Besmettingsaccidenten Voorbeeldclausules

Besmettingsaccidenten. 2.1.6 Direct aangifte doen bij de politie
Besmettingsaccidenten. In gevallen waarin de ambtenaar door prikaccidenten, bijtwonden, bloedspatten in oog of mond, bloed bij mond-op-mondbeademing of bloed op de niet intacte huid in contact is gekomen met bloed van een derde, of met al dan niet zichtbaar met bloed verontreinigde lichaamsvloeistoffen en/of lichaams- producten, is er kans op besmetting met een virus. De leidinggevende begeleidt de betrokken mede- werker naar de GGD om te laten vaststellen of inderdaad besmetting heeft plaatsgevonden. De kosten van het onderzoek en eventuele bijkomende maatregelen komen voor rekening van de werkgever.
Besmettingsaccidenten. In het voorgaande is een aantal malen gesproken over besmettingsaccidenten. Hierbij is een rol weg- gelegd voor de GGD. Onder besmettingsaccidenten wordt verstaan een mogelijke blootstelling aan bloed of aan met bloed verontreinigde lichaamsvloeistoffen ten gevolge van: § een huidverwonding door-en-door; § contact met niet intacte huid; § contact met slijmvlies. In het geval van accidenten door beroepsblootstelling is de werkgever verantwoordelijk voor een ade- quate doorverwijzing en behandeling. De GGD heeft veel ervaring met besmettingsaccidenten en kan 24 uur per dag, 7 dagen per week diensten verlenen. Dit is van belang, omdat mogelijk besmette me- dewerkers zo snel mogelijk een deskundige willen raadplegen. Bij besmettingsaccidenten kunnen een viertal verantwoordelijkheden worden onderkend: