bepaalde tijd worden aange- gaan waarin wordt afgesproken dat werkgever en werknemer tot een
25
jaar na het afleggen van het examen het dienstverband niet mogen opzeggen. Deze overeenkomst moet schriftelijk worden overeenge- komen.
Als de werknemer toch opzegt in het eerste jaar na het afleggen van het examen, dan moet deze werknemer de werkgever het loon terug- betalen dat de werkgever hem heeft doorbetaald tijdens het volgen van de opleiding, en eventuele kosten voor boeken en reisgeld die de werkgever heeft betaald. Het is verstandig deze afspraak in de over- eenkomst te vermelden.
26
BIJLAGE VI
FUNCTIENIVEAUBLADEN
Detailverkoop elektrotechnische artikelen
Functieniveau A B
Karakteristieken:
Complexiteit Commercieel gerichte
functie, met het oog op het leren verkopen van elektrotechnische artike- len en assistentie bij een aantal overige werkzaam- heden (goederenstroom- verwerking, schoonmaak en onderhoud e.d.). Het werk is overheersend routinematig van aard en vereist regelmatig omschakelen van klant naar klant en van verkoop naar ander werk.
Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau overeenkomt met mini- maal MAVO met pakket- en niveau-eisen, alsmede een interne verkoop- training.
Commerciële functie, gericht op het onder toezicht verkopen van elektrotechnische artikelen en deelname aan een aantal overige werkzaamheden (goederenstroomverwer- king, schoonmaak en onderhoud e.d.). Het werk betreft eenvoudig routinewerk en vereist regelmatig omschakelen van klant naar klant en van verkoop naar ander werk. Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau over- eenkomt met minimaal MAVO met pakket- en niveau-eisen, een interne verkooptraining en een grondige oriëntatie op de produktenrange.
27
Regelcapaciteit De volgorde van werken
wordt volledig bepaald door de zich aandienende klanten en de instructies voor andere werkzaamhe- den. Werkt aan de hand van vaste procedures of voorgeschreven werkwijzen. De chef is bereikbaar en ongewone problemen kunnen aan deze worden voorgelegd. De contacten met collega’s en leiding betreffen de dagelijkse zaken en de vereiste leereffecten.
Voor de volgorde van werken heeft de functionaris slechts een beperkte vrijheid van handelen, deze wordt nagenoeg volledig bepaald door de zich aandienende klanten en de instructies voor andere werkzaamhe- den. Werkt onder toezicht en/of aan de hand van vaste procedures of voorgeschre- ven werkwijzen. De chef is bereikbaar en ongewone problemen kunnen aan deze worden voorgelegd.
De contacten met collega’s en leiding betreffen de dagelijkse zaken waarbij soepele communicatie en verstandhouding vereist is.
Afbreukver- antwoordelijk- heid
De contacten met klanten betreffen standaard- situaties.
Fouten kunnen de relatie met of de koopintentie van de klant nadelig beïnvloeden. Al snel zullen zich ook anderen ermee bemoeien, zodat de fout tijdig wordt hersteld.
De contacten met klanten betreffen standaardsituaties en routineprocedures.
Fouten kunnen de relatie met of de koopintentie van de klant nadelig beïnvloeden. Leiding of collega’s kunnen er voor zorgen dat de fout tijdig wordt hersteld.
Fysieke aspecten Praktisch schone
werkomgeving, soms wisselende omstandighe- den (andere ruimten, binnen/buiten). Veel staan en lopen. Bijvullen, laden en lossen, controleren, schoonmaakwerk e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
Praktisch schone werk- omgeving, soms wisselende omstandigheden (andere ruimten, binnen/buiten).
Veel staan en lopen. Bijvullen, laden en lossen, controleren, schoonmaak- werk e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
28
Detailverkoop elektrotechnische artikelen (vervolg 1) Functieniveau C D
Karakteristieken:
Complexiteit Commerciéle functie, gericht op het onder toezicht verkopen van elektrotechnische arti- kelen en deelname aan een aantal overige werk- zaamheden (goederen- stroomverwerking, schoonmaak en onderhoud e.d.) en de administratieve afhandeling. Het werk betreft veelal hetzelfde soort onderwerpen die enige variatie vertonen. Regelmatig omschakelen van klant naar klant en van verkoop naar ander werk.
Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau overeenkomt met mini- maal MAVO met pakket- en niveau-eisen, een interne verkooptraining en een grondige oriëntatie op de produktenrange.
Commerciële functie, gericht op het zelfstandig verkopen van elektrotechni- sche artikelen en verrichten van alle overige werkzaam- heden (goederenstroomver- werking, schoonmaak en onderhoud e.d.) alsmede de complete administratieve afhandeling. Het werk betreft aan elkaar verwante onderwerpen. In beginsel kan de gedragslijn hetzelfde blijven.
Regelmatig omschakelen van klant naar klant en van verkoop naar ander werk. Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau over- eenkomt met MAVO met pakket- en niveau-eisen, een interne verkooptraining en een diepgaande oriën- tatie op specifieke aspecten van de produktenrange.
29
Regelcapaciteit Voor de volgorde van
werken gelden deels richtlijnen, deels gerichte instructies. Overigens wordt de werkvolgorde bepaald door de zich aandienende klanten.
Werkt met een zekere mate van zelfstandigheid eenvoudige verkoop- handelingen en/of administratieve hande- lingen af aan de hand van vaste procedures of voorgeschreven werkwij- zen. Soms moeten minder eenvoudige zaken beoor- deeld worden. Ongewone problemen kunnen aan de leiding of (1e Verkopers) worden voorgelegd.
De contacten met anderen in het bedrijf zijn gericht op de eigen directe en specifieke taak en betref- fen een ongehaperde doorstroming van goede- ren of informatie binnen de zaak.
Voor de volgorde van wer- ken gelden in het algemeen niet vergaand gespecifi- ceerde voorschriften of eventuele algemene richtlijnen. Voor het overige wordt de werkvolgorde bepaald door de zich aandienende klanten.
Werkt zelfstandig, conform de voorschriften. Voor de aanpak bestaat een zekere mate van vrijheid. het werk brengt concrete problemen met zich mee, waarbij regelmatig minder een- voudige zaken beoordeeld moeten worden.
De contacten met anderen in het bedrijf hebben betrekking op de normale gang van zaken (infor- matie-overdracht, afstem- men van zaken e.d.) en betreffen een ongehaperde doorstroming van goederen of informatie binnen het bedrijf.
Eventueel kan er sprake zijn van bepaalde vormen van leidinggeven aan enkele collega’s.
30
Afbreuk- verantwoorde- lijkheid
De contacten met klanten betreffen standaard- artikelen en normale procedures.
Fouten kunnen de relatie met of de koopintentie van de klant nadelig beïnvloeden. Hun eventuele reactie vereist herstel van de fouten. De normale procedures en de zelfcontrole maken het redelijk waarschijnlijk dat de fout tijdig wordt ontdekt en nog hersteld kan worden.
De contacten met klanten betreffen standaardartikelen en veelal de normale procedures. Ook kunnen ze betrekking hebben op bijzondere aspecten van de transacties.
Fouten kunnen de relatie met of de koopintentie van de klant nadelig beïnvloeden. Hun eventuele reactie vereist herstel van de fouten. De normale procedures en de zelfcontrole maken het redelijk waarschijnlijk dat de fout tijdig wordt ontdekt en nog hersteld kan worden.
Fysieke Aspecten Praktisch schone werk-
omgeving, soms wisselende omstandighe- den (andere ruimten, binnen/buiten). Veel staan en lopen. Bijvullen, laden en lossen, controleren, schoonmaakwerk e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
Praktisch schone werk- omgeving, soms wisselende omstandigheden (andere ruimten, binnen/buiten).
Veel staan en lopen. Bijvullen, laden en lossen, controleren, schoonmaak- werk e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
31
Detailverkoop elektrotechnische artikelen (vervolg 2) Functieniveau E F
Karakteristieken:
Complexiteit Commerciële functie, deels gericht op het zelfstandig verkopen van elektrotechnische artike- len, het verrichten van alle overige werkzaamhe- den en de complete administratieve afhan- deling, deels op assisten- tie en vervanging van de filiaalleiding. Xxxx inspelen op diverse situaties en problemen. Regelmatig tot voort- durend omschakelen van klant naar klant, naar andere werkzaamheden, alsmede in verband met vragen van anderen.
Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau overeenkomt met HAVO/ MBO met een diepgaande oriëntatie op specifieke aspecten van de produk- tenrange.
Commerciële functie, gericht op de leiding aan een filiaal of aan een grote zelfstandige afdeling in het kader van de verkoop van elektrotechnische artikelen. De functionaris moet inspe- len op diverse situaties en problemen. Ook kunnen onderwerpen optreden van duidelijk verschillende aard en kan confrontatie plaats- vinden met geheel nieuwe problemen.
Regelmatig tot voortdurend omschakelen van klant naar klant, naar andere werk- zaamheden, alsmede in verband met vragen van anderen.
Het niveau van de functie vraagt een opleiding die naar aard en niveau overeenkomt met HAVO/ MBO, een diepgaande oriëntatie op specifieke aspecten van de produkten- range en op de leidingge- vende aspecten (eventueel via een cursus).
32
Regelcapaciteit Werkt zelfstandig. De
tijdsindeling wordt deels gedicteerd door de aanwezigheid van klanten, deels door de urgentie van de overige werkzaamheden. Voor de aanpak en de vormgeving bestaat een redelijk grote vrijheid van handelen.
Het werk brengt proble- men met zich mee, die kunnen uitstijgen boven een routinematige afhandeling, meestal van concrete aard, maar eventueel ook van minder concrete aard. Soms zijn slechts de middelen aangegeven.
De contacten met anderen in het bedrijf hebben betrekking op de normale gang van zaken (informa- tie-overdracht, afstemmen van zaken e.d.) en betref- fen een ongehaperde doorstroming van goede- ren of informatie binnen het bedrijf.
Geeft leiding aan 1-5 medewerkers en neemt regelmatig de leiding van een filiaal of een grote afdeling waar.
Moet de eigen tijd efficiënt en doelgericht indelen, rekening houdend met het dictaat van de aanwezig- heid van klanten. De vrijheid van handelen ten aanzien van de vormgeving is vrij hoog, gegeven de beperktheid van de instructies. Het toezicht is niet intensief, deels zelfs van indirecte aard.
Er kan confrontatie plaats- vinden met minder concrete problemen van normaal tot aanmerkelijk niveau, waarbij diverse factoren onderling moeten worden afgestemd.
De contacten met anderen in het bedrijf hebben voor het merendeel betrekking op de normale gang van zaken (informatie- overdracht, afstemmen van zaken e.d.), gericht op een ongehaperde doorstroming van goederen of informatie binnen het bedrijf. Soms kunnen zaken uitstijgen boven een normale afwikkeling.
Geeft leiding aan een filiaal of aan een grote afdeling (tot 12 medewerkers).
33
Afbreukverant- woordelijkheid
De contacten met klanten betreffen standaard- artikelen en veelal de normale procedures. Ook kunnen ze betrekking hebben op bijzondere aspecten van de transacties.
Fouten kunnen de relatie met of de koopintentie van de klant nadelig beïnvloeden. Hun eventuele reactie vereist herstel van de fouten. De normale procedures en de zelfcontrole maken het redelijk waarschijnlijk dat de fout tijdig wordt ontdekt en nog hersteld kan worden.
Xxx door onjuist optreden de sfeer in een filiaal negatief beïnvloeden.
De contacten met klanten betreffen alle aspecten van de relatie en de transactie- afwikkeling.
Fouten veroorzaken duidelijke voortgangs- stagnatie in het filiaal/eigen afdeling, vertroebelen externe relaties zodat omzetverlies kan ontstaan, verstoren het verstrekken van juiste min of meer vitale gegevens of beïnvloeden de sfeer in een filiaal in negatieve zin.
De zelfcontrole kan de fout aan het licht brengen, maar deze zelfcontrole kan door de omstandigheden bemoeilijkt worden.
Fysieke aspecten Praktisch schone werk-
omgeving, soms wisse- lende omstandigheden (andere ruimten, binnen/buiten).
Veel staan en lopen. Deelname aan bijvullen, laden en lossen, contro- leren, schoonmaakwerk
e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
Praktisch schone werkom- geving, soms wisselende omstandigheden (andere ruimten, binnen/buiten). Veel staan en lopen.
Eventuele deelname aan bijvullen, laden en lossen, controleren, schoonmaak- werk e.d. brengt extra lichamelijke inspanning met zich mee.
34
Bezorgen elektrotechnische artikelen
Functieniveau A B
Karakteristieken:
Complexiteit Bezorgfunctie, gericht op
het uitvoeren van een aantal ondersteunende taken ten behoeve van de bezorgende Xxxxxxxxx.
Het betreft over het algemeen iets afwisse- lende taken met gedeel- telijk een servicegericht karakter (installeren van apparatuur, instrueren over gebruik en afreke- nen). Accuratesse kan vereist zijn bij het lossen en plaatsen van appara- tuur.
Het niveau van de functie vereist vervulling van de leerplicht.
Bezorgfunctie, gericht op ondersteuning van de Chauffeur in brede zin. Voert naast laden/lossen ook werkzaamheden uit met een dienstverlenend karakter (installeren van apparatuur, instrueren over gebruik en afrekenen).
Accuratesse kan vereist zijn bij het lossen en plaatsen van apparatuur.
Het niveau van de functie vereist vervulling van de leerplicht en eventueel een rijbewijs.
Regelcapaciteit Strikte aanwijzingen
vormen het kader voor de tijdsindeling en handel- wijze. Ontvangt duide- lijke instructies en richtlijnen. Werkt voortdurend in de nabij- heid van de Chauffeur.
Valt bij onduidelijkheden, klachten van klanten, specifieke vragen of problemen terug op de Chauffeur.
Heeft normale werkcon- tacten met de directe collega’s en de Voorman en/of Planner.
De bezorg-route vormt het kader voor de tijdsindeling. Handelt alle voorkomende werkzaamheden af in samenspraak met de Xxxxxxxxx. Valt bij klachten van klanten, specifieke vragen of problemen terug op de Chauffeur.
Heeft normale werkcon- tacten met de directe collega’s en de Voorman en/of Planner.
35
Afbreukveran- twoordelijkheid
De beperkte contacten met klanten bij het bezorgen van apparaten zijn gericht op een vlotte en servicegerichte afhandeling.
Fouten of onachtzaamhe- den kunnen leiden tot beschadiging van apparaten en eventueel tot irritatie bij de klant.
De doorgaans beperkte contacten met klanten bij het bezorgen van apparaten zijn gericht op een vlotte en servicegerichte afhandeling.
Fouten of onachtzaamheden kunnen leiden tot beschadiging van apparaten en tot irritatie bij de klant.
Fysieke aspecten Verblijft/werkt afwisse-
lend in bedrijfswagen, buiten, bij klanten en in magazijn. Moet veel tillen en zware apparaten versjouwen. Versjouwen van zware apparaten via een trap e.d., alsmede de intensieve verkeersdeel- name brengen persoon- lijke risico’s met zich mee.
Verblijft/werkt afwisselend in bedrijfswagen, buiten, bij klanten en in magazijn.
Moet veel tillen en zware apparaten versjouwen.
Versjouwen van zware apparaten via een trap e.d., alsmede de intensieve verkeersdeelname brengen persoonlijke risico’s met zich mee.
36
Bezorgen elektrotechnische artikelen (vervolg) Functieniveau C D
Karakteristieke:
Complexiteit Chauffeursfunctie, gericht
op het vervoeren en bezorgen van uiteenlo- pende wit- en bruingoed- produkten. Bezorgt voornamelijk bij parti- culieren. Zorgt voor het laden, lossen, incasso en incidenteel afhandelen van overige (admini- stratieve)formaliteiten.
Installeert apparatuur en instrueert (globaal) over het gebruik. Accuratesse is vereist bij verkeers- deelname en het lossen en plaatsen van appara- tuur.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau overeen moet komen met een VBO-opleiding (bij voorkeur Elektro), aangevuld met een rijbewijs (B).
Chaufeursfunctie, gericht op het vervoeren en bezorgen van uiteenlopende wit- en bruingoed- produkten. Bezoekt naast particulieren eventueel ook winkels, reparateurs of importeurs. Zorgt voor het laden, lossen, betalen en afhandelen van overige (administratieve)formali- teiten. Installeert appara- tuur, instrueert over het gebruik en verricht eventuele kleine reparaties. Accuratesse is vereist bij verkeersdeelname en het lossen en plaatsen van apparatuur.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar inhoud en niveau overeen moet komen met een VBO-Elektro opleiding
(C-niveau), aangevuld met een rijbewijs (B).
37
Regelcapaciteit De bezorg-route vormt
het kader voor de tijdsindeling. Verlegt eventueel prioriteiten. Handelt de voorkomende werkzaamheden zelf- standig af volgens geldende richtlijnen. Is verantwoordelijk voor het hem toegewezen materiaal en de door hem te bezorgen goederen.
Enig initiatief en vinding- rijkheid kan vereist zijn bij installatiewerkzaam- heden en het verstrekken van produktinformatie.
Door ervaring verkregen routine kan een effectieve handelwijze bevorderen.
Heeft normale werkcon- tacten met directe collega’s en de Voorman en/of Planner. Begeleidt even- tueel een Bijrijder.
De bezorg-route vormt het kader voor de tijdsindeling. Bepaalt daarbinnen even- tueel afwijkende priori- teiten. Handelt alle voorko- mende werkzaamheden zelfstandig af volgens geldende richtlijnen en eigen inzicht. Is verant- woordelijk voor het hem toegewezen materieel en de door hem te bezorgen goederen. Initiatief en vindingrijkheid is vereist bij installatiewerkzaam- heden en het verstrekken van produktinformatie.
Door ervaring verkregen routine bevordert een effectieve handelwijze. Heeft naast de normale werkcontacten met de directe collega’s en de Voorman en/of Planner, af en toe ook contacten met overige afdelingen en functionarissen. Geeft functioneel leiding aan een medewerker (Bijrijder).
Afbreukverant- woordelijkheid
De contacten met klanten en eventueel anderen zijn gericht op een vlotte en servicegerichte afhandeling.
Fouten of onachtzaamhe- den kunnen leiden tot beschadiging van apparaten, vertragingen en onvrede bij de klant.
De contacten met klanten en anderen zijn gericht op een vlotte en service- gerichte afhandeling.
Fouten of onachtzaamheden kunnen leiden tot beschadiging van
apparaten, vertragingen en ernstige onvrede bij de klant.
38
Fysieke aspecten Verblijft/werkt
afwisselend in bedrijfswagen, buiten, bij klanten en in magazijn. Het rijden van vele korte afstanden in voornamelijk regionaal en stadsverkeer vereist een voortdurende concentratie/alertheid.
Moet veel tillen en zware apparaten versjouwen.
Versjouwen van zware apparaten via een trap e.d., alsmede de intensieve verkeersdeel- name brengen persoon- lijke risico’s met zich mee.
Verblijft/werkt afwisselend in bedrijfswagen, buiten, bij klanten en in magazijn. Het rijden van vele korte afstanden in voornamelijk regionaal en stadsverkeer vereist een voortdurende concentratie/alertheid. Moet veel tillen en zware apparaten versjouwen.
Versjouwen van zware apparaten via een trap e.d., alsmede de intensieve verkeersdeelname brengen persoonlijke risico’s met zich mee.
39
Administratie elektrotechnische detailhandel
Functieniveau A B
Karakteristieken:
Complexiteit Administratief gerichte
hulp-functie met taken die een routinematige en repeterend karakter hebben (coderen, tellen, imputeren). De werk- zaamheden worden meestal langdurig achtereen uitgevoerd.
Xxxxxxxx enkele malen per dag om tussen werkzaamheden.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau over- eenkomt met een VBO(B). Typevaardigheid is vereist.
Administratief gerichte functie met enigszins heterogene taken die een overwegend repeterend karakter hebben. De beperkte verscheidenheid in werkzaamheden leidt tot af en toe omschakelen.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau overeenkomt met een VBO/MAVO-niveau. Typevaardigheid is vereist.
Regelcapaciteit Voor de volgorde van
werken gelden instructies en aanwijzingen. De gegeven voorschriften en gebruikte routines laten weinig vrijheid van handelen toe. Kan bij problemen altijd terugvallen op collega’s. Heeft voornamelijk contacten binnen de afdeling, gericht op overdracht van informatie en een vlotte afhandeling.
Voor de volgorde en
aanpak van het werk gelden voorschriften en routines die een beperkte vrijheid van handelen toelaten.
Problemen zijn eenvoudig, praktisch van aard en kun- nen doorgaans zelfstandig worden opgelost.
Heeft voornamelijk contacten binnen de afdeling (en incidenteel daarbuiten), gericht op overdracht van informatie en een vlotte afhandeling.
40
Afbreuk- verantwoorde- lijkheid
Niet tijdig afhandelen van taken kan tot vertragingen bij anderen leiden.
Fouten of onachtzaamhe- den worden doorgaans (tijdig) ontdekt. Bepaalde gegevens dienen binnen de afdeling te blijven.
Niet tijdig afhandelen van taken kan de doorstroming en tijdige verwerking belemmeren.
Fouten of onachtzaamheden worden doorgaans (tijdig) ontdekt. Bepaalde gegevens dienen binnen de afdeling te blijven.
Fysieke aspecten Kantooromstandigheden.
Er is sprake van langdurig zittend werk. Het werk brengt eenzijdige bewegingen en/of langdurig werken aan het beeldscherm met zich mee.
Kantooromstandigheden. Er is sprake van langdurig zittend werk. Het werk brengt eenzijdige bewegingen en/of langdurig werken aan het beeld- scherm met zich mee.
41
Functieniveau C D
Karakteristieken:
Complexiteit Administratieve functie,
gericht op taken en werkzaamheden met enige verscheidenheid. Naast routinematige taken komen ook ad hoc taken voor. Schakelt af en toe tot regelmatig om.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau overeenkomt met MAVO tot HAVO. Typevaardig- heid is vereist.
Administratieve functie, gericht op een verscheiden- heid aan taken. Naast de verscheidenheid in veel verschillende werkzaamhe- den en verantwoordelijkhe- den kan ook routine nog een rol spelen. De verschei- denheid in taken en de onderbrekingen voor vragen en ad hoc zaken leiden tot regelmatig omschakelen.
De voor de functie vereiste kennis dient naar inhoud en niveau gelijkwaardig te zijn aan een MEAO-diploma (of MAVO/HAVO plus
Praktijk-diploma Boekhouden).
Regelcapaciteit Richtlijnen en globale
routines laten enige vrijheid van handelen toe. Eigen interpretatie kan van belang zijn, maar niet op essentiële punten.
Problemen zijn veelal praktisch van aard en kunnen doorgaans zelfstandig worden opgelost.
De contacten binnen de afdeling (en incidenteel daarbuiten) zijn noodzakelijk voor een vlotte en correcte afwikkeling van de taken.
Xxxxxxxxxxx voor het werk laten een zekere vrijheid van handelen toe. Eigen interpretatie kan van belang zijn. Het oplossen van de voorkomende problemen kan enige ervaring vereisen.
Heeft binnen en buiten de afdeling contacten over administratieve en eventueel niet administra- tieve onderwerpen.
42
Afbreukverant- woordelijkheid
Heeft incidenteel (informerende) contacten met relaties.
Fouten, onachtzaamheden en niet tijdige verwerking kunnen ook buiten de afdeling tot vervelende gevolgen leiden.
Eventueel kunnen ook de relaties met leveranciers negatief beïnvloed worden. Bepaalde gegevens dienen binnen de afdeling te blijven.
Eventuele contacten met relaties hebben doorgaans een nader informerend karakter.
Fouten, onachtzaamheden en niet tijdige verwerking kunnen ook buiten de afdeling tot vervelende gevolgen leiden; financiële schade en aantasting van het bedrijfsimago kunnen het gevolg zijn. Dient discretie in acht te nemen ten aanzien van bedrijfs- gegevens.
Fysieke aspecten Kantooromstandigheden.
Vaak is er sprake van langdurig zittend werk. Werkt vele uren per dag aan een beeldscherm (4-6 uur).
Kantooromstandigheden. Enige afwisseling komt voor, vaak langdurig zitten. Werkt soms langdurig aan een beeldscherm.
43
Functieniveau E F
Karakteristieken:
Complexiteit Administratieve functie,
gericht op een verscheidenheid van taken. Wordt geconfron- teerd met gevarieerde maar onderling samenhangende onderwerpen. Ook routinematige werkzaam- heden kunnen voorko- men. Xxxxxxxx vrij frequent om tussen onderwerpen en vragen. De voor de functie vereiste kennis dient naar inhoud en niveau gelijkwaardig te zijn aan een MEAO-diploma (of MBA).
Administratieve functie, gericht op een verscheiden- heid aan taken. Xxxxx geconfronteerd met gevarieerde maar onderling samenhangende onderwer- pen. Xxxxxxxx frequent om tussen vragen en onderwerpen.
De voor de functie vereiste kennis dient naar inhoud en niveau gelijkwaardig te zijn aan een MEAO-diploma (of MBA), eventueel aangevuld met specifieke cursussen.
Regelcapaciteit Geeft binnen de gegeven
randvoorwaarden (ondermeer het administratieve systeem) zelf vorm aan de werkvolgorde en handelwijze. Kan met problemen geconfronteerd worden die ervaring vereisen (± 1 jaar).
Heeft contacten over administratieve en eventueel niet- administratieve onderwerpen binnen en buiten de afdeling. Stuurt eventueel één (of enkele) medewerkers aan.
Geeft binnen de gegeven randvoorwaarden (ondermeer het administra- tieve systeem) zelf vorm aan de werkvolgorde en handelwijze. Gaat kritisch om met gegeven richtlijnen. Xxx met problemen geconfronteerd worden die ervaring vereisen (1 à 2 jaar).
Heeft binnen het bedrijf uiteenlopende contacten op verschillende niveaus over wisselende onderwerpen. Stuurt eventueel enkele medewerkers aan.
44
Afbreukverant- woordelijkheid
De vrij regelmatige contacten met diverse relaties zijn gericht op een correcte en vlotte afhandeling van zaken. Fouten, onachtzaamheden en niet tijdige verwerking kunnen ook buiten de afdeling tot vervelende gevolgen leiden; financiële schade en aantasting van het bedrijfsimago kunnen het gevolg zijn. Dient discretie in acht te nemen ten aanzien van bedrijfsgegevens.
De regelmatige contacten met diverse relaties zijn gericht op een correcte en vlotte afhandeling van zaken.
Fouten, onachtzaamheden en niet tijdige verwerking kunnen tot problemen leiden binnen verschillende afdelingen en bij het nemen van beleidsbeslissingen.
Tevens kunnen financiële schade en aantasting van het bedrijfsimago het gevolg zijn. Dient discretie in acht te nemen ten aanzien van bedrijfs- gegevens.
Fysieke aspecten Kantooromstandigheden.
Enige afwisseling komt voor, vaak langdurig zitten. Werkt soms langdurig aan een beeldscherm.
Kantooromstandigheden.. Enige afwisseling komt voor, vaak langdurig zitten. Werkt soms langdurig aan een beeldscherm.
45
(Service-)Montage elektrotechnische artikelen
Functieniveau E
Karakteristieken:
Complexiteit Technische functie, gericht op de reparatie van diverse elektronische apparaten (audio- en videoapparatuur, kleurentelevisies, computers en bijbehoren), voornamelijk in de werkplaats. Uiteenlopende deelhandelingen worden uitgevoerd, waarbij routine vaak een rol speelt.
Gemiddeld elk half uur moet worden omgeschakeld naar een nieuw apparaat of onderdeel. De meeste reparatie- handelingen vereisen een hoge accuratesse. Regelmatig is er sprake van tijddwang als gevolg van toezeggingen aan een klant.
De werkzaamheden vereisen kennis die naar aard en niveau overeenkomt met LTS op C-niveau, de
VEV-opleiding EMB of EME, aangevuld met korte functiegerichte cursussen.
Regelcapaciteit Ontvangt werkopdrachten die het tijdschema bepalen, deelt binnen deze richtlijnen zelf de tijd in. Te gebruiken middelen staan vast. Evalueert de klacht, eventueel aanvullende informatie van de klant en de geschiedenis van het apparaat en kiest op grond hiervan een aanpak. Maakt afwegingen met betrekking tot bedrijfsbelang, service en garantiebepaling, bij uitzonderlijke problemen wordt de chef geraadpleegd. Problemen stijgen meestal niet uit boven het opleidingsniveau.
De contacten met leiding, (vaak anders gespecialiseerde) collega’s en eventueel met de bevoorradingsafdeling zijn van belang voor het realiseren van tijdige en kwalitatief goede reparaties.
Afbreukverant- woordelijkheid
Het contact met klanten, waarbij servicebereidheid geboden is; geeft informatie en advies.
Een vlot verloop van de contacten is van belang voor klanttevredenheid. Af en toe contacten met leveranciers betreffende advies en onderdelen. Beoordelingsfouten veroorzaken materiaalverlies en herstelkosten voor het bedrijf, imagoverlies en mogelijk schade bij de klant. De kans dat fouten tijdig ontdekt en hersteld worden is redelijk groot.
Enige discretie vereist ten aanzien van bedrijfsprocedures.
46
Fysieke aspecten Repareert hoofdzakelijk in de werkplaats; een ruimte met wisselende geluiden en geluidsniveaus veroorzaakt door het testen van apparatuur. Incidenteel wisselende omstandigheden bij bezoek aan klanten. Af en toe wordt gewerkt in een ongemakkelijke houding, regelmatig moet worden getild. Reparatiewerkzaamheden vereisen dikwijls bijzonder nauwkeurige bewegingen.
47
(vervolg montage)
F
Complexiteit Technische functie, gericht op de reparatie van een grote verscheidenheid aan elektronische apparatuur (audio- en videoapparatuur, kleurentelevisies, computers en bijbehoren), deels in een werkplaats, deels bij de klant aan huis. Uiteenlopende deelhandelingen worden uitgevoerd, soms speelt routine hierbij nog een rol.
Gemiddeld elk half uur moet worden omgeschakeld naar een nieuw apparaat of onderdeel. De reparatiehandelingen vereisen een hoge accuratesse. Regelmatig is er sprake van tijddwang als gevolg van toezeggingen aan de klant. De werkzaamheden vereisen kennis die naar aard en niveau overeenkomt met een MTS-opleiding.
Regelcapaciteit Ontvangt werkopdrachten die het tijdschema bepalen, deelt binnen deze richtlijnen zelf de tijd in. De te gebruiken middelen staan vast. Evalueert de klacht, eventueel aanvullende informatie van de klant en de geschiedenis van het apparaat en kiest op grond hiervan een aanpak. De afweging van bedrijfsbelang, service en garantiebepaling leidt dikwijls tot moeilijke beslissingen. Alleen bij uitzonderlijke problemen wordt de chef geraadpleegd. De technische problemen vereisen een brede ervaring. Problemen stijgen meestal niet uit boven het vereiste kennisniveau.
Een vlot verloop van contacten met (vaak anders gespecialiseerde) collega’s en diverse andere afdelingen is van essentieel belang voor het realiseren van tijdige en kwalitatief goede reparaties.
Afbreuk-verant- woordelijkheid
Heeft contact met klanten, waarbij servicebereidheid geboden is; geeft informatie en advies. Het verloop van de contacten is bepalend voor de tevredenheid van de klant. Af en toe contacten met leveranciers betreffende advies en onderdelen.
Beoordelingsfouten veroorzaken materiaal verlies en herstelkosten voor het bedrijf, schade en ernstig imagoverlies bij de klant. De kans dat fouten tijdig ontdekt en hersteld worden is redelijk groot.
Enige discretie vereist ten aanzien bedrijfsprocedures.
48
Fysieke aspecten Werkt gedeeltelijk in de werkplaats onder wisselende geluiden en geluidsniveaus, veroorzaakt door het testen van apparatuur. Repareert dikwijls bij de klanten, onder zeer gevarieerde omstandigheden. Af en toe wordt gewerkt in een ongemakkelijke houding, regelmatig moet worden getild. Reparatiewerkzaamheden vereisen dikwijls bijzonder nauwkeurige bewerkingen.
49
Operating automatisering elektrotechnische detailhandel
Functieniveau D
Karakteristieken:
Complexiteit Informaticafunctie, gericht op het bedienen van een
systeem. Door de verscheidenheid in output en onderbrekende hulpvragen voor gebruikers moet regelmatig worden omgeschakeld. Af en toe komt tijddwang voor.
Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau overeenkomt met MAVO/LEAO, aangevuld met enkele cursussen (± 21⁄2 jaar) programmeren en systeemoriëntatie.
Regelcapaciteit De volgorde van werken wordt bepaald door richtlijnen en zich aandienende zaken. Het systeem en procedures bepalen grotendeels de werkwijze, moet bij het oplossen van storingen zelf de optimale aanpak kiezen. Toezicht is niet intensief, kan bij uitzonderlijke problemen de chef raadplegen. Het probleemniveau is in overeenstemming met opleiding en ervaring, Heeft contacten met verschillende afdelingen betreffende de gegevens- overdracht en gebruiksadvies.
Afbreukverant- woordelijkheid
Contacten met leveranciers komen incidenteel voor en zijn van belang voor een duidelijke overdracht van informatie over inkoop en reparaties. Fouten verstoren de gang op de afdeling en werken incidenteel vertragend door naar andere afdelingen. Ontdekkings- en herstel- kansen zijn door zelfcontrole redelijk groot.
Enige discretie is vereist ten aanzien van bedrijfs- gegevens.
Fysieke aspecten Kantooromstandigheden. Af en toe reizen voor het
installeren en onderhouden van hardware op locatie, en verhelpen van storingen. Werkt minimaal 4 uur per dag aan een beeldscherm.
50
(vervolg operating)
E
Complexiteit Informaticafunctie gericht op de bediening en het beheer van een systeem.
De diversiteit aan output en werkzaamheden en onderbrekingen in verband met storingen leiden tot regelmatig omschakelen. Af en toe komt tijddwang voor. Het niveau van de functie vereist kennis die naar aard en niveau overeenkomt met HAVO/MEAO, aangevuld met enkele cursussen (± 2 1/2 jaar) programmeren en systeemoriëntatie.
Regelcapaciteit De volgorde van werken wordt bepaald door richtlijnen en zich aandienende zaken. Het systeem en procedures bepalen grotendeels de werkwijze, heeft bij het oplossen van storingen een redelijke vrijheid van handelen.
Toezicht is niet intensief, kan bij uitzonderlijke problemen de chef raadplegen. Het oplossen van problemen kan enige ervaring vereisen.
Heeft contacten met vrijwel iedereen in de organisatie betreffende de in- en output en service verlening.
Afbreukverant- woordelijkheid
Contacten met leveranciers komen af en toe voor en zijn van belang voor een duidelijke overdracht van informatie over inkoop en reparaties. Fouten verstoren de voortgang op de afdeling en kunnen vertragend doorwerken naar andere afdelingen.
Ontdekkings- en herstelkansen zijn door zelfcontrole redelijk groot. Discretie is vereist ten aanzien van bedrijfsgegevens.
Fysieke aspecten Kantooromstandigheden. Af en toe reizen voor het
installeren en onderhouden van hardware op locatie en het verhelpen van storingen. Werkt minimaal 4 uur per dag aan een beeldscherm.
51
BIJLAGE VII
GEDRAGSREGELS BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID
Op grond van artikel 11 van de CAO dient de werknemer indien hij arbeidsongeschikt is of wordt, daarvan de werkgever zo spoedig moge- lijk en, indien de werknemer niet verschijnt op het werk uiterlijk 9.30 uur ’s-ochtends, op de hoogte te stellen op een door de werkgever voor- geschreven wijze.
Sancties
Bij niet tijdige melding is de werkgever bevoegd, hetzij de tweede dag van de arbeidsongeschiktheid aan te merken als een door de werknemer opgenomen verlofdag, hetzij over die dag de doorbetaling van het sala- ris achterwege te laten. Indien de werknemer zich meer dan een dag te laat meldt, kan de werkgever in aanvulling op de eerder genoemde sanc- tie het salaris van de werknemer beperken tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon, tot de dag en tijdstip van correcte melding.
Thuisblijven
De werknemer dient thuis te blijven tot de eerste controle heeft plaats- gehad.
Na het eerste bezoek mag de werknemer – als daartegen geen medische bezwaren bestaan buitenshuis gaan maar dient de eerste drie weken wel thuis te zijn:
– ’s morgens tot 10.00 uur;
– ’s middags van 12.00 uur tot 14.30 uur.
Tot het eerste bezoek en tijdens bovengenoemde uren mag de werkne- mer alleen van huis gaan voor een bezoek aan de behandelend arts of aan de bedrijfsarts* of om het werk te hervatten.
Indien de arbeidsongeschiktheid onverhoopt langer dan 3 weken zou duren, vervalt de plicht om tijdens de hierboven genoemde uren thuis te zijn, tenzij door de bedrijfsarts anders mocht worden bepaald.
Wanneer de werknemer meent dat daartoe aanleiding is, kan de werkne- mer de bedrijfsarts vrijstelling vragen van de verplichting gedurende bepaalde uren thuis te zijn.
Sancties
Bij niet naleving van deze voorschriften kan het salaris gedurende 3 dagen beperkt worden tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimum- loon. Indien de werknemer bij herhaalcontrole niet thuis is kan het sala- ris van de werknemer worden beperkt tot 70%, maar ten minste het wet- telijk minimumloon, totdat controle mogelijk is.
Indien de werknemer in strijd met een desbetreffend hem gegeven voor- schrift niet thuisblijft en/of aan een ander voorschrift van zijn behande- lend arts niet de hand houdt, terwijl dit naar oordeel van de medisch adviseur de weknemr te verwijten is, kan het salaris van de werknemer
52
worden beperkt tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon, totdat controle mogelijk is.
Bezoek moet mogelijk zijn
De werknemer dient bereikbaar te zijn voor controle door of namens de werkgever. Daartoe is het nodig dat de werknemer de werkgever of een door deze aangewezen persoon in de gelegenheid stelt om de werkne- mer in zijn woning of op het verpleegadres te bezoeken.
Is er – terwijl de werknemer thuis is – iets bijzonders aan de hand (bij- voorbeeld de bel is defect of er is niemand thuis die de deur kan open- doen) dan dient de werknemer maatregelen te treffen, waardoor zij toch toegang tot de woning kunnen krijgen.
De werknemer dient er voor te zorgen, dat als de bedrijfsarts of de mede- werker van de ARBO-dienst hem/haar niet thuis treft, hij op het adres van de werknemer kan vernemen waar de werknemer is.
Sancties
Bij niet naleving van deze voorschriften kan het salaris gedurende 3 dagen beperkt worden tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimum- loon. Indien de werknemer bij een volgende controle niet thuis is kan de werkgever het salaris van de werknemer beperken tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon, totdat controle mogelijk is.
Het juiste adres
Indien de werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid verhuist of tijdelijk elders verblijft of van verpleegadres verandert (bijvoorbeeld opname in of ontslag uit een ziekenhuis, een sanatorium of een andere inrichting) behoort de werknemer dit binnen 24 uur aan zijn werkgever op te geven.
Sancties
Bij niet naleving van deze voorschriften krijgt de werknemer de eerste maal een waarschuwing. Bij een tweede keer binnen 1 jaar na datum eerste waarschuwing kan het salaris gedurende 3 dagen beperkt worden tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon. Bij een derde en volgende keer binnen 1 jaar na datum eerste waarschuwing kan het sala- ris van de werknemer beperkt worden tot 70%, maar ten minste het wet- telijk minimumloon, totdat controle mogelijk is. De beperking tot 70% van het salaris van de werknemer zal in dit laatste geval minimaal 5 werkdagen bedragen.
Op het spreekuur komen
De werknemer dient aan een oproep om te verschijnen op het spreekuur van de bedrijfsarts of een door de bedrijfsarts aangewezen specialist
53
voor een onderzoek gehoor te geven. Dit geldt ook indien de werknemer van plan is de dag na het onderzoek of een latere dag het werk te her- vatten.
Als de werknemer een geldige reden tot verhindering heeft (bijvoorbeeld bedlegerigheid), dan behoort de werknemer dit terstond mee te delen. (Op de oproepkaart is vermeld hoe de werknemer dit kan doen). Van- zelfsprekend dient de werknemer dan, behalve voor bezoek aan de behandelend arts, of in geval van werkhervatting, zijn woning tot het eerstvolgende bezoek van de bedrijfsarts niet te verlaten, teneinde aan laatstgenoemde de gelegenheid te geven de werknemer thuis aan te tref- fen, wanneer hij de werknemer komt bezoeken.
De werknemer xxxxxxx niet op het spreekuur te verschijnen indien hij inmiddels zijn werkzaamheden heeft hervat.
Sancties
Bij niet naleving van dit voorschrift kan de werkgever de eerste keer het salaris van de werknemer beperken gedurende 3 dagen tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon. Bij een tweede en volgende keer binnen 1 jaar na de eerste overtreding van dit voorschrift kan het salaris van de werknemer worden beperkt tot 70% totdat de werknemer op het spreekuur verschijnt. De beperking tot 70% van het salaris zal in dit laat- ste geval minimaal 5 werkdagen bedragen.
Genezing niet belemmeren
De werknemer dient zich tijdens zijn arbeidsongeschiktheid zodanig te gedragen, dat zijn genezing niet wordt belemmerd (bijvoorbeeld tijdig onder behandeling stellen van een huisarts).
Sanctie
Indien de bedrijfsarts vaststelt dat de werknemer zich in zodanige mate gedraagt of heeft gedragen dat de genezing in ernstige mate wordt belemmerd kan het salaris worden beperkt tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon.
Het verrichten van werkzaamheden
De werknemer dient tijdens zijn arbeidsongeschiktheid geen arbeid te verrichten behalve voor zover het werkzaamheden betreft, welke de werknemer voor het herstel van zijn gezondheid zijn voorgeschreven, dan wel waarvoor de werknemer toestemming heeft ontvangen van de bedrijfsarts.
Sanctie
Indien de werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid zonder toestemming van de bedrijfsarts werkzaamheden voor een derde gaat verrichten, waarbij onder werkzaamheden wordt verstaan werkzaamheden met een beroepsmatig karakter, dan kan de werkgever het salaris beperken tot 70%, maar ten minste het wettelijk minimumloon, onder aftrek van het- geen de werknemer met deze werkzaamheden heeft verdiend.
54
Hervatten bij herstel
Zodra de werknemer weer in staat is aan het werk te gaan, dient de werknemer de werkzaamheden zo spoedig mogelijk weer aan te vangen en zijn werkgever te informeren op een door de werkgever voorgeschre- ven wijze.
* Onder bedrijfsarts wordt verstaan de geneeskundige die door de werkgever wordt aangewezen om tijdens de periode van eigen risico (2-6 weken) de arbeidsongeschiktheid vast te stellen en te controle- ren.
55
II. Het is de werkgever toegestaan om in het kader van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 8, derde lid, van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, af te wijken van de onder I opgeno- men bepaling(en) houdende een mutatie van het loon voorzover de onverkorte toepassing van die bepaling(en) de verlening van een onthef- fing in de weg zou staan om reden dat de personeelskosten van de betrokken onderneming onvoldoende zijn gematigd.
III. Indien en voor zover de onder I opgenomen bepalingen strijdig zijn met bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen.
IV. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publicatie in de Staatscourant en heeft geen terugwerkende kracht.
V. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Staatscourant.
’s-Gravenhage, 6 mei 2002
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Namens de Minister:
De Directeur van het Centraal kantoor
van de Arbeidsinspectie,
C. J. Meerhof.
56