Algemeen kader. Enkel uitgaven in overeenstemming met de bepalingen van de Europese regelgeving, met verordeningen betreffende het cohesiebeleid 2014-2020 in het bijzonder, en die voldoen aan de subsidiabiliteitsregels van het programma komen in aanmerking voor EFRO-steun. Enkel daadwerkelijk door de projectpartner gemaakte en betaalde uitgaven zijn subsidiabel. De enige uitzondering hierop worden gevormd door kosten die via een vereenvoudigde kostenoptie (forfaitair bedrag of forfaitair percentage) worden gedeclareerd. De uitgaven gebeuren in de vorm van geld met uitzondering van afschrijvingen, forfaitair ingebrachte uitgaven en interne facturering. Subsidiabele uitgaven zijn slechts in één Europees project opgenomen (Europese dubbelfinanciering niet toegestaan) en worden niet voor meer dan 100% gefinancierd (geen overfinanciering). Enkel de uitgaven die passen in het goedgekeurde kostenplan en waarvoor er een rechtstreeks verband bestaat met de projectdoelstellingen komen voor subsidie in aanmerking. Kleine uitgaven die niet in het kostenplan zijn voorzien, maar duidelijk toe te wijzen zijn aan één van de werkpakketten van de projectaanvraag, zijn subsidiabel indien er budget voorzien is in de overeenkomstige kostenrubriek. Indien slechts een deel van de gemaakte uitgave gerelateerd is aan het project kan alleen dat deel van de uitgave gedeclareerd worden. Uit de bewijsstukken dient duidelijk opgemaakt te kunnen worden welk deel van de uitgave betrekking heeft op het project. Het gedeclareerde bedrag dient ondubbelzinnig uit de factuur te kunnen worden gehaald. Indien het gedeclareerde bedrag niet ondubbelzinnig uit de factuur kan worden gehaald dient de projectpartner een gepaste verdeelsleutel toe te passen en deze te motiveren. De motivatie en onderbouwing voor die verdeelsleutel moeten beschikbaar blijven voor controle. 4.2.