AUTOKOSTEN Voorbeeldclausules

AUTOKOSTEN a. Autokosten voor rekening van FNV b. Autokosten voor rekening van medewerker die fıscaal aftrekbaar zijn‌ Dit betreft door de medewerker gedragen kosten die hij verplicht is voor zijn rekening te nemen als vergoeding voor het privégebruik. Na inlevering van een betalingsbewijs door de medewerker worden deze kosten fiscaal in mindering gebracht op de bijtelling Zonder deugdelijk betalingsbewijs (geen pinbon en/of creditcard afschrijving) wordt er bij de bepaling van de bijtelling geen rekening gehouden met enige aftrek. Zonder te beogen een uitputtende lijst van voorbeelden hieronder weer te geven, vallen hier in ieder geval onder: • Was- en poetskosten of kosten voor schoonmaakmiddelen en dergelijke ten behoeve van de leaseauto; • In het buitenland gemaakte brandstoffiosten verbonden aan vakantie- en/of privéreizen; • Parkeer-, tol- en veerkosten verbonden aan vakantie- en/of privéreizen; en • Parkeervergunning op kenteken van de leaseauto of stalling exclusief voor de leaseauto d.w.z. niet voor een ander voertuig dan de leaseauto en niet voor andere (privé)spullen (bijv. fietsen) te gebruiken. c. Autokosten voor rekening van medewerker die niet fıscaal aftrekbaar zijn

Related to AUTOKOSTEN

  • Verhuiskosten 1 De werknemer die in dienst treedt voor onbepaalde tijd voor de omvang van een halve normbetrekking of meer heeft gedurende twee jaar eenmalig aanspraak op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ter grootte van 12% van zijn jaarsalaris tot een maximum van € 7750 indien en voor zover de werknemer bij indienst- treding op een reisafstand van meer dan 25 kilometer van de stand- plaats woont en verhuist waardoor de afstand ten minste 60% minder wordt. De vergoedingen betreffen daadwerkelijk gemaakte kosten; de werknemer dient derhalve bonnen te overleggen. 2 Voor de toepassing van het begrip standplaats in het eerste lid geldt dat in geval de werknemer op meerdere standplaatsen van de hogeschool werkzaam is, de standplaats waar de werknemer woont dan wel in welke richting de werknemer de eerste keer na indiensttreding verhuist, als de standplaats als bedoeld in het eerste lid van dit artikel wordt aangemerkt. Op basis van die standplaats heeft de werknemer recht op een verhuisvergoeding conform lid 1 van dit artikel. 3 Als zich een grote wijziging in de verdeling van de werkzaamheden over verschillende standplaatsen voordoet en de werknemer richting de standplaats gaat wonen waar hij voor het grootste deel van zijn betrekking werkzaam is, kan opnieuw aanspraak op een verhuis- kostenvergoeding worden gemaakt conform lid 1 van dit artikel, gedurende twee jaar nadat de genoemde wijziging in de verdeling van de werkzaamheden inging, tenzij de redelijkheid zich daar tegen verzet. 4 Indien de werknemer in dienst treedt voor bepaalde tijd of voor de omvang van minder dan een halve normbetrekking kunnen werkgever en werknemer overeenkomen dat het eerste lid van overeenkomstige toepassing is, met dien verstande dat de periode gedurende welke een werknemer recht heeft op een verhuiskosten- vergoeding nooit langer kan zijn dan in totaal twee jaar te rekenen vanaf het moment van het ontstaan van het recht op de vergoeding. 5 De werkgever kan de werknemer verplichten tot terugbetaling van een evenredig deel van de tegemoetkoming indien de werknemer binnen twee jaar na verhuizing de arbeidsovereenkomst opzegt.

  • Kosten Alle kosten en rechten aan deze akte verbonden, zijn begrepen in de aanneemsom.

  • Telefoonkosten U krijgt de kosten voor telefoongesprekken met de Europeesche Hulplijn volledig vergoed. Overige nood- zakelijk gemaakte telefoonkosten die met de verzekerde gebeurtenis te maken hebben vergoeden wij tot maximaal

  • Reiskosten 1 Op hogeschoolniveau wordt invulling gegeven aan de reiskosten- regeling. Onderdeel hiervan kan zijn een openbaar-vervoerplan wat met de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad overeengekomen kan worden. Indien er een aanvullende regeling wordt afgesproken in het lokale cao-overleg geldt bij strijdigheid hetgeen in het lokale cao-overleg is afgesproken. 2 De werkgever kan een fiscale salderingsregeling treffen voor dienstreizen en woon/werkverkeer. 3 Het beleid ter zake van het openbaar-vervoerplan wordt jaarlijks verantwoord in het sociaal jaarverslag.

  • Verblijfskosten Indien er sprake is van een overnachting in opdracht van de werkgever, worden de verblijfskosten, inclusief maaltijden, door de werkgever vergoed.

  • Herstelkosten Is in het geval van schade aan inboedel, huurdersbelang en lijfsieraden herstel mogelijk, dan is de schade gelijk aan de herstelkosten, eventueel vermeerderd met een door de schade veroorzaakte en door de reparatie niet opgeheven waardevermindering. De schade zal echter nimmer meer bedragen dan het verschil tussen de waarde van het beschadigde onmiddellijk vóór de gebeurtenis en de restantwaarde daarvan onmiddellijk na de gebeurtenis.

  • Verblijfkosten 1. De chauffeur internationaal ontvangt per buitenlandse reis een bedrag aan verblijfskosten per 24 aaneengesloten uren. De netto vergoeding bedraagt € 45,12 per 24 aaneengesloten uren. De onderweg gemaakte verblijfskosten bestaande uit maaltijden, overige consumpties en sanitaire vergoedingen worden vergoed. 2. De overige chauffeurs ontvangen een vergoeding voor verblijfkosten op basis van de werkelijk gemaakte kosten.

  • Medische kosten Indien zij het gevolg zijn van een voorschrift door een geneesheer of een tandarts: • De medische honoraria; • De opname- en behandelingskosten bij hospitalisatie; • De kosten van geneesmiddelen; • De kosten van tandheelkundige zorgen tot maximaal 250 EUR/verzekerde persoon; • De kosten van kinesitherapie tot maximaal 250 EUR/verzekerde persoon.

  • Proceskosten Dat deel van de externe kosten dat rechtstreeks samenhangt met het uitbrengen van de dagvaarding en het voeren van de procedure.

  • Ziektekosten a. Aan de werknemer wordt de mogelijkheid geboden van deelname aan een ziektekostenverzekering (ONVZ of IZZ, uitgevoerd door CZ of VGZ) overeenkomstig de regeling opgenomen in bijlage 8. b. De werknemer die van één van de mogelijkheden opgenomen in bijlage 8 gebruik maakt, heeft recht op een bijdrage van de werkgever in de premie van de aanvullende ziektekostenverzekering met een maximum van €120,- bruto per jaar, ongeacht de omvang van het dienstverband. c. De werknemer die meerdere arbeidsovereenkomsten heeft met meerdere werkgevers vallend onder de werkingssfeer van deze cao, ontvangt van ieder van deze werkgevers de vergoeding naar rato van het des- betreffende dienstverband, met dien verstande dat het bedrag van €120,- bruto per jaar wordt uitbetaald door de gezamenlijke werkgevers.