Inritten Voorbeeldclausules

Inritten. Er worden geen speciale inritten naar de woning aangelegd. De rijbaan wordt aangelegd met afgeschuinde opsluitbanden welke voor de auto en fiets goed toegankelijk zijn. Door de koper zal voor de aanleg van zijn inrit een aanlegvergunning moeten worden ingediend. Koper houdt hierbij rekening met een maximale inritbreedte van 3,50 meter. De inrit kan enkel op de op stedenbouwkundig ontwerp aangegeven plaats worden gesitueerd. Indien koper hiervan af wil wijken zal hier vooraf overleg moeten worden gepleegd en worden besloten of dit mogelijk is. Hiervoor dient de gemeente een akkoordverklaring in de vorm van een vergunning te worden afgegeven. Verzoek tot aanleg van een tweede inrit wordt niet gehonoreerd.
Inritten a. Om de bereikbaarheid van de percelen te garanderen, zal de damwand niet op het huidige dijktracé worden aangelegd. Hierdoor komt de damwand gedeeltelijk op de percelen van omwonenden te staan. b. De damwand zal in overleg met de perceeleigenaren worden ingepast op de percelen. Hierbij wordt meegedacht met de eigenaren en gekeken welke praktische oplossingen en aanpassingen er gemaakt kunnen worden om de damwand zo goed mogelijk te verwerken in de omgeving. c. Om de hellingshoek te waarborgen legt AGV de inritten idealiter aan met een hellingshoek van 1 op 10 (1:10). Dit is één meter stijging over een lengte van tien meter. d. Waar dit technisch niet kan worden behaald, of als perceeleigenaren specifiek hebben aangegeven dit niet te willen, zal er worden afgeweken van deze hellingshoek. e. Er wordt een minimale hellingshoek van 1:7 geadviseerd, omdat de bodem daalt maar de damwand gefundeerd staat (en dus niet meer zakt). f. De kans op zetting of spoorvorming is in de eerste jaren na plaatsing het grootst. Daarom zal AGV/Waternet, indien nodig, drie jaar na plaatsing uw oprit eenmalig herstellen. Deze handeling wijkt af van de standaard werkwijze van AGV. g. Na de onder f genoemde herstelronde is het onderhoud van de inrit de verantwoordelijkheid van de perceeleigenaren. Het onderhoud van de damwand is de verantwoordelijkheid van AGV.
Inritten. 1. De ontsluiting van het Verkochte dient aangelegd te worden volgens de voorschriften van de voor de Gemeente geldende Bouwverordening en met inachtneming van het bepaalde in het Inrichtingsplan. De kosten van die aanleg komen voor rekening van Koper.
Inritten. Voor nieuwe woningen in Lanenbuurt en Rietbuurt geldt:
Inritten. Indien de mogelijkheid bestaat om op de bouwkavel een auto te parkeren, zal in opdracht en voor rekening van de Gemeente een inrit worden aangelegd tussen de kavelgrens en de rijbaan. De standaardbreedte van een inrit bedraagt hierbij 3,00 meter voor een enkele inrit. Bij 2 geschakelde inritten en bij 2 parkeerplaatsen op één kavel kan de breedte per inrit breder zijn. Afhankelijk van de inrichting van het openbare gebied wordt door de gemeente bepaald of een bredere inrit aangelegd kan worden dan de standaardbreedte van 3,00 meter. Koper kan hieraan geen zelfstandig recht ontlenen.

Related to Inritten

  • Risicobeperking a. Indien concrete omstandigheden of ontwikkelingen, zoals aard en omvang van het schadeverloop, verzekeraar tot het oordeel brengen dat toekomstige schade kan worden voorkomen of beperkt door het nemen van risicobeperkende maatregelen door verzekeringnemer, heeft verzekeraar het recht het nemen van deze maatregelen voor te schrijven. b. Verzekeringnemer is verplicht om in redelijkheid zorg te dragen voor en/of bij te dragen aan het nemen van de door verzekeraar aangegeven maatregelen.

  • Medezeggenschap a. De werkgever bevordert de medezeggenschap van werknemers in het bedrijf. b. De werkgever van een bedrijf met ten minste 25 werknemers is verplicht een Personeelsvertegenwoordiging in te stellen conform het gestelde in de Wet op de Ondernemingsraden. c. De werkgever van een bedrijf zonder Ondernemingsraad en zonder personeels- vertegenwoordiging met meer dan tien werknemers, dient ten behoeve van het overleg over de invulling en uitwerking van in deze cao opgenomen bepalingen overleg te voeren met een uit het personeel gekozen Personeelsvertegenwoordiging. d. Bij afwezigheid van een Ondernemingsraad dan wel Personeelsvertegenwoordiging overlegt de werkgever met het betrokken personeel. e. Het door de werkgever als zodanig gedefinieerde werkoverleg wordt beschouwd als werktijd. f. De Wet op de Ondernemingsraden blijft onverminderd van toepassing.

  • Opdrachtnemer De natuurlijke- of rechtspersoon die met de opdrachtgever een overeenkomst heeft gesloten tot het uitvoeren van contractcateringactiviteiten en werkgever is in de zin van deze cao.

  • Risicowijziging Verzekeringnemer is verplicht zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen de hierna genoemde termijnen, verzekeraar in kennis te stellen van wijzigingen, zoals hierna is aangegeven, tenzij verzekeringnemer aannemelijk maakt dat hij van het optreden van die wijziging niet op de hoogte was en dat redelijkerwijs ook niet kon zijn.

  • Vervangen onderdelen De vervangen onderdelen worden na uitvoering van de opdracht aan de opdrachtgever ter beschikking gesteld, indien deze daarom bij het verstrekken van de opdracht heeft verzocht. Dit geldt niet voor onderdelen die in verband met garantieclaims moeten worden afgezonderd. In dat geval worden de onderdelen wel ter beschikking gesteld nadat de garantieclaims volgens de garantiegever zijn afgehandeld en de opdrachtgever middels deze onderdelen wil aantonen dat de garantieclaims niet of (nog) onvoldoende zijn afgehandeld. In alle andere gevallen worden de vervangen onderdelen eigendom van de reparateur, zonder dat de opdrachtgever op enigerlei vergoeding aanspraak kan maken.

  • Ziektekostenverzekering De werknemer kan deelnemen aan de door de werkgever afgesloten collectieve ziektekosten verzekering.

  • Gebreken; klachttermijnen 1. Klachten over de verrichte werkzaamheden dienen door de opdrachtgever binnen 8 dagen na ontdekking, doch uiterlijk binnen 14 dagen na voltooiing van de betreffende werkzaamheden schriftelijk te worden gemeld aan gebruiker. 2. Indien een klacht gegrond is, zal gebruiker de werkzaamheden alsnog verrichten zoals overeengekomen, tenzij dit inmiddels voor de opdrachtgever aantoonbaar zinloos is geworden. Dit laatste dient door de opdrachtgever schriftelijk kenbaar te worden gemaakt. 3. Indien het alsnog verrichten van de overeengekomen dienstverlening niet meer mogelijk of zinvol is, zal gebruiker slechts aansprakelijk zijn binnen de grenzen van artikel 15.

  • Jeugdlonen 1.a. Voor werknemers van 21 jaar en jonger, die niet in het bezit zijn van een geldig getuigschrift van vakbekwaamheid voor het besturen van een vrachtauto, het wettelijk verplicht TCVT-certificaat van vakbekwaamheid voor het bedienen van een mobiele kraan gelden de volgende percentages van het wettelijk minimumloon: 15 jaar 45% 16 jaar 50% 17 jaar 56% 18 jaar 63% 19 jaar 72% 20 jaar 83% 21 jaar 95% (met ingang van 1 januari 2018 wordt dit verhoogd naar 100%) 1.b. De hogere beloning conform lid 1.a. gaat in op de 1e dag van de betalingsperiode volgend op de verjaardag. 2.a. Voor werknemers van 21 jaar en jonger, die in het bezit zijn van een geldig getuigschrift van xxxxxxxxxxxxxx voor het besturen van een vrachtauto, het wettelijk verplicht TCVT- certificaat van vakbekwaamheid voor het bedienen van een mobiele kraan gelden de navolgende percentages van trede 0 van de loonschaal behorende bij zijn functie, met als maximum loonschaal D. 18 jaar 80% 19 jaar 90% 20 jaar 95% 21 jaar 100% 2.b. In afwijking van artikel 22, lid 1.a. geldt dat een werknemer van 21 jaar en jonger, die in het bezit is van een geldig getuigschrift van vakbekwaamheid voor het besturen van een vrachtauto, het wettelijk verplicht TCVT- certificaat van vakbekwaamheid voor het bedienen van een mobiele kraan, na één ervaringsjaar bij het bereiken van de 22-jarige leeftijd dient te worden geplaatst in loonschaal A, B, C, D trede 1, danwel loonschaal E trede 0, afhankelijk van de functie. 2.c. De hogere beloning conform lid 2.a. en lid 2.b is slechts van toepassing, indien de in deze leden bedoelde werknemer in zijn dagelijkse werkzaamheden ook daadwerkelijk een vrachtauto moet besturen en/of een mobiele kraan moet bedienen.

  • Samenwerking In geval van samenwerking aan de literaire en artistieke creatie van het Werk tussen de Auteur- Regisseur en elke ander persoon die vermoed kan worden auteur te zijn of als dusdanig erkend kan worden in de zin van de bepalingen betreffende het auteursrecht en de naburige rechten van het Wetboek Economisch Recht , wordt uitdrukkelijk het volgende overeengekomen: 12.1. De artistieke leiding zal verzorgd worden door de * Auteur-Regisseur. Het zal uitsluitend aan de * Auteur-Regisseur toekomen de definitieve artistieke keuzes te maken wat betreft het schrijven van het scenario van het Werk. 12.2. De verdeling van de vergoedingen die voortkomen uit het collectief beheer voorzien in artikel 6.8 zal in onderling overleg tussen de coauteurs in een onderling contract worden vastgelegd in functie van de inbreng van elke auteur in de diverse stadia van de creatie van het Werk en voor elk van deze: * 12.3. In elk geval van een samenwerking voor het schrijven van het Werk, zal de Producent aan de Auteur-Regisseur en zijn Vennootschap, voorafgaandelijk aan de tussenkomst van laatstgenoemde in het schrijfproces, een lijst verschaffen met de namen van alle auteurs die aan het schrijven van het Werk hebben meegewerkt of zullen meewerken, met de verduidelijking van de functie van elkeen. Indien de Producent niet over deze informatie beschikt, verbindt de Producent zich ertoe om de informatie op te vragen bij de personen die hierover kunnen beschikken. De verschillende aspecten van samenwerking tussen de auteurs, waaronder de verdeling van de vergoedingen, de methode en procedure van samenwerking, zullen het voorwerp uitmaken van samenwerkingsovereenkomst tussen de coauteurs. 12.4. Aanwijzingen van de Producent kunnen in geen geval automatisch aanleiding geven tot kwalificatie van de Producent als coauteur. Indien de Producent aanspraak wil maken op het statuut van coauteur moet deze zijn door het auteursrecht beschermde inbreng in het Werk bewijzen aan alle andere coauteurs om vervolgens, indien het auteursrechtelijk karakter van zijn inbreng bewezen is, in onderling overleg een verdeelsleutel tussen de coauteurs contractueel vast te leggen.

  • Andere betrokkenen Zijn er behalve u ook andere betrokkenen die actie (willen) voeren? Dan zijn er naar keuze van DAS 3 mogelijkheden: