Common use of Onderzoek- en informatieverplichting Clause in Contracts

Onderzoek- en informatieverplichting. Lid 1 Op grond van dit artikellid is Wederpartij verplicht tijdig inzicht te verwerven in de organisatie van Opdrachtgever en zich een beeld te vormen van de verwachtingen die Opdrachtgever van de Prestatie heeft alsook om die verwachtingen, als dat nodig is, bij te sturen. Deze verplichting dwingt Wederpartij tot een actieve precontractuele houding. Die moet er immers op zijn gericht om te komen tot een Prestatie die aansluit op hetgeen Opdrachtgever daarvan in redelijkheid mag verwachten. Het begrip Overeengekomen gebruik (zie artikel 1.23) vormt daarvan het sluitstuk. Omdat het daarvoor bedoelde onderzoek van Wederpartij met name zal moeten plaatsvinden in de aanbestedingsfase, hebben de onderhavige onderzoeks- en informatieverplichtingen ook consequenties voor de opzet en inhoud van (Europese) aanbestedingstrajecten. Opdrachtgever zal er immers ook zelf aan moeten bijdragen dat marktpartijen tijdig inzicht krijgen in hetgeen hem met de Prestatie voor ogen staat en met het oog daarop al direct in de aanbestedingsfase invulling moeten geven aan een “goed opdrachtgeverschap”. Dat vraagt om een heldere communicatie met de markt zodat misverstanden over het door Opdrachtgever beoogde gebruik zoveel mogelijk worden voorkomen. Van deelnemers aan een aanbesteding mag met het oog daarop worden verwacht dat deze gebruik maken van de mogelijkheden tot het stellen van vragen. Lid 2 In de praktijk blijkt het voltooien van IT-opdrachten binnen de daarvoor door Opdrachtgever aangegeven kaders vaak moeilijk. Dit lid dwingt in de opdracht geïnteresseerde marktpartijen zich van tevoren een nadrukkelijk beeld te vormen van de realiteit van door Opdrachtgever daarbij gestelde kaders. Zo blijkt met de uitvoering van IT-opdrachten vaak aanzienlijk meer geld gemoeid te zijn dan Opdrachtgever ten tijde van het verstrekken van de opdracht voor ogen stond. Heeft Opdrachtgever het financiële kader waarbinnen de Opdracht dient te worden uitgevoerd vooraf bekend gemaakt dan dient Wederpartij zich ook over de haalbaarheid daarvan uit te laten. Uitgangspunt, ook bij IT-Prestaties, moet zijn dat het welslagen van het project vooropstaat en dat Meerwerk uitzondering en geen regel is. Lid 3 Wederpartij moet op de hoogte kunnen zijn van de verwachtingen die Opdrachtgever ten aanzien van de Overeenkomst heeft. Deze -aanvullende- informatieverplichting draagt daar mede aan bij.

Onderzoek- en informatieverplichting. Lid 1 Op grond van dit artikellid is Wederpartij verplicht tijdig inzicht te verwerven in de organisatie van Opdrachtgever en zich een beeld te vormen van de verwachtingen die Opdrachtgever van de Prestatie heeft alsook om die verwachtingen, als dat nodig is, bij te sturen. Deze verplichting dwingt Wederpartij Wederpar- tij tot een actieve precontractuele houding. Die moet er immers op zijn gericht om te komen tot een Prestatie die aansluit op hetgeen Opdrachtgever daarvan in redelijkheid mag verwachten. Het begrip Overeengekomen gebruik (zie artikel 1.23) vormt daarvan het sluitstuk. Omdat het daarvoor bedoelde onderzoek van Wederpartij met name zal moeten plaatsvinden in de aanbestedingsfase, hebben de onderhavige onderzoeks- en informatieverplichtingen ook consequenties consequen- ties voor de opzet en inhoud van (Europese) aanbestedingstrajecten. Opdrachtgever zal er immers ook zelf aan moeten bijdragen dat marktpartijen tijdig inzicht krijgen in hetgeen hem met de Prestatie voor ogen staat en met het oog daarop al direct in de aanbestedingsfase invulling moeten geven aan een “‘goed opdrachtgeverschap”’. Dat vraagt om een heldere communicatie met de markt zodat misverstanden misverstan- den over het door Opdrachtgever beoogde gebruik zoveel mogelijk worden voorkomen. Van deelnemers deelne- mers aan een aanbesteding mag met het oog daarop worden verwacht dat deze gebruik maken van de mogelijkheden tot het stellen van vragen. Lid 2 In de praktijk blijkt het voltooien van IT-opdrachten binnen de daarvoor door Opdrachtgever aangegeven aanvankelijke gedachte kaders vaak moeilijk. Dit lid dwingt in de opdracht geïnteresseerde marktpartijen zich van tevoren een nadrukkelijk beeld te vormen van de realiteit van door Opdrachtgever daarbij gestelde kaders. Zo blijkt met de uitvoering van IT-opdrachten vaak aanzienlijk meer geld gemoeid te zijn dan Opdrachtgever ten tijde van het verstrekken van de opdracht voor ogen stond. Heeft Opdrachtgever het financiële kader waarbinnen de Opdracht dient te worden uitgevoerd vooraf bekend gemaakt dan dient Wederpartij zich ook over de haalbaarheid daarvan uit te laten. Uitgangspunt, ook bij IT-Prestaties, moet zijn dat het welslagen van het project vooropstaat en dat Meerwerk uitzondering en geen regel is. Lid 3 Wederpartij moet op de hoogte kunnen zijn van de verwachtingen die Opdrachtgever ten aanzien van de Overeenkomst heeft. Deze -aanvullende- – aanvullende – informatieverplichting draagt daar mede aan bij.

Onderzoek- en informatieverplichting. Lid 1 Op grond 3.1 Ter bepaling van dit artikellid is Wederpartij verplicht tijdig inzicht te verwerven het door de KB met de Prestatie beoogde gebruik heeft Leverancier zich in voldoende mate op de hoogte gesteld van: (i) de doelstellingen, in verband waarmee de KB de Overeenkomst aangaat en (ii) de organisatie van Opdrachtgever en zich een beeld de KB, voor zover van belang voor de Overeenkomst. Leverancier dient in ieder geval rekenschap te vormen geven van de verwachtingen kernactiviteiten van de KB. Kernactiviteiten van de KB zijn: i) het (duurzaam) toegang bieden aan iedereen en overal tot en het duurzaam behouden en bewaren van alle tekst- en gegevensbestanden die Opdrachtgever in Nederland worden gepubliceerd; ii) het spelen van een centrale rol in de Nederlandse wetenschappelijke informatie-infrastructuur en iii) het bevorderen van de toegang tot digitale informatie in (inter)nationaal verband. 3.2 Leverancier is verplicht om de haalbaarheid van de Prestatie heeft alsook om die verwachtingen, als dat nodig is, bij te sturen. Deze verplichting dwingt Wederpartij tot een actieve precontractuele houding. Die moet er immers op zijn gericht om te komen tot een Prestatie die aansluit op hetgeen Opdrachtgever daarvan in redelijkheid mag verwachten. Het begrip Overeengekomen gebruik (zie artikel 1.23) vormt daarvan het sluitstuk. Omdat het daarvoor bedoelde onderzoek van Wederpartij met name zal moeten plaatsvinden in de aanbestedingsfase, hebben de onderhavige onderzoeks- en informatieverplichtingen ook consequenties voor de opzet en inhoud van (Europese) aanbestedingstrajecten. Opdrachtgever zal er immers ook zelf aan moeten bijdragen dat marktpartijen tijdig inzicht krijgen in hetgeen hem met de Prestatie voor ogen staat en met het oog daarop al direct in de aanbestedingsfase invulling moeten geven aan een “goed opdrachtgeverschap”. Dat vraagt om een heldere communicatie met de markt zodat misverstanden over het door Opdrachtgever beoogde gebruik zoveel mogelijk worden voorkomen. Van deelnemers aan een aanbesteding mag met het oog daarop worden verwacht dat deze gebruik maken van de mogelijkheden tot het stellen van vragen. Lid 2 In de praktijk blijkt het voltooien van IT-opdrachten binnen de door de KB daarvoor door Opdrachtgever aangegeven kaders vaak moeilijkte onderzoeken en om de KB over de uitkomsten hiervan te informeren. Dit lid dwingt in Leverancier erkent dat de opdracht geïnteresseerde marktpartijen zich KB hem van tevoren een nadrukkelijk beeld te vormen van de realiteit van door Opdrachtgever daarbij gestelde kadersvoldoende informatie heeft voorzien. Zo blijkt met De KB verstrekt Leverancier op verzoek aanvullende informatie voor zover noodzakelijk voor de uitvoering van IT-opdrachten vaak aanzienlijk meer geld gemoeid te zijn dan Opdrachtgever ten tijde van het verstrekken de Overeenkomst. Bij eventuele onduidelijkheid doet Leverancier navraag bij de KB. 3.3 Leverancier zal de KB steeds over de voortgang van de opdracht voor ogen stonduitvoering van de Overeenkomst rapporteren. Heeft Opdrachtgever Door middel van deze rapportages zal Leverancier inzicht geven in de door hem in de betrokken periode verrichte Prestatie, het financiële kader waarbinnen aantal bestede uren alsmede de Opdracht dient te worden uitgevoerd vooraf bekend gemaakt dan dient Wederpartij zich ook over de haalbaarheid daarvan uit te laten. Uitgangspunt, ook bij IT-Prestaties, moet zijn tot dat het welslagen van het project vooropstaat en dat Meerwerk uitzondering en geen regel ismoment gemaakte kosten. Lid 3 Wederpartij moet 3.4 Indien de voortgang van de uitvoering van de Overeenkomst vertraging dreigt te ondervinden, zal Leverancier de KB hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte kunnen zijn stellen. Leverancier zal bij deze melding de KB informeren over de oorzaak van de verwachtingen die Opdrachtgever ten aanzien vertraging en maatregelen voorstellen om de (dreigende) vertraging te voorkomen of ongedaan te maken. Akkoordbevinding van de Overeenkomst heeft. Deze -aanvullende- informatieverplichting draagt daar mede aan bijrapportage door de KB, houdt niet in dat de KB de oorzaak van de vertraging erkent of gehoudenheid tot vergoeding van daaruit voortvloeiende consequenties erkent. 3.5 Partijen houden elkaar op de hoogte van ontwikkelingen en veranderingen die van belang (kunnen) zijn voor de uitvoering van de Overeenkomst.

Onderzoek- en informatieverplichting. Lid 1 Op grond van dit artikellid is Wederpartij verplicht tijdig inzicht te verwerven in de organisatie van Opdrachtgever en zich een beeld te vormen van de verwachtingen die Opdrachtgever van de Prestatie heeft alsook om die verwachtingen, als dat nodig is, bij te sturen. Deze verplichting dwingt Wederpartij tot een actieve precontractuele houding. Die moet er immers op zijn gericht om te komen tot een Prestatie die aansluit op hetgeen Opdrachtgever daarvan in redelijkheid mag verwachten. Het begrip Overeengekomen gebruik (zie artikel 1.231.25) vormt daarvan het sluitstuk. Omdat het daarvoor bedoelde onderzoek van Wederpartij met name zal moeten plaatsvinden in de aanbestedingsfase, hebben de onderhavige onderzoeks- en informatieverplichtingen ook consequenties voor de opzet en inhoud van (Europese) aanbestedingstrajecten. Opdrachtgever zal er immers ook zelf aan moeten bijdragen dat marktpartijen tijdig inzicht krijgen in hetgeen hem met de Prestatie voor ogen staat en met het oog daarop al direct in de aanbestedingsfase invulling moeten geven aan een “goed opdrachtgeverschap”. Dat vraagt om een heldere communicatie met de markt zodat misverstanden over het door Opdrachtgever beoogde gebruik zoveel mogelijk worden voorkomen. Van deelnemers aan een aanbesteding mag met het oog daarop worden verwacht dat deze gebruik maken van de mogelijkheden tot het stellen van vragen. Lid 2 In de praktijk blijkt het voltooien van IT-opdrachten binnen de daarvoor door Opdrachtgever aangegeven kaders vaak moeilijk. Dit lid dwingt in de opdracht geïnteresseerde marktpartijen marktpartijen, conform de in de rechtspraak ontwikkelde bijzondere of verzwaarde zorgplicht voor IT-leveranciers, zich van tevoren een nadrukkelijk beeld te vormen van de realiteit van door Opdrachtgever daarbij gestelde kaders. Zo blijkt met de uitvoering van IT-opdrachten vaak aanzienlijk meer geld gemoeid te zijn dan Opdrachtgever ten tijde van het verstrekken van de opdracht voor ogen stond. Heeft Opdrachtgever het financiële kader waarbinnen de Opdracht dient te worden uitgevoerd vooraf bekend gemaakt dan dient Wederpartij zich ook over de haalbaarheid daarvan uit te laten. Uitgangspunt, ook bij IT-Prestaties, moet zijn dat het welslagen van het project vooropstaat en dat Meerwerk uitzondering en geen regel is. Lid 3 Wederpartij moet op de hoogte kunnen zijn van de verwachtingen die Opdrachtgever ten aanzien van de Overeenkomst heeft. Deze -aanvullende- informatieverplichting draagt daar mede aan bij.