VOORBEELD LEER/ARBEIDSOVEREENKOMST
VOORBEELD LEER/ARBEIDSOVEREENKOMST
Ondergetekenden,
de Stichting/Vereniging....................................................................
gevestigd te..................................................................................
verder te noemen werkgever, ten deze rechtsgeldig
vertegenwoordigd door....................................................................
en
...................................................................................................
wonende te...................................................................................
(adres).........................................................................................
geboren..........................te...........................................................
nationaliteit...................................................................................
verder te noemen werknemer
verklaren hierbij een leer-/arbeidsovereenkomst onder de volgende voorwaarden te hebben aangegaan:
ARTIKEL 1 DIENSTVERBAND
De werknemer treedt met ingang van.....................in dienst van de werkgever.
ARTIKEL 2 VERPLICHTING WERKGEVER EN WERKNEMER
Werkgever verplicht zich werknemer op te leiden of te doen opleiden tot...........................terwijl werknemer zich verplicht om de in het kader van de opleiding gegeven opdrachten uit te voeren, met inachtneming van de eigen verantwoordelijkheid. Een en ander met inachtneming van de bepalingen van het opleidingsreglement of de opleidingsovereenkomst voor de opleiding..................... ..........zoals dit/die luidt of zal komen te luiden, en dat met deze arbeidsovereenkomst één geheel vormt.
ARTIKEL 3 AARD VAN DE OVEREENKOMST
De overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd (1) / voor bepaalde tijd
ARTIKEL 4 PROEFTIJD
De eerste maand/eerste twee maand(en) na indiensttreding zal/zullen gelden als de wettelijke proeftijd als bedoeld in artikel 7:652 van het Burgerlijk Wetboek.
ARTIKEL 5 ARBEIDSDUUR
De arbeidsduur bedraagt maximaal gemiddeld 36 uur per week, te meten per praktijkleerjaar.
ARTIKEL 6 SALARIS
1. Het salaris bij indiensttreding bedraagt............€..........bruto per maand volgens de schaal voor.............................(2)
Volgens de regeling van.........................................................
Dit salaris zal overeenkomstig H7 Salariëring artikel 6 van de cao worden gewijzigd (als een schaal van toepassing is).
De eerste periodieke verhoging zal plaatsvinden op..........................................
. 2. Het salaris bij indiensttreding bedraagt op het niveau van ......................................................................................................
€................................bruto per maand, volgens:
a. De schaal voor..............opgenomen in H8 Leerlingen/Werknemers die een opleiding volgen onder A van de cao.
Dit salaris zal op de in deze schaal aangegeven tijdstippen worden verhoogd;
of
b. De aanloop- of de functionele schaal behorende bij FWG functiegroep….., overeenkomstig het bepaalde in H8 Leerlingen/Werknemers die een opleiding volgen. Dit salaris zal na ieder jaar dat de opleiding heeft geduurd worden verhoogd. De eerste periodieke verhoging zal plaatsvinden op het gebruikelijke moment dan wel één jaar na de aanvang van de opleiding en wel op.............(3)
ARTIKEL 7 VAKANTIE-UREN
Het aantal vakantie-uren waarop de werknemer recht heeft is .......... en bedraagt voor het lopende kalenderjaar ..........
ARTIKEL 8 PENSIOEN
De werkgever draagt zorg voor aanmelding bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn. (4).
ARTIKEL 9 DEELNAME ZIEKTEKOSTENREGELING
De werknemer neemt wel/niet deel aan de Collectieve Ziektekostenregeling als bedoeld in H11 Ziektekosten van de cao.
ARTIKEL 10 OPZEGGING/TUSSENTIJDSE OPZEGGING
De opzegtermijn bedraagt voor de werkgever........maand(en) en voor de werknemer ........maand(en)(5).
ARTIKEL 11 GESCHILLEN
Geschillen terzake van de opleiding worden - nadat eerst binnen 30 dagen na het optreden van een geschil er kennis van is gegeven dat er een geschil bestaat (zie H5 Geschillen artikel 3 lid 1) - binnen 30 dagen na die kennisgeving schriftelijk voorgelegd aan een commissie van drie personen, voor zover de opleidingsregelingen een dergelijke toetsing toelaten. Instelling en leerling wijzen binnen 30 dagen ieder een deskundige aan in deze commissie waarna in onderling overleg door deze twee deskundigen een derde persoon als voorzitter wordt aangewezen. De aldus aangewezen commissie doet zo mogelijk binnen 30 dagen een voor partijen bindende uitspraak. (6)
of
Voor de regeling van geschillen over de duale opleiding tot verpleegkundige (niveau 4 en 5) en de BBL opleiding tot verzorgende (IG) en de BBL opleiding tot helpende is het bepaalde in de onderwijsovereenkomst/opleidingsovereenkomst tussen het onderwijsinstituut en de leerling van toepassing.
ARTIKEL 12 DE OPLEIDINGSKOSTEN
De tijdens de opleidingsduur te betalen les-/collegegelden komen voor rekening van de werkgever.
of
Voor de werknemer die de duale opleiding tot verpleegkundige (niveau 4 en 5) of de BBL opleiding tot verzorgende (IG) of de BBL opleiding tot helpende volgt, komt het door hem te betalen les-/collegegeld voor rekening van de werkgever (7).
ARTIKEL 13 VERHUIZING
De werknemer zal wel/niet verhuizen naar het voor de instelling geldende woongebied.
of
De werknemer is verplicht te verhuizen naar het woongebied.
of
De werknemer is verplicht te verhuizen naar het woongebied en wel naar een zodanige plaats als voor vervulling van de functie vereist is.
ARTIKEL 14 SLOTBEPALINGEN
De collectieve arbeidsovereenkomst zoals deze luidt of zal komen te luiden en de krachtens die cao vastgestelde arbeidsvoorwaarden, vormen met deze leer-/arbeidsovereenkomst één geheel.
ARTIKEL 15 UITGEREIKTE REGLEMENTEN
De werknemer verklaart van de werkgever te hebben ontvangen:
1. een digitale versie van de collectieve arbeidsovereenkomst;
2. een exemplaar van het reglement Ziektekostenregeling als bedoeld in H11 Ziektekosten van de cao;
3. een opleidingsovereenkomst of een exemplaar van het Opleidingsreglement inservice-opleidingen en verklaart akkoord te gaan met de inhoud van bovenvermelde regelingen zoals zij luiden of zullen komen te luiden, voor zover op hem van toepassing.
ARTIKEL 16 OVERIG
Regeling van aangelegenheden, waarvoor de collectieve arbeidsovereenkomst geen bepalingen kent en die werkgever en werknemer toch wensen te regelen.
Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt en ondertekend
te...............de........................20..
(werkgever) (werknemer)
TOELICHTING OP DE CIJFERS
(1) Invullen naar gelang er sprake is van een overeenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd.
(2) In dit artikel vindt onder B verwijzing plaats naar de schalen die in de H8 onder salariëring zijn vermeld.
(3) De mogelijkheid bestaat dat een praktijkleerjaar niet samenvalt met het 'schooljaar' van het opleidingsinstituut. In dat geval zal het tijdstip van de verhoging van het salaris nader aangegeven moeten worden.
(4) Deze bepaling opnemen wanneer werknemer krachtens het reglement van dit pensioenfonds aangemeld dient te worden.
(5) In de arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd moet slechts dan een bepaling over opzegging worden opgenomen, als men deze overeenkomst tussentijds wenst te kunnen beëindigen.
(6) Onder de woorden 'geschillen terzake van de opleiding' worden verstaan: geschillen over de vraag of de leerling aan de opleidingseisen voldoet; de beoordeling van de praktische werkzaamheden maken deel uit van de opleidingsbeoordeling.
(7) Voor werknemers die de BBL opleiding tot verpleegkundige (niveau 4) of de BBL opleiding tot verzorgende (IG) of de BBL opleiding tot helpende of de duale opleiding opleiding tot verpleegkundige (niveau 5) volgen geldt dat, met uitzondering van de door de werkgever te betalen les-/collegegelden tijdens de opleidingsduur, een tegemoetkoming in reiskosten en kosten van leermiddelen afhankelijk is van het instellingsbeleid (Regeling studiekosten en verlof). Afhankelijk van dit beleid zal hierover een aanvullende bepaling moeten worden opgenomen.