Wijziging algemene voorwaarden Is gerechtigd deze algemene voorwaarden te wijzigen of aan te vullen.
Wijzigingen van deze algemene voorwaarden 1. Fotograaf houdt zich het recht voor deze algemene voorwaarden te wijzigen of aan te vullen. 2. Wijzigingen worden tijdig en schriftelijk door fotograaf aan opdrachtgever medegedeeld. 3. Indien opdrachtgever een voorgestelde wijziging niet wil accepteren, kan hij tot de datum waarop de nieuwe algemene voorwaarden van kracht worden de overeenkomst beëindigen tegen deze datum.
Vindplaats en wijziging algemene voorwaarden 1. Van toepassing is steeds de laatst gedeponeerde versie c.q. de versie zoals die gold ten tijde van het totstandkomen van de rechtsbetrekking met Opdrachtnemer. 2. De Nederlandse tekst van de algemene voorwaarden is steeds bepalend voor de uitleg daarvan.
Uitvoeringsmodaliteiten Het transportrisico en de port- en leveringskosten zijn exclusief ten laste van de cliënt.
Algemene voorwaarden basisverzekeringen Voor sommige zorgkosten geldt geen verplicht eigen risico
Algemene gegevens Personalia
Toezichthoudende autoriteit een onafhankelijke overheidsinstantie verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de wet in verband met de verwerking van Persoonsgegevens. In Nederland is dit de Autoriteit Persoonsgegevens.
Algemene uitsluitingen Wij verlenen geen dekking voor schade: 1. die is veroorzaakt door of verband houdt met: a. molest; b. atoomkernreacties. De uitsluiting van atoomkernreacties geldt niet: - als deze te maken hebben met radioactieve nucliden, die zich buiten een kerninstallatie bevinden. Deze nucliden moeten gebruikt worden of bestemd zijn om te gebruiken voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, onderwijskundige, wetenschappelijke doeleinden of niet-militaire beveiligingsdoeleinden en - er door de overheid een vergunning voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen is afgegeven. Voor zover er volgens de wet een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, blijft de uitsluiting van kracht. Onder 'wet' verstaan wij de Wet Aansprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979 - 225). In deze wet is de bijzondere wettelijke regeling van de aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie opgenomen. Onder 'kerninstallatie' verstaan wij een kerninstallatie in de zin van deze wet of aan boord van een schip; a. die op grond van een bestaande garantieregeling, leveringsovereenkomst of de verzekering van de reparateur en/of handelaar kan worden verhaald; b. die gedekt is op (een) andere verzekering(en) of daarop gedekt zou zijn wanneer deze verzekering niet zou hebben bestaan. In deze gevallen bieden wij uitsluitend dekking voor het verschil in de verzekerde bedragen; c. die al op basis van een wet of andere voorziening wordt vergoed. In deze gevallen vergoeden wij uitsluitend de gedekte schade die het bedrag overschrijdt waarop u of de verzekerde elders aanspraak kan maken. De uitsluitingen in dit lid gelden niet voor de dekking voor Ongevallenverzekeringen; 3. als de premie niet betaald is, zoals omschreven in het artikel Premiebetaling; 4. die opzettelijk door, dan wel met goedvinden van een verzekerde is veroorzaakt. Deze uitsluiting geldt niet voor de verzekerde die aantoont dat hem voor de genoemde omstandigheden geen verwijt kan worden gemaakt; 5. als de verzekerde over een schade, ongeval of gebeurtenis opzettelijk onware of onvolledige mededelingen doet of laat doen.
Algemene Verordening Gegevensbescherming 1. De Offerte, de Overeenkomst en deze Algemene Transport Voorwaarden Xxxxxxx zijn tevens van toepassing op alle Persoonsgegevens die door Partijen aan elkaar worden verzonden, beschikbaar worden gesteld of door Partijen worden ontvangen voor het uitvoeren van de werkzaamheden. 2. De Persoonsgegevens worden door de Partijen enkel gebruikt om het doel van het vastgestelde werk of de dienstverlening te bereiken en zullen na beëindigen van het doel worden verwijderd. 3. Partijen dienen zorg te dragen voor de naleving van de voorwaarden die op grond van de AVG en andere wet- en regelgeving worden gesteld aan het verwerken van Persoonsgegevens. 4. Partijen dienen bij een datalek elkaar binnen 24 uur de informatie te verstrekken over de aard en de oorzaak van de inbreuk, welke Persoonsgegevens zijn getroffen en welke maatregelen een Partij heeft genomen om de mogelijke schade te beperken. 5. Partijen nemen passende technische en organisatorische maatregelen om Persoonsgegevens te beveiligen en beveiligd te houden tegen verlies of enige vorm van onzorgvuldige, ondeskundige of onrechtmatige verwerking of gebruik. 6. Partijen nemen in ieder geval de volgende maatregel om wijziging en verlies van de persoonsgegevens te voorkomen, zoals pseudonimiseren, encryptie/hashing (versleuteling) van digitale bestanden met Persoonsgegevens. 7. Deze maatregel garandeert een passend beveiligingsniveau gelet op de risico’s die verwerking en de gevoelige aard van de Persoonsgegevens met zich mee brengt. 8. Partijen houden de Persoonsgegevens geheim. Partijen dragen ervoor zorg dat de Persoonsgegevens niet direct of indirect ter beschikking komen van derden. Onder derden wordt ook het personeel van Partijen begrepen voor zover het niet noodzakelijk is dat zij kennis hoeft te nemen van de Persoonsgegevens. 9. Partijen zorgen ervoor dat haar personeel gebonden is aan de in dit artikel opgenomen geheimhoudingsplicht. 10. Partijen hebben het recht de naleving van de bepalingen van deze overeenkomst te controleren, waarbij de kosten van de controle ligt bij diegene die de controle uitvoert. De ene Partij kan na toestemming van de andere partij daartoe zelf overgaan of hij kan dat laten doen door een onafhankelijke registeraccountant, registerinformaticus of andere daartoe gecertificeerde auditor. 11. Partijen dragen ervoor zorg dat een Betrokkene altijd zijn rechten die voortvloeien uit de AVG kan uitoefenen. 12. Partijen dragen hun eigen verantwoordelijkheid en zijn aansprakelijk voor schade die voortvloeien als er in strijd wordt gehandeld met de AVG. 13. In het kader van de AVG vrijwaart de ene Partij de andere Partij tegen aanspraken van derden.
Wezenpensioen 1. Het wezenpensioen gaat voor ieder pensioengerechtigd kind in op de 1e van de maand waarin de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt. Het wezenpensioen wordt uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 21e verjaardag van het kind valt. Als het kind studeert of invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de maand waarin de 27e verjaardag van het kind valt. Als het kind eerder overlijdt, ophoudt met studeren of niet meer invalide is, wordt het wezenpensioen uitgekeerd tot het einde van de betreffende maand. Een studerend kind is een kind dat voor het grootste deel van de voor werkzaamheden beschikbare tijd onderwijs of een beroepsopleiding volgt. De toets of een kind invalide is, gebeurt tot de 21-jarige leeftijd van het kind volgens de normen van de Wajong en daarna volgens de normen van de WIA. 2. Pensioengerechtigde kinderen zijn: a. kinderen die tot de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde in familierechtelijke betrekking staan; b. kinderen die tot de partner in familierechtelijke betrekking staan, die behoren tot de gezamenlijke huishouding en voor wie de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde of de partner een uitkering ontvangt op grond van de Algemene Kinderbijslagwet of die studeren of invalide zijn; c. pleegkinderen van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde (volgens de normen van de Algemene Kinderbijslagwet). Niet pensioengerechtigd zijn kinderen die na de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum zijn geboren of geadopteerd, of kinderen die na deze datum de status van pleegkind hebben gekregen of tot het huishouden van de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde zijn gaan behoren. Als er echter recht op partnerpensioen bestaat op grond van een partnerrelatie die al bestond vóór de standaard-pensioendatum of de eerdere pensioendatum en het kind na deze datum geboren wordt uit deze relatie, is het kind wel pensioengerechtigd. 3. Het wezenpensioen op jaarbasis bedraagt per pensioengerechtigd kind 14% van het volgens artikel 9 vastgestelde ouderdomspensioen (inclusief reeds verleende toeslagen). Het betreft uitsluitend het tijdens het deelnemerschap aan dit reglement opgebouwde ouderdomspensioen. 4. Bij overlijden van een deelnemer wordt het krachtens lid 3 vastgestelde wezenpensioen (14% van het totaal opgebouwde ouderdomspensioen op het tijdstip van overlijden) verhoogd met 14% van het ouderdomspensioen dat de deelnemer fictief had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de datum van overlijden tot de standaard-pensioendatum (67 jaar) zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige (fictieve) pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 5. Bij overlijden van een aspirant-deelnemer is het wezenpensioen op jaarbasis gelijk aan 14% van het ouderdomspensioen dat de aspirant-deelnemer had kunnen behalen indien hij/zij vanaf de eerste dag van de maand waarin hij/zij de 21-jarige leeftijd zou bereiken tot de standaard-pensioendatum zou hebben deelgenomen op basis van de laatst vastgestelde gegevens. Dit betekent dat voor de toekomstige pensioenopbouw wordt uitgegaan van de laatst vastgestelde pensioengrondslag, het parttimepercentage zoals geldend op het tijdstip van overlijden en, indien van toepassing, het afwijkende jaarlijkse opbouwpercentage ouderdomspensioen indien de werkgever hiervoor heeft gekozen op grond van het bepaalde in artikel 9, lid 3 en hoofdstuk IV van dit reglement. 6. Het wezenpensioen wordt verdubbeld als de (aspirant-) deelnemer, gewezen deelnemer of gepensioneerde overlijdt zonder een partner na te laten of op de 1e van de maand waarin de partner overlijdt. Hierbij geldt het bepaalde in artikel 22, lid 6. 7. Het wezenpensioen heeft het karakter van een uitkeringsovereenkomst in de zin van de Pensioenwet. Dat betekent dat het vooraf wordt vastgesteld in concrete pensioenbedragen. Alle pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen worden in euro’s en bruto jaarbedragen vastgesteld. Op de pensioenaanspraken en pensioenrechten inzake wezenpensioen is een voorwaardelijke toeslagregeling van toepassing (zie artikel 13).