Common use of Geldigheidsduur van de vismachtiging Clause in Contracts

Geldigheidsduur van de vismachtiging. 6.1. De vismachtigingen worden opgesteld voor een jaarlijkse periode. 6.2. De looptijd van de vismachtigingen kan worden verlengd. 6.3. Indien de voorlopige toepassing niet op 1 januari 2015 aanvangt, wordt voor de bepaling van het begin van de geldigheidsduur van de vismachtigingen onder jaarlijkse periode verstaan: — in het eerste jaar van toepassing van het protocol de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt en 31 december van hetzelfde jaar; — vervolgens elk volledig kalenderjaar; — in het laatste jaar van toepassing van het protocol de periode tussen 1 januari en de datum waarop het protocol afloopt.

Geldigheidsduur van de vismachtiging. 6.1. De vismachtigingen worden opgesteld voor een jaarlijkse periode. 6.2. De looptijd geldigheidsduur van de vismachtigingen bedraagt één jaar en kan worden verlengd. 6.3. Indien de voorlopige toepassing niet op 1 januari 2015 aanvangt, wordt voor Voor de bepaling van het begin van de geldigheidsduur van de vismachtigingen wordt onder jaarlijkse periode „jaarperiode” verstaan: — : a. in het eerste jaar toepassingsjaar van toepassing van het protocol dit protocol, de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt inwerkingtreding ervan en 31 december van hetzelfde jaar; — ; b. vervolgens elk volledig kalenderjaar; — ; c. in het laatste jaar toepassingsjaar van toepassing van het protocol dit protocol, de periode tussen 1 januari en de datum waarop dit protocol verstrijkt. Het vooraf te betalen visrecht voor het eerste en het laatste jaar van dit protocol aflooptwordt pro rata temporis berekend.

Geldigheidsduur van de vismachtiging. 6.1. De vismachtigingen worden opgesteld voor een jaarlijkse periode. 6.2. De looptijd geldigheidsduur van de vismachtigingen bedraagt één jaar en kan worden verlengd. 6.3. Indien de voorlopige toepassing niet op 1 januari 2015 aanvangt, wordt voor Voor de bepaling van het begin van de geldigheidsduur van de vismachtigingen wordt onder jaarlijkse periode "jaarperiode" verstaan: — : a) in het eerste jaar toepassingsjaar van toepassing van het protocol dit protocol, de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt inwerkingtreding ervan en 31 december van hetzelfde jaar; — ; b) vervolgens elk volledig kalenderjaar; — ; c) in het laatste jaar toepassingsjaar van toepassing van het protocol dit protocol, de periode tussen 1 januari en de datum waarop het dit protocol afloopt.

Geldigheidsduur van de vismachtiging. 6.1. De vismachtigingen worden opgesteld voor een jaarlijkse periode. 6.2. De looptijd geldigheidsduur van de vismachtigingen bedraagt één jaar en kan worden verlengd. 6.3. Indien de voorlopige toepassing niet op 1 januari 2015 aanvangt, wordt voor Voor de bepaling van het begin van de geldigheidsduur van de vismachtigingen wordt onder jaarlijkse periode "jaarperiode" verstaan: — in het eerste jaar van toepassing toepassingsjaar van het protocol protocol, de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt inwerkingtreding ervan en 31 december van hetzelfde jaar; — vervolgens elk volledig kalenderjaar; — in het laatste jaar van toepassing toepassingsjaar van het protocol protocol, de periode tussen 1 januari en de datum waarop het dit protocol afloopt.