Nr. 2. ONTBINDING ARBEIDSOVEREENKOMST MET DIRECTEUR. VERSTOORDE VERHOUDINGEN. VERGOEDING IN BEDRAG INEENS.
Nr. 2. XXXXXXXXXX ARBEIDSOVEREENKOMST MET DIRECTEUR. VERSTOORDE VERHOUDINGEN. VERGOEDING IN BEDRAG INEENS.
Ook volgens directeur is er onvoldoende basis om dienstverband te continueren. De Stichting heeft onvoldoende kunnen aantonen dat directeur haar onvoldoende zou hebben geïnformeerd over financiële problemen. Evenmin is duidelijk geworden of het bestuur zelf alert is geweest op de financiële gang van zaken. Vergoeding naar redelijkheid en billijkheid in bedrag ineens met afkoop van wachtgeld.
Scheidsgerecht voor het Nederlandse Ziekenhuiswezen (mr X.X. xxx Xxxxx, voorzitter, mr X.X. Xxxxxx,
X. Xxxxxxx, drs X.X.X. xxx Xxxxx en mr X.X.X. xxx xxx Xxxxx, leden, met bijstand van mevrouw mr X.X.X. xx Xxxxx, xxxxxxxx)
8-5-98
Bindend advies (97-25) in de zaak van: de stichting A,
gevestigd en kantoorhoudende te Z, eiseres,
gemachtigde: mr Xx.L.B. xxx Xxxxxxx, tegen:
B,
wonende te Y, verweerder,
gemachtigde: mr X.X. xx Xxxxx,
1. De procesgang
1.1. Eiseres heeft het Scheidsgerecht bij memorie van eis verzocht, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
- primair: de arbeidsovereenkomst tussen partijen op grond van dringende redenen te ontbinden met ingang van de eerst mogelijke datum; met vergoeding door verweerder van de door eiseres geleden schade, minimaal te stellen op de maandelijkse loonbetalingen c.a., zijnde een bedrag van
fl. 11.440,44 inclusief vakantietoeslag en exclusief overhevelingstoeslag per maand vanaf 1 oktober 1997 tot het moment van beëindiging van de arbeidsovereenkomst, althans een zodanig bedrag als het Scheidsgerecht in goede justitie meent te moeten vaststellen;
subsidiair: de arbeidsovereenkomst vanaf 1 oktober 1997 te ontbinden of tegen een latere datum, welke datum het Scheidsgerecht in goede justitie heeft vastgesteld; meer subsidiair: te verklaren dat de arbeidsovereenkomst tegen 1 oktober 1997 of tegen een latere datum, welke datum het Scheidsgerecht in goede justitie heeft vastgesteld, terecht door eiseres is opgezegd op grond van artikel 14 lid 1 onder a of op een andere grond; uiterst subsidiair: een zodanige beslissing te nemen als het Scheidsgerecht in goede justitie meent te moeten nemen.
Kosten rechtens.
1.2. Verweerder heeft bij memorie van antwoord het Scheidsgerecht verzocht de arbeidsovereenkomst te ontbinden op grond van verandering van omstandigheden, met een billijke vergoeding, als volgt vast te stellen:
a. vergoeding van immateriële schade, groot fl. 25.000,--;
b. vergoeding van kosten van rechtsbijstand, externe adviseurs en outplacement, ad fl. 45.000,-- netto;
c. vergoeding van pensioenschade, bestaande uit twaalf jaarpremies ad fl. 8.400,--, zijnde fl. 100.800,--, dan wel de contante waarde daarvan, rechtstreeks te storten op een door verweerder aan te geven verzekeringsmaatschappij;
d. conform de kantonrechtersformule elf maanden schadeloosstelling, zijnde fl. 122.643,95.
e. toekenning van xxxxxxxxx conform het arbeidscontract; dit alles met veroordeling van eiseres in de kosten van het Scheidsgerecht.
1.3. Bij brief van 20 februari 1998 heeft de gemachtigde van eiseres nog enkele producties in het geding gebracht. Op 10 maart 1998 heeft te Utrecht de mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden. Xxxxxxx was vertegenwoordigd door de heren C, oud-voorzitter van de Raad van Bestuur, D, oud-lid van de Raad van Bestuur, bijgestaan door de gemachtigde van eiseres. Verweerder is in persoon verschenen, bijgestaan door
zijn gemachtigde. Beide partijen hebben hun standpunten nader toegelicht aan de hand van een pleitnota. Na de mondelinge behandeling hebben partijen nog enige correspondentie aan het Scheidsgerecht overgelegd.
2. Samenvatting van het geschil
2.1. Xxxxxxxxxx, geboren op 00 E 1945, is met ingang van 1 april 1992 in dienst getreden van eiseres in de functie van directeur. Verweerder is dertig jaar in de gezondheidszorg werkzaam, waarvan veertien jaar als directeur. Zijn inkomen bedraagt bruto fl. 10.593,30 per maand exclusief vakantietoeslag. Vanaf 1 oktober 1997 is verweerder op non-actief gesteld.
2.2. Het standpunt van eiseres komt -zakelijk weergegeven- op het volgende neer.
Er is sprake van een dringende reden tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Verweerder heeft op ernstige wijze de plichten, voortvloeiende uit de arbeidsovereenkomst, veronachtzaamd.
Xxxxxxx stelt dat verweerder zijn verdiensten heeft gehad in de fase van het realiseren van de nieuwbouw van eiseres, waarvoor hij een bonus heeft ontvangen. De problemen zijn ontstaan nadat de nieuwbouw is betrokken. De capaciteitsuitbreiding van 70 naar 120 bedden stelt hoge eisen aan de managementscapaciteiten van de directeur. Het blijkt in de loop van 1997 dat verweerder onvoldoende leiding kan geven aan het management- team. Er ontstaan conflicten en een extern bureau wordt ingeschakeld. De financiële gang van zaken blijkt de grootste oorzaak van de problemen te zijn. Vervolgens verliest het management-team het vertrouwen in verweerder. Wederom wordt de hulp ingeroepen van een derde. Deze moet constateren dat er geen basis voor vertrouwen meer is.
Vervolgens bleek het bestuur dat verweerder ook het bestuur onvoldoende had geïnformeerd omtrent de financiële stand van zaken bij eiseres. Eiseres bevindt zich in een financieel deplorabele situatie.
Eiseres is op grond van een en ander tot de conclusie gekomen dat het dienstverband tussen partijen wegens gewichtige redenen in de zin van artikel 7:685 BW dient te worden ontbonden.
2.3. Het standpunt van verweerder komt -zakelijk weergegeven- op het volgende neer.
Verweerder stelt voorop dat hij zijn verdiensten heeft gehad in de fase van de nieuwbouw, die in 1997 met succes werd afgerond en dat verweerder voor deze verdiensten beloond is middels gratificaties.
Verweerder ontkent dat er problemen ontstonden nadat de nieuwbouw werd betrokken. Een en ander vergde een aangepaste, professionele organisatie. De periode van opbouw van een dergelijke organisatie startte in 1997. Het extern bureau werd ingeschakeld als onafhankelijk deskundig adviseur, omdat ook de taakinvulling van verweerder en van de leden van het managementteam onder de loep dienden te worden genomen.
Verweerder stelt dat financiën regelmatig onderwerp van gesprek was, maar met name omdat het managementteam de taakstellingen niet haalde. Het bestuur heeft zich steeds achter verweerder opgesteld, ook naar het managementteam toe. Er werd met instemming van alle partijen een bemiddelaar aangezocht. De conclusies van deze bemiddelaar zijn tot stand gekomen, zonder dat verweerder voldoende gelegenheid heeft gehad op hoor en wederhoor. Het bestuur heeft verweerder als een blok laten vallen zonder verweerder behoorlijk gehoord te hebben. Pas in de daarop volgende kantongerechtsprocedure, die eiseres aanhangig had gemaakt, hoorde verweerder wat nu precies de verwijten van eiseres inhielden. Er is geen sprake van dat verweerder tegenover het managementteam of de Raad van Bestuur enige informatie heeft achtergehouden.
Verweerder ziet in dat de basis om zijn dienstverband met eiseres te continueren wel erg smal is geworden. Hij zal zich nu noodgedwongen moeten neerleggen bij een ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens gewijzigde omstandigheden, onder toekenning van een met het oog op de omstandigheden van het geval, billijke vergoeding.
3. Bevoegdheid van het Scheidsgerecht
De bevoegdheid van het Scheidsgerecht om het geschil bij wege van bindend advies te beslissen berust op artikel
18 van de arbeidsovereenkomst, artikel 3 van het Reglement Scheidsgerecht voor het Nederlandse Ziekenhuiswezen en wordt door partijen erkend.
4. Beoordeling van het geschil
4.1. De onderhavige arbeidsovereenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd. Dit betekent dat deze overeenkomst slechts door opzegging c.q. ontbinding kan eindigen.
Nu verweerder heeft aangegeven dat ook in zijn visie de basis om zijn dienstverband met eiseres te continueren wel erg smal is geworden, zal het Scheidsgerecht de arbeidsovereenkomst ontbinden wegens wijziging van omstandigheden, en wel per 1 april 1998, hetgeen overeenkomstig de wens van partijen is.
Het Scheidsgerecht dient vervolgens te beslissen of er redenen zijn om verweerder in het kader van de ontbinding van de arbeidsovereenkomst een vergoeding toe te kennen.
4.2. Xxxxxxx voert als belangrijkste grond aan de financiële problemen waarvoor eiseres blijkt te zijn gesteld en waarvoor zij zich door verweerder onvoldoende gewaarschuwd acht. Echter, deze problemen zijn eerst aan de oppervlakte gekomen, nadat eiseres verweerder reeds op non-actief had gesteld. Daarbij komt dat eiseres onvoldoende heeft kunnen aantonen dat verweerder het bestuur niet heeft geïnformeerd. Evenmin is duidelijk geworden of het bestuur zelf alert is geweest op de financiële gang van zaken.
De onenigheid met het management-team over de financiën lijken voort te vloeien uit incompatibilité des humeurs tussen verweerder en (een enkel lid van) het managementteam.
4.3. Op grond van deze overwegingen, hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen en de brieven die partijen na de zitting nog aan het Scheidsgerecht hebben doen toekomen, komt het Scheidsgerecht tot het oordeel dat er sprake is van een gewichtige reden voor ontbinding van de arbeidsovereenkomst, namelijk een verstoorde verhouding tussen partijen. Het Scheidsgerecht is van oordeel dat een tegemoetkoming aan verweerder redelijk en billijk is. Het Scheidsgerecht stelt de door eiseres aan verweerder te betalen vergoeding ex aequo et bono op een bedrag van fl. 135.000,--, inclusief kosten van rechtsbijstand en afkoop wachtgeld.
Partijen hebben aangegeven af te zien van de mogelijkheid het verzoek tot ontbinding in te trekken.
5. Beslissing
Het Scheidsgerecht stelt het volgende bindend advies vast:
5.1. De arbeidsovereenkomst wordt ontbonden met ingang van 1 april 1998.
5.2. Eiseres dient aan verweerder een vergoeding te betalen ten bedrage van fl. 135.000,--.
5.3. De kosten van het Scheidsgerecht, begroot op een bedrag van fl. 6.184,-- komen voor rekening van xxxxxxx.