MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
AI Nr. 9203
Bijvoegsel Stcrt. d.d. 07-04-1999, nr. 66
ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST BIJDRAGE FONDS MOTORVOERTUIGENBEDRIJF EN TWEEWIELERBEDRIJF
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelezen het verzoek van de Stichting Samenwerkende Metaal en Tech- nische Bedrijfstakken (MTB) namens de BOVAG en de Nederlandse Christelijke Bond van Rijwiel- en Motorhandelaren als partijen te ener zijde, mede namens de FNV Bondgenoten, de CNV Bedrijvenbond en de Unie, vakbond voor industrie en dienstverlening als partijen te ande- rer zijde bij de collectieve arbeidsovereenkomst Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsover- eenkomst;
Overwegende,
dat genoemde collectieve arbeidsovereenkomst in werking is getreden;
dat van het verzoek tot algemeen verbindend verklaring mededeling is gedaan in de Staatscourant;
dat naar aanleiding van dit verzoek schriftelijk bedenkingen zijn inge- diend door de Belangenvereniging Tankstations (BETA) en de Lande- lijke Bedrijfsorganisatie Verkeer (LBV).
Dat de bedenkingen van BETA en LBV als volgt kunnen worden samen- gevat:
BETA en LBV hebben bedenkingen tegen algemeen verbindendverkla- ring (avv) van de CAO Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en
Sdu Uitgevers, ’s-Gravenhage 1999 CAO920399
CAO1394 1
Tweewielerbedrijf en verzoeken de bij BETA als lid of als begunstiger aangesloten tankstations en/of autowasbedrijven te dispenseren van het te treffen avv-besluit. Begunstigers zijn contractueel aan de Tankstation CAO en het Sociaal Fonds Tankstations gebonden. Het is om deze reden dat de gevraagde dispensatie ook voor hen wordt verzocht.
BETA verwijst naar eerdere bedenkingen tegen avv van de CAO Motor- voertuigen en Tweewielerbedrijf, het Handboek Functie-indeling en de CAO Vervroegd Uittreden uit de Metaalnijverheid en verzoekt deze (mutatis mutandis) als onderdeel van deze bedenkingen en dit dispensatieverzoek te beschouwen.
Per 1 juli 1997 is de Tankstation-CAO in werking getreden. In artikel 11 van deze CAO is voorzien in een eigen sociaal fonds, namelijk het Sociaal Fonds Tankstations.
Nu BETA en LBV voor de bij BETA aangesloten bedrijven hebben voor- zien in het genoemde eigen sociaal fonds, wensen zij dat de bij BETA aangesloten bedrijven gedispenseerd worden van de avv van de CAO Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf, omdat an- ders een dubbele betalingsverplichting zou ontstaan voor de bij BETA aangesloten bedrijven.
Overwegende,
dat per 1 juli 1997 de Tankstation-CAO voor alle bij BETA aangesloten tankstations in werking is getreden. De door BETA en LBV afgesloten CAO is rechtsgeldig tot stand gekomen.
Blijkens de statuten zijn BETA en LBV bevoegd CAO’s aan te gaan.
Leden van BETA die op grond van de Wet CAO gebonden zijn aan de Tankstation-CAO kunnen gedispenseerd worden van het AVV-besluit voor zover het lidmaatschap van die vereniging reeds vóór de inwer- kingtreding van dit besluit is aangevangen.
dat de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst gelden voor een belangrijke meerderheid van de in de betreffende bedrijfstak werk- zame personen;
Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeids- overeenkomsten;
Gezien het overleg met de Stichting van de Arbeid; Besluit:
I. Verklaart algemeen verbindend tot en met 31 december 2003 de navolgende bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst Bijdrage
2
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf alsmede de daarbij behorende statuten en reglementen van de Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewielerbedrijf, zulks met inachtne- ming van hetgeen onder II, III, IV en V is bepaald:
Artikel 1
Definities
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
Stichting:
Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewieler- bedrijf, gevestigd te Bunnik.
Werkgever:
de in Nederland wonende natuurlijke persoon of de in Nederland geves- tigde rechtspersoon, dan wel de maatschap, de vennootschap onder firma of de commanditaire vennootschap gevormd door twee of meer zodanige natuurlijke en/of rechtspersonen gezamenlijk, alsmede de in het Rijk in Europa gevestigde nevenvestiging van een daarbuiten wonende natuur- lijke persoon en/of een daarbuiten gevestigde rechtspersoon (al dan niet geconstitueerd naar of vallend onder buitenlands recht), waarvoor op grond van artikel 1, eerste lid onder b, van de Handelsregisterwet 1918 een verplichting tot inschrijving in het Handelsregister bestaat;
Werknemer:
degene die in dienst van een werkgever tegen xxxxxxx arbeid verricht, ten- zij in de hierna volgende artikelen of reglementen anders is bepaald.
Motorvoertuigenbedrijf en tweewielerbedrijf:
a. het herstellen, veranderen, onderhouden, monteren, reviseren of ver- vangen van een of meer onderdelen of van delen daarvan van motor- voertuigen en/of tweewielers en/of caravans en/of aanhangwagens;
b. aan het publiek verkopen van motorvoertuigen en/of tweewielers en/of caravans en/of aanhangwagens, onderdelen of delen daarvan, en/of motorbrandstoffen en/of smeermiddelen;
c. het stallen en/of wassen van motorvoertuigen en/of tweewielers en/of caravans en/of aanhangwagens;
d. het verhuren van motorvoertuigen, en/of tweewielers, en/of caravans en/of aanhangwagens;
3
e. het takelen en bergen van motorvoertuigen;
Ten deze wordt verstaan onder:
– motorvoertuigen: personenauto’s, bedrijfsauto’s, trucks en opleggers, kampeerauto’s, race-auto’s;
– tweewielers: motorrijwielen, bromfietsen, heren-, dames- en kinder- fietsen, transportfietsen, invalidewagens en carriers (driewielers);
– caravans: toercaravans, vouwcaravans, vouwwagens, stacaravans;
– onderdelen of delen daarvan: motor, chassis, frame, wielen, vering, stuurinrichting, instrumenten, transmissiesysteem, remsysteem, brandstoftoevoersysteem, uitlaatsysteem, koelsysteem, schokdem- pers, vloeistof voor krachtoverbrenging, hydraulische systemen, rem- vloeistof, alsmede die electrotechnische uitrustingsstukken, welke bestemd zijn om permanent op het circuit te worden aangesloten en tevens een wezenlijk bestanddeel van het mechanisme vormen.
Indien de werkzaamheden met betrekking tot fietsen en bromfietsen uit- sluitend worden uitgeoefend in een N.S.-rijwielstalling is deze overeen- komst niet van toepassing.
Werkgever in het motorvoertuigenbedrijf en het tweewielerbedrijf:
de werkgever bij wie het aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werknemers, die betrokken zijn bij de werkzaamheden zoals genoemd in de hiervoren omschreven tak van bedrijf, groter is dan het aantal overeengekomen arbeidsuren van de in dienst zijnde werkne- mers die betrokken zijn bij werkzaamheden uitgeoefend in enige andere tak van bedrijf, blijvende bij de hiervoren omschreven vergelijking de economische functie van elk der werkzaamheden buiten beschouwing.
Artikel 2
Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewielerbedrijf
1. Er is een Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewielerbedrijf. De statuten en reglementen van de Stichting maken een integrerend deel uit van deze overeenkomst.
2. De Stichting heeft ten doel de financiering van:
a. het geven van voorlichting en instructie gericht op de bedrijfstak zoals scholings- en vormingswerk ten behoeve van werknemers en het uitvoeren van informatieprojecten voor werkgevers.
b. de kosten verbonden aan het sociale overleg op centraal niveau gericht op de bedrijfstak, alsmede activiteiten verband houdende met de in dit lid sub a. genoemde onderwerpen.
4
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 3
Bijdrage
1. De werkgever is over het kalenderjaar aan de stichting een bijdrage verschuldigd waarvan de hoogte wordt vastgesteld overeenkomstig het te dezer zake bepaalde in de statuten van de stichting.
2. De in het vorige lid bedoelde bijdrage zal maximaal 0,2% op jaar- basis bedragen.
3. Ten behoeve van de vaststelling van de verschuldigde bijdrage doet de werkgever aan de administrateur van de Stichting opgave van de bij hem in dienst zijnde werknemers door vermelding van namen, adressen, woonplaatsen en geboortedata, alsmede van de jaarsalaris- sen.
4. Bij gebreke van de in lid 3 bedoelde opgave is de Stichting gerech- tigd de betreffende gegevens naar beste weten te schatten.
5. De werkgever voldoet aan de in lid 1 genoemde verplichting door het bedrag waarvoor hij door de Stichting is aangeslagen, binnen de daarbij gestelde termijn ten gunste van de Stichting over te maken op de door of namens de Stichting aangegeven rekening.
5
BIJLAGE I
STATUTEN STICHTING FONDS VOOR HET
MOTORVOERTUIGENBEDRIJF EN HET TWEEWIELERBEDRIJF
Deel I. Van de stichting
Artikel 1
Naam en zetel
De Stichting draagt de naam ,,Stichting Fonds voor het Motorvoertuigen- bedrijf en het Tweewielerbedrijf’’ en is gevestigd te Rijswijk, Zuid- Holland.
Artikel 2
Doel
De Stichting heeft ten doel het financieren van opleidings- en ontwikke- lingsprojecten in de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche. De Stichting tracht dit doel te bereiken door gelden te innen bij werk- gevers in de zin van de CAO Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf, en deze, met de andere baten van de Stichting aan te wenden voor de financiering van projecten als bedoeld in artikel 16.
Deel II. Van het bestuur Artikel 3 Bestuur
Aan het hoofd van de Stichting staat een bestuur, bestaande uit acht leden.
Artikel 4
Benoeming van de leden van het bestuur
De leden van het bestuur en voor ieder van hen een vaste plaatsvervan- ger worden benoemd door:
a. de werkgeversorganisaties in de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche, die vier leden en hun plaatsvervangers benoe- men. Deze organisaties zijn:
– BOVAG, gevestigd te Bunnik,
– Nederlandse Christelijke Bond van Rijwiel- en Motorhandelaren, gevestigd te Rijswijk, Zuid-Holland;
b. de werknemersorganisaties in de motorvoertuigenbranche en de
6
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
tweewielerbranche, die vier leden en hun plaatsvervangers benoe- men. Deze organisaties zijn:
– F.N.V. Bondgenoten, gevestigd te Utrecht
– CNV BedrijvenBond, gevestigd te Houten, en
– De Unie, vakbond voor industrie en dienstverlening, gevestigd te Houten.
Artikel 5
Zittingsduur
De leden van het bestuur en hun plaatsvervangers worden benoemd voor een periode van vier jaar, met inachtname van het bepaalde in artikel 6. Aftredende bestuursleden en hun plaatsvervangers komen voor her- benoeming in aanmerking. Voor benoeming of herbenoeming komen niet in aanmerking zij die de leeftijd van vijfenzestig jaar zijn gepas- seerd.
Artikel 6
Aftreding van bestuursleden
Per twee jaar treden volgens xxxxxxx vier bestuursleden en hun plaatsver- vangers af, te weten twee leden en hun plaatsvervangers bedoeld in arti- kel 4 onder a. en twee leden en hun plaatsvervangers bedoeld in artikel 4 onder b.
Artikel 7
Voorzitter
Telkenjare wijst het bestuur uit zijn midden een voorzitter en een vice- voorzitter aan, met dien verstande dat, indien het voorzitterschap wordt bekleed door een van de leden benoemd door de werkgeversorganisaties, het vice-voorzitterschap wordt bekleed door een van de leden benoemd door de werknemersorganisaties, als bedoeld in artikel 4, in de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche en omgekeerd.
7
Artikel 8
Vertegenwoordiging
Voorzitter en vice-voorzitter vertegenwoordigen de Stichting tezamen in en buiten rechte.
Artikel 9
Adviseurs en waarnemers
De bestuursleden kunnen zich in de vergaderingen van het bestuur laten bijstaan door adviseurs.
Indien door betrokken overheidsinstanties de wens daartoe te kennen wordt gegeven, wordt in overleg tussen het bestuur en de bedoelde instantie een waarnemer toegelaten. Xxxxxxxxxx zijn gerechtigd tot het bijwonen van alle bestuursvergaderingen alsmede van alle vergaderingen als bedoeld in artikel 11. Waarnemers ontvangen alle terzake dienende stukken.
Artikel 10
Quorum en stemming
1. Voor het houden van vergaderingen en het nemen van besluiten is de aanwezigheid vereist van tenminste vijf bestuursleden en/of plaats- vervangende bestuursleden.
2. Indien minder dan acht bestuursleden en/of plaatsvervangende be- stuursleden aanwezig zijn, kan slechts gestemd worden wanneer geen der aanwezige leden daartegen bezwaar maakt.
Indien een der aanwezige leden tegen de stemming bezwaar maakt, zal de stemming over het betreffende onderwerp plaatsvinden in de eerstvolgende vergadering, ook indien daarin minder dan acht doch tenminste vijf leden en/of plaatsvervangende bestuursleden aanwezig zijn.
Artikel 11
Staken der stemmen
Ingeval de stemmen staken wordt in een volgende vergadering, welke ten hoogste één maand later plaatsvindt, andermaal over hetzelfde onder- werp gestemd.
8
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 12
Huishoudelijk reglement
Het bestuur regelt zijn werkwijze bij huishoudelijk reglement waarvan de vaststelling en wijziging bij drie/vierde meerderheid der stemmen plaatsvindt.
Bepalingen in dit huishoudelijk reglement mogen niet in strijd zijn met deze statuten.
Deel III. Van de financiering van objecten door het fonds voor het motorvoertuigenbedrijf en het tweewielerbedrijf
Artikel 13
Ontvangsten en uitgaven
1. De middelen van de Stichting bestaan uit:
a. het Stichtingskapitaal;
b. bijdragen die door de werkgevers in de zin van de CAO Bijdrage Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewielerbedrijf worden verstrekt ingevolge het bepaalde in genoemde CAO;
c. eventuele andere baten.
2. a. De methode van berekening van de bijdrage, alsmede de wijze van incassering daarvan, worden bij reglement als bedoeld in artikel 14 vastgesteld.
b. De hoogte van de in het vorige lid bedoelde bijdrage wordt door het bestuur van de Stichting vastgesteld.
c. Tot gerechtelijke invordering der bijdragen wordt niet overge- gaan dan krachtens besluit van het bestuur.
Artikel 14
Financieringsreglement
Het bestuur stelt met drie/vierde meerderheid der stemmen een financieringsreglement vast, waarin tenminste zijn geregeld de bijdrage en de wijze van incassering daarvan. Bepalingen in dit financierings- reglement mogen niet in strijd zijn met deze statuten. Dit reglement kan slechts met drie/vierde meerderheid der stemmen worden gewijzigd.
9
Artikel 15
Beheer en administratie
De gelden van de Stichting worden door het bestuur beheerd.
Artikel 16
Te financieren objecten
De in artikel 15 bedoelde gelden worden aangewend voor de financie- ring van:
A. het geven van voorlichting en instructie gericht op de bedrijfstak in de vorm van scholings- en vormingswerk ten behoeve van werkne- mers en het uitvoeren van informatieprojecten voor werkgevers;
B. de kosten verbonden aan het sociaal overleg op centraal niveau gericht op de bedrijfstak, alsmede activiteiten verband houdende met de in dit artikel onder sub A. genoemde onderwerpen.
Voor de te financieren objecten kan van de betrokken personen casu quo rechtspersonen vooraf een begroting verlangd worden betref- fende de besteding van de door hen aangevraagde gelden. De ont- vangen verantwoordingen worden opgenomen in de door de Stich- ting af te leggen rekening en verantwoording als bedoeld in artikel 20.
Artikel 17
Van de in artikel 13 lid l sub b en c genoemde gelden zal:
a. vijf en veertig procent ter beschikking worden gesteld voor informatieprojecten van de werkgeversorganisaties in de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche;
b. vijf en veertig procent ter beschikking worden gesteld van de werk- nemersorganisaties in de motorvoertuigenbranche en de tweewieler- branche ten bate van scholings- en vormingsactiviteiten;
c. tien procent worden aangewend ter bestrijding van de kosten van gemeenschappelijk sociaal overleg alsmede van de kosten van de overige in artikel 16 sub B. genoemde activiteiten.
De gelden die telkenjare per factor resteren zullen worden gereserveerd en onder dezelfde factor worden opgevoerd op de begroting voor het volgend jaar.
Artikel 18
Aanvragen om financiering van objecten als bedoeld in artikel 16 die- nen schriftelijk te worden ingediend bij het bestuur.
10
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
Artikel 19
Op beslissingen van het bestuur omtrent de financieringsaanvragen kan geen beroep worden ingesteld, onverlet de mogelijkheid een nieuwe aan- vraag in te dienen.
Artikel 20
Het bestuur stelt jaarlijks de door een externe register-accountant gecon- troleerde financiële jaarstukken, waarin een volledig beeld van de finan- ciële toestand van de Stichting wordt gegeven, vast.
Artikel 21
Aan de Werkgeversorganisaties en de Werknemersorganisaties als be- doeld in artikel 4 zal jaarlijks door het bestuur:
– verslag worden uitgebracht omtrent het gevoerde beleid en
– de financiële jaarstukken worden overgelegd.
Deel IV. Slotbepalingen
Artikel 22
Duur van de stichting
De Stichting is aangegaan voor onbepaalde tijd.
Artikel 23
Statutenwijziging en ontbinding
Wijzigingen van de statuten en een besluit tot opheffing van de stichting kunnen slechts plaatsvinden door het bestuur na eensluidend advies van de werkgeversorganisaties en de werknemersorganisaties in de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche.
In geval van ontbinding van de stichting is het bestuur belast met de liquidatie en geeft het een bestemming aan het batig saldo van de stich- ting.
De bestemming van dit saldo dient de motorvoertuigenbranche en de tweewielerbranche ten goede te komen.
11
BIJLAGE II
HUISHOUDELIJK REGLEMENT
conform artikel 12 van de statuten van de Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewielerbedrijf.
Artikel 1
Vergaderfrequentie
Het bestuur vergadert tenminste twee maal per jaar.
Artikel 2
Wijze van oproeping
Het secretariaat van de Stichting draagt er zorg voor dat de oproep voor een vergadering, alsmede de daarop betrekking hebbende stukken, ten- minste drie weken vóór de vergaderdatum in het bezit zijn van de leden van het bestuur. Voor spoedeisende stukken kan deze periode desge- wenst één week bedragen.
Artikel 3
Wijzigingen
Wijziging van dit reglement is mogelijk wanneer tenminste 3/4 van de leden van het bestuur daarmede instemt.
12
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
BIJLAGE III
FINANCIERINGSREGLEMENT
Artikel 1
Definities
In dit reglement wordt verstaan onder:
De Stichting:
Stichting Fonds voor het Motorvoertuigenbedrijf en het Tweewieler- bedrijf, gevestigd te Bunnik.
De CAO:
De CAO Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003;
Werkgever
De werkgever in het motorvoertuigenbedrijf en het tweewielerbedrijf bedoeld in artikel l van de CAO ofwel de werkgever in wiens onderne- ming werkzaamheden worden verricht, die in een relatie staan tot deze bedrijfstak en op grond daarvan – nà voorafgaand verzoek – door het bestuur van de Stichting onder nader te stellen voorwaarden, tot de rege- ling is toegelaten.
Werknemer
Degene die in dienst van de werkgever tegen salaris arbeid verricht, met uitzondering van:
a. bestuurders van naamloze vennootschappen of van besloten vennoot- schappen met beperkte aanprakelijkheid, die als zodanig zijn inge- schreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
b. degene die op 1 januari van het jaar waarover de bijdrage is ver- schuldigd de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt;
c. personen die geen eigenlijke bedrijfsarbeid verrichten en wier dienst- verband tevens een tijdelijk karakter draagt en/of geen volledige dag- taak meebrengt;
d. stagiairs;
Jaarsalaris
a. bij salarisbetaling per maand 12,96 maal het voor de betrokken
13
werknemer vastgestelde salaris over de maand januari van het betref- fende jaar;
b. bij salarisbetaling per vierwekenperiode 14,09 maal het voor de betrokken werknemer vastgestelde salaris over de tweede vierweken- periode van het betreffende jaar;
Indien het dienstverband in de loop van een jaar wordt beëindigd dan wel wordt aangevangen, wordt het jaarsalaris berekend met inachtne- ming van de duur van de periode van het dienstverband in dat jaar.
Indien het inkomen mede is gebaseerd op provisie, wordt bij de bepa- ling van het jaarsalaris bovendien meegerekend de op jaarbasis herleide provisie welke in het voorafgaande kalenderjaar bij dezelfde werkgever is verdiend, onafhankelijk van de datum van uitbetaling van deze provi- sie. Bovendien worden, voor zover van toepassing, bij de bepaling van het jaarsalaris mede in aanmerking genomen de navolgende elementen: loon in natura voor zover gekwantificeerd aangegeven in de loonstaten van de werkgever, toeslagen op grond van een overheidsbesluit, verdien- sten op grond van een in de onderneming geldend beloningssysteem (tarief, merit-rating e.d.) en ploegentoeslag, alsmede een, naar de pe- riode waarover het loon werd genoten, evenredig gedeelte van elke met de werkgever schriftelijk overeengekomen vaste jaarlijkse uitkering on- der welke benaming ook, zoals dertiende maand, vaste einde- jaarsuitkering, gegarandeerde tantième, e.d.
Vergoedingen terzake van overwerk, reisuren, onkosten, alsmede grati- ficaties, winstdelingsregelingen en soortgelijke emolumenten blijven bui- ten beschouwing terwijl de vakantiebijslag in de factoren 12,96, 14,09 en 56,36 geacht wordt te zijn verwerkt. Tot het jaarsalaris behoort niet de overhevelingstoeslag.
Loonsom:
het totaal van de jaarsalarissen van de bij de werkgever in dienst zijnde werknemers bedoeld in dit artikel.
Bedrijfspensioenfonds:
de stichting ,,Stichting Bedrijfspensioenfonds Metaal en Technische Be- drijfstakken’’ (voorheen Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Metaal- nijverheid), gevestigd te ’s-Gravenhage.
Artikel 2
De door de werkgever verschuldigde bijdrage aan de Stichting als genoemd in de CAO beloopt telkens het percentage als vastgesteld krachtens artikel 3 leden 1 en 2 van de CAO.
Artikel 3
De bijdrage als bedoeld in artikel 3 lid 1 van de CAO wordt met inacht- neming van het bepaalde in artikel 1, respectievelijk berekend over maximaal het maximum-jaarsalaris, zoals voor de jaren 1999 tot en met
14
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
2003, vastgesteld op grond van het bepaalde in artikel II.2.3. sub a van het pensioenreglement van het bedrijfspensioenfonds.
Artikel 4
1. De door de werkgever verschuldigde jaarlijkse bijdrage wordt gehe- ven in 4 kwartaaltermijnen. De administrateur van de Stichting stelt de werkgever daarvan telkenmale op de hoogte door het toezenden van een nota met begeleidend schrijven onder vermelding van het bedrag dat hij over het in de nota vermelde tijdvak aan de Stichting is verschuldigd. Het bedrag over het eerste kwartaal van enig jaar is een schatting indien het betreffende jaarsalaris bij de administrateur nog niet bekend is.
Bij deze schatting wordt uitgegaan van het jaarsalaris van het voor- afgaande jaar verhoogd met het percentage waarmee de salarissen zijn verhoogd na 1 januari van het voorafgaande jaar krachtens CAO-afspraken in de Metaal en Technische Bedrijfstakken (voor- heen Metaalnijverheid).
2. De in het vorige lid bedoelde nota’s hebben de vorm van een premie- nota met specificatie vermeldende ten minste naam en adres van de werkgever en de werknemer(s) met bijbehorende salarisgegevens, het tijdvak waarover de bijdrage is verschuldigd alsmede de hoogte van het te betalen bedrag.
3. De werkgever dient de nota aan de Stichting te voldoen binnen de daartoe door het bestuur blijkens de mededeling op de betaalopdracht gestelde termijn.
4. Bij niet tijdige betaling van de verschuldigde bijdrage is de werkge- ver door het enkele verloop van de termijn in gebreke.
De stichting is dan bevoegd te vorderen:
– rente over het verschuldigde bedrag van de dag af dat het ver- schuldigde bedrag betaald had moeten zijn en
– vergoeding van de buitengerechtelijke invorderingskosten vast te stellen op 15% van de vordering met een minimum van f 50,–, onverminderd de overige kosten van vervolging, verschuldigd volgens de Wet.
De rente wordt berekend naar het percentage van de wettelijke rente bedoeld in de artikelen 6:119 en 6:120 van het BW, dat geldt voor de periode waarover de rente door de stichting wordt gevorderd.
15
Artikel 5
De voorzitter en de vice-voorzitter bepalen in goed overleg of, en zo ja, wanneer en op welke wijze bij wanbetaling kan worden ingevorderd. Hiervan wordt verslag uitgebracht aan het bestuur.
Artikel 6
Wijziging van dit reglement behoeft de goedkeuring van 3/4 deel van de bestuursleden.
Artikel 7
Dit reglement treedt in werking met ingang van 1 januari 1999.
16
Metaal en Technische Bedrijfstakken Bijdrage Fonds Motorvoertuigenbedrijf en Tweewielerbedrijf 1999/2003 Verbindendverklaring CAO-bepalingen
II. Indien en voor zover de onder I opgenomen bepalingen strijdig zijn met (mede) ter zake van de vaststelling van lonen en/of andere arbeids- voorwaarden bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, pre- valeren deze regelen.
III. Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van publicatie in de Staatscourant.
IV. Dit besluit tot algemeen verbindendverklaring is niet van toepassing op leden van de Belangenvereniging Tankstations (BETA), indien al- thans het lidmaatschap van de vereniging reeds vóór de inwerkingtre- ding van dit besluit is aangevangen.
V. Dit besluit wordt gepubliceerd door plaatsing in een bijvoegsel bij de Staatscourant.
’s-Gravenhage, 30 maart 1999
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Namens de Minister:
De Directeur van het Centraal kantoor
van de Arbeidsinspectie,
C. J. Meerhof.
17