Common use of AANSPRAAK OP PENSIOEN Clause in Contracts

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,8% van de pensioengrondslag (pensioengevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 (2023). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- (1 januari 2023). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 2023: € 66.956,-) Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,170% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 (2023). Dit bedrag wordt jaarlijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. Er is vanaf 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers en werknemers betalen ieder 50% hiervan.

Appears in 4 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,819,6% van de pensioengrondslag (pensioengevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 5,30 (20232017). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 10.479,- (1 januari 20232017). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen Verzekeringen 5. (voor 20232017: € 66.956,-) 53.701,-). Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 56. Het opbouwpercentage bedraagt 1,1701,63% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI pensioen. 67. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 78. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 89. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 910. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 1011. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 103.317,- (20232017). Dit bedrag wordt jaarlijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 1112. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 1213. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 1314. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. 15. Er is vanaf De werking van dit artikel gaat voor het eerst in op 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd2017 en werkt door tot 1 januari 2020. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers en werknemers betalen ieder 50% hiervanIn 2018 evalueren partijen de gemaakte afspraken.

Appears in 3 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,819,6% van de pensioengrondslag (pensioengevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 € 5,55 (20232019). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 11.008,- (1 januari 20232019). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 20232019: € 66.956,-) Dit 55.927,-)Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,170% 1,592 per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 107.593,- (20232019). Dit bedrag wordt jaarlijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. 14. Er is vanaf De werking van dit artikel gaat voor het eerst in op 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers 2017 en werknemers betalen ieder 50% hiervanwerkt door tot 1 januari 2020.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemerwerk- nemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,819,6% van de pensioengrondslag (pensioengevend pensioen- gevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 5,30 (20232017). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 10.479,- (1 januari 20232017). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 20232017: € 66.956,-) 53.701,-). Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,1701,63% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 103.317,- (20232017). Dit bedrag wordt jaarlijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds pensioen- fonds behaalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- CPI-index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand vooraf- gaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. 14. Er is vanaf De werking van dit artikel gaat voor het eerst in op 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd2017 en werkt door tot 1 januari 2020. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers en werknemers betalen ieder 50% hiervanIn 2018 evalueren partijen de gemaakte afspraken.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,8% van de pensioengrondslag (pensioengevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 5,98 (20232022). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 11.819,- (1 januari 20232022). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 20232022: € 66.956,-59.706,-) Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,1701,213% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 114.866 (20232022). Dit bedrag wordt jaarlijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. Er is vanaf 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers en werknemers betalen ieder 50% hiervan.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,819,6% van de pensioengrondslag (pensioengevend pensioen- gevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 5,30 (20232017). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 10.479,- (1 januari 20232017). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 20232017: € 66.956,-) 53.701,-). Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,1701,63% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI V pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-ANW- hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voor- waarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 103.317,- (20232017). Dit bedrag wordt jaarlijks jaar- lijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde be- haalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- CPI-index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. 14. Er is vanaf De werking van dit artikel gaat voor het eerst in op 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd2017 en werkt door tot 1 januari 2020. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogdIn 2018 evalueren partijen de gemaakte afspraken. Werkgevers en werknemers betalen ieder 50% hiervan.34 artikel 19, 20 artikel 20 35

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

AANSPRAAK OP PENSIOEN. 1. Iedere werknemer van 21 jaar en ouder tot uiterlijk de pensioenrichtleeftijd wordt opgenomen in de pensioenregeling van de sector Recreatie, uitgevoerd door het Pensioenfonds Recreatie, indien hij voldoet aan de bij die regeling voor artikel 19, 20 35 het deelnemerschap gestelde eisen. 2. De door de werkgever op grond van de pensioenregeling periodiek verschuldigde premie kan voor maximaal 50% worden ingehouden op het salaris van de werknemer. 3. De verschuldigde premie bedraagt 21,819,6% van de pensioengrondslag (pensioengevend pensioen- gevend uurloon verminderd met de uurfranchise). De franchise is gelijk aan de minimale fiscale franchise. Op uurfranchise is dit € 6,60 5,55 (20232019). Op jaarbasis bedraagt de franchise € 13.033,- 11.008,- (1 januari 20232019). De franchise wordt jaarlijks automatisch aangepast met het percentage dat de AOW jaarlijks wordt gewijzigd. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 4. Het pensioen wordt opgebouwd over het pensioengevend jaarloon tot een maximum van het voor het betreffende jaar geldende maximum premieloon Sociale Verzekeringen (voor 20232019: € 66.956,-) 55.927,-). Dit maximum wordt jaarlijks automatisch aangepast. De actuele bedragen en percentages staan vermeld op de website xxx.xxxx-xxxxxxxxx.xx en xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxx. 5. Het opbouwpercentage bedraagt 1,1701,592% per dienstjaar, met uitzondering van de situatie zoals beschreven in lid 3 van protocolafspraak VI V pensioen. 6. De pensioenrichtleeftijd (pensioendatum) is de dag dat de werknemer 67 jaar wordt. De pensioenrichtleeftijd wordt vervolgens vastgesteld op basis van de hiervoor geldende wetgeving. 7. De pensioenregeling kent een ouderdomspensioen en een wezenpensioen. 8. De pensioenregeling kent geen nabestaandenpensioen ten behoeve van de partner. De werkgever biedt individuele werknemers een vrijwillige ANW-ANW- hiaatregeling aan, die door het pensioenfonds wordt uitgevoerd. De door de werkgever op grond van deze regeling periodiek verschuldigde premie wordt ingehouden op het salaris van de werknemer, tenzij hierover tussen werkgever en werknemer andere afspraken zijn gemaakt. 9. De pensioenregeling kent een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. 10. De pensioenregeling kent een regeling voor pensioenopbouw voor werknemers met een bruto pensioengevend jaarloon hoger dan het gestelde maximum in lid 4. Werkgevers kunnen voor de bij hun werkzame werknemers die aan deze voorwaarde voor- waarde voldoen op vrijwillige basis aanvullend pensioen laten opbouwen voor het bedrag tussen het gestelde maximum in lid 4 en het fiscaal wettelijk toegestane maximum pensioengevend jaarloon van € 128.810 107.593,- (20232019). Dit bedrag wordt jaarlijks jaar- lijks automatisch aangepast aan de daarvoor geldende wettelijke grens. 11. De pensioenregeling kent een aantal (wettelijke) keuzemogelijkheden, te weten: vervroeging en uitstel van de pensioendatum, variatie in de hoogte van het uit te keren pensioen en uitruil van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen bij uitdiensttreding en op de pensioendatum. 12. De pensioenregeling kent een streven naar koopkrachtbehoud voor alle pensioenen. De realisatie hiervan is volledig afhankelijk van het door het pensioenfonds behaalde be- haalde rendement in enig jaar. Als maatstaf voor koopkrachtbehoud wordt gekeken naar de CPI- CPI-index (alle huishoudens afgeleid) voor het jaar voorafgaand met peildatum 1 oktober. 13. De pensioenregeling is nader uitgewerkt in een pensioenovereenkomst en een pensioenreglement, die te downloaden zijn via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx. Op verzoek verstrekt het pensioenfonds deze informatie elektronisch of schriftelijk aan de werknemer. Er is vanaf De werking van dit artikel gaat voor het eerst in op 1 januari 2020 een partnerpensioen op risicobasis ter hoogte van 70% ingevoerd. De pensioenpremie wordt hiervoor met 0,7% verhoogd. Werkgevers 2017 en werknemers betalen ieder 50% hiervanwerkt door tot 1 januari 2020.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement