Noodsituatie en Overmacht. Art. 1.5.1 Begrip noodsituatie Er is sprake van een noodsituatie als de operationele veiligheid of de betrouwbaarheid van het aardgasdistributienet of het gesloten distributienet in acuut gevaar is of dreigt te komen. Onder meer volgende situaties kunnen een noodsituatie uitmaken:
1. de (gedeeltelijke) onbeschikbaarheid van een of meerdere ontvangstations, of van de gasvoeding naar deze stations;
2. het niet of niet volledig operationeel zijn van het centrale SCADA-systeem (systeem voor monitoring en besturing van het net);
3. algemene black-out van het elektriciteitsnet of problemen met de toelevering van elektriciteit naar aanleiding van een noodsituatie op het elektriciteitsnet met impact op de voeding of de veiligheid van de gasinstallaties;
4. onbeschikbaarheid van voldoende middelen en/of personeel waardoor bepaalde interventies niet meer veilig kunnen worden uitgevoerd;
5. een concentratie, cascadering of opeenvolging van (meervoudige) defecten of incidenten die aanleiding geven tot geheel of gedeeltelijke onbeschikbaarheid van het aardgasdistributienet of gesloten distributienet , of van de bedrijfskritische processen van dat net;
6. de onmogelijkheid om schakelingen uit te voeren op het net omdat cruciale netelementen zoals afsluiters of regelaars niet veilig of tijdig bereikt kunnen worden;
7. een al dan niet gecoördineerde actie bij de netgebruikers waarbij zij een onverwacht (simultaan) gedrag vertonen dat aanleiding geeft tot werking van de veiligheidsapparatuur met als gevolg een gehele of gedeeltelijke onbeschikbaarheid van het aardgasdistributienet of gesloten distributienet, of van de bedrijfskritische processen van dat net;
8. uitval van de dataverbindingen voor netmonitoring.
Art. 1.5.2 […]
Noodsituatie en Overmacht