Controle kosten en opbrengsten. a) De regeling en de technische notitie gaan ervan uit dat de BVOV 2022 geen aanleiding vormt om de grondslagen voor het opstellen van het Verantwoordingsformulier Beschikbaarheids- vergoeding OV 2022 van de concessie(s) en de wijze waarop kosten en de opbrengsten aan concessies worden toegerekend, aan te passen. Indien van toepassing wordt (nagekomen) omzet 2021 en eerder uit de omzet van 2022 gehaald en worden in 2023 ontvangen afrekeningen met betrekking tot 2022 aan 2022 toegerekend. De accountant stelt vast dat deze uitgangspunten zijn gevolgd bij het opstellen van het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000. b) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten van de concessiehouder betreffen de uitvoering van het openbaar vervoer in de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 zoals in bijlage 2 van de regeling is opgenomen. Met betrekking tot de kosten over 2022 controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen kosten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten en opbrengsten opgenomen van activiteiten als overeengekomen in de vervoersconcessie waarbij al sprake is van 100% bekostiging door de concessieverlener (artikel 4 lid 5b van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 2.1.1 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten verantwoord die niet passen in een consistent meerjarig patroon, tenzij deze aantoonbaar en gemotiveerd noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de vervoersconcessie (paragraaf 3.3 van de technische notitie); • Er zijn geen niet-reguliere projectkosten zoals beschreven in paragraaf 3.3 van de technische notie en geen kosten van COVID-gerelateerde impairment afboekingen (paragraaf 3.1.1 van de technische notie) begrepen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoeding; • Er geen corresponderende meerkosten zijn opgenomen in geval een verkregen overheidssubsidie niet in mindering is gebracht van de beschikbaarheidsvergoeding (paragraaf 3.2 van de technische notie). De corresponderende meerkosten zijn kosten die niet door de beschikbaarheidsvergoeding vergoed worden, en waarvoor een tegemoetkoming in de vorm van een overheidssubsidie wordt ontvangen. • Er zijn geen kosten die in aanmerking komen voor de beschikbaarheidsvergoeding gesaldeerd met opbrengsten van de betreffende concessie. c) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten in verband met tussen concessieverlener en concessiehouder overeengekomen maatregelen in de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus dat COVID-19 veroorzaakt, zoals in de bijlage 2 van de regeling is opgenomen en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn juist en passen binnen de kostencategorieën uit bijlage 2 van de regeling. d) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde opbrengsten zoals vermeld in de bijlage 3 van de regeling en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn met betrekking tot de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 volledig verantwoord (Subsidies concessieverlener conform concessie, OCW-contract studentenkaart, Opbrengsten van reizigers en Andere opbrengsten). Met betrekking tot de opbrengsten controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen opbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen prestatieafhankelijke bijdrages die zijn overeengekomen in de vervoersconcessie meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022 (artikel 4 lid 5c van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; Er zijn geen eventuele aanvullende uitkeringen meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022die ontvangen zijn van de concessieverlener ter compensatie van het wegvallen van reizigersopbrengsten als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5e van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; De accountant gaat voorts specifiek na dat andere COVID-gerelateerde subsidies juist/volledig zijn verantwoord (paragraaf 3.2 van de technische notitie). e) De accountant stelt vast dat de kostengrondslag voor de BVOV 2022 geen ontslagvergoedingen aan de raad van bestuur van een Nederlandse entiteit bevat en voorts dat in de concessiekosten van 2022 geen ontslagvergoedingen aan personeel zijn opgenomen die gerelateerd zijn aan een reorganisatie als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5d van de regeling en paragraaf 3.1 van de technische notitie). De accountant hanteert hierbij de salarisadministratie van de concessiehouder als uitgangspunt. f) De accountant stelt vast dat er geen intercompany transacties zijn die afwijken van een consistente gedragslijn van voorgaande jaren (paragraaf 6.2 van de technische notitie). g) De accountant gaat na dat er geen kosten en/of opbrengstverliezen worden opgevoerd die ten laste van in het verleden gevormde voorzieningen dienen te worden gebracht (paragraaf
Appears in 2 contracts
Samples: Controleprotocol, Controleprotocol
Controle kosten en opbrengsten. a) De regeling en de technische notitie gaan ervan uit dat de BVOV 2022 2020 geen aanleiding vormt om de grondslagen voor het opstellen van het Verantwoordingsformulier Beschikbaarheids- vergoeding OV 2022 2020 van de concessie(s) en de wijze waarop kosten en de opbrengsten aan concessies worden toegerekend, aan te passen. Indien van toepassing wordt (nagekomen) omzet 2021 2019 en eerder uit de omzet van 2022 2020 gehaald en worden in 2023 2021 ontvangen afrekeningen met betrekking tot 2022 2020 aan 2022 de BVOV-periode 2020 toegerekend. De accountant stelt vast dat deze uitgangspunten zijn gevolgd bij het opstellen van het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000.
b) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten van de concessiehouder betreffen de uitvoering van het openbaar vervoer in de periode 1 januari 2022 15 maart 2020 tot en met 31 december 2022 2020 zoals in bijlage 2 van de regeling is opgenomen. Met betrekking tot de kosten over 2022 controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen kosten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a 6a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten en opbrengsten opgenomen van activiteiten als overeengekomen in de vervoersconcessie waarbij al sprake is van 100% bekostiging door de concessieverlener (artikel 4 lid 5b 6b van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 2.1.1 2.2.1 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten verantwoord die niet passen in een consistent meerjarig patroonafwijken of nieuw zijn ten opzichte van 2019, tenzij deze aantoonbaar en gemotiveerd noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de vervoersconcessie (artikel 4 lid 6c van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 3.3 van de technische notitie); . • Er zijn geen niet-reguliere projectkosten zoals beschreven in paragraaf 3.3 3.1 van de technische notie en geen kosten van COVID-gerelateerde impairment afboekingen (paragraaf 3.1.1 3.1 van de technische notie) begrepen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoeding; • Er geen corresponderende meerkosten zijn opgenomen in geval een verkregen overheidssubsidie niet in mindering is gebracht van de beschikbaarheidsvergoeding (paragraaf 3.2 van de technische notie). De corresponderende meerkosten zijn kosten die niet door de beschikbaarheidsvergoeding vergoed worden, en waarvoor een tegemoetkoming in de vorm van een overheidssubsidie wordt ontvangen. • Er zijn geen kosten die in aanmerking komen voor de beschikbaarheidsvergoeding gesaldeerd met opbrengsten van de betreffende concessie; • Er zijn geen ontslagvergoedingen anders dan voortvloeiend uit reguliere bedrijfsvoering opgenomen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoeding (hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 3.1 van de technische notitie).
c) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten in verband met tussen concessieverlener en concessiehouder overeengekomen maatregelen in de periode 1 januari 2022 van 15 maart 2020 tot en met 31 december 2022 2020 ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus dat COVID-19 veroorzaakt, zoals in de bijlage 2 van de regeling is opgenomen en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn juist en passen binnen de kostencategorieën uit bijlage 2 van de regeling.
d) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde opbrengsten zoals vermeld in de bijlage 3 van de regeling en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn met betrekking tot de periode 1 januari 2022 15 maart 2020 tot en met 31 december 2022 2020 volledig verantwoord (Subsidies concessieverlener conform concessie, OCW-contract studentenkaart, Opbrengsten van reizigers en Andere opbrengsten). Met betrekking tot de opbrengsten controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen opbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen prestatieafhankelijke bijdrages die zijn overeengekomen in de vervoersconcessie meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022 (artikel 4 lid 5c van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; Er zijn geen eventuele aanvullende uitkeringen meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022die ontvangen zijn van de concessieverlener ter compensatie van het wegvallen van reizigersopbrengsten als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5e van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; De accountant gaat voorts specifiek na dat andere COVID-gerelateerde subsidies juist/volledig zijn verantwoord (paragraaf 3.2 van de technische notitie).
e) De accountant stelt vast dat de kostengrondslag voor verantwoorde kosten geen kosten bevatten met betrekking tot de BVOV 2022 geen ontslagvergoedingen verstrekking van bonussen of een ontslagvergoeding aan de raad bestuurders of het hoger management (Raad van Bestuur, bestuur en directie) van een Nederlandse entiteit bevat en voorts dat in de concessiekosten van 2022 geen ontslagvergoedingen aan personeel zijn opgenomen die gerelateerd zijn aan een reorganisatie als gevolg van COVID-19 concessiehouder over 2019 of eerdere jaren (artikel 4 6 lid 5d 3a van de regeling en regeling, welke is vormgegeven in paragraaf 3.1 4.2.1 van de technische notitie). De accountant hanteert hierbij de salarisadministratie van de concessiehouder als uitgangspunt.
f) De accountant stelt vast dat de verantwoorde kosten geen winstuitkeringen aan de bestuurders (Raad van Bestuur) van de concessiehouder bevatten over 2019 of eerdere jaren (artikel 6 lid 3b van de regeling, welke is vormgegeven in paragraaf 4.2.1 van de technische notitie). De accountant voert deze controle uit op dezelfde wijze als bij e).
g) De accountant stelt vast dat na 14 maart 2020 geen uitkering is verstrekt van dividend aan de aandeelhouders in het openbaar vervoersbedrijf van de concessiehouder of de groep waar het vervoersbedrijf deel van uitmaakt over 2019 of eerdere jaren (artikel 6 lid 3c van de regeling, welke is vormgegeven in paragraaf 4.2.1 van de technische notitie).
h) De accountants stelt vast dat er geen intercompany transacties zijn die afwijken van een consistente gedragslijn van voorgaande jaren (paragraaf 6.2 van de technische notitie).
gi) De accountant gaat na dat er geen kosten en/of opbrengstverliezen worden opgevoerd die ten laste van in het verleden gevormde voorzieningen dienen te worden gebracht (paragraaf
Appears in 1 contract
Samples: Controleprotocol
Controle kosten en opbrengsten. a) De regeling en de technische notitie gaan ervan uit dat de BVOV 2022 TVOV 2023 geen aanleiding vormt om de grondslagen voor het opstellen van het Verantwoordingsformulier Beschikbaarheids- vergoeding OV 2022 Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 van de concessie(s) en de wijze waarop kosten en de opbrengsten aan concessies worden toegerekend, aan te passen. Indien van toepassing wordt (nagekomen) omzet 2021 2022 en eerder uit de omzet van 2022 2023 gehaald en worden in 2023 2024 ontvangen afrekeningen met betrekking tot 2022 2023 aan 2022 2023 toegerekend. De accountant stelt vast dat deze uitgangspunten zijn gevolgd bij het opstellen van het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000.
b) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten van de concessiehouder betreffen de uitvoering van het openbaar vervoer in de periode 1 januari 2022 2023 tot en met 31 december 2022 2023 zoals in bijlage 2 van de regeling is opgenomen. Met betrekking tot de kosten over 2022 2023 controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen kosten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (definitie ‘kosten’ in artikel 4 lid 5a 1 van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten en opbrengsten opgenomen van activiteiten als overeengekomen in de vervoersconcessie waarbij al sprake is van 100% bekostiging door de concessieverlener (artikel 4 lid 5b van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 2.1.1 2.2 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten verantwoord die niet passen in een consistent meerjarig patroon, tenzij deze aantoonbaar en gemotiveerd noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de vervoersconcessie (paragraaf 3.3 van de technische notitie); • Er zijn geen niet-reguliere projectkosten zoals beschreven in paragraaf 3.3 van de technische notie en geen kosten van COVID-gerelateerde impairment afboekingen (paragraaf 3.1.1 van de technische notie) begrepen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoedingtransitievergoeding, die verband houden met COVID-19 of de uitvoering van het plan ‘op weg naar het nieuwe normaal’ in 2024 (bijlage 2 bij de regeling en paragraaf 3.1 van de technische notie); • Er geen corresponderende meerkosten zijn opgenomen in geval een verkregen overheidssubsidie niet in mindering is gebracht van de beschikbaarheidsvergoeding (paragraaf 3.2 van de technische notie). De corresponderende meerkosten zijn kosten die niet door de beschikbaarheidsvergoeding vergoed worden, en waarvoor een tegemoetkoming in de vorm van een overheidssubsidie wordt ontvangen. • Er zijn geen kosten die in aanmerking komen voor de beschikbaarheidsvergoeding gesaldeerd met opbrengsten van de betreffende concessie.
c) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten in verband met tussen concessieverlener en concessiehouder overeengekomen maatregelen in de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus dat COVID-19 veroorzaakt, zoals in de bijlage 2 van de regeling is opgenomen en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn juist en passen binnen de kostencategorieën uit bijlage 2 van de regeling.
d) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde opbrengsten zoals vermeld in de bijlage 3 van de regeling en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn met betrekking tot de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 volledig verantwoord (Subsidies concessieverlener conform concessie, OCW-contract studentenkaart, Opbrengsten van reizigers en Andere opbrengsten). Met betrekking tot de opbrengsten controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen opbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen prestatieafhankelijke bijdrages die zijn overeengekomen in de vervoersconcessie meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022 (artikel 4 lid 5c van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; Er zijn geen eventuele aanvullende uitkeringen meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022die ontvangen zijn van de concessieverlener ter compensatie van het wegvallen van reizigersopbrengsten als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5e van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; De accountant gaat voorts specifiek na dat andere COVID-gerelateerde subsidies juist/volledig zijn verantwoord (paragraaf 3.2 van de technische notitie).
e) De accountant stelt vast dat de kostengrondslag voor de BVOV 2022 geen ontslagvergoedingen aan de raad van bestuur van een Nederlandse entiteit bevat en voorts dat in de concessiekosten van 2022 geen ontslagvergoedingen aan personeel zijn opgenomen die gerelateerd zijn aan een reorganisatie als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5d van de regeling en paragraaf 3.1 van de technische notitie). De accountant hanteert hierbij de salarisadministratie van de concessiehouder als uitgangspunt.
f) De accountant stelt vast dat er geen intercompany transacties zijn die afwijken van een consistente gedragslijn van voorgaande jaren (paragraaf 6.2 van de technische notitie).
g) De accountant gaat na dat er geen kosten en/of opbrengstverliezen worden opgevoerd die ten laste van in het verleden gevormde voorzieningen dienen te worden gebracht transitievergoeding (paragraaf
Appears in 1 contract
Samples: Controleprotocol
Controle kosten en opbrengsten. a) De regeling en de technische notitie gaan ervan uit dat de BVOV 2022 2021 geen aanleiding vormt om de grondslagen voor het opstellen van het Verantwoordingsformulier Beschikbaarheids- vergoeding OV 2022 2021 van de concessie(s) en de wijze waarop kosten en de opbrengsten aan concessies worden toegerekend, aan te passen. Indien van toepassing wordt (nagekomen) omzet 2021 2020 en eerder uit de omzet van 2022 2021 gehaald en worden in 2023 2022 ontvangen afrekeningen met betrekking tot 2022 2021 aan 2022 2021 toegerekend. De accountant stelt vast dat deze uitgangspunten zijn gevolgd bij het opstellen van het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000.
b) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten van de concessiehouder betreffen de uitvoering van het openbaar vervoer in de periode 1 januari 2022 2021 tot en met 31 december 2022 2021 zoals in bijlage 2 van de regeling is opgenomen. Met betrekking tot de kosten over 2022 2021 controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen kosten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten en opbrengsten opgenomen van activiteiten als overeengekomen in de vervoersconcessie waarbij al sprake is van 100% bekostiging door de concessieverlener (artikel 4 lid 5b van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 2.1.1 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten verantwoord die niet passen in een consistent meerjarig patroon, tenzij deze aantoonbaar en gemotiveerd noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de vervoersconcessie (paragraaf 3.3 van de technische notitie); • Er zijn geen niet-reguliere projectkosten zoals beschreven in paragraaf 3.3 van de technische notie en geen kosten van COVID-gerelateerde impairment afboekingen (paragraaf 3.1.1 3.1 van de technische notie) begrepen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoeding; • Er geen corresponderende meerkosten zijn opgenomen in geval een verkregen overheidssubsidie niet in mindering is gebracht van de beschikbaarheidsvergoeding (paragraaf 3.2 van de technische notie). De corresponderende meerkosten zijn kosten die niet door de beschikbaarheidsvergoeding vergoed worden, en waarvoor een tegemoetkoming in de vorm van een overheidssubsidie wordt ontvangen. • Er zijn geen kosten die in aanmerking komen voor de beschikbaarheidsvergoeding gesaldeerd met opbrengsten van de betreffende concessie.
c) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten in verband met tussen concessieverlener en concessiehouder overeengekomen maatregelen in de periode 1 januari 2022 2021 tot en met 31 december 2022 2021 ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus dat COVID-19 veroorzaakt, zoals in de bijlage 2 van de regeling is opgenomen en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn juist en passen binnen de kostencategorieën uit bijlage 2 van de regeling.
d) De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde opbrengsten zoals vermeld in de bijlage 3 van de regeling en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn met betrekking tot de periode 1 januari 2022 2021 tot en met 31 december 2022 2021 volledig verantwoord (Subsidies concessieverlener conform concessie, OCW-contract studentenkaart, Opbrengsten van reizigers en Andere opbrengsten). Met betrekking tot de opbrengsten controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen opbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen prestatieafhankelijke bijdrages die zijn overeengekomen in de vervoersconcessie meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022 verantwoord (artikel 4 lid 5c van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; • Er zijn geen eventuele aanvullende uitkeringen meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022die verantwoord die ontvangen zijn van de concessieverlener ter compensatie van het wegvallen van reizigersopbrengsten als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5e van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; De accountant gaat voorts specifiek na dat andere COVID-gerelateerde subsidies juist/volledig zijn verantwoord (paragraaf 3.2 van de technische notitie).
e) De accountant stelt vast dat de kostengrondslag voor de BVOV 2022 2021 geen ontslagvergoedingen aan voor de raad Raad van bestuur van een Nederlandse entiteit Bestuur bevat en voorts dat in de concessiekosten van 2022 2021 geen ontslagvergoedingen aan voor personeel zijn opgenomen die gerelateerd zijn aan een reorganisatie als die het gevolg is van COVID-19 de coronacrisis (artikel 4 lid 5d van de regeling en paragraaf 3.1 van de technische notitie). De accountant hanteert hierbij de salarisadministratie van de concessiehouder als uitgangspunt.
f) De accountant stelt vast dat er geen intercompany transacties zijn die afwijken van een consistente gedragslijn van voorgaande jaren (paragraaf 6.2 van de technische notitie).
g) De accountant gaat na dat er geen kosten en/of opbrengstverliezen worden opgevoerd die ten laste van in het verleden gevormde voorzieningen dienen te worden gebracht (paragraaf
Appears in 1 contract
Samples: Controleprotocol
Controle kosten en opbrengsten. a) De regeling en de technische notitie gaan ervan uit dat de BVOV 2022 geen aanleiding vormt om de grondslagen voor het opstellen van het Verantwoordingsformulier Beschikbaarheids- vergoeding OV 2022 Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 van de concessie(s) en de wijze waarop kosten en de opbrengsten aan concessies worden toegerekend, aan te passen. Indien van toepassing wordt (nagekomen) omzet 2021 en eerder uit de omzet van 2022 gehaald en worden in 2023 ontvangen afrekeningen met betrekking tot 2022 aan 2022 toegerekend. De accountant stelt vast dat deze uitgangspunten zijn gevolgd bij het opstellen van het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000.
b) . De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten van de concessiehouder betreffen de uitvoering van het openbaar vervoer in de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 zoals in bijlage 2 van de regeling is opgenomen. Met betrekking tot de kosten over 2022 controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen kosten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten en opbrengsten opgenomen van activiteiten als overeengekomen in de vervoersconcessie waarbij al sprake is van 100% bekostiging door de concessieverlener (artikel 4 lid 5b van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in paragraaf 2.1.1 van de technische notitie); • Er zijn geen kosten verantwoord die niet passen in een consistent meerjarig patroon, tenzij deze aantoonbaar en gemotiveerd noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de vervoersconcessie (paragraaf 3.3 van de technische notitie); • Er zijn geen niet-reguliere projectkosten zoals beschreven in paragraaf 3.3 van de technische notie en geen kosten van COVID-gerelateerde impairment afboekingen (paragraaf 3.1.1 van de technische notie) begrepen in de berekening van de beschikbaarheidsvergoeding; • Er geen corresponderende meerkosten zijn opgenomen in geval een verkregen overheidssubsidie niet in mindering is gebracht van de beschikbaarheidsvergoeding (paragraaf 3.2 van de technische notie). De corresponderende meerkosten zijn kosten die niet door de beschikbaarheidsvergoeding vergoed worden, en waarvoor een tegemoetkoming in de vorm van een overheidssubsidie wordt ontvangen. • Er zijn geen kosten die in aanmerking komen voor de beschikbaarheidsvergoeding gesaldeerd met opbrengsten van de betreffende concessie.
c) . De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde kosten in verband met tussen concessieverlener en concessiehouder overeengekomen maatregelen in de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus dat COVID-19 veroorzaakt, zoals in de bijlage 2 van de regeling is opgenomen en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn juist en passen binnen de kostencategorieën uit bijlage 2 van de regeling.
d) . De in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000 verantwoorde opbrengsten zoals vermeld in de bijlage 3 van de regeling en nader is vormgegeven in de technische notitie, zijn met betrekking tot de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 volledig verantwoord (Subsidies concessieverlener conform concessie, OCW-contract studentenkaart, Opbrengsten van reizigers en Andere opbrengsten). Met betrekking tot de opbrengsten controleert de accountant de volgende punten: • Er zijn alleen opbrengsten verantwoord die betrekking hebben op het regionaal openbaar vervoer als overeengekomen in de vervoersconcessie (artikel 4 lid 5a van de regeling, hetgeen technisch is vormgegeven in hoofdstuk 3 van de technische notitie); • Er zijn geen prestatieafhankelijke bijdrages die zijn overeengekomen in de vervoersconcessie meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022 (artikel 4 lid 5c van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; Er zijn geen eventuele aanvullende uitkeringen meegenomen in de initiële berekening van de beschikbaarheidsbijdrage 2022die ontvangen zijn van de concessieverlener ter compensatie van het wegvallen van reizigersopbrengsten als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5e van de regeling). Deze bijdrages worden overigens wel meegenomen bij de toets of de initieel berekende beschikbaarheidsvergoeding niet leidt tot een positief resultaat; De accountant gaat voorts specifiek na dat andere COVID-gerelateerde subsidies juist/volledig zijn verantwoord (paragraaf 3.2 van de technische notitie).
e) . De accountant stelt vast dat de kostengrondslag voor de BVOV 2022 geen ontslagvergoedingen aan de raad van bestuur van een Nederlandse entiteit bevat en voorts dat in de concessiekosten van 2022 geen ontslagvergoedingen aan personeel zijn opgenomen die gerelateerd zijn aan een reorganisatie als gevolg van COVID-19 (artikel 4 lid 5d van de regeling en paragraaf 3.1 van de technische notitie). De accountant hanteert hierbij de salarisadministratie van de concessiehouder als uitgangspunt.
f) . De accountant stelt vast dat er geen intercompany transacties zijn die afwijken van een consistente gedragslijn van voorgaande jaren (paragraaf 6.2 van de technische notitie).
g) . De accountant gaat na dat er geen kosten en/of opbrengstverliezen worden opgevoerd die ten laste van in het verleden gevormde voorzieningen dienen te worden gebracht (paragraafparagraaf 6.2 van de technische notitie) en voorts dat bij het vormen van voorzieningen in de tijd een consistente gedragslijn is gevolgd. Als voorwaarde geldt dat in de subsidiabele periode sprake is van een passend voorzieningenniveau met een minimaal vergelijkbare omvang als in dezelfde periode van 2021 (artikel 6 lid 5a van de regeling). Tussen concessiehouder en concessieverlener zijn afspraken gemaakt over het voorzieningenniveau voor 2022. Ten aanzien van de voorwaarde dat een passende dienstverlening is gerealiseerd, maakt de accountant gebruik van een bevestiging van de concessieverlener. De accountant stelt vast dat een door de concessieverlener ondertekende bevestiging beschikbaar is5. De totstandkoming van deze bevestiging wordt door de accountant van de concessieverlener beoordeeld. De COVID-19 kosten zoals gedefinieerd in de bijlage bij de technische notitie worden separaat vermeld in het Verantwoordingsformulier Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx XX 0000. Deze kosten kunnen worden verantwoord met het akkoord van de concessieverlener dan wel de overeenstemming in het NOVB (zie ook paragraaf 3.1.1 van de technische notitie). De accountant stelt vast dat deze kosten in overeenstemming zijn met paragraaf 3.1.1 van de technische notitie (de door het NOVB geaccordeerde kosten) dan wel dat er een door de concessieverlener ondertekend akkoord op de verantwoorde COVID-19 kosten beschikbaar is.
Appears in 1 contract
Samples: Controleprotocol