Bijdrage Voorbeeldclausules

Bijdrage. 1. De werkgever is verplicht – afhankelijk van het loonbetalingstijdsvak – maandelijks dan wel vierwekelijks een door de Stichting PAWW vastgestelde bijdrage in te houden op het loon van de werknemers en af te dragen aan de Stichting PAWW. Ten aanzien van de afdracht aan de Stichting PAWW kan de Stichting PAWW afwijken van de termijn van een maand of vier weken, indien zij dit gezien de specifieke omstandigheden aan de orde acht. 2. De bijdrage bedraagt maximaal 0,75% van het loon. Het percentage van de bijdrage wordt jaarlijks vóór 1 oktober in het jaar voorafgaand aan het kalenderjaar waarin deze bijdrage zal gelden vastgesteld door de Stichting PAWW. De Stichting PAWW informeert de betreffende werkgevers schriftelijk of elektronisch vóór 1 november van het lopende kalenderjaar over het besluit ten aanzien van het in het daaropvolgende jaar vastgestelde percentage. De werkgever meldt dit percentage vóór 1 december van het lopende kalenderjaar schriftelijk of elektronisch aan zijn werknemers. Bij die mededeling wordt het besluit van de Stichting PAWW gevoegd. Nieuwe werknemers ontvangen deze informatie – schriftelijk of elektronisch – uiterlijk op de dag van indiensttreding. De Stichting PAWW vermeldt het percentage van de bijdrage tevens op de website van de Stichting PAWW, uiterlijk op 1 oktober voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor dit percentage zal gelden. 3. De bijdrage komt volledig voor rekening van de werknemer. De verplichting van de werknemer om bij te dragen geldt alleen wanneer daaraan een algemeen verbindend verklaarde cao Private Aanvulling WW en WGA ten grondslag ligt. 4. Er wordt geen bijdrage ingehouden op het loon van de werknemer met ingang van de eerste dag van de maand waarin de werknemer de voor hem geldende AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, zijnde de pensioengerechtigde leeftijd als bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet.
Bijdrage. 1. De werkgever is verplicht aan de Stichting een bijdrage af te dragen. De hoogte van de bijdrage is een percentage van de voor de onderneming van werkgever geldende bruto loonsom per jaar, dat door de Stichting wordt vastgesteld. Deze jaarlijkse bijdrage is vastgesteld op 0,7%. 2. Onder het bruto loon als bedoeld in lid 1 wordt verstaan de loonsom waarover de werkgever premie is verschuldigd in de zin van de Wet financiering sociale verzekeringen, waarbij ook tot het loon wordt gerekend de bedragen die worden ingehouden ingevolge een pensioenregeling of een regeling voor vervroegde uittreding en de bijdrage voor aanspraken op uitkeringen wegens overlijden of invaliditeit ten gevolge van een ongeval.
Bijdrage. 1. De hoogte der bijdrage in een bepaald jaar als bedoeld in artikel 3 lid 4 van de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche is een voor elk jaar door het bestuur vast te stellen percentage van de bruto loonsom van de uitzendonderneming. Het bestuur stelt jaarlijks de bijdrage vast voor het volgende kalenderjaar. Het bestuur kan desgewenst voor elk kwartaal van het komende kalenderjaar een afwijkende bijdrage vaststellen. 2. De uitzendonderneming is verplicht deze bijdrage aan de SFU te voldoen. 3. Voor het vaststellen van de hoogte van de bijdrage als bedoeld in artikel 3 lid 4 van de CAO Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche zullen uitzendondernemingen een overzicht van de totale bruto loonsom in enig jaar van fase A (ABU CAO) of fase 1 en 2a (NBBU CAO) verstrekken aan de SFU. 4. De SFU deelt het te betalen bedrag via de administrateur schriftelijk aan de werkgever mede onder vermelding van de termijn waarbinnen de betaling dient te geschieden. 5. Het bestuur van de SFU kan zo dikwijls het zulks nodig acht van de werkgever een voorschotbijdrage vorderen op basis van een geraamd jaarloon. 6. Hetgeen terzake van de voorschotbijdrage door de werkgever is betaald wordt verrekend met de bijdrage die de werkgever over het jaar definitief verschuldigd zal zijn. 7. Wanneer uitzendbureaus nalatig zijn het aan de SFU verschuldigde op een daarvoor door het bestuur vastgesteld tijdstip te voldoen, zal betrokkene bij niet betaling binnen de door het bestuur vastgestelde termijn door het enkele verloop daarvan in gebreke zijn. 8. Het bestuur is bevoegd de vastgestelde bijdrage met 10% te verhogen, met een minimum van € 15,– wanneer betrokkene(n) op grond van het hier bovenstaande ingebreke is/zijn. Zowel gerechtelijke als buitengerechtelijke inningskosten zijn verschuldigd door betrokkenen.
Bijdrage. 1. De hoogte der bijdrage is een voor elk jaar door het bestuur vast te stellen percentage van de bijdragegrondslag met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in artikel 52 van de CAO. 2. De werkgever is verplicht deze bijdrage aan de Raltex te voldoen. 3. De Raltex deelt het te betalen bedrag via de administrateur schriftelijk aan de werkgever mede onder vermelding van de termijn waarbinnen de betaling dient te geschieden. 4. De werkgever is verplicht op de tijdstippen, op de wijze en over de tijdvakken als door de Raltex bepaald, de gegevens te verstrekken die de Raltex nodig acht om de door de werkgever verschuldigde bijdrage of het door de werkgever verschuldigde voorschot te kunnen vaststellen. 5. Indien de werkgever niet, niet tijdig of onvolledig de benodigde gegevens aan de Raltex verstrekt, is de Raltex bevoegd de hoogte van de verschuldigde bijdrage of van het verschuldigde voorschot naar beste weten zelf vast te stellen. 6. De kosten van het vergaren en verstrekken van de door de Raltex gewenste gegevens komen voor rekening van de werkgever.
Bijdrage. ORBA Analytisch kader voor functiezwaarte
Bijdrage. De bijdrage wordt voorafgaand aan het Lidmaatschap aan het Lid bekendgemaakt en omvat belastingen en kosten. Deze wordt betaald aan de Verzekeraar op de datum van het Lidmaatschap.
Bijdrage. De premie die door de verzekeringsnemer wordt betaald voor de financiering van de hoofdwaarborgen en de eventuele aanvullende waarborgen. De bijdragen omvatten de instapkosten en de eventuele taksen en bijdragen opgelegd door de wet.
Bijdrage. De Stichting Sociaal Fonds Bakkersbedrijf kent een regeling voor een bijdrage in de kosten van de opleidingen, bijscholingscursussen en van het geven van beroepspraktijkvorming. Deze regeling staat in Bijlage D van deze cao (zie algemeen deel).
Bijdrage. De werkgever is jaarlijks aan de Stichting een bijdrage verschuldigd welke door het bestuur van de Stichting wordt vastgesteld krachtens het bepaalde in artikel 5 van de statuten van de Stichting.