Contract
12 juni 2019
De NVJ is lid van de FNV. Daarom heb jij als lid van de NVJ ook inspraak op het voorlopige pensioenakkoord van de vakbonden met het kabinet en werkgevers. Van 12 juni t/m 15 juni houdt de FNV hiervoor een pensioenreferendum. In deze mail lees jij hoe jij je stem uit kunt brengen en vertellen we je graag meer over de inhoud van het akkoord. Het bestuur van de NVJ roept je op je stem uit te brengen. Zo heb je als NVJ-lid ook invloed op de toekomst van onze pensioenen.
Het bestuur van de FNV vindt de afspraken die zijn gemaakt in het voorlopig pensioenakkoord een goed resultaat. Benadrukt wordt dat met dit akkoord meer mensen op tijd kunnen stoppen met werken en dat zij daarna van een goed pensioen kunnen genieten. Het bestuur van de NVJ onderschrijft dat maar wil dat de leden zich eerst uitspreken. Wat is de kern van het akkoord, en hoe kijkt het bestuur van de NVJ hier naar? Hieronder de hoofdpunten uit het akkoord en daaronder steeds een reactie van het NVJ-bestuur:
• De AOW-leeftijd wordt voorlopig bevroren op 66 jaar en 4 maanden en gaat daarna minder snel omhoog. De verhoging is gekoppeld aan de stijging van de levensverwachting, ieder jaar extra levensverwachting betekent dan 8 maanden langer werken.
“Hiermee wordt volgens het NVJ-bestuur recht gedaan aan de signalen uit onze achterban: de rek met betrekking tot langer werken is er uit! Dit kwam recent nog uitdrukkelijk naar voren in de enquête die wij hebben gehouden onder onze leden die vallen onder de cao UB. Een groot deel van de respondenten geeft aan dat het ouderenbeleid op dit moment tekort schiet. Dit hangt samen met de als veel te hoog ervaren werkdruk.”
• Voor mensen met zwaar werk wordt het mogelijk om tot 3 jaar eerder te stoppen op basis van cao-afspraken. Onderzocht wordt of in de toekomst AOW al mogelijk wordt na 45 dienstjaren.
“De NVJ blijft zich er aan cao tafels voor inzetten om het voor leden mogelijk te maken om tot AOW- datum gezond aan het werk te blijven. Leden vertellen ons dat dit, mede door de snelle verandering van het werk en de ervaren werkdruk, lang niet altijd mogelijk is. De extra ruimte die nu door de overheid wordt gegeven in combinatie met de harde toezegging van de werkgevers geeft ons extra kracht in deze discussies aan de cao-tafel. Natuurlijk blijven wij ons in die gesprekken ook inzetten voor groepen die verder afstaan van de AOW, bijvoorbeeld via bijzondere vormen van verlof, zoals extra verlof voor ouders met kleine kinderen of werknemers die mantelzorgtaken verrichten en aandacht voor werkdruk.”
• Er komt een nieuw collectief en solidair pensioencontract, waardoor indexatie eerder bereikbaar is.
“We zien dat er nog veel vragen zijn over de uitwerking, voor een deel zijn zaken nu nog onduidelijk en zijn ze daarom belegd in een stuurgroep. In de stuurgroep zijn ook de vakorganisaties goed
vertegenwoordigd. Het is wel duidelijk dat afscheid wordt genomen van het “stapelen van
zekerheden” zoals we dat zien in de huidige systematiek, er hoeven minder hoge buffers te worden aangehouden. Dat betekent dat het pensioen meer gaat meebewegen met de economie, uiteindelijk leidt dat in de meeste gevallen tot een hoger aanvullend pensioen. Fondsen met een dekkingsgraad van boven de 100 kunnen in de nieuwe variant de pensioenen meteen indexeren, daar staat tegenover dat er bij een dekkingsgraad onder de 100 direct gekort moet worden. Dat vinden wij een
positieve ontwikkeling. Wel vinden wij het belangrijk dat bij het afschaffen van de doorsneepremie, en andere aanpassingen, geen leeftijdsgroepen worden benadeeld of andere nadelige effecten zullen optreden. Het voordeel van de afschaffing van de doorsneepremie zien wij ook, bijvoorbeeld om het stelsel toegankelijker te maken voor zzp’ers. Wij zullen de stuurgroep op dit punt nauwlettend
volgen.”
• De kortingen op de pensioenen van miljoenen gepensioneerden in 2020 en 2021 zijn waarschijnlijk van de baan en anders in elk geval een stuk kleiner.
“Gelukkig is de kans op korten bij de voor ons belangrijkste pensioenfondsen, PNO Media en Pensioenfonds PGB, de komende twee jaar klein omdat zij nu al voldoen aan de minimale vereisten. Toch vinden wij deze toezegging van groot belang. Er dreigt immers bij een aantal grote fondsen wel degelijk een korting. Een dergelijke korting - die nauwelijks aan de deelnemers is uit te leggen - zou het vertrouwen in het gehele pensioenstelsel hebben geraakt. Hoewel een korting op korte termijn voor onze sector minder relevant lijkt, zijn wij wel blij met deze uitkomst. Bij de genoemde pensioenfondsen neemt de kans op indexeren in het nieuwe contract ook toe.”
• Zelfstandigen kunnen gemakkelijker aansluiten bij het nieuwe collectieve pensioenstelsel.
“De NVJ is samen met werkgevers uit het Uitgeverijbedrijf al in gesprek gegaan met Pensioenfonds PGB over toegang van zzp-collega’s in onze sector, maar daarbij liepen we aan tegen veel beperkingen uit wetgeving. Wij zijn blij met de aankondiging van verruiming van de mogelijkheid. Dit sluit aan bij onze inzet dat zzp-collega’s zich vrijwillig moeten kunnen aansluiten.”
• Er komt een verplichte verzekering voor arbeidsongeschiktheid voor alle werkenden.
“Wij begrijpen dat er veel vragen zijn en zzp-collega’s zich zorgen maken over de vraag of zij de
premie wel kunnen betalen. Veel zzp’ers geven daarom ook aan niet verplicht te willen worden. Wij begrijpen dit. Tijdens de onderhandelingen bleek een verplichting echter de enige oplossing om de arbeidsongeschiktheid toegankelijk en betaalbaar te krijgen voor iedereen. Er wordt nog gesproken over wie de regeling uit moet gaan voeren, maar in ieder geval komt er een acceptatieplicht en omdat iedereen meedoet daalt de premie. Veel moet nog worden ingevuld, wij blijven ons inzetten voor een regeling die aansluit bij de wensen van onze leden. Denk aan een goede opt-out mogelijkheid, een inkomensafhankelijke premie en als belangrijkste een betaalbare regeling. Ook zullen wij opdrachtgevers natuurlijk aanspreken op hun verantwoordelijkheid om er voor te zorgen dat alle werkenden in de journalistiek voldoende beloning krijgen voor hun werk, waarbij rekening wordt gehouden met opslagen voor verzekering en pensioen.”
Met vriendelijke groet, Xxxx xx Xxxxxx, voorzitter
Xxxxxx Xxxxxxx, algemeen secretaris