Pensioenakkoord ……vervolg

Pensioenakkoord ……vervolg

Na het sluiten van het pensioenakkoord op 4 juli 2020 wordt er in stilte hard doorgewerkt en worden de eerste afspraken gemaakt.

Op landelijk niveau is de Koepel Gepensioneerden uitgenodigd om deel te nemen aan het door de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid georganiseerde rondetafelgesprek (hoorzitting) op dinsdag 3 november a.s. waarvoor de Koepel een standpuntnota heeft ingebracht. Co-voorzitter Xxxx xxx xxx Xxxx zal daar namens de Koepel Gepensioneerden ons vertegenwoordigen.

Voor onze eigen pensioenregeling heeft de bank een pensioenwerkgroep in het leven geroepen om de gevolgen van het nieuwe pensioenakkoord in kaart te brengen voor latere besluitvorming en uitwerking.

Ook de BP AA is uitgenodigd om zitting te nemen in deze werkgroep. De werkgroep zal verder bestaan uit de bank, de vakbonden, het pensioenfonds en de Raad van medewerkers. In de komende maanden november, december, januari en februari zijn er bijenkomsten gepland.

In de werkgroep zal onder meer de keuze tussen een nieuw contract en de verbeterde premieregeling ter sprake komen. Verder zal ingegaan worden op het invaren van de opgebouwde rechten. Belangrijk is dat gepensioneerden en slapers bij het invaren een fair deel van het vermogen krijgen. Nieuw is de op te bouwen solidariteitsreserve en de manier waarop deze gevuld zal worden, uit het fondsvermogen of uit rendement en/of premie? De uitkomst is van belang voor de gepensioneerden.

Werkgever en werknemersvertegenwoordigers zullen in ieder geval de hoogte van de premie bepalen en de wijze waarop de compensatie voor de deelnemers die ouder dan 40 jaar zijn wordt geregeld. Mocht deze compensatie deels uit het vermogen van het fonds komen, dan zijn hier ook andere stakeholders bij betrokken.

Het pensioenfonds is op de eerste plaats verantwoordelijk voor de uitvoering van de door de werkgever toegezegde regeling. De werkgever beperkt zich tot het betalen van de premie en beïnvloedt daarmee nu indirect de dekkingsgraad en de ruimte voor indexatie.

Het uiteindelijke besluit over de overgang naar de nieuwe pensioenregeling ligt bij de bank en vakbonden. Het pensioenfonds moet beoordelen of zij de gemaakte afspraken tussen bank en vakbonden kan

uitvoeren. De BP AA zal er alles aan doen om de belangen van gepensioneerden zo goed mogelijk te behartigen.

In het Pensioenakkoord is een tijdlijn afgesproken voor de invoering en deze is als volgt:

Najaar 2020 : start van het wetgevingsproces

2021 : vervolg uitwerking wetgeving en politieke besluitvorming 01.01.2022 : nieuwe pensioenwet van kracht

01.07.2023 : concept besluit sociale partners over nieuwe regeling, compensatie en invaren (transitieplan)

01.01.2024 : besluit sociale partners over nieuwe regeling, compensatie en invaren

01.04.2024 : pensioenuitvoerder informeert DNB over nieuwe overeenkomst

01.06.2024 : pensioenuitvoerder heeft implementatie- en communicatieplan gereed

01.01.2026 : uiterste datum overgang naar nieuwe pensioenstelsel 01.01.2036 : einde van de compensatieperiode

Deze tijdslijn laat zien dat we pas aan het begin van een langjarig proces staan waarin nog veel keuzes gemaakt moeten worden en waarna vervolgens definitieve besluitvorming moet plaatsvinden.

Er zijn nog veel vragen waar in dit stadium nog geen antwoord te geven is. Vooralsnog zullen onze gepensioneerden er nog niet veel van merken. Ons ABN AMRO Pensioenfonds staat er immers goed voor.

Wordt vervolgd.

29.11.2020 / Xxx Xxxxx Xxxxxxxx, Bestuurslid Pensioen