Optierecht. 7.1 De verzekeringnemer heeft het recht om elk verzekeringsjaar het verzekerde kapitaal te verhogen. Dit is een uitzondering op artikel 2.5. Deze verhogingen worden zonder nader onderzoek naar de gezondheid van de verzekerde door de verzekeraar geaccepteerd, mits voldaan wordt aan de hierna vermelde voorwaarden: - de verzekering is bij aanvang zonder premieverhoging geaccepteerd; - de verhoging bedraagt niet meer dan 15% van het laatst verzekerde kapitaal; - het verzekerde kapitaal na toepassing van het optierecht mag niet hoger zijn dan het verzekerd kapitaal bij aanvang van de verzekering vermeerderd met € 100.000,-; - de verhoging gaat in op de eerstvolgende contractsvervaldatum en het schriftelijk verzoek tot verhoging is gedaan tenminste één maand voor de contractsvervaldatum; - er is sprake van een gelijkblijvend verzekerd kapitaal bij overlijden. 7.2 Het optierecht als bedoeld in het vorige lid vervalt: - zodra de verzekerde de 60-jarige leeftijd heeft bereikt; - wanneer drie jaar achtereen van dit optierecht geen gebruik is gemaakt; - wanneer de verzekerde geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt is, en deze arbeidsongeschiktheid tot vrijstelling van premiebetaling heeft geleid. - indien de verzekerde in het jaar direct voorafgaande aan het verzoek tot verhoging onder behandeling en/of controle is geweest bij een medisch specialist voor: 1. hart- en/of vaataandoeningen, 2. kwaadaardige aandoeningen, 3. ziekten van de hersenen of zenuwen, 4. suikerziekte; - indien in het bloed van de verzekerde antistoffen tegen HIV zijn aangetroffen (de verzekerde is seropositief). 8. Extra uitkering bij overlijden 8.1 Indien op het polisblad staat aangetekend dat een extra uitkering bij overlijden door een ongeval is meeverzekerd gelden de volgende voorwaarden: 8.2 Indien de oorzaak van het overlijden van verzekerde(n) het uitsluitende gevolg is van een ongeval dat uiterlijk 90 dagen vóór het overlijden heeft plaatsgevonden, zal de verzekeraar een éénmalige aanvullende uitkering doen ter hoogte van € 50.000,-. 8.3 Voor deze dekking geldt dat er geen recht op een uitkering bestaat indien: a. het ongeval is veroorzaakt door overmatig alcoholgebruik of door gebruik van geneesmiddelen, bedwelmende, verdovende of opwekkende middelen anders dan overeenkomstig medisch voorschrift; b. het ongeval is veroorzaakt met opzet van de verzekeringnemer, de verzekerde of iemand die bij de uitkering belang heeft; c. het ongeval is ontstaan door of bij het plegen of medeplegen van een misdrijf of bij een poging daartoe; d. het ongeval is te wijten aan bewuste roekeloosheid van de verzekerde (zoals een vechtpartij), behalve bij: - een redelijkerwijs noodzakelijke vervulling van zijn beroep; - rechtmatige zelfverdediging; - een poging zichzelf, anderen of zaken te redden. e. het ongeval is ontstaan tijdens: - het besturen van een motorfiets; - het deelnemen aan skiwedstrijden; - duiken; - bergbeklimmen; - off-piste skiën; - het deelnemen aan snelheidswedstrijden, -ritten of -proeven met: o motorrijtuigen, o motorboten, o motorfietsen; o skispringen; o bobslee- of skeletonritten; o ijs- of rolhockey; o bungee jumpen; o parachutespringen; o paraglyden; o activiteiten die vergelijkbaar zijn met, of een afgeleide zijn van bovengenoemde activiteiten. f. één van de uitsluitingen zoals genoemd in artikel 6 zich voordoet.
Appears in 4 contracts
Samples: Overlijdensrisicoverzekering, Overlijdensrisicoverzekering, Overlijdensrisicoverzekering