Aan CAO-partijen Museum cao 2018-2020
Aan CAO-partijen Museum cao 2018-2020
Datum |
9 januari 2019 |
Betreft |
Definitief akkoord Museum cao 2018-2020 |
Op 12 december 2018 zijn partijen het eens geworden over de verlenging van de Muse- umCAO 2016-2018 tot 1 oktober 2020. Het volgende is overeengekomen:
1. Looptijd
De looptijd van de MuseumCAO is van 1 oktober 2018 tot 1 oktober 2020.
2. Loonontwikkeling
De volgende loonafspraken zijn gemaakt:
• De salarissen en salarisschalen worden per 1 oktober 2018 verhoogd met 2,25%.
• Per 1 oktober 2019 volgt een verhoging van 2,5%.
• De eindejaarsuitkering wordt met ingang van 2019 verhoogd met 0,25% (naar 3,4
%).
3. Duurzame inzetbaarheid
In bijlage 11 wordt de volgende protocolafspraak opgenomen:
Partijen bij de cao hechten veel belang aan de duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Duurzame inzetbaarheid is van belang voor alle leeftijden en gaat onder meer over de volgende zaken:
- vitaal en gezond aan het werk zijn en blijven,
- continue ontwikkeling van kennis en vaardigheden,
- nu en straks goed inzetbaar zijn binnen het museum/de museale sector en moge- lijk ook daarbuiten.
Daarbij is een goede balans tussen belasting en belastbaarheid en een goede afstemming tussen werk en privé van groot belang, voor zowel het museum als de medewerker. Werk- gevers en werknemers hebben daarbij eigen en gedeelde verantwoordelijkheden.
Partijen spreken af om in het eerste kwartaal van 2019 het onderwerp te agenderen en een werkgroep samen te stellen bestaande uit een vertegenwoordiging van werknemers en werkgevers. Zij zullen hierbij het rapport ‘Toekomst van Werken in Musea’ als vertrek- punt nemen. Onder alle medewerkers zal gepeild worden hoe de duurzame inzetbaarheid bevorderd kan worden. De uitkomsten van deze peiling zullen gebruikt worden om het beleid op het gebied van duurzame inzetbaarheid concreet vorm te geven. In het kader van duurzame inzetbaarheid komen ook de onderwerpen flexibel roosteren en bereikbaar- heidsdiensten aan bod.
De volgende protocolafspraken zijn niet meer aan de orde en worden daarom geschrapt uit bijlage 11 van de cao:
- Reparatie 3e jaar WW;
- Sociaal kader;
- Generatiepact;
- Afspraken over vakantierechten.
De tekst Overgangs- en garantieregelingen bij aansluiting CAO blijft staan in bijlage 11.
4. Vaste kern en flexibele schil
In artikel 6 wordt een nieuw lid 10 opgenomen:
Vast en flexibel werk.
Binnen de musea wordt gewerkt op basis van verschillende contractvormen: arbeidsover- eenkomsten, uitzendkrachten, zzp’ers, vrijwilligers en stagiaires. Daarbij is het uitgangs- punt dat structureel en regelmatig werk in principe wordt verricht door medewerkers met een arbeidsovereenkomst met de werkgever. Per museum wordt jaarlijks met de OR/PVT overleg gevoerd over de definitie van structureel en regelmatig werk en over de verhou- ding tussen de verschillende contractvormen.
5. Arbeidsduur en werktijden
Artikel 7, lid 4c kan verwijderd worden. De overlegregeling van de Arbeidstijdenwet bestaat niet meer.
6. Extra verlofdag en vereenvoudiging buitengewoon verlof
Partijen willen medewerkers meer flexibiliteit bieden als het gaat om verlof. Iedere mede- werker ontvangt daarvoor jaarlijks een extra verlofdag. Met het invoeren van deze extra verlofdag komt het buitengewoon doorbetaald verlof voor feestelijke gebeurtenissen of verhuizing (Artikel 11 lid a t/m c en lid h t/m l ) te vervallen.
Als gevolg hiervan wijzigen de volgende cao-artikelen:
- Artikel 12, lid 1: 187,2 vakantie-uren wijzigt in 194,4 vakantie-uren;
- Artikel 11 wordt opnieuw genummerd.
Het huidige lid d (verlof bij bevalling partner) wordt aangepast aan de nieuwe wetgeving die ingaat op 1-1-2019. De tekst wordt als volgt:
Na de bevalling van de echtgenote, de geregistreerde partner, de persoon met wie de werknemer ongehuwd samenwoont of degene van wie de werknemer het kind erkent, heeft de werknemer gedurende een tijdvak van vier weken, te rekenen vanaf de eerste dag na de bevalling, recht op geboorteverlof met behoud van loon van eenmaal de ar- beidsduur per week.
7. Opzegtermijn
Aan artikel 6, lid 8 wordt het volgende toegevoegd:
In individuele gevallen kan een opzegtermijn van twee maanden worden overeengekomen; de opzegtermijn voor de werkgever bedraagt dan vier maanden.
8. Kopen en verkopen van vakantie-uren
Partijen willen het mogelijk maken om per museum een regeling in te voeren die mede- werkers meer flexibiliteit geeft in de samenstelling van hun arbeidsvoorwaarden. Daartoe wordt aan artikel 12 een nieuw lid 9 toegevoegd:
Kopen/verkopen van vakantie-uren. Met instemming van de OR/PVT kan per museum een regeling worden vastgesteld voor een keuze-systeem arbeidsvoorwaarden waarin het kopen en verkopen van bovenwettelijke vakantie-uren mogelijk wordt gemaakt.
9. Tekstuele wijzigingen
Partijen hebben geconstateerd dat een aantal artikelen in de cao soms tot onbedoelde misverstanden leiden dan wel achterhaald zijn. Daarom worden de volgende artikelen aangepast:
Einde arbeidsovereenkomst bij AOW gerechtigde leeftijd
Artikel 6, lid 9 komt als volgt te luiden: De arbeidsovereenkomst tussen de werkgever en de werknemer eindigt van rechtswege op de dag voorafgaand aan de dag waarop de werknemer de AOW gerechtigde leeftijd bereikt. De zinnen: Voorafgaand…CAO blijven ongewijzigd.
Overlegregeling Arbeidstijdenwet
Artikel 7, lid 4c kan verwijderd worden. De overlegregeling van de Arbeidstijdenwet bestaat niet meer.
Vergoeding voor onregelmatige diensten
Artikel 9, lid 1a wordt:
Aan de werknemer die is ingeroosterd op feestdagen wordt per gewerkt uur een toeslag op het uursalaris toegekend van 100%.
Voor de berekening wordt ten hoogste het uursalaris behorend bij het maximum van schaal 7 gehanteerd.
Artikel 9, lid 1b wordt:
b. Aan de werknemer die is ingeroosterd op andere tijden dan op de dagen maandag tot en met zondag tussen 07.30 uur en 20.00 uur, wordt per gewerkt uur een toeslag op
het uursalaris toegekend van:
* maandag t/m zondag
tussen 06.00 uur en 07.30 uur en tussen 20.00 uur en 22.00 uur: 20%
* maandag t/m zondag
tussen 00.00 uur en 06.00 uur en tussen 22.00 uur en 24.00 uur: 40%
Voor de berekening wordt ten hoogste het uursalaris behorend bij het maximum van schaal 7 gehanteerd.
Het huidige lid b wordt omgenummerd naar lid c en zo verder doorgenummerd.
Vergoeding voor bereikbaarheidsdienst
Artikel 9, lid 3 f wordt: Voor de werknemer van 55 jaar of ouder zal geen verdere afbouw dan de garantietoelage van 25% plaatsvinden, tenzij onderdeel g van toepassing is.
Amsterdam, 12 december 2018
Namens vakorganisaties:
Xxx. X. xx Xxxx, FNV Publiek Belang
Mw. X. Xxxxxxx, CNV Publieke Diensten
Xxx. X. Xxxxx, CMHF
Namens werkgevers:
Mw. X. Xxxx, waarnemend directeur Museumvereniging